Memorie van toelichting - Wijziging van de begrotingsstaten van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (VII) voor het jaar 2019 (wijziging samenhangende met de Voorjaarsnota)

Deze memorie van toelichting i is onder nr. 2 toegevoegd aan wetsvoorstel 35210 VII - Wijziging begroting van het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties 2019 (wijziging samenhangende met de Voorjaarsnota) i.

1.

Kerngegevens

Officiële titel Wijziging van de begrotingsstaten van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (VII) voor het jaar 2019 (wijziging samenhangende met de Voorjaarsnota); Memorie van toelichting; Memorie van toelichting
Document­datum 29-05-2019
Publicatie­datum 29-05-2019
Nummer KST35210VII2
Kenmerk 35210 VII, nr. 2
Externe link origineel bericht
Originele document in PDF

2.

Tekst

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Vergaderjaar 2018-

2019

35 210 VII

Wijziging van de begrotingsstaten van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (VII) voor het jaar 2019 (wijziging samenhangende met de Voorjaarsnota)

Nr. 2

MEMORIE VAN TOELICHTING INHOUDSOPGAVE

  • 1. 
    De departementale begroting van het Ministerie    van

Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties    2

  • A. 
    ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING BIJ HET WETSVOORSTEL Wetsartikelen 1 en 2

De begrotingsstaten die onderdeel zijn van de Rijksbegroting, worden op grond van artikel 2.3, eerste lid, van de Comptabiliteitswet 2016 elk afzonderlijk bij wet vastgesteld en derhalve ook gewijzigd. Het onderhavige wetsvoorstel strekt ertoe om voor het jaar 2019 wijzigingen aan te brengen in:

  • 1. 
    de departementale begrotingsstaat van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties;
  • 2. 
    de begrotingsstaat inzake de agentschappen van dit ministerie.

De in de begrotingsstaten opgenomen begrotingsartikelen worden in onderdeel B van deze memorie van toelichting toegelicht (de zgn. begrotingstoelichting).

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

K.H. Ollongren

kst-35210-VII-2 ISSN 0921 - 7371 's-Gravenhage 2019

  • B. 
    BEGROTINGSTOELICHTING 1. De departementale begroting van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (VII)
  • a. 
    Leeswijzer

De eerste suppletoire begroting geeft een beeld van de uitvoering van de begroting 2019. De stand van de eerste suppletoire begroting wordt vanaf de stand van de vastgestelde begroting 2019 opgebouwd.

De stand van de vastgestelde begroting 2019 is inclusief de nota's van wijziging (Kamerstukken II 2018/2019 35 000 VII, nr. 7 en Kamerstukken II 2018-2019 35 000 VII, nr. 12).

Uitgangspunt bij de tabel budgettaire gevolgen van beleid is dat per artikel de beleidsmatige en technische mutaties toegelicht worden, die groter dan of gelijk zijn aan de ondergrens zoals deze in de Rijksbegrotingsvoorschriften (RBV) zijn opgenomen, de zogenaamde staffel, te weten:

Begrotingsartikelen    Beleidsmatige mutaties    Technische mutaties

(ondergrens in € miljoen)    (ondergrens in € miljoen)

  • 4. 
    Energietransitie gebouwde omgeving en bouwkwaliteit
  • 5. 
    Ruimtelijke ordening en omgevingswet
  • 6. 
    Overheidsdienstverlening en informatiesamenleving
  • 7. 
    Werkgevers- en bedrijfs-voeringsbeleid
  • 9. 
    Uitvoering Rijksvastgoed-beleid
  • 11. 
    Centraal apparaat
  • 1. 
    Openbaar bestuur en democratie
  • 2. 
    Nationale Veiligheid
  • 3. 
    Woningmarkt
  • 12. 
    Algemeen 13. Nog onverdeeld

Verplichtingen/Uitgaven: 1 mln.

Ontvangsten: 1 mln. Verplichtingen/Uitgaven: 5 mln.

Ontvangsten: 1 mln. Verplichtingen/Uitgaven: 10 mln.

Ontvangsten: 5 mln. Verplichtingen/Uitgaven:

1    mln.

Ontvangsten: 1 mln. Verplichtingen/Uitgaven:

2    mln.

Ontvangsten: 1 mln. Verplichtingen/Uitgaven: 2 mln.

Ontvangsten: 1 mln. Verplichtingen/Uitgaven:

1    mln.

Ontvangsten: 1 mln. Verplichtingen/Uitgaven:

2    mln.

Ontvangsten: 2 mln. Verplichtingen/Uitgaven: 5 mln.

Ontvangsten: 1 mln. Verplichtingen/Uitgaven: 1 mln.

Ontvangsten: 1 mln. Verplichtingen/Uitgaven: 1 mln.

Ontvangsten: 1 mln.

Verplichtingen/Uitgaven: 2 mln.

Ontvangsten: 2 mln. Verplichtingen/Uitgaven: 10 mln.

Ontvangsten: 2 mln. Verplichtingen/Uitgaven: 20 mln.

Ontvangsten: 10 mln. Verplichtingen/Uitgaven: 2 mln.

Ontvangsten: 2 mln. Verplichtingen/Uitgaven: 4 mln.

Ontvangsten: 2 mln. Verplichtingen/Uitgaven: 4 mln.

Ontvangsten: 2 mln. Verplichtingen/Uitgaven: 2 mln.

