Wet inzake digitale diensten - Vragen en antwoorden

Met dank overgenomen van Europese Commissie (EC) i, gepubliceerd op dinsdag 15 december 2020.

Inhoud

  • Algemene informatie over de wet inzake digitale diensten

Wat is de wet inzake digitale diensten?

De wet inzake digitale diensten regelt de verplichtingen van digitale diensten die als tussenpersoon consumenten met goederen, diensten en inhoud in contact brengen.

De wet zal de consumenten en de grondrechten online beter beschermen, een krachtig kader voor transparantie en verantwoordingsplicht voor onlineplatforms tot stand brengen en tot eerlijkere en meer open digitale markten leiden.

De nieuwe regels zijn geharmoniseerd in de hele EU en rechtstreeks toepasselijk. Daardoor wordt het gemakkelijker om grensoverschrijdende digitale innovatie aan te bieden en zullen alle burgers in de EU hetzelfde beschermingsniveau genieten. De wet omvat onder meer:

  • maatregelen tegen illegale online-inhoud, bijvoorbeeld met betrekking tot goederen en diensten, zoals een mechanisme voor gebruikers om dergelijke inhoud te signaleren en voor platforms om samen te werken met “betrouwbare flaggers”;
  • nieuwe regels voor de traceerbaarheid van zakelijke gebruikers op onlinemarktplaatsen om verkopers van illegale goederen gemakkelijker te identificeren;
  • doeltreffende garanties voor gebruikers, zodat zij onder meer de inhoudsmoderatie van platforms kunnen aanvechten;
  • uitgebreide transparantiemaatregelen voor onlineplatforms, ook met betrekking tot de algoritmen die worden gebruikt om aanbevelingen te doen;
  • verplichtingen voor zeer grote onlineplatforms om op risico's gebaseerde maatregelen te nemen ter voorkoming van misbruik van hun systemen. Daarbij dient door middel van onafhankelijke controles ook toezicht te worden gehouden op hun risicobeheersmaatregelen;
  • toegang voor onderzoekers tot gegevens van belangrijke platforms, zodat zij na kunnen gaan hoe platforms werken en hoe onlinerisico's veranderen;
  • een toezichtsstructuur die is uitgerust voor de complexiteit van de onlineomgeving: De lidstaten zullen de belangrijkste rol op zich nemen, en worden daarbij ondersteund door een nieuwe Europese raad voor digitale diensten. Voor zeer grote onlineplatforms kunnen zij bovendien rekenen op aanvullend toezicht en handhaving door de Commissie.

Bevat de wet inzake digitale diensten bepalingen voor een digitale belasting?

Nee, het voorstel van de Commissie voor een tussentijdse digitale belasting op inkomsten uit digitale activiteiten is een afzonderlijk initiatief naast de wet inzake digitale diensten. De wet inzake digitale diensten bevat geen bepalingen met betrekking tot belastingen.

Definieert de wet inzake digitale diensten wat online illegaal is?

Nee. Dankzij de nieuwe regels zullen de zorgvuldigheidsverplichtingen voor platforms en hostingdiensten en de voorwaarden voor de ontheffing van aansprakelijkheid voor onlinetussenpersonen worden geharmoniseerd. De wet zal geen gevolgen hebben voor nationale of EU-wetgeving waarin wordt gespecificeerd wat illegaal is. Tegelijkertijd zal het voorstel mechanismen instellen waarmee rechterlijke bevelen naar aanbieders in de hele eengemaakte markt kunnen worden gestuurd, zodat de lidstaten de wetgeving online beter kunnen handhaven.

Zal de wet inzake digitale diensten de sectorspecifieke wetgeving vervangen?

