Lijst van vragen: Verslag houdende een lijst van vragen inzake wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (VII) voor het jaar 2019 (Incidentele suppletoire begroting inzake Urgenda-maatregelen) - Wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (VII) voor het jaar 2019 (Incidentele suppletoire begroting inzake Urgenda-maatregelen)

Deze lijst van vragen i is onder nr. ? toegevoegd aan wetsvoorstel 35234 - Incidentele suppletoire begroting Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties 2019 (Urgenda-maatregelen) i.

1.

Kerngegevens

Officiële titel 35234 Verslag houdende een lijst van vragen inzake wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (VII) voor het jaar 2019 (Incidentele suppletoire begroting inzake Urgenda-maatregelen)
Document­datum 11-07-2019
Publicatie­datum 11-07-2019
Kenmerk 35234, nr. ?
Externe link origineel bericht

2.

Tekst

35234 Wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (VII) voor het jaar 2019 (Incidentele suppletoire begroting inzake Urgenda-maatregelen)

nr. Verslag houdende een lijst van vragen en antwoorden

Vastgesteld … 2019

De vaste commissie voor Binnenlandse Zaken, belast met het voorbereidend onderzoek van het wetsvoorstel, heeft de eer verslag uit te brengen in de vorm van een lijst van vragen met de daarop gegeven antwoorden.

Onder het voorbehoud dat de regering de vragen in dit verslag afdoende zal hebben beantwoord, acht de commissie hiermee de openbare behandeling van het voorstel van wet voldoende voorbereid.

De voorzitter van de commissie,

Ziengs

De griffier van de commissie,

Roovers

Nr

Vraag

Bijlage

Blz. (van)

t/m

1

Kunt u aangeven welk instrumenten zijn geïnventariseerd in het kader van stap 6 van het integraal afwegingskader met betrekking tot het bepalen van het beste instrument en welke afweging u hier heeft gemaakt?

2

Op welke manier zijn de medeoverheden betrokken bij de te nemen extra maatregelen om aan de Urgenda-uitspraak te voldoen? Kunt u per categorie medeoverheden (provincies, gemeenten en waterschappen) aangeven of zij n.a.v. de Urgenda-uitspraak extra maatregelen nemen om de CO2-uitstoot te reduceren en zo ja, wat dit voor maatregelen zijn?

3

Hoe is precies tot het totaal bedrag van 183 miljoen euro voor de begroting BZK gekomen?

4

Hoe is de onderverdeling tussen de SEEH en PRE regelingen precies totstand gekomen?

5

Op welke manier wordt gemonitord of deze extra middelen daadwerkelijk voldoende zijn?

6

Kunt u aangeven of een ex-ante evaluatie is gedaan om de gevolgen van maatregelen in kaart te brengen, conform stap 7 van het integraal afwegingskader?

7

Kunt u per maatregel aangeven hoeveel hiermee de uitstoot van broeikasgassen wordt verminderd en wat daarmee de kostenefficiëntie is?

8

Op welke wijze borgt u dat de middelen van de SEEH in 2019 tot uitputting komen, ook gegeven de kasschuif bij SEEH van 2019 naar latere jaren tijdens de VJN2019?

9

Kunt u nader toelichten waarom SEEH alleen geldt voor eigenaar-bewoners, en niet bijvoorbeeld ook opengesteld wordt voor eigenaar-verhuurders?

10

Op welke wijze wordt geborgd dat de middelen die aan het Gemeentefonds worden toegevoegd ten behoeve van de PRE-regeling ook daadwerkelijk aan dit doel worden uitgegeven?

11

Wordt de PRE-regeling via het Gemeentefonds opgezet als een specifieke uitkering?

12

Kunt u nader uiteenzetten op welke wijze het subsidiëren van private partijen via de PRE-regeling bijdraagt aan het nemen van energiebesparende maatregelen door bewoners?

13

Kunt u uiteenzetten waarom ervoor is gekozen de PRE-regeling (deels) via gemeenten te laten lopen, in plaats van middelen direct aan bewoners beschikbaar te stellen?

14

Kunt u aangeven waarom de PRE-regeling alleen is opengesteld ten behoeve van woningen en niet bijvoorbeeld ook voor panden met een kantoor- of zorgfunctie?

15

Kunt u nader ingaan op hoeveel CO2 -reductie er met zowel de aanvullende middelen voor de SEEH als voor de PRE-regeling wordt beoogd?

16

In hoeverre kan het waterzijdig inregelen van CV-installaties ingeregeld worden in de vereisten van de certificeringsplicht van monteurs van gasverbrandingsinstallaties, in plaats van in een apart opleidings- en leertraject?

Totaallijst feitelijke vragen Wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (VII) voor het jaar 2019 (Incidentele suppletoire begroting inzake Urgenda-maatregelen) (35234-0) 6/6


 
 
 

3.

Meer informatie

 

4.

Parlementaire Monitor

Met de Parlementaire Monitor volgt u alle parlementaire dossiers die voor u van belang zijn en bent u op de hoogte van alles wat er speelt in die dossiers. Helaas kunnen wij geen nieuwe gebruikers aansluiten, deze dienst zal over enige tijd de werkzaamheden staken.