Sprinkhaankapitalisten zijn schuldig aan de teloorgang van de kinderopvang

Met dank overgenomen van T.E. (Tjitske) Siderius i, gepubliceerd op woensdag 24 september 2014.

Deze zomer ging Estro failliet. Estro was één van de grootste aanbieders van kinderopvang in Nederland, maar de onderneming legde het hoofd in de strop van een buitenlandse sprinkhaankapitalist. Minister Asscher schreef dat hij meevoelde met ouders die in grote onzekerheid zitten over de opvang van hun kinderen. Dit gratis medeleven staat in schril contrast met het leed van 4000 kinderen die van de één op de andere dag hun plek in de opvang kwijtraakten, de 1000 werknemers die op straat staan en de 79 locaties waarvan het voortbestaan onzeker was. Kinderen en het grote geld, het gaat niet samen. Wat heeft Nederland er eigenlijk toe gebracht om ons grootste bezit via het privatiseren van de kinderopvang onderdeel te maken van buitenlandse geldmachines?

Het steeds meer beschikbaar komen van kinderopvang was één van de aanjagers van de stijging van de arbeidsparticipatie van vrouwen in Nederland. De sector maakte een grote groei door aan het begin van deze eeuw. Dat verliep zo voorspoedig dat de regering in 2005 op het onfortuinlijke idee kwam om de kinderopvang te privatiseren. Er moest geld worden verdiend over de rug van jonge kinderen. Alleen gierige rekenmeesters zien de meest kwetsbare peuters in Nederland als innovatieve mogelijkheid om de portemonnee te vullen.

Stelt u zich eens voor dat we het basisonderwijs in Nederland zouden overlaten aan de markt. Basisscholen worden gefinancierd door Amerikaanse investeerders en het klaslokaal wordt de flappentap van ons onderwijssysteem. Het onderwijs als een broedplek van ontwikkeling voor jonge kinderen is niet meer. Geen politieke partij die het in Nederland in zijn hoofd haalt om zo'n voorstel te doen. En terecht. Sinds het vermarkten van de kinderopvang holde de kwaliteit van de kinderopvang achteruit. Uit oogpunt van kostenbesparing en schaalvergroting zijn de groepen met kinderen groter geworden, is de veiligheid van kinderen verminderd en is de pedagogische kwaliteit van werknemers in de kinderopvang onder druk komen te staan. In Nederland hebben we helaas nooit iets geleerd van het privatiseren van publieke voorzieningen. De dramatische voorbeelden in de post, de energievoorziening, de thuiszorg en de reïntegratie hebben blijkbaar onze ogen niet geopend.

Het wordt de hoogste tijd om een einde te maken aan de teloorgang van de kinderopvang. De kinderopvang moet weer een veilige plek worden voor peuters en andere jonge kinderen. De pedagogische kwaliteit moet omhoog. De groepen kinderen moeten weer kleiner worden. Daarnaast zal de publieke controle op de kinderopvang groter moeten worden. Dat kan alleen als we eerst concluderen dat de privatisering van de kinderopvang een mislukt experiment is. De gang van zaken bij Estro heeft ons wederom met de neus op de feiten gedrukt. Voorzieningen in onze opvoedingsdomeinen horen volledig door de overheid gefinancierd worden. Dan kan voorkomen worden dat investeerders als sprinkhanen op de kinderopvang duiken, de boel kaal vreten en op zoek gaan naar een nieuwe prooi.

Minister Asscher beroept zich op belastingmaatregelen uit 2012 om het voor buitenlandse durfkapitalisten minder aantrekkelijk te maken. De kinderopvangsector mag het verder lekker zelf uitzoeken. Deze opstelling getuigt van weinig betrokkenheid en passie voor de veiligheid en opvang van onze peuters en jonge kinderen. De SP vindt dat dit soort holdings of hedgefondsen niets te zoeken hebben in de opvang van onze kinderen. Laten we de opvang van kleine kinderen niet ondergeschikt maken aan economische belangen. We kunnen deze sprinkhaankapitalisten niet bestrijden met mooie woorden, wel met harde wettelijke maatregelen. Maak de kinderopvang weer van ons allemaal. Onze kinderen verdienen dat.

Deze opinie verscheen eerder op Joop.