Nee. De wet inzake digitale diensten stelt de horizontale regels vast voor alle diensten en alle soorten illegale inhoud, ook voor goederen of diensten. Zij vervangt of wijzigt de sectorspecifieke wetgeving niet, maar vult die juist aan. Dat geldt bijvoorbeeld voor de richtlijn audiovisuele mediadiensten, de richtlijn inzake auteursrechten in de digitale eengemaakte markt, het acquis inzake consumentenbescherming of het voorstel voor een verordening ter voorkoming van de verspreiding van terroristische online-inhoud.

Wat zijn de huidige regels en waarom moeten zij worden vernieuwd?

De richtlijn inzake elektronische handel van 2000 vormt het belangrijkste rechtskader voor de levering van digitale diensten in de EU. Dit horizontale rechtskader was de basis voor de regulering van digitale diensten in de Europese eengemaakte markt.

Op twintig jaar tijd is er echter veel veranderd: de regels moeten dus worden aangepast. Onlineplatforms hebben aanzienlijke voordelen opgeleverd voor consumenten en voor innovatie, hebben de grensoverschrijdende handel binnen en buiten de Unie vergemakkelijkt en hebben nieuwe kansen gecreëerd voor diverse Europese bedrijven en handelaren. Tegelijkertijd worden zij misbruikt om illegale inhoud te verspreiden, of om illegale goederen of diensten online te verkopen. Sommige zeer grote spelers zijn zowat uitgegroeid tot openbare ruimten waar informatie wordt uitgewisseld en handel wordt gedreven. Zij vormen specifieke risico's met betrekking tot de rechten van gebruikers, de informatiestromen en de inspraak van het publiek.

De wet inzake digitale diensten bouwt voort op de regels van de richtlijn inzake elektronische handel en richt zich op de specifieke problemen die zich voordoen rond onlinetussenpersonen. In de lidstaten bestaan er verschillende regelingen voor die diensten. Dat leidt tot belemmeringen voor kleinere ondernemingen die in de EU willen uitbreiden, en zorgt ervoor dat Europese burgers niet dezelfde mate van bescherming genieten.

Dankzij de wet inzake digitale diensten zullen onnodige juridische lasten worden weggenomen. Dat creëert een beter klimaat voor innovatie, groei en concurrentievermogen en vergemakkelijkt de opschaling van kleinere platforms, startende, kleine en middelgrote ondernemingen. Tegelijkertijd zullen alle gebruikers in de EU op dezelfde manier worden beschermd, zowel tegen illegale goederen, inhoud of diensten als wat hun grondrechten betreft.

Waarom is het belangrijk om tussenpersonen wereldwijd te reguleren?

De nieuwe regels vormen een belangrijke stap in de verdediging van de Europese waarden online, zoals de eerbiediging van de mensenrechten, vrijheid, democratie, gelijkheid en de rechtsstaat, en in de versterking van het concurrentievermogen van digitale diensten, de keuze voor de consument en mogelijkheden voor online-innovatie.

Het voorstel voor de wet inzake digitale diensten legt hoge normen vast voor een doeltreffend optreden, een eerlijke rechtsbedeling en de bescherming van de grondrechten online. Het zorgt voor een evenwichtige aanpak met betrekking tot de aansprakelijkheid van tussenpersonen en voorziet in doeltreffende maatregelen om illegale online-inhoud en risico's voor de maatschappij aan te pakken. Daarmee streeft de wet inzake digitale diensten ernaar om ook wereldwijd een benchmark vast te leggen voor een regelgevende aanpak van onlinetussenpersonen.

Zijn deze regels ook van toepassing op ondernemingen buiten de EU?

De regels zijn zonder onderscheid van toepassing op de eengemaakte markt van de EU. Dat geldt ook voor onlinetussenpersonen die buiten de Europese Unie zijn gevestigd en hun diensten op de eengemaakte markt aanbieden. Wanneer zij niet in de EU zijn gevestigd, zullen zij een wettelijke vertegenwoordiger moeten benoemen, zoals veel ondernemingen dat al doen in het kader van hun verplichtingen uit hoofde van andere rechtsinstrumenten. Aan de andere kant zullen onlinetussenpersonen, wanneer zij hun diensten in de EU aanbieden, kunnen profiteren van een reeks gemeenschappelijke regels en van de juridische duidelijkheid over de ontheffing van aansprakelijkheid.