Ontvangsten: 2 mln. Verplichtingen/Uitgaven: 4 mln.

Ontvangsten: 4 mln. Verplichtingen/Uitgaven: 10 mln.

Ontvangsten: 2 mln. Verplichtingen/Uitgaven: 2 mln.

Ontvangsten: 2 mln. Verplichtingen/Uitgaven: 2 mln.

Ontvangsten: 2 mln.

  • a. 
    Overzicht belangrijkste uitgaven- en ontvangstmutaties

Overzicht belangrijkste suppletoire uitgavenmutaties 2019 (Eerste suppletoire begroting) (bedragen x € 1.000)

 
 

Artikelnummer

Uitgaven 2019

Vastgestelde begroting 2019

 

5.560.406

Belangrijkste suppletoire mutaties

  • 1) 
    Bestrijding jihadisme

2

5.000

  • 2) 
    Woondeals

3

6.300

  • 3) 
    Omgevingswet

5 & 11

14.000

  • 4) 
    Doc-Direkt

11

27.499

  • 5) 
    Dienstverleningsafspraken 2019

11

15.000

  • 6) 
    Eindejaarsmarge
 

44.282

  • 7) 
    Overige mutaties
 

11.180

Stand 1e suppletoire begroting 2019

 

5.683.667

Toelichting uitgavenmutaties

  • 1) 
    Bestrijding jihadisme

Er wordt structureel € 5 mln. toegevoegd aan het budget van de AIVD voor de bestrijding van jihadisme.

  • 2) 
    Woondeals

Dit betreft een bijdrage € 6,3 mln. voor de totstandkoming van woondeals. Woondeals zijn een instrument om woningbouwproductie aan te jagen en de leefomgeving te verbeteren.

  • 3) 
    Omgevingswet

In 2019 wordt er voor de ontwikkeling van fase-1 van het Digitaal Stelsel Omgevingswet € 14 mln. beschikbaar gesteld. Hiervan is € 6 mln. vrijgemaakt binnen de begroting van BZK en wordt er € 8 mln. toegevoegd aan de begroting van BZK.

  • 4) 
    Doc-Direkt

Het betreft personele en materiële uitgaven voor Doc-Direkt, die samenhangen met de inkomsten die gedurende het jaar van overige departementen en derden (notariaat) worden ontvangen.

  • 5) 
    Dienstverleningsafspraken 2019

De uitgaven naar aanleiding van de dienstverleningsopdrachten betreffen verrekeningen die voortvloeien uit de Dienstverleningsafspraken 2019 (DVA) van het kerndepartement aan de baten-lastenagentschappen.

  • 6) 
    Eindejaarsmarge

Dit betreft de toevoeging van de eindejaarsmarge van 2018 aan begrotingshoofdstuk VII. Deze wordt onder andere ingezet voor de huurtoeslag, City deals, CBS WoON-onderzoek, SSC-ICT en diverse overlopende posten op het gebied van rijksbrede bedrijfsvoering.

Overzicht belangrijkste suppletoire ontvangstenmutaties 2019 (Eerste suppletoire begroting) (bedragen x € 1.000)

 

Artikel-    Ontvangsten 2019

nummer

Vastgestelde begroting 2019

 

679.437

Belangrijkste suppletoire mutaties

   
  • 1) 
    Huurtoeslag

3

  • 33.100
  • 2) 
    Surplus eigen vermogen DHC

3

2.377

  • 3) 
    Verkoop bufferzonegronden

5

3.750

  • 4) 
    Doc-Direkt

11

27.499

  • 5) 
    Dienstverleningsafspraken 2019

11

15.000

  • 6) 
    Surplus eigen vermogen RVB

12

9.487

  • 7) 
    Surplus eigen vermogen FMH

12

3.614

  • 8) 
    Overige mutaties
 

2.181

Stand 1e suppletoire begroting 2019

 

710.245

Toelichting ontvangstenmutaties

  • 1) 
    Huurtoeslag

Bij de uitvoering door de Belastingdienst zorgt het uitstellen van de stroomlijning van het invorderingsbeleid voor een verschuiving over de jaren. Dit leidt tot lagere ontvangsten in de eerste jaren en hogere ontvangsten in latere jaren. Daarnaast worden in de periode 2019-2024 minder terugvorderingen verwacht.

  • 2) 
    Surplus eigen vermogen DHC

Uit de jaarrekening 2018 blijkt dat het eigen vermogen van de DHC hoger is uitgekomen dan toegestaan. Conform de regeling agentschappen wordt dit surplus eigen vermogen afgeroomd (circa € 2,4 mln.).

  • 3) 
    Verkoop bufferzonegronden

De verkoop van bufferzonegronden leidt incidenteel tot € 3,8 mln. meerontvangsten.

  • 4) 
    Doc-Direkt

Doc-Direkt heeft gedurende het jaar inkomsten van overige departementen en derden (notariaat). Deze inkomsten zijn ter dekking van uitgaven.

  • 5) 
    Dienstverleningsafspraken 2019

De ontvangsten naar aanleiding van de dienstverleningsopdrachten betreffen verrekeningen die voortvloeien uit de Dienstverleningsafspraken 2019 (DVA) van het kerndepartement met de baten-lastenagentschappen.

