Brief regering; Derde monitoringscyclus Kaderverdrag inzake de bescherming van nationale minderheden - Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (VII) voor het jaar 2019 - Hoofdinhoud
Deze brief is onder nr. 103 toegevoegd aan wetsvoorstel 35000 VII - Vaststelling begroting Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties 2019 i en dossier 35000 VII - Vaststelling begroting Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties 2019.
Inhoudsopgave
Officiële titel | Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (VII) voor het jaar 2019; Brief regering; Derde monitoringscyclus Kaderverdrag inzake de bescherming van nationale minderheden |
---|---|
Documentdatum | 11-07-2019 |
Publicatiedatum | 12-07-2019 |
Nummer | KST35000VII103 |
Kenmerk | 35000 VII, nr. 103 |
Commissie(s) | Binnenlandse Zaken (BIZA) |
Externe link | origineel bericht |
Originele document in PDF |
Tweede Kamer der Staten-Generaal
Vergaderjaar 2018-
2019
Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (VII) voor het jaar 2019
BRIEF VAN DE MINISTER VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Den Haag, 11 juli 2019
Bijgaand doe ik u een afschrift toekomen van de kabinetsreactie op de derde opinie van het adviescomité van de Raad van Europa met betrekking tot het Kaderverdrag inzake de bescherming van nationale minderheden1. In de bijlage vindt u tevens de derde rapportage van Nederland en de opinie van de Raad van Europa2.
Het Kaderverdrag inzake de bescherming van nationale minderheden, is als verdrag van de Raad van Europa in werking getreden op 1 februari 1998. Nederland heeft op 16 februari 2005 het Kaderverdrag inzake de bescherming van nationale minderheden van de Raad van Europa (RvE) geratificeerd, waarna het op 1 juni 2005 voor ons land in werking is getreden. In het kader van de verdragsverplichtingen is Nederland gehouden periodiek over de implementatie van het verdrag te rapporteren aan de Raad van Europa.
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
K.H. Ollongren
1 Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl
2 Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl
kst-35000-VII-103 ISSN 0921 - 7371 's-Gravenhage 2019
Tweede Kamer, vergaderjaar 2018-2019, 35 000 VII, nr. 103