  • Gevolgen voor gebruikers

Hoe zullen de burgers profiteren van de nieuwe regels?

Onlineplatforms spelen een steeds belangrijkere rol in het dagelijks leven van de Europeanen. De regels zullen voor een veiliger online-ervaring voor burgers zorgen, zodat zij hun ideeën vrij kunnen uiten en online kunnen communiceren en winkelen, terwijl ze minder aan illegale activiteiten en gevaarlijke goederen worden blootgesteld en de bescherming van de grondrechten wordt gewaarborgd.

Onlineplatforms zullen hun zakelijke gebruikers moeten identificeren en duidelijk maken wie een product verkoopt of een dienst aanbiedt; daardoor zullen malafide handelaren beter kunnen worden opgespoord en zullen onlinekopers worden beschermd tegen illegale producten, zoals nagemaakte en gevaarlijke producten. Tegelijkertijd zullen burgers illegale inhoud die zij tegenkomen, waaronder producten, kunnen melden en de beslissingen van onlineplatforms aanvechten wanneer hun eigen inhoud wordt verwijderd: platforms zijn verplicht hen op de hoogte te brengen van alle genomen beslissingen, de reden voor die beslissing, en een mechanisme in te voeren om die beslissing aan te vechten.

Voor zeer grote onlineplatforms zullen er daarnaast specifieke regels worden ingevoerd, gezien hun wezenlijke impact op het openbaar debat, economische transacties en de verspreiding van informatie, meningen en ideeën. Indien dergelijke platforms inhoud aanbevelen, kunnen gebruikers de hiertoe gebruikte criteria wijzigen of ervoor kiezen geen gepersonaliseerde aanbevelingen te ontvangen. Burgers hoeven deze bedrijven niet op hun woord te geloven; zij zullen de maatregelen die de bedrijven nemen kunnen controleren aan de hand van verslagen van onafhankelijke controleurs en grondig nagetrokken onderzoekers.

Welke maatregelen worden in de wetgeving voorgesteld om illegale inhoud tegen te gaan?

De wetgeving zal voor alle actoren in het online-ecosysteem doeltreffende middelen ter beschikking stellen om illegale inhoud, goederen en diensten te bestrijden.

Gebruikers zullen illegale inhoud op een gemakkelijke en doeltreffende manier kunnen melden. Er zal een bevoorrecht kanaal worden gecreëerd voor betrouwbare flaggers (entiteiten die blijk hebben gegeven van bijzondere deskundigheid en bekwaamheid) om illegale inhoud te melden waarop platforms met voorrang moeten reageren. Wanneer de nationale wetgeving dit toestaat, kunnen de autoriteiten van de lidstaten elk platform dat in de EU actief is, ongeacht de vestigingsplaats, gelasten illegale inhoud te verwijderen.

Tot slot zullen zeer grote onlineplatforms risicobeperkende maatregelen moeten nemen op het niveau van de hele organisatie van hun dienst om hun gebruikers te beschermen tegen illegale inhoud, goederen en diensten.

Hoe zal de wet inzake digitale diensten mensen beschermen tegen onveilige of nagemaakte goederen?