  • 6) 
    Surplus eigen vermogen RVB

Uit de jaarrekening 2018 blijkt dat het eigen vermogen van de RVB hoger is uitgekomen dan toegestaan. Conform de regeling agentschappen wordt dit surplus eigen vermogen afgeroomd (circa € 9,5 mln.).

  • 7) 
    Surplus eigen vermogen FMH

Uit de jaarrekening 2018 blijkt dat het eigen vermogen van FMH hoger is uitgekomen dan toegestaan. Conform de regeling agentschappen wordt dit surplus eigen vermogen afgeroomd (circa € 3,6 mln.).

CO CO CD o

O LO 00 o ¦*t LO

LO O t- 'd-LO LO

O CD O CO CO CO

't 'ï O Lfl O CM CM «- ^ II LO LO

O O O O O O 03

CM CO CO CO

00 O CM CO LO O Noionco!-^ ^ CO ^ ^ CO LO CM CO ^ 'd-

¦ 03 co co o LO r**

LO LO LO CM

CO CD CM 00 00 00

LO r*.

CD CD

CO P

03

Q_ 03

%E

¦- O

o <M

CM    i-    CO    CO    I"    ^

r*.    «-    r*-    co    co    co

^    °    Cl    r    r

CM    LO    CM    00    LO    LO

LO oo oa

CM CO CD

03 03

r- r- 00

LO    LO    Is-    O    O    LO    03

co    <-    r*-    ^    cd    co

LO    r-    CM    00    r-    r-

O LO CD CM

^ O

o o o o

CM CM

«- co

LO LO LO CO

03    ^    O    CO    O    O    CO

LO    ©    CM    O    r-    Tt

O    00    ^    *-    CO

I

¦5

Is

Q)

0)

Q

o

o

E

v

"C

c

V

3

3

+*

(0

V ¦Q

k.

<u

<u

-Q

c

O

a

O

v

¦*

<

O CD

u    ^    iy    »-

—    Cö    i—    Q

Q-    o    03    !:

> D ^ £

CM»-C0C0t-<-

r*.    «-    r*-    co    co    CD

r*.    ^    q    P    r;    r;

CM"    LO    CM    00    LO    LO

o o o o

CM CM

03 ^ O CO O O CO

LO CD CM O

o ^ oo ^

(D

o

© 03 ti CD C CD

  • ¦0 3®

I ¦

JU)

S|:

C 03 «5 H, c JO

03 w CO 03

03

_c

c

D

CD W 00 CD 03

CD

03

w    - JUsTJfflTi

w — Q3 O Q. 03 O C !3* ¦ — :3* Z. :=*

co to ca O O ao o ocüQcü oca

m w c3 “2 c1

E !s £ 1

Q W :> ;

03 <

-Q 03 03

Q_ C/3 LO |—    ®

O 4+    +-

© ii E *<D

ïi CD -p CD CD ±d

1    CD    —    m    —    O    ^

.    Q    O    -S,    O    4.    o

I— o_ ;> o_ o_ <_>

t/) O >

;    c    -a    o

co w o '

P    Ö3    <    »_

;    j?    “    o    -Q

>    o    "o    > '

Ohl>,

I .«

I g

S “ £

  • W CD -Jf : m 05 -

» -a 2 O

i C O CÜ

W N

c £

CD E 03 <

•- CD

5».

CD .=

03 —'

C 03 C CO -±    -

co H, c 'E ®

Ö3 ©

C V.

® <0

© 03.'" CD

o co ¦ — ¦ — Ik ^ ¦—

I— CL CO O CO - “

O CD

Ontwerp    Mutaties via    Vastgestelde    Mutaties 1e    Stand 1e    Mutatie    Mutatie    Mutatie    Mutatie begroting    NvW, moties begroting    suppletoire    suppletoire    2020    2021    2022    2023

2019 en amende-    2019 begroting begroting menten

o    o    o

o    o

C\J    CM

C 03

0 O

  • Q. 
    'c Q. =s

2 E 8 E +- o c o ® _

0

DQ b ¦

1.1    Bestuur en regio Opdrachten

Bestuur en regio

Het gaat hier om diverse mutaties, waaronder de reallocatie van middelen (circa € 0,5 mln. meerjarig) naar artikelonderdeel 1.2 Democratie ter versterking van het lokaal bestuur. Daarnaast wordt er € 0,5 mln. gerealloceerd om de bijdragen aan de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) en ICTU in het kader van het interbestuurlijk programma op het juiste instrument te verantwoorden. Tot slot wordt circa € 0,6 mln. beschikbaar gesteld vanuit de eindejaarsmarge 2018 voor de voortzetting en ondersteuning van City Deals.

Bijdragen aan ZBO's/RWT's

Diverse bijdragen

Dit betreft voornamelijk een overheveling van circa € 0,5 mln. vanuit opdrachten naar bijdragen aan ZBO's/RWT's om de bijdragen aan de VNG en ICTU in het kader van het interbestuurlijk programma op het juiste instrument te verantwoorden.

1.2    Democratie Subsidies

Verbinding inwoner en overheid

Binnen de regeling Verbinding inwoner en overheid worden middelen gerealloceerd van opdrachten naar subsidies voor de bevordering van het democratisch burgerschap (€ 1,4 mln.). Het gaat hierbij om subsidies voor onder meer de herdenking van het slavernij verleden en het Europees burgerinitiatief. Voor het versterken van de lokale democratie worden middelen gerealloceerd (circa € 1,3 mln. in 2019, € 1 mln. in 2020 en 2021). Deze reallocatie is onder meer bedoeld om de burgerparticipatie te verhogen, bijvoorbeeld door het verstrekken van subsidie aan het Landelijk Samenwerkingsverband Actieve bewoners.

