Motie Voordewind/Peters over gezinshuizen - Evaluatie Jeugdwet

Deze motie1 is onder nr. 9 toegevoegd aan dossier 34880 - Evaluatie Jeugdwet.

Inhoudsopgave

  1. Kerngegevens
  2. Tekst
  3. Meer informatie
  4. Parlementaire Monitor

1.

Kerngegevens

Officiële titel Evaluatie Jeugdwet; Motie; Motie van de leden Voordewind en Peters over gezinshuizen
Document­datum 21-06-2018
Publicatie­datum 22-06-2018
Nummer KST348809
Kenmerk 34880, nr. 9
Externe link origineel bericht
Originele document in PDF

2.

Tekst

34 880 Evaluatie Jeugdwet

Nr. 9 MOTIE VAN DE LEDEN VOORDEWIND EN PETERS

Voorgesteld 21 juni 2018

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat het kabinet als doel heeft om meer kinderen zo thuis mogelijk te laten opgroeien;

overwegend dat gezinshuizen kinderen opvangen die niet terecht kunnen in een pleeggezin en daarmee een volwaardig alternatief zijn voor residentiële opvang;

overwegend dat gezinshuizen te maken hebben met specifieke knelpunten op het gebied van positionering van gezinshuisouders, bekostiging, verantwoording en respijtzorg;

overwegende dat er wel een actieplan voor de pleegzorg is, maar niet voor gezinshuizen;

verzoekt de regering, samen met betrokken veldpartijen een inventarisatie te maken van de knelpunten waarmee gezinshuizen te maken hebben en te komen met een actieplan om te zorgen dat meer kinderen met zware ingewikkelde problemen kunnen worden opgevangen in een gezinshuis,

en gaat over tot de orde van de dag.

Voordewind

Peters


  • origineel bericht: 'Evaluatie Jeugdwet; Motie; Motie van de leden Voor...'
 
 
 

3.

Meer informatie

  • 34880 - Evaluatie Jeugdwet
 

4.

Parlementaire Monitor

Met de Parlementaire Monitor volgt u alle parlementaire dossiers die voor u van belang zijn en bent u op de hoogte van alles wat er speelt in die dossiers. Helaas kunnen wij geen nieuwe gebruikers aansluiten, deze dienst zal over enige tijd de werkzaamheden staken.


  • 1. 
    In een motie staat een vraag of verzoek van één of meerdere Tweede- of Eerste Kamerleden aan de regering. Deze wordt vooraf gegaan door een standaard aanhef en een opsomming van overwegingen en constateringen. Iedere motie begint met de woorden 'De Kamer, gehoord de beraadslaging'. Ieder deel van de opsomming begint met woorden als 'constaterende dat' of 'overwegende dat'. Na deze opsomming volgt de uiteindelijke vraag of het verzoek.