Brief minister over uitkomsten onderzoek naar evaluatie door de Europese Commissie van (milieu)richtlijnen die van belang zijn voor infrastructuur - Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Verkeer en Waterstaat (XII) voor het jaar 2006

Deze brief is onder nr. 3 toegevoegd aan wetsvoorstel 30800 XII - Vaststelling begroting Verkeer en Waterstaat 2007.

1.

Kerngegevens

Officiële titel Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Verkeer en Waterstaat (XII) voor het jaar 2006; Brief minister over uitkomsten onderzoek naar evaluatie door de Europese Commissie van (milieu)richtlijnen die van belang zijn voor infrastructuur 
Document­datum 20-09-2006
Publicatie­datum 12-03-2009
Nummer KST101075
Kenmerk 30800 XII, nr. 3
Van Verkeer en Waterstaat (VW)
Originele document in PDF

2.

Tekst

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Vergaderjaar 2006–2007

30 800 XII

Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Verkeer en Waterstaat (XII) voor het jaar 2006

Nr. 3

BRIEF VAN DE MINISTER VAN VERKEER EN WATERSTAAT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 20 september 2006

Tijdens de behandeling door uw Kamer op 7 december 2005 van de VenW-begroting 2006 (Handelingen der Kamer II, vergaderjaar 2005–2006 nr. 31, blz. 2141–2181) heb ik, sprekend over de aanleg van infrastructurele werken, toegezegd aan te geven wanneer de verschillende relevante (milieu)richtlijnen door de Europese Commissie geëvalueerd zullen worden. De uitkomsten van dit onderzoek zijn als volgt.

Luchtkwaliteit

De evaluatie van de luchtkwaliteitsrichtlijn nr. 1999/30/EG i betreffende grenswaarden voor zwaveldioxide, stikstofdioxide en stikstofoxiden, zwevende deeltjes en lood in de lucht heeft reeds plaatsgevonden. Het verslag van de Europese Commissie van de evaluatie dateert van 4 januari 2005; het bevatte geen conclusies. Wel heeft deze evaluatie doorgewerkt in het Commissie-voorstel voor een nieuwe luchtkwaliteitsrichtlijn, die thans door Raad en Europees Parlement wordt behandeld. Het kabinet heeft zowel voor als na deze evaluatie, die voor 31 december 2003 had moeten plaatsvinden, initiatieven genomen om de inmiddels ontstane nationale problematiek van onbedoelde neveneffecten van de richtlijn voor onder meer aanleg en gebruik van weginfrastructuur aan te pakken. Zo is en wordt bij de EU aangedrongen op bronmaatregelen, zijn beleidsmaatregelen getroffen (bijv. subsidie voor roetfilters) en zijn voorstellen voor aanpassing van regelgeving gedaan (zoals het voorstel tot wijziging van de Wet milieubeheer [luchtkwaliteitseisen], Kamerstukken II, 2005–2006, 30 489).

Geluid

Ingevolge artikel 11 van de richtlijn omgevingslawaai (richtlijn nr. 2002/ 49/EG) moet Europese Commissie uiterlijk 18 juli 2009 verslag uitbrengen over de uitvoering van de richtlijn. Dit verslag zal vooral een evaluatie bevatten van de effectiviteit van andere Europese regels (met name type-

keuringseisen voor motorvoertuigen) in relatie tot de omvang van de Europese geluidproblematiek die dan bekend zal zijn. Op grond van artikel 10 van de richtlijn heeft de Commissie op 10 maart 2004 verslag uitgebracht van de bestaande Gemeenschapsmaatregelen op het gebied van bronnen van omgevingslawaai.

De richtlijn omgevingslawaai bevat geen normen. Zij schrijft voor dat de aangewezen overheden (zoals de grote wegbeheerders) de problematiek zichtbaar maken (geluidbelastingskaarten) en dat deze overheden aangeven hoe ze met deze problematiek omgaan (actieplannen). De richtlijn is beleidsneutraal geïmplementeerd.

Verwacht wordt dat de richtlijn slechts in geringe mate zal leiden tot (plaatselijke) aanscherpingen van het al in Nederland gevoerde geluid-beleid.

Water

De Kaderrichtlijn water (richtlijn nr. 2000/60/EG i) is nog niet geëvalueerd. Evaluatie dient plaats te vinden uiterlijk 12 jaar na inwerkingtreding en is voorzien in 2012.

Inmiddels heeft het kabinet initiatieven genomen ter implementatie van de richtlijn, waaronder de wettelijke implementatie van de Kaderrichtlijn (wet van 7 april 2005, Stb. 303) en beleidsvoornemens zoals vermeld in de Decembernota 2005, aan uw Kamer aangeboden bij brief van 22 december 2005 (Kamerstukken II, 2005–2006, 27 625, nr. 59).

