Mordicus tegen ‘droogteheffing’ op drinkwater

Met dank overgenomen van 50PLUS i, gepubliceerd op maandag 1 juli 2019.

Een voorstel voor een provinciale heffing op drinkwater tijdens droogteperiodes wijst 50PLUS radicaal af. “Wij zijn tegen een extra rekening voor de burgers”, aldus Kamerlid Corrie van Brenk.

De Tweede Kamer besprak vandaag de initiatiefnota’s ‘Droge Voeten: voor een klimaatbestendig Nederland’ en ‘Veen red je niet alleen’ van de Kamerleden Tjeerd de Groot (D66) en Laura Bromet (GroenLinks). 50PLUS-Kamerlid Corrie van Brenk vond de voorgestelde initiatieven van haar twee collega’s ‘mooi, maar soms iets te rigoureus’. “Ze leggen een extra rekening neer bij de burgers en daar zijn wij mordicus tegen!”, aldus Corrie van Brenk.

Verkeerde maatregel

De Groot en Bromet stellen in hun nota’s voor om de provincies een heffing te laten invoeren op drinkwater tijdens droogteperiodes. Dat kan volgens de twee Kamerleden buitensporige afname van drinkwater ontmoedigen. “Wij vinden dit echt een verkeerde maatregel: water is een basisbehoefte en dat moet niet steeds duurder worden”, zei Kamerlid Corrie van Brenk tijdens de behandeling van de initiatiefnota’s. 50PLUS wil juist dat de Belasting op Leidingwater (BOL) geheel wordt geschrapt. In de Tegenbegroting 2019 van 50PLUS was de afschaffing van de BOL opgenomen. “Wij zien dat de belastingen op water inmiddels op 30 procent staat. Om er nu nog een schep bovenop te doen, tijdens hitte en droogte, is wat ons betreft zéér ongewenst”, aldus het Kamerlid van 50PLUS.

Geen effectief instrument

Corrie van Brenk stelde dat een extra heffing op leidingwater geen geschikt instrument is om de watervraag te beïnvloeden. Ze diende een motie in waarin ze de regering verzoekt een heffing uit te sluiten als instrument om de drinkwatervraag te beïnvloeden. Ook Vewin, de Vereniging van drinkwaterbedrijven in Nederland, is tegen een extra heffing op leidingwater tijdens droogteperiodes. “Het gebruik van water is vrijwel prijsinelastisch: prijswijzigingen hebben zo goed als geen effect op de vraag naar drinkwater. Een heffing is daarom geen effectief instrument om het watergebruik op korte termijn substantieel te beïnvloeden”, aldus Vewin.

De volledige inbreng van Kamerlid Corrie van Brenk tijdens de behandeling van de initiatiefnota’s ‘Droge Voeten’ en ‘Veen red je niet alleen’ in aanwezigheid van minister Van Nieuwenhuizen van Infrastructuur en Waterstaat:

“Ik wil de initiatiefnemers hartelijk danken voor deze nota’s. De droogte afgelopen zomer stelde ons voor uitdagingen en de nota ‘Droge Voeten’ speelt hier ook op in.

Ik zou graag willen beginnen met een aantal uitgangspunten waar ik ook graag reactie van indieners krijg:

  • • 
    grondwater is de voorkeursbron voor drinkwater,
  • • 
    grondwater raakt niet op,

Ik vertrouw erop dat we het hier over eens zijn.

De drinkwaterbedrijven geven aan dat grondwateronttrekkingen een relatief beperkt effect op grondwaterstanden hebben. Het grootste deel van de uitstroom van water uit het systeem wordt veroorzaakt door verdamping en afvoer. Verder zien we ook een stijgende watervraag. Er is dus behoefte aan lange-termijn- oplossingen omtrent klimaatrobuust grondwaterbeheer waarbij voldoende water wordt vastgehouden en de inrichting van het watersysteem wordt geoptimaliseerd. Het gaat om structurele maatregelen gericht op aanvulling en herstel van grondwaterstanden in het winterseizoen. Bij droogte is geen sprake van een verdelingsvraagstuk op korte termijn, daarom heeft een verdringingsreeks voor grondwater geen toegevoegde waarde. Waarom bent u van mening dat dit wel zo is?

Een goed voorraadbeheer - dus meer water vasthouden - is verstandig. Zijn de initiatiefnemers dit met ons eens?

Waarom vinden initiatiefnemers dat er drinkwater uit oppervlaktewater gewonnen moet worden? De bron voor de drinkwatervoorziening in Nederland bestaat op dit moment voor 40% uit oppervlaktewater en 60% uit grondwater. De Beleidsnota Drinkwater benoemt dat grondwater juist de voorkeur heeft boven oppervlaktewater als grondstof voor drinkwaterproductie. Grondwater is schoner dan oppervlaktewater.

Ik had verwacht dat u een warm pleidooi zou houden voor het aanhouden van strategische voorraden door provincies in overleg met drinkwaterbedrijven met een bijhorend beschermingsregime. Is dit iets wat u ook van belang acht?

In de initiatiefnota staat dat de aanleg van strategische watervoorraden rondom Gouda of een ‘Permanente Oostelijke Aanvoer’ (POA) oplossingen bieden om stroomopwaartse verzilting door middel van een permanente waterdruk tegen te gaan. De drinkwaterbedrijven in het westen van het land met oppervlaktewater als bron, beschikken over reservecapaciteit die wordt ingezet wanneer de inname uit oppervlaktewater niet mogelijk is, als gevolg van bv. waterkwaliteitsproblemen zoals verontreiniging door een bepaalde stof. Dit is echter een tijdelijke ‘crisismaatregel’. Verzilting van oppervlaktewater waar drinkwaterbedrijven van afhankelijk zijn voor de productie van drinkwater moet worden voorkomen.

Een onderzoek naar een stuurbaar buffernetwerk is positief; dit leidt tot meer flexibiliteit in het rivierensysteem en lijkt een effectieve strategie voor de omgang met verzilting. De Permanente Oostelijke Aanvoer (POA) brengt echter juist risico’s van extra verzilting met zich mee bij mondingen van rivieren zoals de Lek en Hollandse IJssel.

Het verplaatsen van innamepunten lost de problematiek rondom droogte en klimaatverandering niet op; het is zaak dat de waterbeheerders verzilting van de bronnen tegengaan. Bovendien komen er hoge maatschappelijke kosten kijken bij de verplaatsing van huidige innamepunten en infrastructuur. Bent u dit met ons eens?

Wij ondersteunen het pleidooi van de initiatiefnemers om de geborgde zetels bij de waterschappen te schrappen. Meer democratie, ook bij de waterschappen, is wenselijk. Het stemt ons niet gerust als we in de brief van de minister moeten lezen dat zij het advies van de adviescommissie Water over dit onderwerp meeneemt. Die commissie heeft op 3 juli 2015 al gemeld dat ze wil vasthouden aan de geborgde zetels. Dat belooft dus niet veel goeds.

Een andere manier van landbouw voeren door rekening te houden met zilte teelt is interessant. Wat kan er groeien en welke gewassen etc.? Dat we daar meer onderzoek naar gaan doen lijkt ons zeer nuttig. De verwachting en suggestie om delen van het land terug te geven aan het water en in grote schaal richting zilte teelt te gaan, staat ons niet direct voor ogen.

Wij doen de initiatiefnemers tekort door zo beperkt in te gaan op ‘Veen red je niet alleen’, maar onze focus ligt bij ‘Droge voeten’.”