Lijst van vragen en antwoorden over de situatie in Venezuela m.b.t. erkenning van Juan Guaidó - Het Nederlands buitenlands beleid ten aanzien van Latijns-Amerika en de Cariben

Deze lijst van vragen en antwoorden i is onder nr. 46 toegevoegd aan dossier 29653 - Nederlands buitenlands beleid ten aanzien van Latijns-Amerika en de Cariben.

1.

Kerngegevens

Officiële titel Het Nederlands buitenlands beleid ten aanzien van Latijns-Amerika en de Cariben; Lijst van vragen en antwoorden; Lijst van vragen en antwoorden over de situatie in Venezuela m.b.t. erkenning van Juan Guaidó
Document­datum 13-02-2019
Publicatie­datum 13-02-2019
Nummer KST2965346
Kenmerk 29653, nr. 46
Commissie(s) Buitenlandse Zaken (BUZA)
Externe link origineel bericht
Originele document in PDF

2.

Tekst

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Vergaderjaar 2018-

2019

29 653

Het Nederlands buitenlands beleid ten aanzien van Latijns-Amerika en de Cariben

Nr. 46

LIJST VAN VRAGEN EN ANTWOORDEN

Vastgesteld 15 februari 2019

De vaste commissie voor Buitenlandse Zaken heeft een aantal vragen voorgelegd aan de Minister van Buitenlandse Zaken over de brief van 4 februari 2019 inzake over de situatie in Venezuela m.b.t. erkenning van Juan Guaidó (Kamerstuk 29 653, nr. 45).

De Minister heeft deze vragen beantwoord bij brief van 13 februari 2019. Vragen en antwoorden zijn hierna afgedrukt.

De voorzitter van de commissie,

Pia Dijkstra

De griffier van de commissie,

Van Toor

kst-29653-46 ISSN 0921 - 7371 's-Gravenhage 2019

1

Wat zijn uw plannen nu u Guaidó heeft erkend als nieuwe president van Venezuela maar de de facto machthebbers in dat land niet wijken?

Antwoord

Met de erkenning van Guaidó als interim-president wil het Koninkrijk der Nederlanden het Venezolaanse volk in staat te stellen hun constitutionele rechten vrijelijk uit te laten oefenen en het opzetten van een eerlijk, transparant en democratisch electoraal proces dat voldoet aan internationale standaarden mogelijk maken. Het Koninkrijk zal diplomatieke en consulaire betrekkingen blijven onderhouden met de vertegenwoordigers van het Maduro-bewind nu het effectieve gezag in zijn handen is.

2

Is contact met u opgenomen vanuit de door u erkende president van Venezuela om het Venezolaanse diplomatieke personeel in Nederland te vervangen, aangezien zij de regering-Maduro vertegenwoordigen? Zo ja, hoe heeft u hierop gereageerd?

3

Wat vindt u ervan dat Guaidó landen verzoekt diplomatiek personeel op ambassades en consulaten te vervangen?

Antwoord op vraag 2 en 3

Het kabinet is niet bekend met dit verzoek. Toen ik 8 februari jl., met Guaidó telefoneerde, vertelde hij mij voornemens te zijn om een vertegenwoordiger te benoemen voor het Koninkrijk der Nederlanden. Zodra dit verzoek wordt gedaan zal dit in beraad worden genomen.

4

Hoeveel en welke landen hebben Guaido erkend als (interim-)president van Venezuela? Hoeveel landen hebben dat niet gedaan?

Antwoord

Momenteel hebben 23 EU-lidstaten Juan Guaidó als interim-president van Venezuela erkend. Nederland blijft bij de EU-lidstaten die deze stap nog niet hebben genomen aandringen dit alsnog te doen. In de Europese regio spraken ook de volgende landen steun uit: Noord-Macedonië, Oekraïne, IJsland, Andorra, Montenegro, Kosovo, Albanië en Georgië. In de Latijns-Amerikaanse regio hebben 15 landen waaronder de Lima-groep en de VS Guaidó erkend. Dat geldt ook voor Australië, Japan, Israël en Marokko. Een aantal landen waaronder Rusland, Turkije en Cuba heeft expliciet gesteld Maduro te blijven steunen.