Natuurbescherming

De Vogelrichtlijn (richtlijn nr. 97/409/EEG) kent geen evaluatiebepaling. De evaluatie van de Habitatrichtlijn (richtlijn nr. 92/43/EEG i) heeft reeds in 2003 plaatsgevonden. Het verslag van de Europese Commissie van de evaluatie is 5 januari 2004 verschenen. De conclusie daarvan is dat men er niet in geslaagd is een goed beeld te krijgen van de uitvoering van de richtlijn.

Met betrekking tot de toepassing van de Habitatrichtlijn heeft het kabinet de Europese Commissie gewezen op knelpunten, onder meer ten aanzien van de aanleg en het gebruik van infrastructuur. Daarnaast heeft het kabinet besloten, voorstellen te ontwikkelen tot aanpassing van de Natuurbeschermingswet 1998. Daarvoor verwijs ik u naar de brief van mijn ambtgenoot van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit van 1 september 2006 (Kamerstuk 30 192, nr. 2).

Bijgevoegde bijlage bevat enige nadere informatie betreffende de bedoelde evaluaties.

De Minister van Verkeer en Waterstaat, K. M. H. Peijs

Bijlage behorende bij de brief van de Minister van Verkeer en Waterstaat

Evaluatie EU-(milieu)richtlijnen, van belang voor infrastructuur

evaluatiebepaling in de richtlijn

uitvoering evaluatie

luchtkwaliteit

Richtlijn nr. 1999/30 i [eerste dochterrichtlijn van Richtlijn nr. 96/62 i]

art. 10

De Commissie brengt uiterlijk op 31 december 2003 verslag uit aan het Europees Parlement en de Raad op basis van de bij de toepassing van deze richtlijn opgedane ervaring, waarbij zij met name ingaat op de resultaten van het recentste wetenschappelijk onderzoek naar de effecten van blootstelling aan zwaveldioxide, stikstofdioxide en stikstofoxiden, verschillende fracties zwevende deeltjes en lood op de menselijke gezondheid en op ecosystemen, alsook op de technologische ontwikkelingen, onder meer de vorderingen die zijn geboekt ten aanzien van methoden om de concentratie van zwevende deeltjes in de lucht en de depositie van zwevende deeltjes en lood op oppervlakken te meten of anderszins te beoordelen. [...]

Verslag van de Commissie aan de Raad en het Europees Parlement – Evaluatie van Richtlijn 1999/30/EG i, 4 januari 2005, doc.nr. 52004DC0845 [samenvatting en conclusies ontbreken]

Voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad betreffende de luchtkwaliteit en schonere lucht voor Europa (21 sept. 2005, COM(2005) 447 i Definitief)

omgevingslawaai

Richtlijn nr. 2002/49/EG i van het Europees Parlement en de raad van 25 juni 2002 inzake de evaluatie en de beheersing van omgevingslawaai

Artikel 10

  • 1. 
    Uiterlijk 18 januari 2004 legt de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad een verslag over van de bestaande Gemeenschapsmaatregelen op het gebied van bronnen van omgevingslawaai.
  • 2. 
    De lidstaten dragen er zorg voor dat de in de strategische geluidsbelastingkaarten vervatte gegevens en de samenvattingen van de actieplannen, als nader omschreven in bijlage VI, binnen zes maanden na de in artikel 7 respectievelijk artikel 8 genoemde data aan de Commissie worden toegezonden.
  • 3. 
    De Commissie vormt een gegevensbank met de informatie van de strategische geluidsbelastingkaarten om de opstelling van het in artikel 11 bedoelde verslag en andere technische en informatieve werkzaamheden te vergemakkelijken.
  • 4. 
    De Commissie publiceert om de vijf jaar een samenvattend verslag over de in de strategische geluidsbelastingkaarten en de actieplannen vervatte informatie. Het eerste verslag wordt uiterlijk op 18 juli 2009 ingediend.

art. 11

  • 1. 
    De Commissie dient uiterlijk 18 januari 2009 een verslag over de uitvoering van deze richtlijn in bij het Europees Parlement en de Raad.

[...]

  • 5. 
    Het verslag wordt om de vijf jaar of zo nodig vaker geactualiseerd. Het omvat een evaluatie van deze richtlijn.

[...]

Verslag van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad, 10 maart 2004, doc.nr. 52004DC0160

«4. Conclusie

Zoals uiteengezet in dit verslag, wordt het omgevingslawaai op communautair niveau met behulp van een brede waaier van instrumenten bestreden, waaronder bepalingen inzake harmonisatie van geluidsmeting en -beheer, inzake milieueffectbeoordeling, vereisten voor toegang tot de markt voor bepaalde voertuigen en apparaten, specificaties voor inter operabiliteit van spoorwegsystemen en regels inzake exploitatiebeperkingen op luchthavens. Onderzoek en ontwikkeling vormen bovendien essentiële bouwstenen in de uitwerking van communautaire maatregelen met betrekking tot geluid.