De wet inzake digitale diensten zal alle actoren in het online-ecosysteem doeltreffende middelen bieden in de strijd tegen illegale goederen. Platforms zullen over verplichte procedures beschikken om illegale goederen te verwijderen. Onlinemarktplaatsen zullen ook worden verzocht hun handelaren te traceren (volgens het principe “ken uw zakelijke klant”). Dat zal zorgen voor een veilige, transparante en betrouwbare omgeving voor consumenten en zal handelaren die misbruik maken van platforms ontmoedigen om onveilige of nagemaakte goederen te verkopen. Verder zullen onlineplatforms worden verzocht hun online-interface zodanig in te richten dat handelaren aan hun informatieverplichtingen jegens consumenten kunnen voldoen. Er zal ook een nieuw systeem van betrouwbare flaggers worden gebruikt, bijvoorbeeld voor merkeigenaren die de strijd willen aanbinden met namaakgoederen, maar ook om namaakgoederen sneller en gemakkelijker te signaleren en te verwijderen. Overheidsdiensten zullen over nieuwe instrumenten beschikken zodat zij de verwijdering van onveilige producten rechtstreeks kunnen gelasten. Zeer grote onlineplatforms zullen worden onderworpen aan een gecontroleerde risicobeoordeling, waaronder een analyse van de kwetsbaarheid van hun platforms voor illegale goederen. Hun risicobeperkende maatregelen op dat organisatieniveau zullen eveneens aan jaarlijkse controles worden onderworpen.

Hoe kan schadelijke, niet-illegale inhoud doeltreffend worden aangepakt?

Niet-illegale schadelijke inhoud mag niet op dezelfde manier worden behandeld als illegale inhoud. De nieuwe regels zullen alleen maatregelen opleggen om illegale inhoud te verwijderen of het verwijderen ervan aan te moedigen, en zijn volledig in overeenstemming met de vrijheid van meningsuiting.

Het zwaartepunt van het voorstel ligt op het wegwerken van de zwakke plekken van platforms, zodat die niet kunnen worden misbruikt om schadelijk gedrag te versterken, zoals de verspreiding van politieke desinformatie, hoaxes en manipulatie tijdens pandemieën, of het toebrengen van schade aan kwetsbare groepen. Een gecontroleerde, op risico's gebaseerde aanpak zal zeer grote platforms verplichten om de risico's als gevolg van hun systemen te beoordelen en te beperken, onder meer ter bescherming van de grondrechten, het algemeen belang, de volksgezondheid en de veiligheid, en om hun beoordelingen en maatregelen aan een onafhankelijke controle te onderwerpen.

Daarnaast voorziet het voorstel in een coreguleringskader waarin dienstverleners op basis van gedragscodes negatieve gevolgen kunnen tegengaan die verband houden met de virale verspreiding van illegale inhoud, alsook met manipulatieve activiteiten en misbruik, die bijzonder schadelijk zijn voor kwetsbare gebruikers van de dienst, zoals kinderen en minderjarigen.

Voor met name onlinedesinformatie zijn er reeds verdere richtsnoeren van de Commissie en een herziene praktijkcode aangekondigd. Die kunnen voortbouwen op de regels die in het kader van de wet inzake digitale diensten moeten worden overeengekomen.

Hoe denkt u een redelijk evenwicht te bewaren tussen de wet inzake digitale diensten en de grondrechten, zoals de vrijheid van meningsuiting?

In de tekst staat de bescherming van de vrijheid van meningsuiting centraal. Daarbij gaat het ook om bescherming tegen overheidsinmenging in de vrijheid van meningsuiting en informatie. De horizontale regels tegen illegale inhoud zijn zorgvuldig afgemeten en gaan vergezeld van stevige garanties inzake de vrijheid van meningsuiting en een doeltreffend recht op verhaal. Zo moet worden vermeden dat inhoud te weinig of juist onnodig wordt verwijderd omdat die illegaal zou zijn.

Dankzij het voorstel kunnen gebruikers en consumenten de beslissingen van de onlineplatforms om hun inhoud te verwijderen aanvechten, ook wanneer die beslissingen gebaseerd zijn op de algemene voorwaarden van de platforms. Gebruikers kunnen rechtstreeks een klacht indienen bij het platform, een orgaan voor buitengerechtelijke geschillenbeslechting kiezen of verhaal zoeken bij de rechtbank.

