Motie Rietkerk c.s. over een maximale forfaitaire prijsopslag voor beschermde dorps- en stadsgezichten - Wijziging van de Wet goed verhuurderschap, Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek, de Uitvoeringswet huurprijzen woonruimte en enige andere wetten in verband met de regulering van huurprijzen en de bescherming van rechten van huurders (Wet betaalbare huur)

Deze motie1 is onder nr. P toegevoegd aan wetsvoorstel 36496 - Wet betaalbare huur2.

Inhoudsopgave

  1. Kerngegevens
  2. Tekst
  3. Meer informatie
  4. Parlementaire Monitor

1.

Kerngegevens

Officiële titel Wijziging van de Wet goed verhuurderschap, Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek, de Uitvoeringswet huurprijzen woonruimte en enige andere wetten in verband met de regulering van huurprijzen en de bescherming van rechten van huurders (Wet betaalbare huur); Motie van het lid Rietkerk c.s. over een maximale forfaitaire prijsopslag voor beschermde dorps- en stadsgezichten
Document­datum 18-06-2024
Publicatie­datum 19-06-2024
Nummer KST36496P
Kenmerk 36496, nr. P
Externe link origineel bericht
Originele document in PDF

2.

Tekst

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Vergaderjaar 2023-2024

 

36 496

Wijziging van de Wet goed verhuurderschap, Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek, de Uitvoeringswet huurprijzen woonruimte en enige andere wetten in verband met de regulering van huurprijzen en de bescherming van rechten van huurders (Wet betaalbare huur)

P

MOTIE VAN HET LID RIETKERK C.S.

Voorgesteld 18 juni 2024

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat het huidige wetsvoorstel geen extra prijsopslag introduceert voor het onderhoud en de instandhouding van beschermde dorps- en stadsgezichten;

overwegende dat het onderhoud en de instandhouding van beschermde dorps- en stadsgezichten vanwege de bijzondere kenmerken van deze woningen wel tot extra kosten voor de verhuurder zouden kunnen leiden;

overwegende dat ook diverse organisaties uit de monumentensector, zoals de Samenwerkingsorganisatie Monumenteneigenaren (SOM) en de Federatie Instandhouding Monumenten (FIM), aandacht vragen voor de financiering van het onderhoud en de instandhouding van beschermde dorps- en stadsgezichten;

verzoekt de regering om voor beschermde dorps- en stadgezichten een forfaitaire maximale prijsopslag van 5% te introduceren in het WWS;

en gaat over tot de orde van de dag.

Rietkerk

Meijer

Dessing

kst-36496-P

ISSN 0921 - 7371 's-Gravenhage 2024

Eerste Kamer, vergaderjaar 2023-2024, 36 496, P


  • origineel bericht: 'Wijziging van de Wet goed verhuurderschap, Boek 7 ...'
 
 
 

3.

Meer informatie

  • 36496 - Wet betaalbare huur
 

4.

Parlementaire Monitor

Met de Parlementaire Monitor volgt u alle parlementaire dossiers die voor u van belang zijn en bent u op de hoogte van alles wat er speelt in die dossiers. Helaas kunnen wij geen nieuwe gebruikers aansluiten, deze dienst zal over enige tijd de werkzaamheden staken.


  • 1. 
    In een motie staat een vraag of verzoek van één of meerdere Tweede- of Eerste Kamerleden aan de regering. Deze wordt vooraf gegaan door een standaard aanhef en een opsomming van overwegingen en constateringen. Iedere motie begint met de woorden 'De Kamer, gehoord de beraadslaging'. Ieder deel van de opsomming begint met woorden als 'constaterende dat' of 'overwegende dat'. Na deze opsomming volgt de uiteindelijke vraag of het verzoek.
     
  • 2. 
    Dit wetsvoorstel leidt tot regulering van huren, in het bijzonder in de op dit moment vrije huursector. Dat gebeurt door het zogenoemde woningwaarderingsstelsel (WWS) uit de sociale huursector ook verplicht toe te passen op de vrije huursector tot een huurwaarde van € 1123 (regulering middenhuur). Daarnaast wordt voorgesteld om de rechtspositie van huurders te verbeteren door de maximale huren uit het WWS als dwingende norm op te leggen. Dit laatste geldt voor zowel de sociale als de vrije huursector. Het wetsvoorstel steunt op vier pijlers: 1. huurders beschermen tegen hoge huren, 2. een voldoende omvangrijk middenhuursegment realiseren, 3. de investeringsbereidheid van verhuurders in de vrije huursector op peil houden en 4. verduurzaming van huurwoningen stimuleren.