Brief van de minister voor Rechtsbescherming ter aanbieding van het zeventiende verlengingsbesluit tijdelijke COVID-19-voorzieningen - Tijdelijke voorzieningen op het terrein van het Ministerie van Justitie en Veiligheid in verband met de uitbraak van Covid-19 (Tijdelijke wet Covid-19 Justitie en Veiligheid) - Hoofdinhoud
Deze brief is onder nr. Y toegevoegd aan dossier 25295 - Infectieziektenbestrijding, wetsvoorstel 35434 - Tijdelijke wet Covid-19 Justitie en Veiligheid i en wetsvoorstel 35497 - Tweede Verzamelspoedwet COVID-19 i.
Inhoudsopgave
Officiële titel | Tijdelijke voorzieningen op het terrein van het Ministerie van Justitie en Veiligheid in verband met de uitbraak van Covid-19 (Tijdelijke wet Covid-19 Justitie en Veiligheid); Brief van de minister voor Rechtsbescherming ter aanbieding van het zeventiende verlengingsbesluit tijdelijke COVID-19-voorzieningen |
---|---|
Documentdatum | 17-03-2023 |
Publicatiedatum | 17-03-2023 |
Nummer | KST1080920 |
Kenmerk | 35434; 35497; 25295, nr. Y |
Externe link | origineel bericht |
Originele document in PDF |
Eerste Kamer der Staten-Generaal
Vergaderjaar 2022-2023
35 434 Tijdelijke voorzieningen op het terrein van het Ministerie van Justitie en
Veiligheid in verband met de uitbraak van COVID-19 (Tijdelijke wet COVID-19 Justitie en Veiligheid)
35 497 Tijdelijke voorzieningen op het terrein van het Ministerie van Onderwijs,
Cultuur en Wetenschap en het Ministerie van Justitie en Veiligheid, en tot wijziging van enkele wetten op het terrein van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat, het Ministerie van Justitie en Veiligheid en het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (Tweede Verzamelspoedwet COVID-19)
25 295 Infectieziektenbestrijding
Y1 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR RECHTSBESCHERMING
Aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal Den Haag, 16 maart 2023
Hierbij bied ik u het ontwerp van een koninklijk besluit, houdende verlenging van een aantal tijdelijke maatregelen die zijn getroffen naar aanleiding van de COVID-19-crisis. Voor deze maatregelen is wettelijk voorgeschreven dat de voordracht voor een verlengingsbesluit niet eerder gedaan wordt gedaan dan een week nadat het ontwerp aan beide Kamers van de Staten-Generaal is overgelegd.
De voorgenomen vaststelling van het besluit dient plaats te vinden vóór 1 april 2023 om het verval van de betreffende voorzieningen per die datum te voorkomen.
In de nota van toelichting bij het ontwerpbesluit is het voornemen geschetst om de voorzieningen die zien op het gebruik van videoconferentie in de rechtspraak na 1 juni 2023 niet meer te verlengen. Dit laat onverlet dat, zoals ook vóór de inwerkingtreding van de tijdelijke wetten het geval was, ook zonder wettelijke regeling in ieder geval met instemming van partijen gebruik kan worden gemaakt van videoconferentie. De inzet van videoconferentie blijft dus gewoon mogelijk, ook al ontbreekt een expliciete wettelijke regeling.
Tevens maak ik van deze gelegenheid gebruik om u te informeren over de vormgeving van de wettelijke grondslag om zaken via een videoverbinding te behandelen. In het tweede kwartaal van 2023 wordt verder gewerkt aan een structurele regeling voor de inzet van videoconferentie, waarin ook de procedurele- en technische waarborgen worden geregeld.
De minister voor Rechtsbescherming
F.M. Weerwind
2
De letter Y heeft alleen betrekking op 35 434.