Opinie Jaco Geurts: Is de rechtsstaat er ook nog voor belaagde boer?

Met dank overgenomen van Christen-Democratisch Appèl (CDA) i, gepubliceerd op dinsdag 2 juli 2019.

Illegale acties van klimaat- en dierenrechtenactivisten nemen hand over hand toe. Boeren zijn er steeds vaker het slachtoffer van. Niet voor niets waarschuwde de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid (NCTV) vorige week in het Dreigingsbeeld Terrorisme Nederland voor nieuwe vormen van extremisme. Daar maak ik mij grote zorgen over. Het grijpt internationaal om zich heen.

Afgelopen dagen was het weer raak. Een Nederlands transport met pluimvee werd in de hitte tot stoppen gedwongen, Duitse klimaatactivisten vernielden boerenland voor een protest tegen kolencentrales en een grote groep extremisten bezette een varkenshouderij in Ierland.

Activisten wanen zich onaantastbaar. Het wordt hoog tijd dat de straffen voor dit soort ordeverstoring omhoog gaan.

Verreweg de meeste Nederlanders eten vlees, eieren of zuivel. Onze boeren zorgen goed voor hun dieren en lopen voorop als het gaat om duurzaamheid. Die positieve ontwikkeling moeten we juist stimuleren.

Maar er is een heel kleine groep die het fundamenteel oneens is met het houden van dieren en eten van dierlijke producten. Daar mag je van mening over verschillen, maar wel op een respectvolle manier. Deze extremisten gaan duidelijk een grens over. Zij willen geen dialoog om een compromis te bereiken, maar gaan door tot iedereen precies leeft zoals zij willen. Terwijl bedreiging van gezinnen, inbreuk van andermans eigendom en het gebruiken van geweld absoluut ontoelaatbaar zijn.

Al veel langer krijg ik signalen van boeren dat zij worden bedreigd. Bijvoorbeeld via intimiderende telefoontjes, post, e-mails of illegale bezoeken aan het bedrijf zelf.

De bezetting van een varkenshouderij in Boxtel in mei was het zoveelste dieptepunt. Tien uur lang bleven inbrekers bij een boer thuis - een erf is voor een boerengezin namelijk óók een thuis.

Zo’n situatie doet wat met je rechtsgevoel. En vooral met dat van de boeren zelf.

’Is de rechtsstaat er ook nog voor ons?’, was de terechte vraag die mij werd gesteld. Inbrekers die hun identiteitsbewijs konden laten zien, mochten gewoon weer naar huis. De wereld op z’n kop. Er moet paal en perk worden gesteld aan dit gedrag.

Onze opsporingsdiensten moeten aan het werk worden gezet om dit soort illegale acties te voorkomen. De verantwoordelijke extremisten mogen hun straf vervolgens niet ontlopen.

En aangezien we hier met een internationale ontwikkeling te maken hebben, wordt het tijd dat er in de opsporing en vervolging nauwer wordt samengewerkt met andere EU-landen, zeker na het signaal van de NCTV. Nieuwe acties door deze extremisten zijn al aangekondigd, zowel in Nederland als in het buitenland.

Onze boeren werken met veel liefde en zorg voor hun dieren. Dat is hun levenswerk. Maar de afstand tussen burger en boer is de afgelopen jaren toegenomen. De acties van deze extremisten dragen daar aan bij.

Dat is niet zonder gevolgen. Steeds vaker hoor ik boerendochters en -zonen twijfelen of ze het bedrijf van hun ouders wel willen overnemen. Terwijl zij juist meer waardering verdienen voor het voedsel dat zij voor iedereen produceren.

En ze verdienen een rechtsstaat die voor hen opkomt.”

Deze opinie is gepubliceerd in de Telegraaf van 2 juli 2019.