In de wet inzake digitale diensten worden regels voorgesteld inzake de transparantie van inhoudsmoderatie. Dankzij controleverslagen en onafhankelijk onderzoek zullen gebruikers en consumenten beter kunnen begrijpen hoe zeer grote platforms invloed op onze samenlevingen uitoefenen.

Hoe gaat de wet inzake digitale diensten desinformatie tegen?

De voorgestelde regels inzake inhoudsmoderatie door platforms, advertenties, algoritmische processen en risicobeperking moeten ervoor zorgen dat platforms, en met name zeer grote platforms, meer verantwoording afleggen en hun verantwoordelijkheid opnemen wat betreft de maatregelen die zij nemen en de systeemrisico's die zij vormen, onder meer met betrekking tot desinformatie.

Aangezien het om horizontale wetgeving gaat, zal de wet inzake digitale diensten geen uitdrukkelijke oplossing bieden voor een aantal zeer specifieke uitdagingen in verband met desinformatie. De aanpak daarvan zal verder worden uitgewerkt in de geactualiseerde praktijkcode betreffende desinformatie, en de nieuwe richtsnoeren van de Commissie zoals aangekondigd in het actieplan voor Europese democratie.

Hoe regelt de wet inzake digitale diensten onlineadvertenties?

De wet inzake digitale diensten heeft betrekking op alle soorten advertenties, van digitale marketing tot thematisch georiënteerde en politieke advertenties. Zij vormt een aanvulling op bestaande regels, zoals de algemene verordening gegevensbescherming, die bijvoorbeeld al voorschriften omvat over de toestemming van gebruikers of hun recht om bezwaar te maken tegen gerichte digitale marketing.

Deze nieuwe regels zullen gebruikers in staat stellen advertenties te begrijpen en er met kennis van zaken beslissingen over te nemen. De gebruikers moeten duidelijk worden geïnformeerd of en waarom een advertentie op hen is gericht en wie voor de advertentie heeft betaald; zij moeten ook heel duidelijk zien wanneer inhoud wordt gesponsord of uit eigen beweging op een platform wordt geplaatst. Ook voor mogelijk illegale advertenties en alle andere soorten inhoud gelden meldings- en handelingsverplichtingen.

Voor zeer grote onlineplatforms zijn de maatschappelijke belangen groter en bevatten de regels aanvullende maatregelen om de risico's te beperken en toezicht mogelijk te maken. Deze platforms zullen advertentiedatabanken moeten onderhouden en openstellen, zodat onderzoekers, het maatschappelijk middenveld en de autoriteiten kunnen nagaan hoe advertenties werden getoond en op wie ze werden gericht. Zij zullen ook moeten beoordelen of en hoe hun advertentiesystemen worden gemanipuleerd en maatregelen nemen om het risico daarop te beperken.

Het voorstel wordt aangevuld met maatregelen in de wet inzake digitale markten. Het gaat met name om bepalingen om de transparantie te vergroten door poortwachters informatie te laten verstrekken over de prijs van advertenties en de vergoeding die aan de uitgever werd betaald. Die poortwachters moeten ook toegang verschaffen tot hun instrumenten voor prestatiemeting en de informatie die adverteerders en uitgevers nodig hebben om zelf de advertentiedatabank op onafhankelijke wijze te kunnen controleren.

Die maatregelen zullen nog worden aangevuld met een toekomstig initiatief inzake politieke advertenties.

Hoe beschermt de wet inzake digitale diensten persoonsgegevens?

De wet voldoet aan de bestaande regels inzake gegevensbescherming, met inbegrip van de algemene verordening gegevensbescherming (AVG) en de e-privacyrichtlijn, en raakt niet aan de garanties waarin die regels voorzien.

  • Gevolgen voor bedrijven

Op welke digitale diensten is de wet van toepassing?

