Brief regering; Reactie op verzoek commissie over de brief van Erfgoedvereniging Heemschut te Amsterdam over de openbare inschrijving van het Ensemble Veenhuizen - Monumentenzorg - Hoofdinhoud
Deze brief is onder nr. 108 toegevoegd aan dossier 32156 - Monumentenzorg.
Inhoudsopgave
Officiële titel | Monumentenzorg; Brief regering; Reactie op verzoek commissie over de brief van Erfgoedvereniging Heemschut te Amsterdam over de openbare inschrijving van het Ensemble Veenhuizen |
---|---|
Documentdatum | 16-04-2021 |
Publicatiedatum | 19-04-2021 |
Nummer | KST32156108 |
Kenmerk | 32156, nr. 108 |
Commissie(s) | Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) |
Externe link | origineel bericht |
Originele document in PDF |
Tweede Kamer der Staten-Generaal
Vergaderjaar 2020-2021
32 156
Nr. 108 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN BINNENLANDSE ZAKEN
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Den Haag, 16 april 2021
De Commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) ontving onlangs een brief van Erfgoedvereniging Heemschut te Amsterdam (hierna: Heemschut) over de openbare inschrijving van het Ensemble Veenhuizen. Hierop heeft uw commissie op 15 januari jl. een brief gestuurd aan de Minister van OCW en de Minister van BZK waarin wordt gevraagd om een reactie op deze brief te geven. Mede namens de Minister OCW reageer ik op de brief van Heemschut.
Een zorgvuldig proces
Heemschut gaat in haar brief in op het verkoopproces. Verder schrijft Heemschut dat het verkoopproces van het Ensemble Veenhuizen om zorgvuldigheid vraagt, waarbij de cultuurhistorische waarden leidend dienen te zijn. Ik onderschrijf dat. Deze uitgangspunten heb ik eerder onderkend. Bij het verkoopproces van het Ensemble Veenhuizen heeft het Rijksvastgoedbedrijf in de voorbereiding nauw samengewerkt met het Ministerie van Justitie en Veiligheid, de provincie Drenthe en de gemeente Noordenveld. Tevens vond afstemming plaats met de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE). Sinds 2015 zet het Rijksvastgoedbedrijf zich in om het verkoopproces zorgvuldig en transparant te laten verlopen en om de monumentale waarde van dit Ensemble op de juiste wijze te borgen. Graag geef ik een toelichting op hoofdlijnen van deze procedure van de vervreemding van Veenhuizen.
De voorbereiding tot vervreemding begon zes jaar geleden met besprekingen tussen het Rijksvastgoedbedrijf, het Ministerie van Justitie en Veiligheid, de RCE, de provincie Drenthe en de gemeente Noordenveld over de toekomst van Veenhuizen. In deze gesprekken stond toen, en nu nog steeds het belang van het behoud van het integrale karakter van Veenhuizen centraal. Daarom besloot het Rijksvastgoedbedrijf om Veenhuizen als ensemble te vervreemden en daarmee de samenhang te kst-32156-108 ISSN 0921 - 7371 's-Gravenhage 2021
behouden. Dit gebeurde mede op basis van eerder opgedane ervaringen met marktpartijen die erfgoed zorgvuldig beheren en een toekomst te geven.
Publicatie
In het najaar van 2016 toonde een consortium met ruime ervaring met behoud, beheer en exploitatie van erfgoed al vroegtijdig belangstelling voor het ensemble.
Vooruitlopend op het vervreemdingsproces stelde Steenhuis Meurs, een toonaangevend bureau voor erfgoed en betrokken bij de UNESCO-nominatie van Veenhuizen, een omvangrijke Nota van Uitgangspunten op. In de Nota van Uitgangspunten, opgeleverd in juni 2019, worden de historie, de monumentale waarden, kwaliteitsuitgangspunten en mogelijkheden binnen de vigerende ruimtelijke ordeningskaders beschreven. Daarbij is ook het toekomstige UNESCO-dossier, waaraan ook Heemschut refereert, betrokken. Een nieuwe eigenaar van Veenhuizen zal hieraan moeten voldoen.
