Scheefwonen in sociale huurwoning - Hoofdinhoud
Volgens 50PLUS kan het zogeheten scheefwonen worden aangepakt zonder inkomensafhankelijke huurverhoging. Beter is dat iemands belasting omhoog gaat als de huur te laag is ten opzichte van het inkomen. Een soort omgekeerde huurtoeslag.
Het 50PLUS Tweede Kamerlid Norbert Klein bracht dit naar voren in het debat op 7 februari met minister Blok van Volkshuisvesting over diens wetsvoorstel. Klein noemde de door de minister voorgestelde aanpak van het scheefwonen een ‘verkapte lastenverzwaring om de wooncorporaties de belachelijke verhuurdersheffing te laten financieren’.
Norbert Klein zei in zijn betoog onder meer: “De fractie van 50PLUS is wel degelijk voor het aanpakken van scheefwonen. Je moet ervoor zorgen dat sociale woningbouw beschikbaar komt voor mensen met een laag inkomen. Als mensen met een veel te hoog inkomen in die huizen zitten, is het verstandig om daar iets aan te doen. Wordt het doel echt bereikt met dit wetsvoorstel, zeker als het gaat om de groep met een huishoudinkomen van €33.000 of €43.000? Het gaat dus niet om de individuele inkomens maar om de inkomens in een huishouden bij elkaar opgeteld. Zeker voor de groep van 50-plussers is het extra lastig. Die kunnen volgens ons geen kant uit. Die groep kan vaak geen hypotheek meer krijgen voor een nieuwe woning. De geliberaliseerde huurmarkt is vaak veel duurder. Dat is dus ook geen realistische optie.”
“Bovendien wordt in het hele verhaal vaak vergeten dat mensen die verhuizen, verhuiskosten moeten betalen. Ook de verhuiskosten vormen een substantieel bedrag. Ook dat moet worden opgebracht. Wellicht krijg je hiermee het tegenovergestelde van wat je wilt bereiken, namelijk dat de verhuiskosten - ik ga nu uit van de calculerende burger - hoger zijn dan de huurverhoging die hij dan eventueel zou moeten betalen. Hij blijft dus zitten. Het doel bereik je hiermee dus niet. Bovendien, wat moet je doen met de aangepaste woningen? Zeker in de groep van ouderen zie je veel aangepaste woningen. Dit zijn woningen die met gemeenschapsgeld van de Wmo door de gemeenten zijn verbeterd. Vervolgens moeten zij er op grond van deze wet eventueel uit. De gemeenten krijgen op dat moment dus weer extra lasten om de andere woningen aan te passen, plus dat de mensen zelf nog wat extra kosten zullen hebben om de bestaande aanpassingen weer weg te halen, want je moet in principe een woning achterlaten in de staat zoals je die oorspronkelijk hebt gekregen.”
“Een ander punt dat 50PLUS erg tegen de borst stuit, is het feit dat er een inkomensbeleid gevoerd gaat worden via een private instelling. Norbert Klein daarover: “In dit verband is dat via de woningcorporaties. Dat was al eerder zo in het andere voorstel van afgelopen voorjaar. 50PLUS zat daar niet bij. Wat je hierbij ziet, is echter helemaal een uitermate vreemde zaak. Met name is uitermate vreemd, zeker na het debacle van de inkomensafhankelijke ziektekostenpremie, waarbij private instellingen ook ineens inkomensbeleid zouden voeren, dat bijvoorbeeld een partij als de VVD er erg voor is om dat in dit verband ook te doen via de inkomensafhankelijke huur, wat nu wordt voorgelegd.”
Met het woord “huurbelasting” wordt door 50PLUS het alternatief gegeven. ”
Wij willen namelijk niet zozeer een inkomensafhankelijke huurverhoging hebben, als wel een doorstromingsbeleid realiseren door een soort omgekeerde huurtoeslag. Daarmee wordt het individueel bekeken. Dan heb je dus te maken met een huurbelasting die veel meer gaat kijken naar het individu en niet zozeer kijkt naar de vraag hoe het met je woning zit. Nu krijg je in feite een heel onrechtvaardige huurverhoging versus een inkomensdaling. Dat ondervang je op het moment dat je een soort huurbelasting hebt, want dan is het gewoon gekoppeld aan de persoon en niet zozeer aan de woning.”
“Leidt dit wetsvoorstel tot een daadwerkelijke aanpak van het scheefwonen, met alle voetangels en klemmen die in dit voorstel zitten? Ik zeg dat het antwoord daarop nee is. Vervolgens is de vraag wat je dan gaat doen. Je moet veeleer kijken naar het inkomen van mensen zelf en bekijken in hoeverre je een soort omgekeerde huurtoeslag kunt invoeren. De huurtoeslag is een soort negatieve huurbelasting. Huurbelasting betekent op een gegeven ogenblik dat mensen te weinig huur betalen in relatie tot hun inkomen. Vervolgens zijn zij dan in feite meer huur kwijt en zullen zij naar een andere woning gaan. Dat geld gaat dan dus niet naar de woningbouwvereniging maar rechtstreeks naar de schatkist, om het zo maar eens uit te drukken, net zoals de huurtoeslag ook vanuit de schatkist wordt betaald.”
“Mijn stelling is juist dat het niet inkomensafhankelijk moet via de woningbouwcorporaties, maar via het normale systeem dat ook geldt voor de huurtoeslag. Je laat dan de woningbouwcorporaties niet indirect een soort van belastingdienstje zijn. Het gebeurt dan via een ander systeem, waarop ook een van onze voorstellen betrekking had. Waarom is niet gekozen voor een dergelijke huurbelasting om eventueel scheefwonen aan te pakken?”
