Lijst met EU-voorstellen commissie voor Justitie en Veiligheid tot 16 januari 2019

1.

Kerngegevens

Officiële titel Lijst met EU-voorstellen commissie voor Justitie en Veiligheid tot 16 januari 2019
Document­datum 18-01-2019
Publicatie­datum 18-01-2019
Commissie(s) Justitie en Veiligheid (JV)
Externe link origineel bericht

2.

Tekst

Vaste commissie voor Justitie en Veiligheid

Overzicht nieuw gepubliceerde EU-voorstellen

Datum: 16-01-2019

Voorstellen verschenen in de periode t/m 16 januari 2019

Naar aanleiding van het vastgestelde rapport ‘Voorop in Europa’ (Kamerstuk 33936, nr. 2) wordt standaard op de procedurevergadering een overzicht geagendeerd van nieuwe ontwerp-EU-verordeningen en richtlijnen, Groen- en Witboeken, mededelingen en openbare raadplegingen op het terrein van J&V die sinds de vorige procedurevergadering zijn verschenen. Dit geldt ook voor voorstellen voor (Raads)besluiten en verslagen die niet uitsluitend technisch van aard zijn. Naar aanleiding van dit overzicht kan de commissie besluiten een of meer vermelde EU-voorstellen die van belang worden geacht in behandeling te nemen. Daartoe worden in de kolom ‘Opmerking’ behandelvoorstellen gedaan. Los hiervan wordt u door de regering geïnformeerd via BNC-fiches, geannoteerde agenda’s en de voortgang in EU-dossiers zoals vastgelegd in informatieafspraken met de Kamer (Kamerstuk 22112, nr. 1985).

Onderaan deze lijst (bijlage) treft u een overzicht aan van vaak voorkomende EU-instrumenten en een (niet uitputtend) overzicht van momenten waarop u als commissie of als fractie invloed kunt uitoefenen op de vorming van EU beleid: hetzij via het kabinet; hetzij zelf in Brussel.

Nummer

Publicatie-

datum

Soort

Titel

COM-nummer

Deadline

Sub.toets

Opmerking

Onderwerpen op het terrein van Justitie& Veiligheid

1.

11-12-2018

Mededeling

MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT, DE EUROPESE RAAD EN DE RAAD Zeventiende voortgangsverslag over de totstandbrenging van een echte en doeltreffende Veiligheidsunie Lijst van wetgevingsinitiatieven

COM (2018) 845 i

Voorstel: Voor kennisgeving aannemen

Dit is het zeventiende voortgangsverslag over de totstandbrenging van een echte en doeltreffende Veiligheidsunie. Het aanpakken van terrorisme, de georganiseerde misdaad en de middelen die deze in stand houden plus het versterken van de maatregelen om de EU beter te verdedigen en te wapenen tegen deze bedreigingen komen aan de orde. De voorzitters van het Europees Parlement, de Raad en de Commissie hebben in hun gezamenlijke verklaring over de wetgevingsprioriteiten van de EU voor 2018-19 de bescherming van de veiligheid van EU-burgers aangemerkt als een van de hoogste prioriteiten.

2.

19-12-2018

Mededeling

MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD Stand van zaken en verdere stappen met betrekking tot de situatie van niet-wederkerigheid op het gebied van visa

COM (2018) 855 i

Voorstel: BNC-fiche afwachten en t.z.t. agenderen voor een overleg over de JBZ-Raad.

In deze mededeling wordt verslag uitgebracht over de vooruitgang die de afgelopen twaalf maanden is geboekt bij de totstandbrenging van visumwederkerigheid met de Verenigde Staten. Visumwederkerigheid is een grondbeginsel van het gemeenschappelijk visumbeleid van de EU en de Commissie blijft zich ten volle inzetten om visumvrij reizen naar de Verenigde Staten mogelijk te maken voor de burgers van alle EU-lidstaten.

3.

07-01-2019

Verordening

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD tot vaststelling van de voorwaarden voor toegang tot andere EU-informatiesystemen en tot wijziging van Verordening (EU) 2018/1862 en Verordening (EU) yyyy/xxx [ECRIS-TCN]

COM (2019) 3 i

12-03-2019

Voorstel: BNC-fiche afwachten en t.z.t. agenderen voor een overleg over de JBZ-Raad.