De Commissie tracht deze maatregelen te ontwikkelen, teneinde de situatie in Europa op het gebied van geluidshinder verder te verbeteren, met dien verstande dat voorstellen voor wetgeving inzake geluidsbronnen moeten zijn onderbouwd met solide gegevens. Dit stemt overeen met de «kennisgebaseerde benadering» van de beleidsvorming, zoals bedoeld in het zesde milieuactieprogramma.

Zoals verklaard in het verleden [34] en overeenkomstig het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, zal de Commissie daarom regelmatig nagaan of het nodig is nieuwe wetgeving inzake geluidsbronnen voor te stellen en, wanneer het passend is, dergelijke voorstellen indienen.»

evaluatiebepaling in de richtlijn

uitvoering evaluatie

Kaderrichtlijn water

Richtlijn nr. 2000/60/EG i van het Europese Parlement en de Raad van 23 oktober 2000 tot vaststelling van een kader voor communautaire maatregelen betreffende het waterbeleid

art. 18.

  • 1. 
    De Commissie publiceert uiterlijk twaalf jaar na de datum van inwerkingtreding van deze richtlijn [= 22 december 2012] en vervolgens om de zes jaar een verslag over de uitvoering van deze richtlijn en legt dit voor aan het Europese Parlement en de Raad.

[...]

evaluatie is voorzien in 2012

Vogelrichtlijn

Richtlijn 79/409/EEG i van de Raad van 2 april 1979 inzake het behoud van de vogelstand

[geen evaluatiebepaling]

Habitatrichtlijn

Richtlijn 92/43/EEG i van de Raad van 21 mei 1992 inzake de instandhouding van de natuurlijke habitats en de wilde flora en fauna

art. 9

De Commissie evalueert volgens de procedure van artikel 21 periodiek de bijdrage van Natura 2000 tot de verwezenlijking van de in de artikelen 2 en 3 genoemde doelstelling. [...]

art. 17

  • 1. 
    Na afloop van de in artikel 23 bedoelde periode [= 10 juni 1994] stellen de Lid-Staten om de zes jaar een verslag op over de toepassing van de in het kader van deze richtlijn genomen maatregelen. [...]
  • 2. 
    De Commissie stelt op basis van de in lid 1 bedoelde verslagen een samenvattend verslag op. Dit verslag bevat een passende beoordeling van de gemaakte vorderingen en in het bijzonder de bijdrage van Natura 2000 tot de verwezenlijking van de in artikel 3 genoemde doelstellingen.[...]

3.  [...]

Verslag van de Commissie over de uitvoering van Richtlijn 92/43/EEG i, 5 januari 2004, doc.nr. 52003DC0845.

Slot van par. 5, Conclusies: «Bij de eerste verslagleggingsronde in het kader van artikel 17 is men er niet in geslaagd een beeld te verkrijgen van de volledige dynamiek van de tenuitvoerlegging. Er dienen dan ook methoden te worden onderzocht waarmee toekomstige evaluaties kunnen worden verdiept, door bijvoorbeeld meer specifieke richtsnoeren te ontwikkelen, de inbreng van het Europees Milieuagentschap te vergroten en externe beoordelingen of »peer review» te introduceren. De ontwikkeling van een meer verfijnde aanpak van de rapportage van relevante informatie zal in een uitgebreide EU met 25 lidstaten nog veel crucialer worden. De Commissie zal eerlang een gedachte-wisseling met de huidige en toekomstige lidstaten op gang brengen om in het licht van de nieuwe Verslagleggingsrichtlijn te onderzoeken hoe de bruikbaarheid van de op grond van de Habitatrichtlijn en de Vogelrichtlijn ingediende nationale verslagen kan worden geoptimaliseerd. Na de goedkeuring van de lijsten met gebieden van communautair belang zal de Commissie ook samen met de lidstaten nagaan hoe de doeltreffendheid van de uitvoering van de Habitatrichtlijn kan worden verbeterd, waarbij zij zich, zoals altijd, het recht voorbehoudt om indien nodig in rechte op te treden.»

 
 
 

3.

Meer informatie

 

4.

Parlementaire Monitor

Met de Parlementaire Monitor volgt u alle parlementaire dossiers die voor u van belang zijn en bent u op de hoogte van alles wat er speelt in die dossiers. Helaas kunnen wij geen nieuwe gebruikers aansluiten, deze dienst zal over enige tijd de werkzaamheden staken.