Inbreng verslag van een schriftelijk overleg over de antwoorden op vragen over fiscaliteit (31066-794) - Belastingdienst

1.

Kerngegevens

Officiële titel Inbreng verslag van een schriftelijk overleg over de antwoorden op vragen over fiscaliteit (Kamerstuk 31066-794)
Document­datum 26-02-2021
Publicatie­datum 26-02-2021
Externe link origineel bericht

2.

Tekst

Tweede Kamer der Staten-Generaal

2

Vergaderjaar 2020-2021

31 066

Belastingdienst

Nr.

VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

Vastgesteld … 2021

De vaste commissie voor Financiën heeft op 25 februari 2021 enkele vragen en opmerkingen aan de staatssecretaris van Financiën voorgelegd over zijn op 5 februari 2021 toegezonden brief inzake antwoorden op vragen over fiscaliteit (Kamerstuk 31066, nr. 794).

De staatssecretaris heeft deze vragen beantwoord bij brief van …

Vragen en antwoorden zijn hierna afgedrukt.

De voorzitter van de commissie,

Tielen

De adjunct-griffier van de commissie,

Schukkink

I Vragen en opmerkingen vanuit de fracties

Vragen en opmerkingen van de leden van de fractie van de VVD

De leden van de VVD-fractie hebben kennisgenomen van de reactie van het kabinet op de gestelde vragen inzake een tweetal ontvangen brieven over de fiscaliteit. De leden van de VVD-fractie stellen alleen de vraag hoe het gesprek met België is verlopen over de voortgang rond het belastingverdrag en de problematiek hooglerarenbepaling, dat ergens in februari 2021 was ingepland.

Deze leden hebben ook nog enkele vragen over de ontvlechting van de Belastingdienst, maar hebben deze vragen meegenomen in het nader schriftelijk overleg inzake enkele brieven over de Belastingdienst dat gelijktijdig met dit schriftelijk overleg wordt gehouden.

Vragen en opmerkingen van de leden van de fractie van het CDA

De leden van de CDA-fractie hebben kennisgenomen van de antwoorden van de staatssecretaris over de fiscale moties-en-toezeggingenbrief.

Deze leden hebben nog een enkele vraag over het antwoord met betrekking tot de box 3-parameters. In tabel 4 is de onderverdeling tussen de verschillende vermogensbestanddelen opgenomen voor de jaren 2013 tot en met 2017. Daarbij is een aflopende trend te zien met betrekking tot het vermogensbestanddeel onroerend goed en een oploop met betrekking tot het vermogensbestanddeel aandelen. Ook is een kleine oploop te zien in het aandeel obligaties. Zowel in het Belastingplan 2016 als in het Belastingplan 2021 is echter gekozen voor een samenstelling tussen de vermogensbestanddelen die past bij de verdeling van voor 2013. Kan de staatssecretaris aangeven waarom deze verdeling niet is aangepast aan de trend die vanaf 2013 zichtbaar is? En hoe ziet deze onderverdeling eruit vanaf 2018?

Vragen en opmerkingen van de leden van de fractie van D66

Zonnepanelen

De leden van de fractie van D66 vragen naar de administratieve lasten bij de fiscale behandeling van zonnepanelen, zoals het terugvragen van btw. Deze leden vragen hoe vaak, en welke, klachten de Belastingdienst krijgt van (potentiële) eigenaren van zonnepanelen. Kunnen (potentiële) particuliere eigenaren voldoende uit de voeten met de beschikbare formulieren? Kunnen (potentiële) eigenaren voldoende uit de voeten met de kleineondernemersregeling? Krijgt de Belastingdienst signalen dat zulke administratieve lasten een belemmering vormen om over te gaan tot zonnepanelen? Zijn er opties waarmee het particuliere beheer van zonnepanelen vereenvoudigd kan worden? Hoe gaan andere EU-lidstaten om met de uitspraak van het Hof dat particuliere eigenaren van zonnepanelen als ondernemers gezien worden? Welke administratieve lasten kennen andere landen bij de fiscale behandeling, inclusief het terugvragen van btw, van zonnepanelen?

Kindgebonden budget

De leden van de fractie van D66 vragen in hoeverre en in welke mate voor de recente aanpassing van ongelimiteerde bijverdiensten van kinderen, zulke bijverdiensten konden leiden tot terugvorderingen van het kindgebonden budget en de kinderbijslag die hoger waren dan de desbetreffende bijverdiensten zelf. Hoe vaak is dat voorgekomen? Om wat voor bedragen gaat het? Kan de staatssecretaris daar voorbeelden van geven?

Huurtoeslag

De leden van de fractie van D66 hebben een vraag over de beëindiging van de huurtoeslag en opzegtermijn van een huurcontract bij het overlijden van een persoon met recht op huurtoeslag. Deze leden vragen of het klopt dat de huurtoeslag altijd aan het eind van de kalendermaand waarin een persoon overlijdt wordt beëindigd, terwijl het huurcontract dan vaak nog doorloopt tot het einde van de tweede kalendermaand nadat een persoon overlijdt. Deze leden vragen of het kabinet deelt dat dit oneerlijk kan uitpakken voor nabestaanden die daardoor een extra maand huur zullen moeten voldoen terwijl daar geen huurtoeslag meer tegenover staat. Deze leden vragen welke mogelijkheden er zijn om dit probleem op te lossen.

