Motie Van Veldhoven over een randvoorwaarde voor de koepelvergunning - Regels met betrekking tot versnelde ontwikkeling en verwezenlijking van ruimtelijke en infrastructurele projecten (Crisis- en herstelwet)

Deze motie1 is onder nr. 166 toegevoegd aan wetsvoorstel 32127 - Crisis- en herstelwet2.

Inhoudsopgave

  1. Kerngegevens
  2. Tekst
  3. Meer informatie
  4. Parlementaire Monitor

1.

Kerngegevens

Officiële titel Regels met betrekking tot versnelde ontwikkeling en verwezenlijking van ruimtelijke en infrastructurele projecten (Crisis- en herstelwet); Motie; Motie van het lid Van Veldhoven over een randvoorwaarde voor de koepelvergunning
Document­datum 01-11-2012
Publicatie­datum 01-11-2012
Nummer KST32127166
Kenmerk 32127, nr. 166
Externe link origineel bericht
Originele document in PDF

2.

Tekst

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Vergaderjaar 2012–2013

32 127

Regels met betrekking tot versnelde ontwikkeling en verwezenlijking van ruimtelijke en infrastructurele projecten (Crisis- en herstelwet)

Nr. 166

MOTIE VAN HET LID VAN VELDHOVEN

Voorgesteld 30 oktober 2012

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

verzoekt de regering, als randvoorwaarde bij het afgeven van de koepelvergunning op te nemen dat efficiënt gebruik van de milieuruimte beloond wordt bij het verdelen van die ruimte,

en gaat over tot de orde van de dag.

Van Veldhoven


  • origineel bericht: 'Regels met betrekking tot versnelde ontwikkeling e...'
 
 
 

3.

Meer informatie

  • 32127 - Crisis- en herstelwet
 

4.

Parlementaire Monitor

Met de Parlementaire Monitor volgt u alle parlementaire dossiers die voor u van belang zijn en bent u op de hoogte van alles wat er speelt in die dossiers. Helaas kunnen wij geen nieuwe gebruikers aansluiten, deze dienst zal over enige tijd de werkzaamheden staken.


  • 1. 
    In een motie staat een vraag of verzoek van één of meerdere Tweede- of Eerste Kamerleden aan de regering. Deze wordt vooraf gegaan door een standaard aanhef en een opsomming van overwegingen en constateringen. Iedere motie begint met de woorden 'De Kamer, gehoord de beraadslaging'. Ieder deel van de opsomming begint met woorden als 'constaterende dat' of 'overwegende dat'. Na deze opsomming volgt de uiteindelijke vraag of het verzoek.
     
  • 2. 
    Dit voorstel is gebaseerd op de overweging, dat het wenselijk is regels te stellen met betrekking tot het toezicht op de naleving van Europese regelgeving door publieke entiteiten en deze in één wet op te nemen met bestaande bepalingen over het toezicht op de besteding van subsidies die ten laste komen van de begroting van de Europese Unie.