Motie Rog c.s. over de samenwerking tussen Ouders & Onderwijs en de ouderverenigingen - Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (VIII) voor het jaar 2019 - Hoofdinhoud
Deze motie i is onder nr. 180 toegevoegd aan wetsvoorstel 35000 VIII - Vaststelling begroting Onderwijs, Cultuur en Wetenschap 2019 i.
Inhoudsopgave
Officiële titel | Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (VIII) voor het jaar 2019; Motie; Motie van het lid Rog c.s. over de samenwerking tussen Ouders & Onderwijs en de ouderverenigingen |
---|---|
Documentdatum | 15-05-2019 |
Publicatiedatum | 15-05-2019 |
Nummer | KST35000VIII180 |
Kenmerk | 35000 VIII, nr. 180 |
Externe link | origineel bericht |
Originele document in PDF |
Tweede Kamer der Staten-Generaal
Vergaderjaar 2018-2019
Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (VIII) voor het jaar 2019
Voorgesteld 15 mei 2019 De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
overwegende dat op initiatief van de overheid een aantal taken van de ouderverenigingen zijn overgedragen aan Ouders & Onderwijs, maar deze ledenverenigingen thans geen gesprekspartner zijn van Ouders & Onderwijs;
voorts overwegende dat Ouders & Onderwijs geen ledenvereniging is en er door de stichting Ouders & Onderwijs enerzijds en de ouderverenigingen anderzijds zeer verschillend wordt gedacht over de gewenste samenwerking en een passende organisatie en bestuursvorm;
verzoekt de regering, om met respect voor het pluriforme karakter van de ouderorganisaties en met behoud van de ontwikkelde expertise het initiatief te nemen te komen tot een nadere samenwerking en passende organisatie en bestuursvorm, waarbij er draagvlak is bij zowel Ouders & Onderwijs als bij de Oudervereniging Balans, Ouders van Waarde, de Vereniging Openbaar Onderwijs en de Reformatorische Oudervereniging,
en gaat over tot de orde van de dag.
Rog Bruins Van Meenen Bisschop
kst-35000-VIII-180 ISSN 0921 - 7371 's-Gravenhage 2019
Tweede Kamer, vergaderjaar 2018-2019, 35 000 VIII, nr. 180