In september 2018 hebben de Raad en het Europees Parlement een verordening tot oprichting van een Europees reisinformatie en -autorisatiesysteem (Etias) en een wijziging van de Europol-verordening met het oog op de oprichting van Etias vastgesteld. Etias maakt het mogelijk informatie te vergaren over reizigers die zonder visum de buitengrenzen mogen overschrijden. Het onderhavige voorstel beoogt interoperabiliteit in juridische zin tussen verschillende informatiesystemen en Etias tot stand te brengen.

4.

07-01-2019

Verordening

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD tot vaststelling van de voorwaarden voor toegang tot andere EU-informatiesystemen voor de doeleinden van Etias en tot wijziging van Verordening (EU) 2018/1240, Verordening (EG) nr. 767/2008 i, Verordening (EU) 2017/2226 en Verordening (EU) 2018/1861

COM (2019) 4 i

Nog niet bekend

Voorstel: BNC-fiche afwachten en t.z.t. agenderen voor een overleg over de JBZ-Raad.

Dit voorstel heeft dezelfde strekking als onder nummer 3. Omdat een aantal lidstaten niet volledig deelneemt aan onderdelen van de Europese justitiële samenwerking, zijn twee aparte verordeningen nodig.

5.

13-12-2018

Besluit

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende de sluiting van een protocol tussen de Europese Unie, de Republiek IJsland en het Koninkrijk Noorwegen inzake de toegang tot Eurodac voor rechtshandhavingsdoeleinden bij de overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap, de Republiek IJsland en het Koninkrijk Noorwegen betreffende de criteria en de mechanismen voor de vaststelling van de staat die verantwoordelijk is voor de behandeling van een asielverzoek dat in een lidstaat, in IJsland of in Noorwegen wordt ingediend

COM (2018) 826 i

Voorstel: desgewenst betrekken bij het AO van 6 februari 2019 over de JBZ-Raad van 7 en 8 februari 2019.

Verordening (EU) nr. 603/2013 i maakt het onder meer mogelijk dat rechtshandhavingsinstanties kunnen verzoeken om raadpleging van Eurodac (vergelijking van vingerafdrukgegevens) voor het voorkomen, opsporen en onderzoeken van terroristische misdrijven en andere ernstige strafbare feiten. et doel van dit protocol is de totstandbrenging van juridisch bindende rechten en verplichtingen om te waarborgen dat IJsland en Noorwegen effectief deelnemen aan de rechtshandhavingsonderdelen van Verordening (EU) nr. 603/2013 i.

6.

13-12-2018

Besluit

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende de ondertekening, namens de Europese Unie, van een protocol tussen de Europese Unie, de Republiek IJsland en het Koninkrijk Noorwegen inzake de toegang tot Eurodac voor rechtshandhavingsdoeleinden bij de overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap, de Republiek IJsland en het Koninkrijk Noorwegen betreffende de criteria en de mechanismen voor de vaststelling van de staat die verantwoordelijk is voor de behandeling van een asielverzoek dat in een lidstaat, in IJsland of in Noorwegen wordt ingediend

COM (2018) 827 i

Zie onder 5.

7.

13-12-2018

Besluit

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende de sluiting van een protocol tussen de Europese Unie, de Zwitserse Bondsstaat en het Vorstendom Liechtenstein inzake de toegang tot Eurodac voor rechtshandhavingsdoeleinden bij de overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de criteria en mechanismen voor de vaststelling van de staat die verantwoordelijk is voor de behandeling van een asielverzoek dat in een lidstaat of in Zwitserland wordt ingediend

COM (2018) 828 i

Voorstel: desgewenst betrekken bij het AO van 6 februari 2019 over de JBZ-Raad van 7 en 8 februari 2019.

Verordening (EU) nr. 603/2013 i maakt het onder meer mogelijk dat rechtshandhavingsinstanties kunnen verzoeken om raadpleging van Eurodac (vergelijking van vingerafdrukgegevens) voor het voorkomen, opsporen en onderzoeken van terroristische misdrijven en andere ernstige strafbare feiten. et doel van dit protocol is de totstandbrenging van juridisch bindende rechten en verplichtingen om te waarborgen dat Zwitserland en Liechtenstein effectief deelnemen aan de rechtshandhavingsonderdelen van Verordening (EU) nr. 603/2013 i.