ProDemos

Er worden middelen overgeboekt van de begroting van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) naar de begroting van BZK ten behoeve van ProDemos. Het betreft een reeks die oploopt naar circa € 4 mln. structureel vanaf 2022. De middelen worden ingezet om jaarlijks meer leerlingen in het voortgezet onderwijs de gelegenheid te bieden om het parlement te bezoeken.

Opdrachten

Verbinding inwoner en overheid

Dit betreffen diverse reallocaties, waaronder het herschikken van € 2,7 mln. binnen de regeling Verbinding inwoner en overheid van opdrachten naar subsidies. Daarnaast worden middelen meerjarig overgeheveld van opdrachten naar bijdragen aan agentschappen om de middelen voor de voorlichtingscampagnes verkiezingen op het juiste instrument te verantwoorden (€ 0,8 mln. in 2019). Daarnaast zijn voor de versterking van de weerbaarheid van het lokaal bestuur middelen gerealloceerd binnen het instrument opdrachten (in 2019 een overheveling van € 2,1 mln.).

Weerbaar bestuur

De mutaties bestaan voornamelijk uit de meerjarige overheveling van middelen ten behoeve van de versterking van de weerbaarheid van het lokaal bestuur (in 2019 een overheveling van € 2,1 mln. vanuit de regeling Verbinding inwoner en overheid en circa € 0,5 mln. vanuit artikelonderdeel 1.1 Bestuur en regio). Daarnaast heeft er een herschikking plaatsgevonden van circa € 0,3 mln. binnen de regeling weerbaar bestuur van opdrachten naar subsidies voor het landelijk informatiefundament aanpak vakantieparken en Veerkrachtig Bestuur. Ook wordt er circa € 0,3 mln. overgeheveld naar bijdragen aan ZBO's/RWT's voor de bijdrage aan ICTU in het kader van de City Deal Zicht op Ondermijning.

Bijdragen aan agentschappen

Dienst Publiek en Communicatie

Ten behoeve van voorlichtingscampagnes verkiezingen door de Dienst Publieke Communicatie (DPC) wordt meerjarig budget overgeheveld vanuit opdrachten Verbinding inwoner en overheid om deze middelen op het juiste instrument te verantwoorden. Daarnaast wordt in 2019 circa € 0,9 mln. beschikbaar gesteld voor een bewustwordingscampagne over desinformatie.

CO r- r-

® ® © «“ .± c

C/3 O

s g S’

¦i = ¦“

^ w>

CD CD

E E

(0 r- r-

CO «-    «-

;D

'ai

.c

1

<u

c

o

CM

O

'€

<

2.1    AIVD apparaat

Er worden ten behoeve van de Geïntegreerde Aanwijzing Inlichtingen en Veiligheid (GA I&V) 2019-2022 extra middelen beschikbaar gesteld voor de AIVD. Tijdens het vaststellen van de GA I&V 2019-2022 is samen met de behoeftestellers geconstateerd dat meer inzet van de I&V diensten op enkele doelstellingen gewenst is. In 2019 betreft dit € 1 mln. voor de AIVD. Dit bedrag loopt stapsgewijs op tot € 14,5 mln. structureel in 2022, zodat rekening wordt gehouden met het absorptievermogen van de AIVD. De extra middelen maken het mogelijk beter tegemoet te komen aan de door de behoeftestellers geformuleerde doelstellingen.

Daarnaast wordt er structureel € 5 mln. extra beschikbaar gesteld voor de bestrijding van jihadisme. Van het Ministerie van Defensie ontvangt de AIVD bovendien € 2,8 mln. voor onderwerpen waarop samengewerkt wordt, waaronder op het gebied van cyber.

Ten slotte zijn er structureel hogere uitgaven (€ 1,5 mln.) als gevolg van de structurele toename van de aanvragen voor veiligheidsonderzoeken. Deze uitgaven worden gedekt door hogere ontvangsten.

2.2    AIVD geheim

Vanwege de groei van de dienst en daarmee de operationele activiteiten is er sprake van structureel hogere uitgaven. Dit werd de afgelopen jaren bij Najaarsnota gecorrigeerd met behulp van een herschikking uit artikel 2.1. Op basis van huidige inzichten wordt er voor 2019 € 3,8 mln. herschikt en vanaf 2020 structureel € 4,2 mln.