De wet inzake digitale diensten geldt voor onlinetussenpersonen, met inbegrip van diensten zoals internetproviders, clouddiensten, berichtendiensten, marktplaatsen of sociale netwerken. Die digitale diensten geven inhoud van derden door of slaan deze op. Er zijn specifieke zorgvuldigheidsverplichtingen van toepassing op hostingdiensten, en met name op onlineplatforms, een subcategorie hostingdiensten. Voorbeelden van onlineplatforms zijn sociale netwerken, platforms voor het delen van inhoud, appstores, onlinemarktplaatsen en onlineplatforms voor reizen en accommodatie. Een deel van de regels die in de wet inzake digitale diensten worden gespecificeerd, is gericht op zeer grote onlineplatforms, die een aanzienlijke maatschappelijke en economische impact hebben en ten minste 45 miljoen gebruikers in de EU (10 % van de bevolking) bereiken.

Welke gevolgen heeft de wet inzake digitale diensten voor bedrijven?

De wet inzake digitale diensten moderniseert en verduidelijkt de regels, die dateren van 2000. De wet zal een wereldwijde maatstaf zijn op basis waarvan onlinebedrijven kunnen profiteren van een modern, duidelijk en transparant kader waarmee de rechten worden geëerbiedigd en de verplichtingen worden gehandhaafd.

Bovendien zullen onlinetussenpersonen, en met name hostingdiensten en onlineplatforms, dankzij de nieuwe regels de kosten kunnen drukken omdat ze binnen de eengemaakte markt niet langer 27 verschillende regelingen hoeven na te leven. Dat zal met name van belang zijn voor innovatieve startende, kleine, middelgrote en doorgroeiende ondernemingen, die daardoor in de EU kunnen uitbreiden en kunnen concurreren met zeer grote spelers.

Ook andere bedrijven zullen profiteren van de nieuwe regels. Zij zullen toegang hebben tot eenvoudige en doeltreffende instrumenten waarmee zij illegale activiteiten kunnen signaleren die hun handel schade toebrengen, alsook tot interne en externe verhaalmechanismen, die betere bescherming bieden tegen foutieve verwijdering, waardoor de verliezen voor legitieme bedrijven en ondernemers worden beperkt.

Bovendien zullen aanbieders die vrijwillig maatregelen nemen om de verspreiding van illegale inhoud verder te beteugelen, er zeker van zijn dat ze daar geen nadelige gevolgen van zullen ondervinden omdat ze nu beschermd zijn tegen wettelijke aansprakelijkheid.

Welke gevolgen heeft de wet inzake digitale diensten voor start-ups en innovatie in het algemeen?

Dankzij de wet wordt de eengemaakte markt overzichtelijker, dalen de nalevingskosten en ontstaat een gelijker speelveld. De versnippering van de eengemaakte markt benadeelt startende, kleine en middelgrote ondernemingen die willen groeien in onevenredige mate door het ontbreken van een voldoende grote binnenlandse markt en door de kosten die ze moeten maken om de verschillende wetgevingen na te leven. Bedrijven die al groot zijn kunnen de kosten van versnippering veel gemakkelijker dragen.

Met een gemeenschappelijk, horizontaal en geharmoniseerd pakket regels dat in de hele digitale eengemaakte markt van toepassing is, zullen kleine en middelgrote ondernemingen, kleinere platforms en start-ups in hun kritieke groeifase toegang krijgen tot klanten in meerdere landen.

Hoe maakt de voorgestelde wet inzake digitale diensten een onderscheid tussen kleine en grote spelers?

Het voorstel voorziet in asymmetrische zorgvuldigheidsverplichtingen voor verschillende soorten tussenpersonen, afhankelijk van de aard van hun diensten, hun omvang en hun impact. Zo wordt ervoor gezorgd dat hun diensten niet worden misbruikt voor illegale activiteiten en dat aanbieders verantwoordelijk handelen. Bepaalde wezenlijke verplichtingen zijn beperkt tot zeer grote onlineplatforms, die een centrale rol spelen bij het bevorderen van het publieke debat en economische transacties. Zeer kleine platforms zijn vrijgesteld van de meeste verplichtingen.