Vanwege het bijzondere karakter van Veenhuizen publiceerde het Rijksvastgoedbedrijf in de zomer van 2019 de Nota van Uitgangspunten, andere relevante informatie, het voornemen om in gesprek te gaan met dit consortium en de procedure die wordt gevolgd als er belangstelling van meerdere partijen bestaat. Tevens stond in deze publicatie dat het vervreemdingsproces een gesloten karakter heeft ter bescherming van de belangen en hun plannen door de biedende partijen. Eveneens stond daarbij aangegeven dat alle contacten voor iedere fase door tussenkomst van de notaris verlopen. De plannen zijn beoordeeld door een onafhankelijke externe beoordelingscommissie van deskundigen op het gebied van onder andere erfgoed, architectuur en financiën die bekend zijn met dergelijke processen. De leden van de beoordelingscommissie zijn afkomstig van buiten het Rijksvastgoedbedrijf als extra waarborg voor zorgvuldigheid, onafhankelijkheid en kwaliteit. Van deze beoordelingscommissie was één lid voorgedragen door de provincie Drenthe en de gemeente Noordenveld. Na deze publicatie werd door meerdere partijen belangstelling getoond en zoals aangekondigd werd overgegaan tot een openbaar inschrijvingsproces dat op 21 november 2019 startte. Belangstellenden konden zich toen formeel melden. Dit was vooraf kenbaar gemaakt met publicaties in de media. Meerdere partijen ontvingen na inschrijving het biedboek met daarin informatie over het Ensemble Veenhuizen, de beschrijving van het vervreemdingsproces, de Nota van Uitgangspunten en overige beoordelingskaders.
Selectie
In de eerste fase van dit vervreemdingsproces moesten partijen onomstotelijk hun ervaring met erfgoed aantonen. Daarnaast werd gevraagd om hun visie met daarin de programmatische ambities, ruimtelijke uitgangspunten, consequenties met betrekking tot de investering, beheer en omgevingsmanagement uiteen te zetten. Dit alles werd aan de hand van de Nota van Uitgangspunten beoordeeld door de hiervoor genoemde beoordelingscommissie.
Na deze beoordeling volgde de tweede fase en dienden de belangstellende partijen hun visie verder uit te werken, ondersteund door voorbeel-duitwerkingen die passen binnen de gestelde voorwaarden. Ook dit werd getoetst door dezelfde beoordelingscommissie. Deze fase van het vervreemdingsproces van Veenhuizen is onlangs afgerond. Vanwege het gesloten karakter van deze vervreemdingsprocedure wordt noch door een notaris, noch door het Rijksvastgoedbedrijf gecommuniceerd over wie de belangstellende partijen zijn en wat hun visie is met betrekking tot de toekomst van Veenhuizen.
Gunning
Op dit moment (fase 3) kunnen de overgebleven partijen overgaan tot een bieding gebaseerd op de beoordeelde uitgewerkte visie. Deze fase loopt tot en met het eerste kwartaal van 2021. Vervolgens kan het Rijkvastgoed-bedrijf na afstemming met de provincie Drenthe en de gemeente Noordenveld overgaan tot gunning medio april 2021 aan de partij met de meest aanvaardbare bieding. Het Ensemble Veenhuizen wordt gegund aan een partij die een zorgvuldig en kwalitatief goed plan heeft passend binnen de kaders van de Nota van Uitgangspunten en financieel verantwoord, met als doel als goed rentmeester dit erfgoed voor de korte en de lange termijn te behouden dan wel te verstevigen.
Door gebruik te maken van op maat gesneden verkoopprocedures met bijvoorbeeld in dit geval uitgebreide kwalitatieve voorselectie, zorgt het Rijksvastgoedbedrijf ervoor dat bijzonder rijksvastgoed zorgvuldig en op een maatschappelijke verantwoorde wijze in de samenleving landt.
De Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
R.W. Knops
Tweede Kamer, vergaderjaar 2020-2021, 32 156, nr. 108 3