8.

13-12-2018

Besluit

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende de ondertekening, namens de Europese Unie, van een protocol tussen de Europese Unie, de Zwitserse Bondsstaat en het Vorstendom Liechtenstein inzake de toegang tot Eurodac voor rechtshandhavingsdoeleinden bij de overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de criteria en mechanismen voor de vaststelling van de staat die verantwoordelijk is voor de behandeling van een asielverzoek dat in een lidstaat of in Zwitserland wordt ingediend

COM (2018) 831 i

Zie onder 7.

9.

14-12-2018

Besluit

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende de sluiting van een protocol bij de overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en het Koninkrijk Denemarken betreffende de criteria en instrumenten om te bepalen welke staat verantwoordelijk is voor de behandeling van een asielverzoek dat wordt ingediend in Denemarken of een andere lidstaat van de Europese Unie en „Eurodac” voor de vergelijking van vingerafdrukken ten behoeve van een doeltreffende toepassing van de Overeenkomst van Dublin, waarbij die overeenkomst wordt uitgebreid tot rechtshandhaving

COM (2018) 835 i

Voorstel: desgewenst betrekken bij het AO van 6 februari 2019 over de JBZ-Raad van 7 en 8 februari 2019.

Verordening (EU) nr. 603/2013 i maakt het onder meer mogelijk dat rechtshandhavingsinstanties kunnen verzoeken om raadpleging van Eurodac (vergelijking van vingerafdrukgegevens) voor het voorkomen, opsporen en onderzoeken van terroristische misdrijven en andere ernstige strafbare feiten. et doel van dit protocol is de totstandbrenging van juridisch bindende rechten en verplichtingen om te waarborgen dat Denemarken effectief deelnemen aan de rechtshandhavingsonderdelen van Verordening (EU) nr. 603/2013 i.

10.

14-12-2018

Besluit

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende de ondertekening, namens de Europese Unie, van een protocol bij de overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en het Koninkrijk Denemarken betreffende de criteria en instrumenten om te bepalen welke staat verantwoordelijk is voor de behandeling van een asielverzoek dat wordt ingediend in Denemarken of een andere lidstaat van de Europese Unie en „Eurodac” voor de vergelijking van vingerafdrukken ten behoeve van een doeltreffende toepassing van de Overeenkomst van Dublin, waarbij die overeenkomst wordt uitgebreid tot rechtshandhaving

COM (2018) 836 i

Zie onder 9.

11.

19-12-2018

Verslag

VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD TWEEDE VERSLAG IN HET KADER VAN HET OPSCHORTINGSMECHANISME VOOR DE VISUMVRIJSTELLING

COM (2018) 856 i

Voorstel: Voor kennisgeving aannemen

Dit tweede verslag in het kader van het opschortingsmechanisme voor de visumvrijstelling komt voort uit de taak van de Commissie om erop toe te zien dat derde landen voortdurend aan de voorwaarden voor visumliberalisering voldoen en om ten minste eenmaal per jaar hierover verslag uit te brengen aan het Europees Parlement en de Raad. Voor de landen in het Schengen-gebied wordt ingegaan op irreguliere migratie, met inbegrip van overname en openbare orde en veiligheid.

12.

18-12-2018

Verslag

VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD over de tenuitvoerlegging van Richtlijn 2010/64 i/EU van het Europees Parlement en de Raad betreffende het recht op vertolking en vertaling in strafprocedures

COM (2018) 857 i

Voorstel: Voor kennisgeving aannemen

De richtlijn voorziet in het algemene recht op vertolking en vertaling in strafprocedures, vanaf het moment waarop de bevoegde autoriteiten de betrokkenen ervan in kennis stellen dat zij ervan worden verdacht of beschuldigd een strafbaar feit te hebben begaan tot de beëindiging van de procedure. In dit verslag wordt de toepassing van de richtlijn geëvalueerd. Bij de beoordeling zijn in een aantal lidstaten conformiteitsproblemen aan het licht gekomen, in het bijzonder in verband met de communicatie tussen de verdachte of beklaagde en zijn raadsman, de vertaling van essentiële processtukken en de kosten van vertolking en vertaling.

