EU-vergoedingen moeten omlaag

Met dank overgenomen van L. (Louis) Bontes i, gepubliceerd op woensdag 5 februari 2014, 2:50.

Voorzitter, Griekenland bekleedt sinds 1 januari het voorzitterschap van de Europese Unie. In de geannoteerde agenda lees ik over het Griekse voorzitterschap, en ik citeer: “Het voorzitterschap is vooral gericht op het herstellen van het vertrouwen van de burger in de economie en het creëren van stabiliteit in Europa . Gisteren werd duidelijk dat het er naar uitziet dat Griekenland opnieuw miljarden toegestopt zal krijgen. En uitgerekend de Grieken zeggen nu het vertrouwen in de economie en de EU te willen herstellen, cynischer kan het bijna niet.

Voorzitter, er zal door de Europese ministers ook worden gesproken over industrieel concurrentievermogen en over structurele versterking van het emissiehandelsysteem. Staat dat niet haaks op elkaar? De industrie is niet te spreken over dit emissiehandelsysteem, gelet op de ongelijke concurrentie met bijvoorbeeld Brazilië en China. Graag een reactie van de minister.

Voorzitter, dan een erg belangrijk punt: de arbeidsvoorwaarden van EU-ambtenaren. Het is natuurlijk te gek voor woorden dat duizenden EU-ambtenaren meer verdienen dan onze minister-president.

Ik ben blij, Voorzitter, dat Nederland tegen het nieuwe EU-ambtenarenstatuut heeft gestemd en ook zijn ongenoegen heeft uitgesproken. Maar wat mij minder vrolijk stemt is dat de minister in zijn brief schrijft dat, met uitzondering van de Hofzaken over EU-salarissen, er op korte termijn geen ontwikkelingen op dit gebied zijn te verwachten. Ik vraag de minister of hij toch nog ruimte ziet voor nadere actie, ik hoop dat de minister zich er niet bij neerlegt. Het blijft immers volstrekt onacceptabel dat zo veel EU-ambtenaren meer verdienen dan onze minister-president. Het mag wel een tandje, zelfs een aantal tandjes minder, zeker in deze economisch zware tijden. Graag een reactie.

Dan tot slot, Voorzitter, zou ik graag aandacht vragen voor de vergoedingen van leden van het Europees Parlement. Ik ben zelf ongeveer een jaar Europarlementariër geweest, dus ik weet precies waar ik het over heb. Ik leverde zelf een groot deel van mijn vergoedingen in. Laatst vertelde een collega-Kamerlid me dat in zijn partij het lidmaatschap van het Europees Parlement wordt gezien als het winnen van de jackpot. De vergoedingen van Europarlementariërs, ik heb het over 13.000 euro per maand, liggen inderdaad een stuk hoger dan die van Kamerleden. Die excessieve vergoedingen hebben bijvoorbeeld tot heel veel gedoe geleid binnen de Brusselse PvdA-fractie. Wat vindt de minister daarvan? En is de minister het met me eens dat Europarlementariërs minder zouden moeten gaan verdienen? Is de minister bereid deze kwestie in Brussel te agenderen? Graag een reactie van de minister.