Brief regering; Ontwikkelperspectief NOVEX Rotterdamse Haven - Zee- en binnenvaart - Hoofdinhoud

Deze brief is onder nr. 432 toegevoegd aan dossier 31409 - Zee- en binnenvaart.

Officiële titel	Zee- en binnenvaart; Brief regering; Ontwikkelperspectief NOVEX Rotterdamse Haven
Document­datum	18-12-2023
Publicatie­datum	18-12-2023
Nummer	KST31409432
Kenmerk	31409, nr. 432
Externe link	origineel bericht
Originele document in PDF

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Vergaderjaar 2023-2024

31 409

Zee- en binnenvaart

Nr. 432    BRIEF VAN DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN

WATERSTAAT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Den Haag, 18 december 2023

Bijgaand stuur ik u het ontwikkelperspectief voor het NOVEX-gebied Rotterdamse haven, mede namens de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, de Minister van Economische Zaken en Klimaat, de Minister voor Klimaat en Energie, de Minister voor Natuur en Stikstof en de Staatsecretaris van Infrastructuur en Waterstaat. Dit ontwikkelperspectief is op 7 december 2023 ondertekend in het Bestuurlijk Overleg NOVEX Rotterdamse haven.

Samen met de provincie Zuid-Holland trekt het Ministerie van lenW de ontwikkeling van het NOVEX-gebied. Rijk (I&W, EZK, BZK en LNV) en regio (provincie Zuid-Holland, gemeente Rotterdam, Havenbedrijf Rotterdam en DCMR) hebben dit ontwikkelperspectief gezamenlijk tot stand gebracht. Het geeft richting aan de strategische ruimtelijke ontwikkeling van de Rotterdamse haven en benoemt de dilemma's en schuurpunten in relatie tot de leefomgeving. Centraal staat de transitie van de haven naar een duurzaam, circulair en klimaatneutraal havenin-dustrieel complex in balans met de leefomgeving.

Het ontwikkelperspectief identificeert drie urgente vraagstukken die nadere uitwerking behoeven:

• I. 

  Omgaan met ruimtegebrek;

II.    Omgevingsveiligheid in relatie tot de ruimtelijke ontwikkelingen;

III.    Synergie tussen haven en stad in relatie tot de transitie van de haven.

Deze vraagstukken raken aan nationale (structurerende) ruimtelijke keuzes binnen nationale programma's en de nota Ruimte die in ontwikkeling is. De nationale besluiten over samenhangende ruimtelijke keuzes zijn essentieel om de opgaven in de NOVEX-gebieden werkelijk te realiseren

Op korte termijn spelen daarnaast vier urgente vraagstukken. Het oplossen van deze vraagstukken is een randvoorwaarde voor het realiseren van de haventransitie:

kst-31409-432 ISSN 0921 - 7371 's-Gravenhage 2023

• 1. 

  Ammoniak en waterstof import in relatie tot omgevingsveiligheid.

• 2. 

  Gebiedsgerichte oplossingen voor de stikstofproblematiek die momenteel een knelpunt vormt voor realisatie van verduurzamings-projecten.

• 3. 

  Gezamenlijke visie op geluid in relatie tot toekomstige ruimtelijke ontwikkelingen.

• 4. 

  Het aanpakken van de netcongestie in de haven, wat nu een rem zet op de verduurzaming van de industrie en logistiek.

Met de totstandkoming van het ontwikkelperspectief start het vervolgproces, waarin de samenwerkende partijen het perspectief vanaf 2024 verder uitwerken in een uitvoerings- en investeringsagenda als basis voor gezamenlijke uitvoeringsafspraken en investeringsbesluiten. Het is aan een nieuw kabinet hier nader invulling aan te geven.

Gebiedsgericht werken in NOVEX-gebieden

In NOVEX-gebieden stapelen nationale opgaven in het fysieke domein dusdanig dat een gebiedsgerichte ordening en prioritering van verschillende nationale opgaven noodzakelijk is om te kunnen komen tot de gewenste herbestemming en/of ingrijpende herinrichting. In deze gebieden werken Rijk en regio als partners gebieds- en opgavegericht aan zogenaamde ontwikkelperspectieven: het gezamenlijk «eindbeeld» voor dat gebied en de (ruimtelijke) keuzes die daarvoor nodig zijn. De ontwikkelperspectieven zijn de basis voor strategische besluiten van alle overheden.

De Ontwikkelperspectieven die voortkomen uit de NOVEX-gebieden vormen onder andere samen met de ruimtelijke voorstellen van de provincies de input voor een nieuwe Nota Ruimte.

De Minister van Infrastructuur en Waterstaat,

M.G.J. Harbers

Tweede Kamer, vergaderjaar 2023-2024, 31 409, nr. 432 2