13.

18-12-2018

Verslag

VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD over de tenuitvoerlegging van Richtlijn 2012/13 i/EU van het Europees Parlement en de Raad van 22 mei 2012 betreffende het recht op informatie in strafprocedures

COM (2018) 858 i

Voorstel: Voor kennisgeving aannemen

De richtlijn voorziet in het recht op informatie in strafprocedures en procedures ter uitvoering van een Europees aanhoudingsbevel. In dit verslag wordt de toepassing van de richtlijn geëvalueerd Bij de beoordeling zijn in een aantal lidstaten conformiteitsproblemen aan het licht gekomen, in het bijzonder in verband met de verklaring van rechten in strafprocedures en procedures ter uitvoering van een Europees aanhoudingsbevel, het recht op informatie over de beschuldiging en het recht op toegang tot de stukken van het dossier.

14.

19-12-2018

Verslag

VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD over de tweede evaluatie van de werking van het EU-VS-privacyschild

COM (2018) 860 i

Voorstel: desgewenst betrekken bij het AO van 6 februari 2019 over de JBZ-Raad van 7 en 8 februari 2019.

Het huidige verslag sluit de tweede jaarlijkse evaluatie van de werking van het privacyschild af. Op basis van die bevindingen concludeert de Commissie dat de Verenigde Staten nog steeds een passend beschermingsniveau waarborgen voor persoonsgegevens die in het kader van het privacyschild vanuit de Unie worden doorgegeven naar organisaties in de Verenigde Staten.

15.

07-01-2019

Besluit

Proposal for a COUNCIL DECISION on the position to be taken, on behalf of the European Union, in the sixty-second session of the Commission on Narcotic Drugs on the scheduling of substances under the Single Convention on Narcotic Drugs of 1961, as amended by the 1972 Protocol, and the Convention on Psychotropic Substances of 1971

COM (2018) 862 i

Voorstel: desgewenst betrekken bij het AO van 6 februari 2019 over de JBZ-Raad van 7 en 8 februari 2019.

Het Verdrag van de Verenigde Naties inzake verdovende middelen van 1961 heeft tot doel drugsverslaving tegen te gaan door gecoördineerde internationale actie. De WHO heeft de secretaris-generaal van de VN aanbevolen om 10 stoffen toe te voegen die kritisch zijn beoordeeld door het deskundigencomité van de WHO inzake drugsverslaving. De Commissie voor verdovende middelen van de VN heeft van 18 tot 22 maart 2019 zitting om hierover te besluiten. Van de 10 stoffen zijn slechts 4 stoffen al onderhevig aan controlemaatregelen in de EU. De Commissie raadt aan om het voorstel te ondersteunen.

16.

11-01-2019

Besluit

Voorstel voor een UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD betreffende de overgangsmaatregelen voor de benoeming van de Europese aanklagers voor en gedurende de eerste ambtstermijn, overeenkomstig artikel 16, lid 4, van Verordening (EU) 2017/1939 betreffende nauwere samenwerking bij de instelling van het Europees Openbaar Ministerie ("EOM")

COM (2019) 2 i

Voorstel: desgewenst betrekken bij het AO van 6 februari 2019 over de JBZ-Raad van 7 en 8 februari 2019.

Europese aanklagers voor het Europees Openbaar Ministerie (EOM) worden benoemd voor een niet-hernieuwbare ambtstermijn van zes jaar. Om de drie jaar wordt een derde van de Europees aanklagers vervangen. Dit voorstel bevat overgangsbepalingen voor de vervanging van een deel van de eerste groep benoemde Europese aanklagers. Volgens de voorgestelde regels wordt één derde van de Europees aanklagers benoemd voor een ambtstermijn van drie jaar in plaats van de gebruikelijke ambtstermijn van zes jaar en worden zij vervolgens vervangen om te voldoen aan de regel inzake de gedeeltelijke vervanging. Ter waarborging van een onpartijdig, transparant en billijk systeem om te bepalen welke Europese aanklagers worden benoemd voor een eerste kortere ambtstermijn, wordt een systeem op basis van loting voorgesteld.