Ontvangsten

Als gevolg van de structurele toename van de aanvragen voor veiligheidsonderzoeken nemen de ontvangsten voor veiligheidsonderzoeken structureel met € 1,5 mln. toe. Deze ontvangsten dekken de hogere uitgaven.

q q p lo

't ó ^

co o o o

co co o hr (O O N

CM Q P CSI

^ CO Ö CO

CO to > .2 ¦

'JO    (O    (fl    O    N

r to O CN g    cn    m    o    CJ

r-    ¦'t    CO    O    00

<u

E

S)

c

Ë

O

CO

Ë

<

>- W

> 0 «»    *- O

Ö) <c c +¦>0 0 5 5 3:

O O CO O O CO CM CM CO

O O CO ¦

O O CO

r» r~- co

O O CO ¦ O O CO ¦«t -3- CO

O O CO ¦ O O CO O) O) CO

O    M    CM    O    O    ID    LO

O    Is»    h-    o    O    O    0D

w    q    p    to    CM

(D    CO    CO    od    CO    Ó    Ó

LO    LO    r    t-

q p

’d-

** O O CO h-

0)0 oooor^-

CM CM CM CM CO 00 I I LX) LO I CO*

O    co    CO    O    O    r    00

O    CO    CO    O    O    O)    o

p    co    q    q    p    cm    p

00    co"    00    co"    00    r-'    CO

CO CO r-o o

O    co    co    O    O    r-    00

O    CO    CO    O    O    CT)    o

p    q    q    q    q    cm    p

00    co"    00    co"    00    r-'    CO

CO CO r-

q p

’d-

> O) £ T5 CD

£ E g ¦

u o ai £ -- £ ¦D C o 0.0 JÉ

o <: £

« to <£

IS.:

x Cü C

to O 0 > +3 X

CO co CO CO CO CO

CO CO CO CO CO CO

CO CO CO CO CO CO

CO CO CO CO CO CO

co co

^ -d--3-

CO CO r-

  • O) 
    co co «- o> O)

h- CM CM

0)0 0 <r- LX) LO

0)0 0 <r- LX) LO

o

DO . N

C _

« S C «5 2 CD

0 10 S

E c

§3 0    3

¦| 2 8

.02,?

Ö)

c

0

>

+¦>

c

o

3.1 Woningmarkt Subsidies

Woningmarkt

Er wordt € 2,5 mln. beschikbaar gesteld voor de verbetering van 100 sociale huurwoningen op St.-Eustatius. Daarnaast is er € 2,5 mln. vanuit 2018 naar 2019 geschoven voor de uitvoering van de regeling Stimulering wooncoöperaties. Ook is € 6,3 mln. beschikbaar voor de totstandkoming van woondeals in 2019.

Huisvestingsvoorziening statushouders

Per 31 december 2018 zijn de aanmeldingen voor de Tijdelijke regeling stimulering huisvesting vergunninghouders (TRSHV) gesloten. De verplichtingen voor de subsidieaanvragen lopen wel door. Daarvoor is € 2,4 mln. doorgeschoven naar 2019.

Inkomensoverdracht

Huurtoeslag

Over de jaren heen is er sprake van mee- en tegenvallers bij de huurtoeslag. Een verklaring voor de tegenvallers is dat de werkloosheid minder sterk gedaald is dan eerder gedacht. Dit zorgt in 2019 en 2020 voor hogere aantallen huurtoeslagontvangers en daarmee hogere uitgaven aan huurtoeslag. Ook een lagere inkomensontwikkeling zorgt voor hogere uitgaven. Anderzijds is er een lagere huurprijsontwikkeling door een lagere verwachte inflatie en wordt verwacht dat verhuurders minder gebruik zullen maken van de ruimte die zij hebben om de huren te verhogen. Dit zorgt voor lagere uitgaven bij de huurtoeslag in latere jaren, vanaf 2021.

Bijdragen aan agentschappen

Dienst van de Huurcommissie

De Dienst van de Huurcommissie (DHC) krijgt een extra bijdrage in 2019 voor de verbetering van de dienstverlening aan huurders en verhuurders en voor het wegwerken van de achterstanden bij de Huurcommissie.1

RVO (Uitvoeringskosten BEW)

De Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) voert de (oude) regelingen voor het eigenwoningbezit (BEW) uit. De uitvoeringskosten worden jaarlijks verantwoord op artikel 4.1 Energietransitie en duurzaamheid onder het instrument bijdragen aan agentschappen. Het budget wordt daarom overgeheveld naar het juiste artikel en instrument.

RVO (Uitvoeringskosten Huisvestingsvoorziening statushouders)

De RVO voert de Tijdelijke regeling stimulering huisvesting vergunnings-houders uit. De uitvoeringskosten worden verantwoord op artikelonderdeel 4.1 Energietransitie en duurzaamheid onder het instrument bijdragen aan agentschappen. Het budget wordt daarom overgeheveld naar het juiste artikelonderdeel en instrument.

Bijdragen aan ZBO's/RWT's

Woningmarkt

Vanuit de eindejaarsmarge 2018 zijn onder andere middelen toegevoegd aan het budget voor het WoON-onderzoek dat uitgevoerd wordt door het Centraal Bureau voor de Statistiek (€ 1,9 mln.).

Ontvangsten

Huurtoeslag

Bij de uitvoering door de Belastingdienst zorgt het uitstellen van de stroomlijning van het invorderingsbeleid voor een verschuiving over de jaren. Dit leidt tot lagere ontvangsten in de eerste jaren en hogere ontvangsten in latere jaren. Het uitstellen van de Wet beslagvrije voet leidt tot incidenteel hogere ontvangsten in de eerste jaren. Daarnaast worden in de periode 2019-2024 minder terugvorderingen verwacht.

Dienst van de Huurcommissie

Uit de jaarrekening 2018 blijkt dat het eigen vermogen van de DHC hoger is uitgekomen dan toegestaan. Conform de regeling agentschappen wordt dit surplus eigen vermogen afgeroomd (circa € 2,4 mln.).