Door de verantwoordelijkheden in het online-ecosysteem te koppelen aan de grootte van de spelers, zullen de regelgevingskosten van deze nieuwe regels evenredig zijn.

Welke gevolgen zal de voorgestelde wet inzake digitale diensten hebben voor platforms en zeer grote platforms?

Alle platforms, behalve de kleinste, zullen verplicht worden om klachten- en verhaalmechanismen en buitengerechtelijke geschillenbeslechtingsmechanismen op te zetten, samen te werken met betrouwbare flaggers, maatregelen te nemen tegen verkeerde meldingen, klachten te behandelen, de kwalificaties van derde leveranciers na te trekken en transparant te zijn over onlineadvertenties tegenover gebruikers.

Bovendien worden zeer grote onlineplatforms, die 45 miljoen gebruikers of meer bereiken (d.w.z. 10 % van de Europese bevolking), onderworpen aan specifieke regels vanwege hun bijzondere risico's in verband met de verspreiding van illegale inhoud en het toebrengen van schade aan de maatschappij.

Zeer grote onlineplatforms moeten voldoen aan verplichtingen op het gebied van risicobeheer, externe risicocontrole en publieke verantwoording, moeten zorgen voor transparantie van hun aanbevelingssystemen en de keuzemogelijkheden voor gebruikers om toegang tot informatie te krijgen, en moeten gegevens met autoriteiten en onderzoekers delen.

Welke sancties riskeren bedrijven als zij de nieuwe regels niet naleven?

Met het nieuwe handhavingsmechanisme, waarvoor wordt samengewerkt op nationaal en EU-niveau, zal worden gecontroleerd hoe onlinetussenpersonen hun systemen aan de nieuwe vereisten aanpassen. Elke lidstaat moet een coördinator voor digitale diensten aanwijzen. Dat is een onafhankelijke autoriteit die verantwoordelijk wordt voor het toezicht op de tussenpersonen die in de lidstaat zijn gevestigd en/of voor de samenwerking met gespecialiseerde sectorale autoriteiten. Daartoe zal de coördinator voor digitale diensten sancties kunnen opleggen, waaronder geldboetes. Elke lidstaat specificeert duidelijk de sancties in zijn nationale wetgeving, in overeenstemming met de vereisten van de verordening, en zorgt ervoor dat die in verhouding staan tot de aard en de ernst van de inbreuk, maar ook ontradend werken om de naleving van de wetgeving te garanderen.

In het geval van de zeer grote platforms zal de Commissie rechtstreekse toezichthoudende bevoegdheden hebben en kan zij in de ernstigste gevallen geldboetes opleggen tot 6 % van de wereldwijde omzet van een dienstverlener.

Het handhavingsmechanisme omvat echter meer dan alleen geldboetes: de coördinator voor digitale diensten en de Commissie zullen bevoegd zijn om indien nodig onmiddellijke maatregelen te eisen om zeer ernstige schade aan te pakken, en platforms kunnen toezeggingen doen over hoe zij die zullen verhelpen.

Als malafide platforms weigeren te voldoen aan belangrijke verplichtingen en daarmee het leven en de veiligheid van mensen in gevaar brengen, zal het als laatste redmiddel mogelijk zijn een rechtbank om een tijdelijke opschorting van hun dienstverlening te vragen, nadat alle betrokken partijen erbij werden betrokken.

  • Gevolgen voor de lidstaten

Hoe kan de wetgevingskloof tussen de lidstaten worden gedicht?

De ervaring en pogingen van de afgelopen jaren hebben duidelijk gemaakt dat individuele nationale maatregelen om de problemen in verband met de verspreiding van illegale online-inhoud te beteugelen, niet volstaan om de huidige uitdagingen doeltreffend aan te pakken en om alle Europeanen te beschermen tegen schade online, met name wanneer er zeer grote onlineplatforms bij betrokken zijn. Bovendien vormen ongecoördineerde nationale maatregelen extra belemmeringen voor kleinere bedrijven en start-ups. Zij worden geconfronteerd met aanzienlijke nalevingskosten om aan alle verschillende wetten te kunnen voldoen. Met geactualiseerde en geharmoniseerde regels zullen alle Europeanen, zowel particulieren als bedrijven, beter worden beschermd en beter voor hun rechten kunnen opkomen.