5

Klopt het dat ook aanhangers van Maduro in grote getalen de straat op zijn gegaan? Hoe verhoudt dit zich tot demonstraties van aanhangers van Guaidó?

Antwoord

Er hebben ook pro-Maduro demonstraties plaats gevonden. Het kabinet beschikt niet over cijfers van de opkomst bij beide protesten.

6

Kunt u toelichten waarom de verkiezingen van mei vorig jaar frauduleus waren? Is er gefraudeerd bij het (tellen van de) stemmen?

Antwoord

In de Kamerbrief van 28 mei jl. over de actuele situatie in Venezuela (Kamerstuk 29 653, nr. 39) wordt uitgebreid ingegaan op het verloop van de presidentsverkiezingen alsmede de EU reactie waarin is gesteld dat verkiezingsproces en de verkiezingen niet geloofwaardig waren en waarin de EU de Venezolaanse autoriteiten opriep om nieuwe verkiezingen te houden volgens internationaal erkende standaarden.

Op 26 januari 2019 herhaalde Hoge Vertegenwoordiger Mogherini dat de verkiezingen niet vrij en niet eerlijk zijn verlopen en dat het verkiezingsproces democratische legitimiteit ontbrak.

7

Hoe draagt uw erkenning van Guaidó als president van Venezuela bij aan herstel van democratie? Is er nu meer democratie in Venezuela?

Antwoord

Guaidó is de voorzitter van het nationale parlement. Dit is nog de enige legitieme en democratisch gekozen instelling van Venezuela. Door Guaidó te erkennen als interim-president, met als doelstelling het houden van eerlijke, transparante en democratische presidentsverkiezingen, wordt bijgedragen aan het vergroten van de kansen op herstel van de democratie in Venezuela.

8

Is Guaidó bij machte vrije en eerlijke verkiezingen te organiseren?

Antwoord

Zolang het Maduro-bewind weigert de noodzakelijke democratische hervormingen door te voeren zijn verkiezingen die voldoen aan internationale standaarden niet mogelijk. Het is om die reden dat het parlement onder leiding van Guaidó een drietrapsbenadering hanteert; 1) het beëindigen van de onrechtmatige toe-eigening van de macht door Maduro 2) het vormen van een transitie regering om vervolgens 3) nieuwe presidentsverkiezingen te houden.

9

Hoe vaak heeft Nederland in het verleden een andere president in een land aangewezen dan de de facto president? Is hiervoor een precedent?

Antwoord

Sinds juli 1990 hanteert de Nederlandse regering het beleid dat alleen staten worden erkend, geen regeringen. Dat beleid is in overeenstemming met het internationaal recht dat in beginsel geen plicht, doch alléén een recht tot erkenning van regeringen kent. Van dat recht hoeft geen gebruik te worden gemaakt, maar het moet wel in overeenstemming met het internationaal recht worden uitgeoefend. Zie ook de brieven van de Minister van Buitenlandse Zaken van 4 juli 1990 (Kamerstuk 21 300 V, nr. 138) en 25 januari 1991 (Kamerstuk 21 800 V, nr. 62) aan Uw Kamer.

10

Onder welke omstandigheden acht u het gerechtvaardigd in een land een andere president te erkennen?

Antwoord

Het beleid van de Nederlandse regering sinds juli 1990 is dat alleen staten worden erkend, geen regeringen. Zie het antwoord op vraag 9.

Dit sluit echter niet uit dat bijzondere omstandigheden kunnen rechtvaardigen dat van dit uitgangspunt wordt afgeweken en ook een persoon of een groep als een vertegenwoordiger van een staat kan worden erkend. Het kabinet hanteert daarbij als uitgangspunt dat elke situatie op zijn eigen merites moet worden beoordeeld.