Bijlage: behandelmogelijkheden EU-voorstellen

Hieronder treft u een overzicht aan van vaak voorkomende EU-instrumenten en een (niet uitputtend) overzicht van momenten waarop u als commissie of als fractie invloed kunt uitoefenen op de vorming van EU beleid: hetzij via het kabinet; hetzij zelf in Brussel.

Indien de Europese Commissie een als prioritair aangemerkt EU-voorstel publiceert, wordt dit met een behandelvoorstel op de agenda van een procedurevergadering geagendeerd. In EU-notities en EU-signaleringen, bijvoorbeeld ter voorbereiding op bijeenkomsten van Europese Raden, wordt ook ingegaan op parlementaire beïnvloedingsmomenten in het EU-proces.

Soort Instrument

Toelichting

Mogelijke beïnvloedingsmomenten

Wetgevende, bindende rechtshandelingen1

Verordening

Een verordening heeft een algemene strekking, is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat. Dit betekent dat een verordening algemene regels stelt die voor een ieder gelden, direct van toepassing zijn in de nationale rechtsorde en voorrang hebben op (eventueel strijdig) nationaal recht. Soms is aanvullende wetgeving nodig om de verordening volledig te operationaliseren (bijvoorbeeld bij het aanwijzen van een nationale toezichthouder). Een door de EU wetgever (Raad en/of Europees Parlement) aangenomen verordening komt niet terug in de Kamer voor behandeling.

  • ambtenaren of Commissaris Europese Commissie (de ‘auteurs’) uitnodigen voor briefing/gesprek, evt. via videoconferentie.
  • subsidiariteitstoets overwegen: let op termijn (zie hieronder).
  • behandelvoorbehoud overwegen: let op termijn (zie hieronder).
  • ad-hoc rapporteur(s) binnen de commissie(s) benoemen.
  • tijdens overleg met kabinet NL onderhandelingsinzet aan de orde stellen, evt. aan de hand van het “BNC-fiche”.2
  • EP-rapporteur uitnodigen, evt. via videoconferentie.
  • NB: Pas na afronding van het onderhandelingstraject: nationale wetgevingstraject monitoren (i.h.k.v. omzetting naar nationale wetgeving).

Richtlijn

Een richtlijn is verbindend ten aanzien van het te bereiken resultaat - aan de nationale instanties wordt de bevoegdheid gelaten vorm en middelen te kiezen. Lidstaten dienen richtlijnen om te zetten in nationaal recht - pas dan treden de regels in werking. Een richtlijn laat zo ruimte aan lidstaten om zelf invulling te geven aan het verwezenlijken van een gemeenschappelijk vastgesteld doel. In de praktijk kunnen richtlijnen zeer gedetailleerde bepalingen bevatten. Daarnaast bieden richtlijnen geen soms geen enkele ruimte om andere regels te stellen. Een aangenomen richtlijn komt terug in de Kamer indien er implementatiewetgeving wordt voorgesteld.

(Besluit)

Een besluit is verbindend in al zijn onderdelen. Indien de adressanten worden vermeld, is zij alleen voor hen verbindend. Met besluiten kunnen algemeen verbindende voorschriften worden toegepast op een concreet geval. Daarnaast kunnen besluiten ook algemeen verbindende voorschriften bevatten. In dat laatste geval is sprake van een wetgevende handeling, in dat eerste geval niet.

Voor wetgevende besluiten kan gekozen worden als richtlijnen en verordeningen niet geschikt zijn als instrument. Niet-wetgevende besluiten kunnen gericht zijn tot individuele of alle lidstaten (bv. maatregelen tegen onrechtmatige staatssteun) of individuen (natuurlijke personen en rechtspersonen) (bv in mededingingszaken). Verder is er nog een aantal bijzondere besluiten, zoals direct op de Verdragen gebaseerde uitvoeringsbepalingen; besluiten van de Europese Raad (bv het meerjarenplan op JBZ-gebied); en besluiten op het terrein van het Gemeenschappelijk Buitenlands- en Veiligheidsbeleid en besluiten tot het sluiten van internationale verdragen. Deze zijn in de regel niet wetgevend. Indien een besluit alleen door de Commissie wordt genomen, is het een niet-wetgevend besluit. Besluiten op voorstel van de Europese Commissie, genomen door de Raad en het Parlement zullen in de regel wetgevend zijn. Dit zal van geval tot geval moeten worden beoordeeld.