Met de wet inzake digitale diensten wordt één reeks regels voor de hele EU voorgesteld. Alle burgers in de EU zullen dezelfde rechten hebben. Een gemeenschappelijk handhavingssysteem zal hen op dezelfde manier beschermen en de regels voor onlineplatforms zullen overal in de Unie gelijk zijn. Hieronder wordt verstaan: gestandaardiseerde procedures om illegale inhoud te melden, gelijke toegang tot klachten- en verhaalmechanismen in de hele eengemaakte markt, dezelfde transparantienormen voor systemen voor inhoudsmoderatie of advertenties, en dezelfde gecontroleerde risicobeperkingsstrategie voor zeer grote onlineplatforms.

Welke instanties houden toezicht op de regels en door wie worden ze aangewezen?

De lidstaten moeten bevoegde autoriteiten aanwijzen (de coördinatoren voor digitale diensten) die erop toezien dat de op hun grondgebied gevestigde diensten de nieuwe regels naleven, en zij moeten eveneens deelnemen aan het EU-samenwerkingsmechanisme van de voorgestelde wet inzake digitale diensten. De coördinator voor digitale diensten zal een onafhankelijke autoriteit zijn die is onderworpen aan strenge eisen om zijn taken op onpartijdige en transparante wijze uit te voeren. De nieuwe coördinator voor digitale diensten zal in elke lidstaat een belangrijk centrum voor regelgeving vormen, dat zorgt voor samenhang en digitale competentie.

De coördinatoren voor digitale diensten zullen samenwerken binnen een onafhankelijke adviesgroep: de Europese raad voor digitale diensten. Die kan met analyses, verslagen en aanbevelingen steun bieden en het nieuwe instrument voor gezamenlijke onderzoeken van de coördinatoren voor digitale diensten coördineren.

Verder voorziet de voorgestelde wet inzake digitale diensten in een innovatief en doeltreffend mechanisme om zeer grote onlineplatforms te controleren. Daarbij is een directe rol voor de Europese Commissie weggelegd, die kan rekenen op het advies en de medewerking van de coördinatoren voor digitale diensten en de nieuwe Europese raad voor digitale diensten.

Welke rol speelt de Commissie in het toezicht op platforms?

De handhaving van de voorgestelde wet inzake digitale diensten is in de eerste plaats een taak van de nationale bevoegde autoriteiten, en met name van de coördinatoren voor digitale diensten. Een coördinator voor digitale diensten of de raad kan een onopgelost probleem echter wel voorleggen aan de Commissie. Vervolgens zal de Commissie tussenbeide komen en de coördinator voor digitale diensten van het land waarin de dienstverlener is gevestigd, vragen om ervoor te zorgen dat de wet inzake digitale diensten en de daarmee verband houdende materiële vereisten uit hoofde van het nationale recht of het Unierecht worden nageleefd.

Voor zeer grote onlineplatforms zullen de nieuwe regels daarnaast voorzien in versterkt toezicht en betere handhaving met de actieve deelname van de Commissie. In geval van aanhoudende inbreuken kan de Commissie, op aanbeveling van de raad voor digitale diensten, op uitnodiging van de bevoegde coördinator voor digitale diensten of op eigen initiatief, procedures inleiden tegen zeer grote onlineplatforms. Daardoor zal zij snel kunnen optreden in gevallen waarin zeer grote onlineplatforms systeemrisico's voor de hele EU met zich meebrengen en garandeert zij de mate van bijstand die nodig is om de complexe, technische en maatschappelijke problemen van de grootste onlineplatforms aan te pakken.