O 05 O 05

00 CO 05 05 05 05

O 05 O 05

00 CO 05 05

CD CO

O 05 O 05

0 o

'43 CM

0 o

0 0 05 «- ~ c

w o '+j

S g S’

¦i = ¦“

^ w

O 05 O 05

T- CO

LD O h-

r^> o «o o <0

O Is** o o o o

o 00

O 05 O LD

o o o o o co

r*- «

o 00

LD 00

OO CO 05 00 LD 00

OOOO

00 CO 05 CM CD 00

05 05 ¦«t ^ CM CM

3

O

¦Q

C

O

Ü)

c

>

V U) £ o

fl)

¦u

g

3

O

¦Q

V U)

.2

-H

c

.2

'5

v

c

LU

0 u>

> .2 ¦

LD 05

LD 00

05 00

^ p

CM 00

.0

05

05 05 .Ë

C 0 0 O

a c

a o

2 E 8 E

+- o c u 0 _

sis

g- 0 V5

C c ^ LU 2

a ® 5.

0 ¦5

; 0

OOOO

05 05 CM CM

® C 05 !

12 0 u* : E -SÉ 0 15 JC N ¦ - - 0

>- W

> 0 «» *- o

Ö) 0 c +-0 0

5 5 3:

'¦p _0 05 .0

qj T3 £ 0 C '0 3 0 LU X CO CD

05

0 0 5

Q_ C 0

05.0

¦i E3

0 0 !i Q. 0 1/1 LU :

  • CQ ? ¦

< -a l

ED B

0 nr nr

N E "O E 0 5 © O -a cc .* cc

0 42 o

c **- 0

§>!! 0^0 2 w c ¦o Ö5 o :=* c o

CO '.p LU

E O 0 <j cn ld

D)+ 0 Ö) m *= ^ 0

« 5

'5,    5 5,

  • a o
  • O CD :

;u

CD

Ontwerp    Mutaties via    Vastgestelde    Mutaties 1e    Stand 1e    Mutatie    Mutatie    Mutatie    Mutatie begroting    NvW, moties begroting    suppletoire    suppletoire    2020    2021    2022    2023

2019 en amende-    2019 begroting begroting menten

«    2    %

t    ö>    jS

<    ©    M

-O    03

£    S

>s    “    "i    ©    ^

CD CÜ    ¦-    C    c

Q)N    ~    <0    v    m

— _    co    -±    ~

i-    <0    77    _J

O    IS    ^    D

J I §    8>    =    |

  • ?)¦£ O » i

I -1 f ™ ~

; 3 !=¦§!=¦ C * J

  • LU CD I— CÜ '£3 -E 3.

O)

CD

4.1 Energietransitie en duurzaamheid Subsidies

Energiebesparing Koopsector

Voor de Subsidieregeling Energiebesparing Eigen Huis (SEEH) voor Verenigingen van Eigenaren (VvE's) schuift € 11 mln. door naar latere jaren. De besluitvorming bij VvE's voor leningen kent een lange doorlooptijd. Om die redenen hebben de VvE's een langjariger budget nodig dan oorspronkelijk voorzien. Het kasritme wordt met deze kasschuif hierop aangepast.

Energiebesparing Huursector

Bij tweede suppletoire begroting 2018 is € 20 mln. ingezet voor het Nationaal Energiebespaarfonds (NEF). Dit wordt dit jaar gecorrigeerd door € 20 mln. vanuit het NEF-budget over te hevelen naar de Stimuleringsregeling Energieprestatie Huursector (STEP). Daarnaast wordt de budge-toverschrijding van STEP in 2018 van circa. € 3,9 mln. in mindering gebracht op het beschikbare budget voor 2019.

Nationaal Energiebespaarfonds (NEF)

Bij tweede suppletoire begroting 2018 is € 20 mln. ingezet voor het Nationaal Energiebespaarfonds (NEF). Dit wordt dit jaar gecorrigeerd door € 20 mln. vanuit het NEF-budget over te hevelen naar de Stimuleringsregeling Energieprestatie Huursector (STEP). Daarnaast betreft het een overboeking vanuit de begroting van het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (IenW) naar de begroting van BZK voor de financiering van laadpalen voor elektrische auto's op parkeerterreinen van VvE's (€ 2 mln.).

Opdrachten

Energietransitie en duurzaamheid

In het kader van het «Innovatieprogramma aardgasvrije en frisse basisscholen» wordt circa € 0,4 mln. overgeboekt naar het Gemeentefonds. Daarnaast wordt er circa € 0,2 mln. herschikt om de bijdragen aan het Provinciefonds en het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselzekerheid (LNV) op het juiste instrument te verantwoorden.

Bijdragen aan agentschappen

RVO.nl (Energietransitie en duurzaamheid)

Dit betreft onder andere diverse reallocatie in het kader van de jaaropdracht 2019 voor de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO.nl). Zo wordt er vanuit de regeling RVO.nl (Uitvoering Energieakkoord) € 6 mln. overgeheveld voor het beheer van het energielabel. Ook wordt er vanuit artikel 3.1 Woningmarkt circa € 3,8 mln. overgeheveld voor de uitvoering van woonregelingen zoals de Tijdelijke regeling stimulering huisvesting vergunningshouders.