“Op het moment dat een huurwoning voor jou te duur is, kun je huurtoeslag krijgen om het wonen betaalbaar te houden. In onze visie kan het ook andersom: je kunt huurbelasting krijgen op het moment dat jouw inkomen te hoog is. Dat loopt dan echter niet via de woningbouwcorporatie. “
“Waarom - dat is ook een wat merkwaardig verhaal - gaat op het moment dat de AOW-leeftijd wordt bereikt, de huur niet omlaag als het inkomen daalt? De huur blijft hoger omdat het aan inkomen gekoppeld zou zijn in die oude situatie. De reactie van de minister in het verslag was dat mensen dan maar moeten verhuizen naar een goedkopere woning. Maar ja, de vraag is of die woning beschikbaar is. Het is sociaal onjuist en jaagt mensen weer op extra kosten. Het is dus erg onverstandig om dat te doen. Op het moment dat het inkomen daalt, zou ook de huurprijs omlaag moeten en niet alleen ten opzichte van het laatste jaar, maar ook ten opzichte van de jaren ervoor. Daaraan moet je het koppelen. Dat los je op met de maatregel die ik net aangaf. Dan is er nog het punt van de ontvangen huurtoeslag die niet wordt gecompenseerd door dit wetsvoorstel. Dat is een klein onderdeel, waarbij het gaat om het bedrag. Is de minister bereid om dit te compenseren en daarvoor maatregelen te treffen?” Minister Blok heeft daar negatief op gereageerd.
“De inkomensverklaring die nodig is om de inkomensafhankelijke huur te bepalen, levert een heleboel bureaucratie op. Dat is ook een bezwaar dat 50PLUS tegen het wetsvoorstel heeft. De inkomensverklaring leidt tot hoge kosten. Die kosten moeten nog exact berekend worden. Maar uit berichten begrijp ik echter al dat het tot hoge kosten leidt in de uitvoeringssfeer. Die inkomensverklaringen moeten op een gegeven moment door de woningcorporaties worden aangevraagd bij de Belastingdienst. Dat betekent twee dingen. Ten eerste hebben wij grote bezwaren op het gebied van de privacy. Het College bescherming persoonsgegevens heeft al opmerkingen gemaakt over het verstrekken van gegevens door de Belastingdienst aan woningcorporaties, aan private instellingen. Daar hebben wij ten principale grote moeite mee. Ten tweede is een inkomensverklaring, nog los van de kosten, geen garantie dat het klopt. Als een huurder bezwaar zou maken en de Huurcommissie oordeelt dat dit correct is en dat een verkeerde verklaring is verstrekt, moet de verhuurder de proceskosten van €450 betalen. De woningbouwcorporatie kan er echter niets aan doen, omdat zij gewoon een verkeerde verklaring heeft gekregen van de Belastingdienst.”
“Er is nog iets vreemds en dat betreft het totale verhaal en de reacties vanuit de samenleving. Is er draagvlak en kunnen wij er iets aan doen? Hier zien wij heel nadrukkelijk een soort van Haagse-stolpidee dat wij hier de problemen op de woningmarkt stukje bij beetje proberen op te lossen en dat wij niet naar buiten kijken of naar de reacties van anderen. Wonen 4.0 is al een paar keer genoemd. Dat is een element. Dat hebben wij ook aangegeven in eerdere discussies. Ook over dit wetsvoorstel zien wij heel veel reacties, en niet alleen van mensen. Heel veel mensen hebben ons hierover benaderd. Ook via ons Meldpunt koopkracht horen wij van mensen dat dit er extra bij komt en dat dit hun koopkracht extra aantast. Zo er geen belangstelling is voor wat mensen vinden, zijn er ook reacties van organisaties. Woningcorporaties, woonbonden en gemeenten, zeker de grote gemeenten, hebben ons allemaal benaderd. Ook het College bescherming persoonsgegevens heeft opmerkingen gemaakt: dit moet je op deze manier niet doen. Vervolgens wordt dat allemaal terzijde geschoven. Ik concludeer dat het doel, het aanpakken van scheefwonen, hiermee niet bereikt zal worden. Ik heb net aangegeven dat er alternatieven zijn. Het moet eigenlijk in samenhang worden gezien met de verhuurdersheffing. In feite is het een soort financieringsmethodiek om de staatskas te spekken.”
“Het gaat er eigenlijk om dat de wet met de gekozen oplossingen een soort financieringsstroom wordt. Er staat in de wet heel eufemistisch: de verhuurder kan een voorstel doen aan de huurder. Maar in feite moet je dat voorstel slikken of stikken. Je moet het gewoon doen. Het slikken is betalen en het stikken is dat je eruit zou moeten terwijl dat helemaal niet kan. Dat betekent in feite ook slikken. De fractie van 50PLUS ziet hiermee helemaal geen volkshuisvestingsdoel bereikt worden, maar vindt dat het veel meer is bedoeld om te komen tot een soort financiering van de rijksoverheid. Volkshuisvestingsbeleid moet in eerste instantie gericht zijn op goede volkshuisvesting, juist voor de ouderen en juist voor de starters. Daarvoor moet je goed beleid hebben. Je moet ruimte geven aan de woningbouwcorporaties om sociale woningbouw te kunnen realiseren. Sociale woningbouw realiseren betekent bouwen, bouwen betekent investeren en investeren betekent dat ze er geld voor moeten hebben, maar dat is niet via deze weg.”