Wat betreft de huidige situatie in Venezuela is naar het oordeel van het kabinet sprake van bijzondere omstandigheden die afwijking van het beleidsuitgangspunt rechtvaardigen. Het kabinet constateert dat er in

Venezuela sprake is van een ernstige situatie, waarin de verkiezing van de zittende president niet eerlijk is verlopen en het parlement het enige democratisch gekozen orgaan van het land is. Onder deze omstandigheden acht het kabinet het gerechtvaardigd om de benoeming tot interim-president te erkennen met als doel organiseren van vrije en eerlijke verkiezingen. Dit oordeel wordt gedeeld door de meeste democratieën in Latijns-Amerika alsmede de meeste Europese lidstaten.

11

Bent u van oordeel dat Guaidó handelt op basis van de Venezolaanse Grondwet? Hoe beoordeelt u de argumenten van experts die stellen dat dat niet het geval is? (Bron: https://www.bloomberg.com/opinion/articles/ 2019-01-24/u-s-recognition-of-venezuela-s-guaido-is-disguised-regime-change

Antwoord

Het kabinet heeft kennis genomen van dit bericht. Het is niet aan de Nederlandse regering om een definitief oordeel te vellen over de rechtmatigheid van de benoeming tot interim-president. Het kabinet acht het tegen de achtergrond van de bijzondere omstandigheden gerechtvaardigd om de benoeming van Guiadó tot interim-president te erkennen met als doel het organiseren van vrije en eerlijke verkiezingen. Zie het antwoord op vraag 10.

12

Hoe verhoudt het erkennen van een andere president dan de de facto president zich tot het internationaal recht? Kan dit zomaar?

Antwoord

Het internationaal recht kent in beginsel geen plicht, doch alléén een recht tot erkenning van een persoon of groep als vertegenwoordiger van een staat. Van dat recht hoeft geen gebruik te worden gemaakt, maar het moet wel in overeenstemming met het internationaal recht worden uitgeoefend. Het beleid van de Nederlandse regering sinds juli 1990 is dat alleen staten worden erkend, geen regeringen. Dit sluit echter niet uit dat bijzondere omstandigheden kunnen rechtvaardigen dat van dit uitgangspunt wordt afgeweken. Zie het antwoord op vraag 10.

13

Heeft u intern of extern juridisch advies ingewonnen over het erkennen van Guaidó als president van Venezuela? Zo nee, waarom niet? Zo ja, wat is u geadviseerd en bent u bereid dit advies met de Kamer te delen?

Antwoord

Het kabinet is intern meermalen volkenrechtelijk geadviseerd over deze kwestie. Het kabinet hecht eraan dat ambtenaren hun ministers vrijelijk schriftelijk en/of mondeling kunnen adviseren. Het achteraf openbaar maken van schriftelijke adviezen staat daaraan in de weg.

14

Waarom zetten de VS naar uw oordeel in op regime change in Venezuela?

15

Welke belangen hebben de VS bij regime change in Venezuela?

Antwoord op vraag 14 en 15

De VS steunen, net zoals het overgrote deel van de EU, Guaidó als interim-president met als doel het herstel van de democratie en het houden van eerlijke en transparante presidentsverkiezingen.

16

Denkt u dat de diplomatieke betrekkingen met de regering-Maduro verslechteren door uw erkenning van Guaidó als president van Venezuela? Kunt u uw antwoord toelichten?

Antwoord

Venezuela is een belangrijk buurland van het Koninkrijk der Nederlanden. De erkenning van Guaido staan de reguliere diplomatieke en consulaire betrekkingen met Venezuela niet in de weg.

17

Wat zijn, naar uw verwachting, de gevolgen voor de bevolking van Venezuela van de harde economische sancties van de VS tegen Venezuela? Vreest u dat deze sancties de bevolking zullen raken?