Box 3

De leden van de fractie van D66 lezen dat de berekeningswijze voor de herijking van de rendementspercentages en de berekeningen van de herijkte rendementspercentages die jaarlijks ter verantwoording aan de Kamer zijn gestuurd nog uitgebreider in de fiscale moties- en-toezeggingenbrief op Prinsjesdag wordt opgenomen. Deze leden vragen waarom de staatssecretaris weigert deze informatie ook op laagdrempelige wijze toegankelijk te maken voor belastingplichtigen door deze op de website van de Belastingdienst te publiceren. Deze leden vragen of de staatssecretaris kan ingaan op de wijze waarop hij het geschikt vindt om burgers te informeren over beleid dat hen raakt. Deze leden vragen of dit Kamerbrieven zouden moeten zijn en deze leden vragen wederom of de website van de Belastingdienst geen geschikter kanaal is.

De leden van de fractie van D66 vinden het goed dat alsnog het basisjaar 2015 in de wet wordt vastgelegd. Deze leden vragen of de regering voornemens is de wet met terugwerkende kracht in werking te laten treden en vragen wat de overwegingen zijn dit al dan niet te doen.

Thuiswerken

De leden van de fractie van D66 vinden het goed dat de gesprekken met Duitsland en België worden hervat om de coronamaatregelen inzake thuiswerken structureel te regelen. Deze leden vragen of de staatssecretaris kan toezeggen dat hij er alles aan zal doen om dit structureel te regelen en dit prioriteit te (blijven) geven.

Overzicht lopende onderzoeken fiscaliteit

De leden van de fractie van D66 vragen wanneer het toegezegde overzicht van lopende onderzoeken in de fiscaliteit naar de Kamer wordt verzonden.

Vragen en opmerkingen van de leden van de fractie van de SP

De leden van de SP-fractie constateren dat de staatssecretaris van mening is dat het splitsen van de Belastingdienst in twee organisaties een klein aantal medewerkers treft. Zij vragen de staatssecretaris waar hij dit geringe effect op de werkvloer op baseert, daar uiteindelijk alle medewerkers van de Belastingdienst met de ontvlechting te maken krijgen en ogenschijnlijk opnieuw worden geconfronteerd met een voldongen feit. Deze leden vragen de staatssecretaris opnieuw hoe de door het kabinet toegezegde grote stem van medewerkers die het werk daadwerkelijk uitvoeren wordt gerealiseerd, want enkel het mee laten denken over oplossingen voor problemen die kennelijk door de van bovenaf opgelegde reorganisatie worden gecreëerd is naar de mening van deze leden niet overeenkomstig die grote stem. Deze leden hechten er waarde aan te benadrukken dat een organisatie die van onderaf gestut wordt door uitvoerende medewerkers haar werk beter kan doen dan een organisatie die van bovenaf is georganiseerd en vragen de staatssecretaris naar zijn mening over deze opvatting.

De leden van de SP-fractie vragen de staatssecretaris inzake de herijking van de rendementspercentages ten behoeve van de vermogensrendementsheffing in te gaan op het na dit schriftelijk overleg verschenen artikel Box 3: een fiscale Fyra (Overduin, C. en Romyn, M., Weekblad fiscaal recht, 7366, 21 januari 2021). Zij vragen de staatssecretaris of de huidige forfaitaire aanpak in staat is om de geschetste diversiteit aan soorten vastgoed juist te behandelen en of een aanpassing van de systematiek hierbij niet wenselijker zou zijn waarbij vastgoed dat hoge rendementen oplevert zoals huurwoningen in de vrije sector naar de mening van de staatssecretaris op een andere manier dient te worden behandeld dan vastgoed met een lager rendement. Deze leden constateren dat in de huidige situatie waarbij inmiddels meer dan 20 procent van de in Nederland verkochte woningen naar beleggers gaat er een enorme vermogensoverdracht plaatsvindt die thans niet op een zinnige wijze wordt geadresseerd, niet in de laatste plaats door uiterst goedkope leningen ten behoeve van de aanschaf aftrekbaar te laten zijn van het opgebouwde vermogen. Zij constateren dat het loslaten van de regulering van huurprijzen niet heeft geleid tot het nieuw bouwen van woningen, maar het massaal opkopen van bestaande woningen waardoor starters nauwelijks nog aan woonruimte kunnen komen en dikwijls vele malen de huur betalen die zij anders als hypotheek kwijt zouden zijn, omdat zij er door beleggers die vrijwel gratis geld lenen uit worden geconcurreerd bij de aankoop van een huis.

II Reactie van de staatssecretaris van Financiën - Fiscaliteit en Belastingdienst

4


 
 
 

3.

Meer informatie

 

4.

Parlementaire Monitor

Met de Parlementaire Monitor volgt u alle parlementaire dossiers die voor u van belang zijn en bent u op de hoogte van alles wat er speelt in die dossiers. Helaas kunnen wij geen nieuwe gebruikers aansluiten, deze dienst zal over enige tijd de werkzaamheden staken.