RVO.nl (Uitvoering Energieakkoord)

Het gaat hier om diverse mutaties, waaronder een herschikking van bijdragen aan agentschappen naar bijdragen aan andere begrotingshoofdstukken om de middelen voor het innovatieprogramma CO2-neutrale gebouwde omgeving op het juiste instrument te verantwoorden (€ 20,8 mln.). Daarnaast betreft het een overboeking naar het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat (EZK) voor de Demonstratie energie-innovatie regeling (DEI-regeling) en de regeling Meerjarig Missiegedreven Innovatieprogramma's (MMIP) (ca. € 12 mln.). Ook wordt er € 6 mln. gerealloceerd naar RVO.nl (Energietransitie en duurzaamheid) ten behoeve van de RVO.nl jaaropdracht 2019. Tot slot wordt er € 1,5 mln. doorgeschoven naar 2020 voor de nieuwe bepalingsmethode energieprestatie (BENG-eisen), die op 1 januari 2020 van kracht wordt.

Bijdragen aan andere begrotingshoofdstukken

EGO

Om de middelen voor het innovatieprogramma CO2-neutrale gebouwde omgeving op het juiste instrument te verantwoorden, worden deze overgeheveld van bijdragen aan agentschappen naar bijdragen aan andere begrotingshoofdstukken (€ 20,8 mln.).

4.2 Bouwregelgeving en bouwkwaliteit

Subsidies

Bouwregelgeving en Bouwkwaliteit

De meerjarige middelen voor het bouwbesluit worden herschikt van opdrachten naar subsidies om de middelen op het juiste instrument te verantwoorden.

Opdrachten

Bouwregelgeving en Bouwkwaliteit

De meerjarige middelen voor het bouwbesluit worden herschikt van opdrachten naar subsidies om de middelen op het juiste instrument te verantwoorden.

Bijdragen aan ZBO's/RWT's

Toelatingsorganisatie

De behandeling van de wet kwaliteitsborging is vertraagd en ligt nog in de Eerste Kamer. De niet bestede middelen uit 2018 worden toegevoegd aan het budget 2019 voor de toelatingsorganisatie wet kwaliteitsborging in de bouw.

0000

0000

0000

000000

0000

OOOO

OOOO

OOOOOO

0000

OOOO

OOOO

OOOOOO

0 o

'43 CM

re o

re w > .2 ¦

*-000

o r*. o 10

(O M O O

in ID O LT)

ai co <-

r*. 00 <0 cm

0000

OOOO

OOOO

O03OS CM LD CD LD R-. A> R-.

0000

0«30S

or-*    co

a> cm    1-.

00 CM    ID

OOOO

OOOOOO

O O    O    r    co    LD

ID    ID    ID    ^

ID    O    CO    CM

OOOOOO

O O t- CD LD LD LD '3' O O0 CM

OOOOOO

w    ¦=•

I    I

I    

O

c    r

  • 0) 
    re

(A

c    ®

'Z    ®

C    cfl

«

"7    2

O    -2

W    0

E

a>

+¦•

E

'5

cc

Lf>

V

<

00

>- W

> 0 W» *- O

  • G) 
    re ci +- re 0

5 5 3:

ID ID O ID ^ (J) CD f— Is*. 00 CD CM

1 .2! E ¦

  • a> P

1    »—

o

CO

¦a

c

o

03

0

, r- *J

m -C 03

w « £

o I

3 = recD3;Q-re ccwmiccSOcQ

ID    O    ID    0U30N

CD    00    or--    CD

oo    cm    o>    a> cm    r-;

r-'    CD    00 CM    LD

.2 c w O > ^

_ 0 =*

f f 0.

i o!.

^ O) O .

S E1'

|o "

o .0)

" S j S® ° J-2 a>E S.E

So "

0 O C N QQ O §¦^•2 ,0 re £

: ®

  • ! 
    I

0 Q3    ^

o re 0 c = £ ra ^ ra (u It 5 ¦

E a “ >

c 2 go

»    O O    t-    CD    LD

i    ID    LD    'd'

>    O    OO    CM

  • CL cc .

W 0 Ö) 0

0 -a £ .w

> D 73 M

is^ mm

i 73

  • m 1

£    0    CC

r-    O    5

S    .£    o

^ re    o    z c

J a J c

2 ? I 5 ts 8

B I 0 re -2. £ ¦5 -1* > g 2 0 Stflüyiü

73 m g w :=*> > re CO CC CC CD

Ontwerp    Mutaties via    Vastgestelde    Mutaties 1e    Stand 1e    Mutatie    Mutatie    Mutatie    Mutatie begroting    NvW, moties begroting    suppletoire    suppletoire    2020    2021    2022    2023

2019 en amende-    2019 begroting begroting menten

¦**00000

h O O (M O M r O O U) ö) (D

00 ¦** -^ 00 r-’ r-'

ooooooooooooo

ooooooooooooo

ooooooooooooo

r r o LO

O O O CSJ O CSI r- '

¦** O O CSJ O Csl

r^oor^or^-

O O a> cs]

oo ¦** ^ ó cd

¦**    O    O    CSJ    O    Csl

r*.    o    o    r»    o    r^-

r    O    O    r    ö)    OJ

00    ¦**    ^    O    ^    00

CSJ

ooLOTt*3-oo0>a>

oooa>*-*-oo0>a>

or'-csi»-*-cocMoooo

O O LO o o o oooa>*-*-

O h- CSi <NJ o

o O) o

o o a>

CS] co <o

OOOOOOO-'t'^OOCOOO

ooooooooooooo

-3- o o o o

CT) *— 00

cd od

¦ö    §    O

n    ï    co

<0    N

Ö) w .0) © .g> JS

.E ® T5 .c T3 (/)

