Staat van het onderwijs

Met dank overgenomen van W.P.H.J. (René) Peters i, gepubliceerd op vrijdag 18 juni 2021.

Niemand vindt het leuk om te horen. En ik vind het niet fijn om te moeten zeggen. Maar het gaat niet goed in het onderwijs. Ik zeg het wekelijks, we zakken steeds verder af op de internationale ranglijstjes en een kwart van onze kinderen is niet in staat een krant te lezen. En voor rekenen zijn de resultaten nog slechter. Dat is volstrekt onacceptabel. En het is ook onnodig. Want de wetenschap leert ons hoe we kinderen in de basis leren lezen en schrijven. We doen het alleen niet. En dat mag blijkbaar. Dat laten we gebeuren.

Een vriendin van me werkt op de Intensive Care van het Bernhoven Ziekenhuis bij ons in de buurt. Zij weet precies hoe ze moet handelen in welke situatie. En ze volgt de richtlijnen exact. Het is binnen hun team een continu leerproces. Hoe kan het beter, hoe implementeren we nieuwe inzichten in ons handelen? Het niet volgen van wetenschappelijk bewezen richtlijnen is ondenkbaar. Mensen zouden sterven. En samen iedere dag een beetje beter is daar de absolute norm. Zo hoort het ook.

Terug naar het onderwijs. Goed les geven is niet eenvoudig. Het is zwaar en intensief werk. Maar het is niet zwaarder en intensiever dan werken op een intensive care tijdens een corona pandemie. Er is maar een factor die de kwaliteit van het onderwijs bepaalt. En dat is de kwaliteit van de leerkracht voor de klas. Wat is er voor nodig om een lerende cultuur op scholen te bevorderen. Hoe krijgen we het voor elkaar dat leerkrachten van elkaar leren? Wat werkt, wat kan beter? Hoe implementeren we wetenschappelijke inzichten in de lespraktijk?

Als er op een intensive care geen lerende cultuur zou bestaan, dan gaan mensen dood. Als we zo’n zelfde cultuur binnen het onderwijs niet bevorderen krijgen jonge mensen een onnodig ingewikkeld leven. We kunnen in dit huis en hier buiten eindeloos spreken over stelselwijzigingen, selectiemomenten en wat al niet meer. Dat komt misschien nog. Maar met een focus op leskwaliteit en het schrappen van letterlijk alles wat daar van afleidt kan nu worden begonnen. Een aantal dagen geleden spraken we met de onderwijsinspectie. Ze waren kraakhelder in hun oordeel. Teveel docenten ontbreekt het aan de juiste didactische vaardigheden. Wat gaan we daar aan doen vraag ik de minister!

De Corona-lockdown was verschrikkelijk voor kinderen. Ik heb met enige regelmaat meegekeken met online lessen. Het was te verwachten want online lesgeven is een hele kunst, de kwaliteit van de lessen was op zijn best wisselend. Maar er zit ook een positieve kant aan de zaak. Door Corona zijn we gedwongen echt werk te maken van digitale didactiek. Hoe mooi zou het zijn, vraag ik via de voorzitter, als de lessen van Corona niet vergeten worden. Maar worden opgepakt en uitgebouwd.

Tegelijkertijd hebben we een lerarentekort. Ik hoor het wel als de minister er anders over denkt, maar dat tekort lossen we volgens mij zo een twee drie niet op. Hoe mooi zou het zijn als het onderwijs de lessen van corona zou betrekken in een duidelijke opdracht. Wees innovatief en kom met plannen het onderwijs zo vorm te geven dat het ook kan met minder docenten. Niet omdat ik dat leuk vind. Maar omdat ze er niet zijn. In tweede termijn volgt een motie op dit punt.

Op het gebied van lezen, schrijven en rekenen ligt er ook voor het MBO een enorme opdracht. Volgens de staat van het onderwijs worden de achterstanden in het VO alleen maar groter. Zoals ik het lees zou dat betekenen dat leerlingen op het VO in niveau zijn gedaald? Dat we ze iets hebben afgeleerd. Klopt dat vraag ik aan de minister. En klopt de stelling van de inspectie dat we eigenlijk niks zinnigs kunnen zeggen over lees, schrijf en rekenniveau van MBO studenten omdat daar geen systeem voor is? Hoe gaan we daar grip op krijgen is dan mijn vraag.

Klopt het vervolgens dat een kwart van de examencommissies op het mbo er niet in slaagt de kwaliteit voor-tijdens- en na de examinering te borgen? Dat is bijzonder zorgelijk. Wat gaan we hier aan doen? En hoe zien wij dat terug in concreet waarneembaar gedrag.

In de WhW is geregeld dat als instellingen onderwijs in buitenland willen verzorgen studenten minimaal 25% van hun onderwijs in Nederland moeten volgen. Dat geldt blijkbaar ook voor oline lessen vanuit Nederland. De minister gaf in antwoorden op onze vragen aan die regel aan te willen passen. Begin er maar vast mee zeggen we dan. Op dit punt komen we met een motie.

Onderwijs is een teamsport. En de mooiste sport die er bestaat. Samen iedere dag een beetje beter. Samen met de ouders, de kinderen en de schoolleiding. Leren van elkaar. Inspireren, enthousiasmeren, anticiperen op wat komen gaat. Niet alles willen doen. Wie alles doet, doet niks. Schrappen wat niet bijdraagt aan onderwijskwaliteit. Focus op de bal. In de wetenschap dat je voor kinderen daadwerkelijk groot verschil kunt maken. Hoe mooi is dat.