Niet-wetgevende bindende rechtshandelingen

Gedelegeerde handeling

In een wetgevingshandeling (richtlijn, verordening) kan aan de Europese Commissie de bevoegdheid worden overgedragen om niet-wetgevingshandelingen van algemene strekking vast te stellen ter aanvulling of wijziging van bepaalde niet-essentiële onderdelen van de wetgevingshandeling. Essentiële onderdelen van een gebied worden uitsluitend bij een wetgevingshandeling geregeld en kunnen derhalve niet het voorwerp zijn van bevoegdheidsdelegatie. Experts, o.a. uit nationale lidstaten geven in een expertgroep advies over een voorstel tot gedelegeerde handeling. De Commissie stelt de handeling vast. Raad en Europees Parlement kunnen bezwaar maken of de bevoegdheid van de Commissie om de gedelegeerde handeling vast te stellen intrekken.

  • kabinet per brief of tijdens overleg bevragen over stand van zaken en appreciatie EU onderhandelingen en NL inzet, inclusief het voornemen van NL of andere lidstaten om binnen de Raad een bezwaarprocedure te initiëren of een procedure tot intrekking van de delegatie.

Uitvoerings-handeling

Indien de implementatie van Unierecht volgens uniforme standaarden van procedurele aard moeten plaatsvinden, kan de Europese Commissie de bevoegdheid worden overgedragen om uitvoeringshandelingen vast te stellen. Uitvoeringshandelingen gaan vaak om een nadere praktische of technische uitwerking van regels die al bestaan, zoals templates, procedures, deadlines, etc. Er wordt over onderhandeld door comités van nationale ambtenaren, voorgezeten door de Europese Commissie. De Commissie stelt de uitvoeringshandeling vast.

  • kabinet per brief of tijdens algemeen overleg/debat bevragen over stand van zaken en appreciatie EU onderhandelingen en NL inzet.
  • op basis van de (gewijzigde) motie Van Gent dient het kabinet de Kamer afschriften te sturen van zijn correspondentie met de Europese Commissie over de uitvoering van Europese regelgeving.

Handelingen vastgesteld volgens de regelgevingsprocedure met toetsing

Deze procedure komt nog voor in Europese wetgeving van voor 2009. Bij deze procedure wordt de Europese Commissie geadviseerd door een zogeheten regelgevend comité met toetsing met vertegenwoordigers van lidstaten. Dit comité spreekt zich met gekwalificeerde meerderheid van stemmen uit over het voorstel. EP en Raad kunnen bezwaar maken.

  • kabinet per brief of tijdens overleg bevragen over stand van zaken en appreciatie EU onderhandelingen en NL inzet, inclusief het voornemen van NL of andere lidstaten om binnen de Raad een bezwaarprocedure te initiëren.

Bijzondere rechtshandelingen

Er bestaan nog andere typen niet-wetgevende rechtshandelingen waarvan op voorhand niet te zeggen zijn of zij bindend zijn of niet. Bijvoorbeeld meerjarige kaderprogramma’s of actieprogramma’s. Deze programma’s worden vastgesteld volgens dezelfde wetgevingsprocedures als richtlijnen en verordeningen. Het is zaak goed in de teksten te bezien wat de voorgestelde rechtskracht is.

  • kabinetsappreciatie (‘BNC-fiche’) vragen, bespreken.
  • ambtenaren of Commissaris van Europese Commissie (de ‘auteurs’) uitnodigen voor briefing/gesprek, evt. via videoconferentie
  • indien het Europees Parlement een rapporteur heeft aangesteld kan deze desgewenst worden uitgenodigd voor een gesprek.
  • uw commissie kan op dit onderwerp een ad-hoc rapporteur benoemen

nationale wetgevingstraject (i.h.k.v. omzetting van richtlijn naar nationale wetgeving).

Niet-bindende handelingen (soft-law)

Advies, aanbeveling, mededeling

De EU kent een grote hoeveelheid uiteenlopende typen beleid (‘soft law’) zonder bindende rechtskracht, maar soms met juridische effecten, zoals aanbevelingen en adviezen, resoluties, verklaringen, notificaties, mededelingen, handboeken, gedragscodes, etc. Zij kunnen op verschillende manieren toch effect hebben: zo is bijvoorbeeld de Europese Commissie (en soms ook de lidstaten) gebonden aan het eigen beleid. Daarnaast moet bij de toepassing van het ‘harde’ Unierecht gekeken worden naar soft-law.

