Het kan zo niet langer: Europese wetgeving moet arbeidsmigranten gaan beschermen

Met dank overgenomen van Partij van de Arbeid (PvdA) i, gepubliceerd op woensdag 29 juli 2020.

De misstanden rond arbeidsmigranten zijn niet te tellen. Europese wetgeving is hard nodig, vindt Agnes Jongerius, Europarlementariër voor de PvdA.

Opiniestuk verschenen in Trouw

Spreken van incidenten gaat niet meer. In geen enkel ­gesprek dat ik met arbeids­migranten in Nederland heb gevoerd, ging het goed. Spaanse jongeren zijn onder valse voorwendselen met nepcontracten naar Nederland gehaald. Roemeense arbeidsmigranten slapen in tentjes in Gelderland. Arbeidstijden worden niet gerespecteerd. Exorbitante huren worden van het loon ingehouden en als dat beter uitkomt, worden mensen op straat ­gedumpt. Een Poolse arbeidsmigrant ligt te creperen met brandwonden zonder dat hulp wordt ingeschakeld.

De stroom van nieuwsberichten over slechte huisvesting, uitbuiting en door het werk ziek geraakte arbeids­migranten is niet in te dammen. Alleen al door te turven hoe vaak Frank van Gool, als directeur van het grootste uitzendbureau dat werkt met mensen uit Midden- en Oost-Europa, weer eens in de media vergoelijkt dat er ‘misstanden’ plaatsvinden, weet je dat de problemen in de sector structureel zijn.

Ik maak me er enorm kwaad over. Het is inhumaan. De bezem moet door de uitzendbranche. Het coronavirus heeft voor het grote publiek geopenbaard wat binnen de uitzendsector al lang en breed bekend is. Uitzendbureaus weigeren om hun verantwoor­delijkheid nemen. Daarom zet ik in op strenge Europese wetgeving, met een herziening van de uitzendrichtlijn, om de markt te reguleren en roep ik uitzendbureaus op om vanaf nu vol mee te werken aan betere bescherming van ­arbeidsmigranten.

Negen van de tien uitzendbureaus in Nederland zijn niet eens aangesloten bij een van de brancheverenigingen. Het lukt simpelweg niet binnen de uitzendbranche om onderling een ondergrens af te spreken. Keer op keer zakken er uitzendbureaus door de bodem. Zie dat onder ogen en durf de conclusies te trekken: er is wetgeving en handhaving nodig.

Gewetenloze uitzendbazen

Ik weet dat de Aholds, de Unilevers en de Bol.coms, bedrijven die veelvuldig van uitzendkrachten gebruikmaken, slechts kleine marges bieden. Ook zij zijn niet zonder blaam. Maar met zoveel gewetenloze uitzendbazen op de markt is de druk daarnaast te groot voor bonafide uitzendbureaus om mee te gaan in de race naar de bodem.

Toch moet de concurrentie op arbeidsvoorwaarden in de sector worden gestopt. Dat is in de eerste plaats in het belang van de mensen die het werk doen, en in de tweede plaats ook voor de welwillende uitzendbureaus zelf. Met dezelfde duidelijke en handhaaf­bare spelregels voor iedereen creëren we een gelijk speelveld voor de eerlijke uitzenders en ruimen we de cowboys van de markt.

Het aanjaagteam onder leiding van Emile Roemer heeft geschetst wat nodig is. Van Oost tot West: de steun voor onze resolutie in het Europees Parlement om arbeidsmigranten te beschermen was overweldigend. Zelfs de Europese Commissie riep de lidstaten op tot wetgeving. Het komt steeds op hetzelfde neer: Er moeten regels komen over wie een uitzendbureau mag runnen en er moet een einde komen aan het doorschuiven van verantwoordelijkheid. Er moeten wettelijke normen komen voor fatsoenlijke huisvesting. En er moet veel meer worden gehandhaafd door de arbeidsinspectie in de sector.

Heb de moed om te kiezen

Het zou de georganiseerde uitzendbureaus die aangesloten zijn bij koepel­verenigingen ABU en NBBU sieren als zij zich achter deze oproepen scharen. ­Erken de structurele tekortkomingen en toon de moed om te kiezen voor een grote schoonmaak in de sector.

Herziening van de uitzendrichtlijn is hard nodig om een eerlijk speelveld met bescherming voor Europese arbeids­migranten te verwezenlijken. Ik hoop op steun hiervoor van de uitzendbranche zelf.