Onbetrouwbaarheid van de overheid bedreiging voor Nederlandse concurrentiepositie - Hoofdinhoud

Het Nederlandse vestigingsklimaat heeft in recente jaren aanzienlijke zorgen opgeroepen. Nederland, ooit een toonaangevende economie in de wereld, heeft onlangs haar positie als de vierde meest competitieve economie ter wereld verloren en is afgedaald naar de zesde positie in de World Competitiveness Ranking. Deze achteruitgang in de internationale concurrentiepositie vormt een bedreiging voor de ambities van Rutte IV.

Het kabinet heeft immers ambitieuze doelstellingen gesteld, zoals de klimaattransitie, de stikstofreductie en de onafhankelijkheid van totalitaire regimes als Rusland. Voor dergelijke transities moet Nederland kunnen vertrouwen op een vitaal en innovatief bedrijfsleven. Een competitief bedrijfsleven vormt volgens de JOVD de motor achter de doelstellingen van Rutte IV. Het is daarom van belang om het kabinetsbeleid van Rutte IV ten aanzien van deze motor te evalueren.

Het kabinetsbeleid ten opzichte van ondernemerschap laat zich namelijk kenmerken door een inconsistente en demotiverende opstelling. Zo is de afgelopen vijf jaren het tarief van de vennootschapsbelasting ieder jaar veranderd. Onze overheid deelde ten onrechte stikstofvergunningen uit aan agrariërs en bouwondernemers, waarna ze later hun keutel in moest trekken. Daarnaast verhoogde onze overheid afgelopen jaren continu de lastendruk op arbeid. Er is geen studie economie nodig om in te zien dat het op deze manier ondernemers erg ingewikkeld wordt gemaakt om een solide bedrijfsplan op te zetten en dit voor een buitenlandse investeerder meer wantrouwen dan vertrouwen opwekt in onze markt.

Hoewel Nederland een lange en trotse geschiedenis van assertief buitenlandbeleid kent, slaagt Nederland er ook onvoldoende in om een internationale geopolitieke vuist te maken. Tekenend voor de Nederlandse geopolitieke naïviteit is de doelstelling om de initiatiefwet Internationaal Verantwoord en Duurzaam Ondernemen op nationaal niveau in te voeren, terwijl er al een Europees voorstel op tafel ligt. In plaats van een reëel en internationaal samenhangend beleid op te zetten speelt Nederland liever het braafste jongetje van de klas. Het doel om moderne slavernij tegen te gaan is nobel, maar als Nederland zich niet blijft realiseren dat het onderdeel is van de internationale economie schiet Nederland haarzelf in de voet.

Rutte IV wil verder vooroplopen in de groene transitie, dat sluit gelukkig aan op onze ambitieuze volksgeest. Het is daarom des te betreurenswaardiger dat we tegelijkertijd niet willen erkennen dat ondernemers in ons poldermodel altijd het eerste kind van de rekening zijn. Ze worden geplaagd door lastenverzwaring en nieuwe klimaatwetgeving, terwijl zij juist werken aan oplossingen voor onze grote klimaatuitdagingen en ons voorzien in onze éigen behoeftes. Als we werkelijk willen veranderen, moeten we ook naar ons eigen gedrag durven kijken. Ondernemertje pesten is niet de oplossing. Het leidt louter tot verplaatsing van bedrijvigheid en dat is noch goed voor de economie, noch voor het klimaat.

Het wordt tijd dat ons kabinet gaat erkennen dat de huidige problemen niet opgelost worden op de ministeries, maar in het bedrijfsleven. We hebben ambitieuze ondernemers nodig die het lef hebben om te innoveren en te investeren. Laten we dus niet langer de ondernemers zien als de vijand van ons systeem, maar als de sleutel tot een duurzame toekomst. In plaats van lastenverzwaringen zou ons overheid deze ondernemers moeten omarmen en zich opstellen als betrouwbare partner. Dit is niet alleen beter voor ons vestigingsklimaat, het is ook beter voor het klimaat zelf.