Nader gewijzigd amendement Bisschop ter vervanging van nr. 20 over het herinvoegen van het vereiste dat sprake moet zijn van een 'ernstig' in plaats van een 'wezenlijk' vermoeden van wanbeheer - Wijziging van een aantal onderwijswetten in verband met onder andere de uitbreiding van het bestuurlijk handhavingsinstrumentarium (Wet uitbreiding bestuurlijk instrumentarium onderwijs) - Hoofdinhoud
Dit nader gewijzigd amendement i is onder nr. 26 toegevoegd aan wetsvoorstel 35920 - Wet uitbreiding bestuurlijk instrumentarium onderwijs i.
Inhoudsopgave
| Officiële titel | Wijziging van een aantal onderwijswetten in verband met onder andere de uitbreiding van het bestuurlijk handhavingsinstrumentarium (Wet uitbreiding bestuurlijk instrumentarium onderwijs); Amendement; Nader gewijzigd amendement van het lid Bisschop ter vervanging van nr. 20 over het herinvoegen van het vereiste dat sprake moet zijn van een 'ernstig' in plaats van een 'wezenlijk' vermoeden van wanbeheer |
|---|---|
| Documentdatum | 29-06-2022 |
| Publicatiedatum | 29-06-2022 |
| Nummer | KST3592026 |
| Kenmerk | 35920, nr. 26 |
| Externe link | origineel bericht |
| Originele document in PDF |  |
Tweede Kamer der Staten-Generaal
Vergaderjaar 2021-2022
35 920 |
Wijziging van een aantal onderwijswetten in verband met onder andere de uitbreiding van het bestuurlijk handhavingsinstrumentarium (Wet uitbreiding bestuurlijk instrumentarium onderwijs) |
Nr. 26 |
NADER GEWIJZIGD AMENDEMENT VAN HET LID BISSCHOP TER VERVANGING VAN DAT GEDRUKT ONDER NR. 20 Ontvangen 29 juni 2022 De ondergetekende stelt het volgende amendement voor: I |
In artikel I, onderdeel B, wordt in het voorgestelde artikel 153a, eerste lid, onderdeel b, «wezenlijk» vervangen door «ernstig». II In artikel II, onderdeel B, wordt in het voorgestelde artikel 132a, eerste lid, onderdeel b, «wezenlijk» vervangen door «ernstig». III In artikel III, onderdeel C, wordt in het voorgestelde artikel 3.38a, eerste lid, onderdeel b, «wezenlijk» vervangen door «ernstig». IV In artikel IV, onderdeel E, wordt in het voorgestelde artikel 6.2.3c in het opschrift en in het eerste lid, onderdeel b, «wezenlijk» telkens vervangen door «ernstig». V In artikel IV, onderdeel I, wordt in het voorgestelde artikel 3.1.6, eerste lid, onderdeel b, «wezenlijk» vervangen door «ernstig». VI In artikel V, onderdeel B, wordt in het voorgestelde artikel 9.9b, eerste lid, onderdeel b, «wezenlijk» vervangen door «ernstig». |
kst-35920-26 ISSN 0921 - 7371 's-Gravenhage 2022 |
Tweede Kamer, vergaderjaar 2021-2022, 35 920, nr. 26 1 |
In artikel V, onderdeel E, wordt in het voorgestelde artikel 10.3e1, eerste lid, onderdeel b, «wezenlijk» vervangen door «ernstig».
VIII
In artikel V, onderdeel G, wordt in het voorgestelde artikel 11.7b, eerste lid, onderdeel b, «wezenlijk» vervangen door «ernstig».
IX
In artikel VI, onderdeel B, wordt in het voorgestelde artikel 122a, eerste lid, onderdeel b, «wezenlijk» vervangen door «ernstig».
X
In artikel VII, onderdeel D, wordt in het voorgestelde artikel 6.2.6 in het opschrift en in het eerste lid, onderdeel b, «wezenlijk» vervangen door «ernstig»
XI
In artikel VII, onderdeel H, wordt in het voorgestelde artikel 10.1a, eerste lid, onderdeel b, «wezenlijk» vervangen door «ernstig».
Toelichting
De mogelijkheid om reeds bij een wezenlijk vermoeden van wanbeheer een spoedaanwijzing te kunnen geven, verlaagt de drempel voor de Minister om preventief in te grijpen en verhoogt het risico op ongegrond ingrijpen. De Afdeling advisering van de Raad van State heeft daarom terecht gesteld dat sprake zou moeten zijn van een ernstig vermoeden van wanbeheer. Het komt niet alleen zwabberend over dat de regering het voorstel op dit punt voortdurend aanpast, maar het vormt inhoudelijk gezien een te lichtvaardige inbreuk op de verantwoordelijkheid van het bevoegd gezag. Dit amendement houdt daarom vast aan de lijn dat bij een spoedaanwijzing sprake dient te zijn van een ernstig vermoeden van wanbeheer.
Bisschop
Tweede Kamer, vergaderjaar 2021-2022, 35 920, nr. 26