Motie Van Haga/Baudet over het validatierapport inzake de PCR-test zo spoedig mogelijk naar de Kamer - Infectieziektenbestrijding

Deze motie1 is onder nr. 561 toegevoegd aan dossier 25295 - Infectieziektenbestrijding.

Inhoudsopgave

  1. Kerngegevens
  2. Tekst
  3. Meer informatie
  4. Parlementaire Monitor

1.

Kerngegevens

Officiële titel Infectieziektenbestrijding; Motie; Motie van de leden Van Haga en Baudet over het validatierapport inzake de PCR-test zo spoedig mogelijk naar de Kamer
Document­datum 22-09-2020
Publicatie­datum 23-09-2020
Nummer KST25295561
Kenmerk 25295, nr. 561
Externe link origineel bericht
Originele document in PDF

2.

Tekst

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Vergaderjaar 2020-2021

25 295

Infectieziektenbestrijding

Nr. 561

MOTIE VAN DE LEDEN VAN HAGA EN BAUDET

Voorgesteld 22 september 2020 De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat er onrust bestaat in de samenleving met betrekking tot de betrouwbaarheid van de PCR-test;

overwegende dat de PCR-test de grondslag vormt voor de coronamaatre-gelen;

verzoekt de regering, het validatierapport (Real Life Practice-Based Validation) inzake de PCR-test zo spoedig mogelijk aan de Kamer te doen toekomen,

en gaat over tot de orde van de dag.

Van Haga Baudet

kst-25295-561 ISSN 0921 - 7371 's-Gravenhage 2020

Tweede Kamer, vergaderjaar 2020-2021,25 295, nr. 561


  • origineel bericht: 'Infectieziektenbestrijding; Motie; Motie van de le...'
 
 
 

3.

Meer informatie

  • 25295 - Infectieziektenbestrijding
 

4.

Parlementaire Monitor

Met de Parlementaire Monitor volgt u alle parlementaire dossiers die voor u van belang zijn en bent u op de hoogte van alles wat er speelt in die dossiers. Helaas kunnen wij geen nieuwe gebruikers aansluiten, deze dienst zal over enige tijd de werkzaamheden staken.


  • 1. 
    In een motie staat een vraag of verzoek van één of meerdere Tweede- of Eerste Kamerleden aan de regering. Deze wordt vooraf gegaan door een standaard aanhef en een opsomming van overwegingen en constateringen. Iedere motie begint met de woorden 'De Kamer, gehoord de beraadslaging'. Ieder deel van de opsomming begint met woorden als 'constaterende dat' of 'overwegende dat'. Na deze opsomming volgt de uiteindelijke vraag of het verzoek.