Antwoord

Het instellen van sectorale sancties kan indirect de Venezolaanse bevolking raken. Om deze reden heeft de EU gekozen voor individuele sancties gericht op personen die zich schuldig maken aan mensenrechtenschendingen en ondermijning van de democratie.

18

Steunt u de Amerikaanse oproepen aan het Venezolaanse leger om zich tegen de regering-Maduro te keren? Zo ja, waarom? En wat verwacht u dat er gebeurt als delen van het Venezolaanse leger gehoor geven aan deze oproep?

Antwoord

Het Koninkrijk der Nederlanden en de EU hebben geen oproepen aan het Venezolaanse leger gedaan.

19

Welke pogingen zijn er nu om te bemiddelen tussen de twee kampen in Venezuela? Klopt het dat Guaidó en de VS niet in willen gaan op dergelijke bemiddelingspogingen, bijvoorbeeld van Mexico en Uruguay? Hoe beoordeelt u deze onwil?

Antwoord

Het Koninkrijk der Nederlanden neemt deel aan de door de EU opgerichte International Contact Group (ICG). Deze is gericht op het bijdragen aan het creëren van de voorwaarden voor een politiek proces in Venezuela dat kan leiden tot het houden van vrije, transparante en geloofwaardige verkiezingen. De eerste bijeenkomst in Uruguay op 7 februari jl. heeft geleid tot het besluit om een technische missie naar Venezuela te sturen die de mogelijkheden zal onderzoeken om nieuwe presidentsverkiezingen te houden en hoe de weg vrij te maken voor urgente humanitaire hulp. Maduro heeft meerdere malen bewezen niet bereid te zijn om de democratie in Venezuela te herstellen of serieuze onderhandelingen met de oppositie aan te gaan om een politieke oplossing te bereiken. Gelet op de omstandigheden ziet de EU, net als interim-president Guaidó en de VS, op dit moment geen toegevoegde waarde in een formeel bemiddelingsproces of een formele dialoog. We zullen het Maduro-bewind blijven oproepen de noodzakelijke stappen te ondernemen die een herstel van de Venezolaanse democratie mogelijk maken.

20

Wat zijn de gevolgen van de economische boycot voor de verschillende aspecten van de olieverwerking op de afzonderlijke Antilliaanse eilanden die tot het Koninkrijk behoren, al dan niet als gemeente? Kunt u dat toelichten met betrekking tot opslag, prijs van de opslag, raffinage en werkgelegenheid? In hoeverre wordt er nog samengewerkt met Venezuela in de olie-industrie?

21

Wat is de betekenis van de Amerikaanse sancties van de Venezolaanse staatsoliemaatschappij voor de positie van raffinaderijen en olieopslag-plaatsen op de diverse Antilliaanse eilanden van het Koninkrijk der Nederlanden? Wat zijn de gevolgen voor de werkgelegenheid op de Antilliaanse eilanden van het Koninkrijk?

Antwoord op vraag 20 en 21

Op 8 februari jl. heeft de Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties uw Kamer schriftelijk geïnformeerd over de mogelijke gevolgen voor het Koninkrijk van de sancties die zijn opgelegd aan Petroleos de Venezuela, S.A. (PdVSA) en daaraan gelieerde bedrijven. In deze brief is gesteld dat de exacte gevolgen voor het Caribisch deel van het Koninkrijk op dit moment lastig in te schatten zijn. Daar wil het kabinet ook niet over speculeren. In algemene zin kan wel gesteld worden dat PdVSA en de daaraan gelieerde (dochter)bedrijven door de oliesancties van de VS in nog zwaarder weer terechtkomen. Wat betreft de leveringszekerheid van brandstoffen worden op dit terrein geen directe problemen verwacht. Alle eilanden beschikken over noodvoorraden om een eventuele verstoring van leveringen op te kunnen vangen. Bovendien hebben alle eilanden via de internationale markt toegang tot een grote verscheidenheid van aanbieders van brandstoffen. Het kabinet houdt de verdere ontwikkelingen uiterst nauwlettend in de gaten, en staat hierover ook in goed contact met de (lokale) autoriteiten van Aruba, Curagao en Bonaire.