  • kabinet om appreciatie in de vorm van BNC-fiche verzoeken aangezien over deze categorie niet standaard een fiche wordt gemaakt.

Overige handelingen en instrumenten

Routekaart, actieplannen, strategie, agenda

Via routekaarten, actieplannen, strategieën en agenda’s informeert de Europese Commissie belanghebbenden en burgers over nieuwe initiatieven, evaluaties en geschiktheidscontroles. In deze documenten voor nieuwe initiatieven wordt uitgelegd wat het probleem is, wat de Commissie wil bereiken, waarom juist de EU maatregelen moet nemen, wat de toegevoegde waarde is en welke alternatieven er zijn. In deze documenten voor evaluaties en geschiktheidscontroles wordt bepaald wat er geëvalueerd moet worden en welke aspecten moeten worden onderzocht.

  • kabinet om appreciatie in de vorm van BNC-fiche verzoeken aangezien over deze categorie niet standaard een fiche wordt gemaakt
  • en/of kabinet vragen om NL inzet (per commissiebrief of tijdens algemeen overleg/debat).

Groen- en witboek

Groenboek: een discussiestuk, waarmee de Europese Commissie de stand van zaken inventariseert omtrent een onderwerp. Ook doet ze aanbevelingen voor nieuw beleid.

Witboek: hierin zet de Europese Commissie uiteen hoe zij bepaalde doelen wil bereiken. Vaak worden in een witboek al concrete voorstellen uitgewerkt en toegelicht.

De Europese Commissie nodigt overheden, nationale parlementen en andere organisaties uit om binnen een bepaalde termijn op een Groen- of Witboek te reageren.

  • desgewenst ambtenaren EC of Europees Commissaris uitnodigen voor een toelichting.
  • in commissieverband (via schriftelijke inbreng in de vorm van een politieke dialoog) of als lid, burger of via fracties een reactie sturen aan de Europese Commissie.
  • kabinet stuurt de Kamer het concept van haar reactie op Groen- en Witboeken tenminste dertig dagen voor het verstrijken van de reactietermijn bij de Europese Commissie. Ook de definitieve reactie wordt in afschrift aan de Kamer gezonden. Deze reactie kan in behandeling worden genomen, bv. door te agenderen voor een algemeen overleg/debat.

Openbare raadpleging (consultatie)

Als de Europese Commissie nieuw beleid ontwikkelt of bestaande wetgeving herziet, organiseert ze meestal een openbare raadpleging of consultatie. Particulieren, bedrijven en organisaties met belangen of expertise op het betrokken gebied kunnen de Commissie helpen om invulling te geven aan haar voorstellen, voordat ze die ter bespreking en goedkeuring naar de Raad en het Europees Parlement stuurt. Bekijk alle openbare raadplegingen op "Uw stem in Europa" .

  • als burger, lid, fractie of in commissieverband (via schriftelijke inbreng in de vorm van een politieke dialoog). meedoen aan de openbare raadpleging.
  • kabinet verzoeken om de concept-kabinetsreactie naar de Kamer te sturen voordat de definitieve versie naar de Europese Commissie wordt gestuurd, teneinde desgewenst hierover met de bewindspersoon in gesprek te treden.
  • de Kamer ontvangt krachtens de standaard-informatieafspraken de definitieve kabinetsreactie op alle consultaties van de Europese Commissie waarop het kabinet reageert.

Uitgelicht: twee specifieke parlementaire instrumenten bij nieuw gepubliceerde EU-voorstellen

Subsidiariteitstoets

(richting EU)

Bij een subsidiariteitstoets toetst een nationale (Kamer van een) Parlement of de EU bevoegd is om hier actie op te nemen, of dat beleid/wetgeving beter op lokaal, regionaal of nationaal niveau kan worden gemaakt. Bij een negatief oordeel wordt een brief met daarin de subsidiariteitsbezwaren (een zogenaamd ‘gemotiveerd advies’) aan de Europese Commissie verzonden. De nationale parlementen kunnen binnen acht weken bezwaar maken uit een oogpunt van subsidiariteit. Een zgn. “gele kaart” is voor de Commissie geldig als 1/3 van de nationale parlementen een voorstel in strijd acht met het subsidiariteitsbeginsel. De Europese Commissie moet dan haar voorstel heroverwegen. In totaal zijn er 28 Parlementen met 41 Kamers in de EU. Elk parlement krijgt 2 stemmen, maar bij een bicameraal stelsel, zoals in Nederland, krijgt elke kamer 1 stem. Om een gele kaart te trekken moeten er 19 stemmen worden gehaald.

