Motie Van Rooijen c.s. over het advies van de Landsadvocaat inzake het wetsvoorstel Wet toekomst pensioenen - Wijziging van de Pensioenwet, de Wet inkomstenbelasting 2001 en enige andere wetten in verband met herziening van het pensioenstelsel, standaardisering van het nabestaandenpensioen, aanpassing van de fiscale behandeling van pensioen en enige andere wijzigingen ten aanzien van pensioen (Wet toekomst pensioenen)

Deze motie1 is onder nr. AQ toegevoegd aan wetsvoorstel 36067 - Wet toekomst pensioenen2.

Inhoudsopgave

  1. Kerngegevens
  2. Tekst
  3. Meer informatie
  4. Parlementaire Monitor

1.

Kerngegevens

Officiële titel Wijziging van de Pensioenwet, de Wet inkomstenbelasting 2001 en enige andere wetten in verband met herziening van het pensioenstelsel, standaardisering van het nabestaandenpensioen, aanpassing van de fiscale behandeling van pensioen en enige andere wijzigingen ten aanzien van pensioen (Wet toekomst pensioenen); Motie van het lid Van Rooijen c.s. over het advies van de Landsadvocaat inzake het wetsvoorstel Wet toekomst pensioenen
Document­datum 30-05-2023
Publicatie­datum 30-05-2023
Nummer KST36067AQ
Kenmerk 36067, nr. AQ
Externe link origineel bericht
Originele document in PDF

2.

Tekst

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Vergaderjaar 2022-2023

 

36 067

Wijziging van de Pensioenwet, de Wet inkomstenbelasting 2001 en enige andere wetten in verband met herziening van het pensioenstelsel, standaardisering van het nabestaandenpensioen, aanpassing van de fiscale behandeling van pensioen en enige andere wijzigingen ten aanzien van pensioen (Wet toekomst pensioenen)

AQ

MOTIE VAN HET LID VAN ROOIJEN C.S.

Voorgesteld 23 mei 2023

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende,

dat het kabinet een advies heeft gevraagd aan de landsadvocaat inzake het wetsvoorstel Wtp en dat de landsadvocaat dit advies aan het kabinet heeft verstrekt;

dat de Minister weigert om dit advies te verstrekken aan de Staten-Generaal, hoewel daar meermalen om is gevraagd;

dat het bij het hier bedoelde advies van de landsadvocaat niet gaat om een specifieke procespositie van de overheid (er zijn immers geen procedures gaande) maar om het nemen van een besluit door de volksvertegenwoordiging van Nederland over een uitermate belangrijk en technisch moeilijk onderwerp, dat ook nog politiek gevoelig ligt;

dat het kabinet op basis van het advies van de landsadvocaat zou beschikken over argumenten die bij dit oordeel de doorslag zouden kunnen geven, maar dat het kabinet vervolgens weigert deze argumenten aan de Eerste Kamer te laten weten;

dat dit in feite er op neerkomt dat het kabinet de Eerste Kamer tegenwerkt bij de uitvoering van haar medewetgevende taak;

verlangt van de Minister om dit advies van de landsadvocaat onverwijld en integraal aan de Eerste Kamer ter beschikking te stellen en verwijst daarbij naar artikel 68 Grondwet,

kst-36067-AQ

ISSN 0921 - 7371 's-Gravenhage 2023

Eerste Kamer, vergaderjaar 2022-2023, 36 067, AQ    1

en gaat over tot de orde van de dag.

Van Rooijen Baay-Timmerman

Eerste Kamer, vergaderjaar 2022-2023, 36 067, AQ


  • origineel bericht: 'Wijziging van de Pensioenwet, de Wet inkomstenbela...'
 
 
 

3.

Meer informatie

  • 36067 - Wet toekomst pensioenen
 

4.

Parlementaire Monitor

Met de Parlementaire Monitor volgt u alle parlementaire dossiers die voor u van belang zijn en bent u op de hoogte van alles wat er speelt in die dossiers. Helaas kunnen wij geen nieuwe gebruikers aansluiten, deze dienst zal over enige tijd de werkzaamheden staken.


  • 1. 
    In een motie staat een vraag of verzoek van één of meerdere Tweede- of Eerste Kamerleden aan de regering. Deze wordt vooraf gegaan door een standaard aanhef en een opsomming van overwegingen en constateringen. Iedere motie begint met de woorden 'De Kamer, gehoord de beraadslaging'. Ieder deel van de opsomming begint met woorden als 'constaterende dat' of 'overwegende dat'. Na deze opsomming volgt de uiteindelijke vraag of het verzoek.
     
  • 2. 
    Het kabinet heeft samen met werknemer- en werkgeversorganisaties in 2019 een pensioenakkoord gesloten. Dit wetsvoorstel komt daaruit voort en regelt de herziening van de tweede pijler van het pensioenstelsel. De tweede pensioenpijler bevat de aanvullende pensioenen die mensen opbouwen in het kader van hun loopbaan als werknemer of zelfstandige. De pensioenopbouw wordt anders. Iedere deelnemer in een pensioenfonds gaat via een premieregeling pensioen opbouwen voor een persoonlijk pensioenvermogen. De pensioenpremie staat centraal en wordt voor alle leeftijden gelijk. In de overgang naar het nieuwe pensioenstelsel moeten de bestaande afspraken aangepast worden naar de nieuwe regelingen. Daarvoor staan in het wetsvoorstel transitieregels. Ook staan in het wetsvoorstel regels over het overdragen van de pensioenrechten en pensioenaanspraken die zijn opgebouwd onder de huidige wetgeving (‘invaren’). Verder geldt er in de transitieperiode een afwijkend financieel toetsingskader ('transitie-ftk'). Het financieel toetsingskader is het stelsel van financiële normen voor pensioenfondsen dat ervoor moet zorgen dat fondsen het afgesproken pensioen ook daadwerkelijk kunnen uitkeren aan alle generaties. Tot slot worden ook de fiscale regels aangepast aan het nieuwe stelsel en de transitie. Dit onder andere om de fiscale regels over pensioenen minder afhankelijk te laten zijn van de vorm waarin arbeid wordt verricht, zoals loondienst of arbeid als ondernemer. Naast de herziening van het pensioenstelsel regelt het wetsvoorstel ook standaardisering van het nabestaandenpensioen, experimenten voor pensioenopbouw door zelfstandigen in de tweede pijler en verkorting van de wachttijd voor pensioenopbouw voor uitzendwerknemers.