22

Wat wordt bedoeld met de uitspraak van de premier van Aruba, mevrouw Wever-Croes: «Ook de marine is startklaar om in actie te komen als nodig.»? Kunt u uitsluiten dat de marine of ieder ander deel van de Nederlandse militaire infrastructuur wordt gebruikt bij militair optreden tegen het Venezuela van Maduro of voor het Venezuela van Guaidó? Zo nee, waarom niet?

(Bron: Amigoe, 7 februari 2019, «Pre-screening om gedeporteerde personen tegen te houden».)

Antwoord

Het Ministerie van Defensie is altijd paraat. Van een directe bedreiging voor de soevereiniteit of de territoriale integriteit van het Koninkrijk is op dit moment geen sprake. Het kabinet volgt de ontwikkelingen nauwgezet, inclusief de militaire dimensie. Als daartoe aanleiding is, zullen er passende maatregelen worden genomen.

23

Hebben de Amerikaanse autoriteiten uw medewerking gevraagd in militair operationele samenwerking op of vanaf de Nederlandse Antilliaanse eilanden en bases? Zo ja, op welke manier? Kunt u dat toelichten?

Antwoord

Er is geen formeel verzoek ontvangen waarin de Amerikaanse autoriteiten om medewerking vragen op het terrein van militair-operationele samenwerking.

24

Wat is het gevolg van de erkenning van Guaidó voor de opstelling van de Nederlandse krijgsmacht op de Nederlandse Antillen, met name voor de basis Hato op Curagao?

Antwoord

Van een directe bedreiging voor de soevereiniteit of de territoriale integriteit van het Koninkrijk is op dit moment geen sprake. Daarnaast is er geen sprake van een militaire basis op Hato Airport, de marinebasis heet Parera. Zie verder het antwoord op vraag 22.

25

Wat betekent de erkenning van Guaidó voor de export van goederen naar Venezuela en in het bijzonder de export van militaire goederen of dual-use goederen?

(Bron: https://broekstukken.blogspot.com/2017/11/eu-imposes-weak-arms-embargo-on.html)

Antwoord

Sinds 13 november 2017 is een gericht wapenembargo van kracht op Venezuela. Dit wapenembargo is onverminderd van toepassing op het Nederlandse beleid ten aanzien van de uitvoer van strategische goederen naar Venezuela. Eventuele wijzigingen ten aanzien van dit wapenembargo worden in Europees verband afgesproken.

26

Wat kunnen volgens u de gevolgen zijn van een militaire interventie en/of toenemend geweld in Venezuela voor Venezolanen en de ABC-eilanden en de bevolking?

Antwoord

Over eventuele toekomstige ontwikkelingen en scenario's wordt niet gespeculeerd. Het Ministerie van Defensie staat vanuit zijn Koninkrijkstaak echter altijd paraat, is op alle scenario's voorbereid, en staat voortdurend in contact met de autoriteiten van de Benedenwindse eilanden. In dat kader is de stafcapaciteit van de Commandant der Zeemacht in het Caribisch Gebied (CZMCARIB) beperkt versterkt.

27

Welke diplomatieke wegen bewandelt u voor de-escalatie en vreedzame oplossingen van de politieke, sociale en humanitaire crisis in Venezuela?

Antwoord

Zie het antwoord op vraag 1, 2, 3 en 19.

Tweede Kamer, vergaderjaar 2018-2019, 29 653, nr. 46 7


 
 
 

3.

Meer informatie

 

4.

Parlementaire Monitor

Met de Parlementaire Monitor volgt u alle parlementaire dossiers die voor u van belang zijn en bent u op de hoogte van alles wat er speelt in die dossiers. Helaas kunnen wij geen nieuwe gebruikers aansluiten, deze dienst zal over enige tijd de werkzaamheden staken.