  • bij wetgevende EU-voorstellen kan een Kamercommissie besluiten tot het uitvoeren van een subsidiariteitstoets. Let op: dit moet binnen acht weken na het uitkomen van alle taalversies van het voorstel.
  • kabinetsappreciatie (‘BNC-fiche’) komt voor aangekondigde subsidiariteitstoetsen binnen drie weken t.b.v. een snelle behandeling.
  • met andere parlementen in overleg treden t.b.v. behalen meerderheid voor ’gele kaart’ (1/3 stemmen) via parlementaire vertegenwoordiging en/of fractielijnen.

Behandel-voorbehoud (richting regering)

Zodra de Europese Commissie een wetgevend voorstel heeft gepresenteerd, kan de Kamer binnen 8 weken besluiten dat zij het voorstel van dusdanig politiek belang acht, dat de Kamer door de regering op bijzondere wijze geïnformeerd wil blijven worden over de EU onderhandelingen. De Kamer stelt het kabinet hiervan schriftelijk op de hoogte. Binnen vier weken na dit besluit vindt er een overleg plaats met het kabinet - tot aan dit overleg wordt het kabinet geacht op de onderhandelingen inzake dit dossier in de EU geen onomkeerbare beslissingen te nemen. Tijdens dit overleg worden afspraken gemaakt over de informatieverstrekking door het kabinet aan de Kamer, over het verloop van de onderhandelingen en over een eventueel vervolgoverleg. Deze afspraken worden in een brief aan het kabinet vastgelegd. Zodra het nadere overleg heeft plaatsgevonden, wordt het behandelvoorbehoud opgeheven.

  • bij wetgevende EU-voorstellen kan een commissie besluiten tot het uitvoeren van een zgn. ‘behandelvoorbehoud’. Over deze brief moet plenair gestemd worden (let op de termijnen).
  • tijdens een speciaal overleg kan de commissie afspraken maken over informatieverstrekking (bv. in kwartaalrapportages) zolang het desbetreffende dossier in onderhandeling is.
  • kabinetsappreciatie (‘BNC-fiche’) komt voor aangekondigde behandelvoorbehouden binnen drie weken t.b.v. een snelle behandeling.

1Wetgevingshandelingen moeten zijn vastgesteld volgens een zogeheten wetgevingsprocedure, zoals omschreven in de Europese verdragen. Het kan gaan om de gewone wetgevingsprocedure op grond van art. 294 EU-Werkingsverdrag (VWEU) of een bijzondere wetgevingsprocedure. In het verdragsartikel waarin de bevoegdheid om wetgeving op een bepaald terrein te maken moet letterlijk het woord ‘wetgevingsprocedure’ staan.

2 Krachtens de standaard EU-informatieafspraken (Parlis 22112-1985) ontvangt de Kamer over alle nieuwe wetgevende en niet-wetgevende EU voorstellen een kabinetsappreciatie in de vorm van een zgn. “BNC fiche” (‘Beoordeling nieuwe commissievoorstellen). met daarin onder andere rechtsbasis, subsidiariteits- en proportionaliteitsoordeel, alsook het krachtenveld in Europa. De Kamer ontvangt elk fiche binnen zes weken, of binnen drie weken als in de prioriteitenlijst reeds een subsidiariteitstoets of behandelvoorbehoud is voorzien.

4


 
 
 
 

3.

Parlementaire Monitor

Met de Parlementaire Monitor volgt u alle parlementaire dossiers die voor u van belang zijn en bent u op de hoogte van alles wat er speelt in die dossiers. Helaas kunnen wij geen nieuwe gebruikers aansluiten, deze dienst zal over enige tijd de werkzaamheden staken.