Motie Sneller/Van Nispen over aan bewindspersonen geen inhoudelijke informatie verstrekken over verzoeken van Kamerleden om ambtelijke bijstand - Wijziging van het Wetboek van Strafvordering ter bevordering van innovatie van verschillende onderwerpen in het kader van de modernisering van het Wetboek van Strafvordering (Innovatiewet Strafvordering)

Deze motie1 is onder nr. 29 toegevoegd aan wetsvoorstel 35869 - Innovatiewet Strafvordering2.

Inhoudsopgave

  1. Kerngegevens
  2. Tekst
  3. Meer informatie
  4. Parlementaire Monitor

1.

Kerngegevens

Officiële titel Wijziging van het Wetboek van Strafvordering ter bevordering van innovatie van verschillende onderwerpen in het kader van de modernisering van het Wetboek van Strafvordering (Innovatiewet Strafvordering); Motie; Motie van de leden Sneller en Van Nispen over aan bewindspersonen geen inhoudelijke informatie verstrekken over verzoeken van Kamerleden om ambtelijke bijstand
Document­datum 14-03-2023
Publicatie­datum 14-03-2023
Nummer KST3586929
Kenmerk 35869, nr. 29
Externe link origineel bericht
Originele document in PDF

2.

Tekst

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Vergaderjaar 2022-

2023

35 869

Wijziging van het Wetboek van Strafvordering ter bevordering van innovatie van verschillende onderwerpen in het kader van de modernisering van het Wetboek van Strafvordering (Innovatiewet Strafvordering)

Nr. 29

MOTIE VAN DE LEDEN SNELLER EN VAN NISPEN

Voorgesteld 14 maart 2023

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat de constitutionele positie van Tweede Kamerleden en hun rol in de democratie om extra waarborgen voor de vertrouwelijkheid van hun ondersteuning vragen;

overwegende dat de uitoefening van de medewetgevende taak van de Tweede Kamer en wetgevingskwaliteit in algemene zin gebaat zijn bij (specialistische) ambtelijke bijstand van ministeries bij het opstellen van amendementen;

overwegende dat voor een goed samenspel tussen bewindspersonen, Kamerleden en ambtenaren duidelijke spelregels nodig zijn;

verzoekt de regering te zorgen dat bij mededelingen over het verzoek om het verlenen van ambtelijke bijstand slechts de titel van het betreffende wetsvoorstel bij de verantwoordelijke bewindspersoon bekend wordt, en dat deze daarna geen nadere inhoudelijke informatie verkrijgt over deze bijstand,

en gaat over tot de orde van de dag.

Sneller Van Nispen

kst-35869-29 ISSN 0921 - 7371 's-Gravenhage 2023

Tweede Kamer, vergaderjaar 2022-2023, 35 869, nr. 29


  • origineel bericht: 'Wijziging van het Wetboek van Strafvordering ter b...'
 
 
 

3.

Meer informatie

  • 35869 - Innovatiewet Strafvordering
 

4.

Parlementaire Monitor

Met de Parlementaire Monitor volgt u alle parlementaire dossiers die voor u van belang zijn en bent u op de hoogte van alles wat er speelt in die dossiers. Helaas kunnen wij geen nieuwe gebruikers aansluiten, deze dienst zal over enige tijd de werkzaamheden staken.


  • 1. 
    In een motie staat een vraag of verzoek van één of meerdere Tweede- of Eerste Kamerleden aan de regering. Deze wordt vooraf gegaan door een standaard aanhef en een opsomming van overwegingen en constateringen. Iedere motie begint met de woorden 'De Kamer, gehoord de beraadslaging'. Ieder deel van de opsomming begint met woorden als 'constaterende dat' of 'overwegende dat'. Na deze opsomming volgt de uiteindelijke vraag of het verzoek.
     
  • 2. 
    Sinds 2014 worden in het kader van het programma modernisering Wetboek van Strafvordering voorbereidingen getroffen voor een nieuw Wetboek van Strafvordering. Dit wetsvoorstel past enkele onderdelen van het Wetboek van Strafvordering aan om innovatie binnen het strafprocesrecht te bevorderen. Voorgesteld wordt om: • een voorziening te introduceren voor de rechter in eerste aanleg of hoger beroep om de Hoge Raad prejudiciële vragen te kunnen stellen in strafzaken; • te voorzien in een regeling dat na inbeslagneming van een geautomatiseerd werk later binnenkomende berichten voor een bepaalde periode kunnen worden onderzocht in het kader van de opsporing; • in het kader van de opsporing netwerkzoeking na inbeslagneming mogelijk te maken; • audiovisuele opnamen onder voorwaarden te kunnen gebruiken als vervanging van een volledig proces-verbaal en daarmee onderdeel te maken van de verslaglegging van bijvoorbeeld verhoren of van de terechtzitting en het erkennen van audiovisuele opnamen als wettig bewijsmiddel; • de mogelijkheid te bieden dat een aantal lichtere opsporingsbevoegdheden door de hulpofficier van justitie kan worden uitgeoefend, en • te regelen op welke wijze mediation kan plaatsvinden na aanvang van het onderzoek op de terechtzitting. Deze pilots geven organisaties in de strafrechtspraktijk de kans om alvast ervaring op te doen met een aantal onderdelen uit het nieuwe wetboek. De pilots duren maximaal drie jaar en worden gemonitord en geëvalueerd door het Wetenschappelijk Onderzoeks- en Documentatiecentrum (WODC). Binnen twee jaar informeren de ministers de Tweede en Eerste Kamer over de effecten van de vernieuwingen, zodat met de uitkomsten daarvan rekening kan worden gehouden bij het nieuwe Wetboek van Strafvordering.