Natura 2000: Valt er te praten met Europa?

Met dank overgenomen van GroenLinks (GL) i, gepubliceerd op donderdag 14 november 2019.

Nederland stoot te veel stikstof uit bij beschermde natuurgebieden, de zogeheten Natura 2000-gebieden. Woensdag kwam kabinet met een pakket aan maatregelen om de ‘stikstofcrisis’ aan te pakken. Eén van de voorstellen is om met de Europese Commissie te praten over het verminderen of aanpassen van het aantal beschermde Natura 2000-gebieden. Deze gebieden moeten ervoor zorgen dat dieren en planten beschermd worden en dat de biodiversiteit op Europees niveau wordt hersteld.

Bas Eickhout, Europarlementariër: “Het kabinet kiest voor een schijnoplossing, die bovendien vanwege Europese compensatie-eisen nagenoeg niet te realiseren is. Alle problemen die Nederland heeft ondervonden bij het onderwater zetten van de Hedwigepolder als natuurcompensatie voor de uitdieping van de Westerschelde, vormen een goed voorbeeld. Pas als we serieus nadenken over hoe we de veestapel kunnen verminderen, zijn we dichter bij een oplossing.”

Wat beschermt deze natuurgebieden?

Natura 2000-gebieden worden beschermd aan de hand van de Habitatrichtlijn en Vogelrichtlijn. De Habitatrichtlijn gaat over de bescherming van natuurlijke habitats en wilde flora en fauna. De Vogelrichtlijn gaat over de bescherming van de vogelstand. Het proces van het opstellen van deze lijst met deze gebieden duurde zes jaar. Vervolgens kreeg een EU-land nog eens zes jaar om de richtlijnen in te voeren.

Wat als je een gebied wilt schrappen?

Het kabinet stelt nu voor om te onderzoeken of het een aantal van deze Natura 2000-gebieden kan afschaffen of verplaatsen. Een land moet dus compenseren voor de afschaffing en de algehele samenhang van een Natura 2000-gebieden moet hetzelfde blijven. Er wordt gesproken van ‘alle nodige compenserende maatregelen’, dat is ferme taal in Europese wetgeving en niet eenvoudig.

Als voorbeeld: wanneer je een broedgebied van een vogel beschermt, kan je niet zomaar een gebied aanwijzen waar die vogel niet broedt. En zelfs al vind je een plek waar het kan, dan loop je vervolgens tegen dezelfde problemen aan als we nu ondervinden, want daar zullen minder economische activiteiten moeten plaatsvinden.