Macht bij aanpak dier­ziekten naar minister van VWS

Met dank overgenomen van Partij voor de Dieren (PvdD) i, gepubliceerd op dinsdag 26 mei 2020.

26 mei 2020

Niet langer de minister van Landbouw maar de minister van Volksgezondheid is nu eindverantwoordelijk bij de preventie en bestrijding van dierziekten die een bedreiging vormen voor de volksgezondheid. Een overgrote meerderheid van de Tweede Kamer schaarde zich vandaag achter dit voorstel van de Partij voor de Dieren. Fractievoorzitter Esther Ouwehand spreekt van ‘een historische overwinning’.

Momenteel heeft de minister van Volksgezondheid weliswaar de regie, maar geen zogenaamde doorzettingsmacht om ook op het terrein van de minister van Landbouw maatregelen te nemen in het belang van de volksgezondheid. De PvdD-motie die opriep het ministerie van VWS deze macht te geven kreeg de steun van een meerderheid van de Kamer. Alleen Forum voor Democratie stemde tegen.

Tijdens de Q-koorts-epidemie (2007-2010) werden duizenden mensen ziek en zijn uiteindelijk meer dan honderd mensen overleden. In een evaluatie door de commissie Van Dijk (2010) werd geconcludeerd dat het ministerie van Landbouw te lang de belangen van de veehouderij had verdedigd ten koste van de volksgezondheid. De commissie Van Dijk adviseerde dat de minister van VWS de bevoegdheid moest krijgen om ook op de terreinen van het ministerie van Landbouw in te kunnen grijpen bij een besmettelijke dierziektecrisis. De agrarische lobby verzette zich daar hevig tegen. In de jaren die volgden weigerde de regering het advies op te volgen.

Ouwehand: “De huidige coronacrisis laat zien dat het beschermen van de belangen van de veehouderij nog altijd ingebakken zit in het systeem. Kijk naar de corona-uitbraak in de Nederlandse nertsenfokkerijen. Opnieuw zien we dezelfde dynamiek, waarvoor de commissie Van Dijk heeft gewaarschuwd: er wordt niet ingegrepen, niet gehandeld op basis van het voorzorgsbeginsel en de minister van Landbouw, in plaats de minister van Volksgezondheid, mag de knopen doorhakken.”

Dat accepteert de Tweede Kamer nu niet langer door de aangenomen motie van de PvdD. “Een grote doorbraak waar we jaren voor gevochten hebben. Mensenlevens mogen niet langer geofferd worden op het altaar van de veehouderij. Juist in een tijd waarin de dreiging van zoönosen groter is dan ooit tevoren, is dit een historische overwinning.”