> -n ^ u O d) 5)

m - n m n 4; -

' O (/)

E JS

¦E E "S

§ "o

C c-5 a)c-5-a O;

© co c co co ^

5 os o ® _co >

® w o

  • U) 
    CD LU <0 T5 ,

.    co <• cf :=« co

i<cü-i:<cü^oy<cü<a:a:cü<

5.1 Ruimtelijke ordening Bijdragen aan ZBO's/RWT's

Basisregistratie Ondergrond (BRO)

In totaal is € 8,3 mln. herschikt om middelen op de juiste instrumenten te verantwoorden. Het betreft onder andere een reallocatie van € 4,4 mln. naar het instrument bijdragen aan andere begrotingshoofdstukken voor een overboeking naar het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat (EZK) ten behoeve van de realisatie en het beheer van de BRO. Daarnaast wordt binnen het instrument circa € 1,4 mln. herschikt naar Geo-informatie voor de inzet van Geonovum voor de BRO en circa € 2 mln. technisch herschikt naar diverse bijdragen voor de inzet van het Kadaster en ICTU.

Geo-informatie

Binnen het instrument wordt circa € 1,4 mln. gerealloceerd vanuit Basisregistratie Ondergrond (BRO) naar Geo-informatie voor de inzet van Geonovum voor de BRO.

Diverse bijdragen

Dit betreft een technische herschikking binnen het instrument van circa € 2 mln. vanuit Basisregistratie Ondergrond (BRO) voor de inzet van het Kadaster en ICTU.

Bijdragen aan andere begrotingshoofdstukken

Ministerie van Economische Zaken en Klimaat

Vanuit het instrument bijdragen aan ZBO's/RWT's wordt € 4,4 mln. gerealloceerd voor een overboeking naar het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat (EZK) ten behoeve van de realisatie en het beheer van Basisregistratie Ondergrond.

Bijdragen aan medeoverheden

Diverse projecten Ruimtelijke Kwaliteit

Dit betreft een herschikking binnen het instrument van ca. € 2,5 mln. naar de regeling Gemeenten voor bestaand Rotterdams gebied.

Gemeenten

Dit betreft een herschikking van circa € 2,5 mln. vanuit Diverse projecten Ruimtelijke Kwaliteit ten behoeve van het programma bestaand Rotterdams gebied voor projecten die bijdragen aan het ontwikkelen van de Rotterdamse haven en het gelijktijdig verbeteren van het woon- en leefklimaat.

5.2 Omgevingswet

Opdrachten

Aan de Slag

Bij de eerste suppletoire begroting 2018 zijn er middelen voor 2019 en 2020 voor de Omgevingswet toegevoegd aan het instrument opdrachten. Voor 2019 wordt een deel van de beschikbare middelen voor de ontwikkeling van fase-1 van het Digitaal Stelsel Omgevingswet (DSO) naar de instrumenten bijdragen aan ZBO's/RWT's en bijdragen aan agentschappen overgeheveld, zodat de uitgaven op het juiste instrument verantwoord worden.

Bijdragen aan ZBO's/RWT's

Kadaster

Om de beschikbare middelen op het juiste instrument te verantwoorden worden er middelen gerealloceerd binnen artikelonderdeel 5.2 Omgevingswet. Er wordt vanuit de instrumenten opdrachten en bijdragen aan medeoverheden circa € 6,6 mln. overgeheveld naar de bijdrage aan het Kadaster. Daarnaast wordt er € 2,5 mln. extra toegevoegd aan het budget voor de ontwikkeling van fase-1 van het Digitaal Stelsel Omgevingswet (DSO).

Geonovum

Om de beschikbare middelen op het juiste instrument te verantwoorden worden er middelen gerealloceerd binnen artikelonderdeel 5.2 Omgevingswet. Er wordt vanuit de instrumenten opdrachten en bijdragen aan medeoverheden circa € 1,5 mln. overgeheveld naar de bijdrage aan Geonovum. Daarnaast wordt er € 1,5 mln. extra toegevoegd aan het budget voor de ontwikkeling van fase-1 van het Digitaal Stelsel Omgevingswet (DSO).

Aan de Slag

Om de beschikbare middelen op het juiste instrument te verantwoorden worden er middelen gerealloceerd binnen artikelonderdeel 5.2 Omgevingswet. Er wordt vanuit de instrumenten opdrachten en bijdragen aan medeoverheden circa € 2,3 mln. overgeheveld naar de regeling Aan de Slag.

Bijdragen aan agentschappen

Aan de Slag

Om de beschikbare middelen op het juiste instrument te verantwoorden worden er middelen gerealloceerd binnen artikelonderdeel 5.2 Omgevingswet. Er wordt vanuit de instrumenten opdrachten en bijdragen aan medeoverheden circa € 2 mln. overgeheveld naar het instrument bijdragen aan agentschappen. Daarnaast wordt er € 6 mln. extra toegevoegd aan het budget voor de ontwikkeling van fase-1 van het Digitaal Stelsel Omgevingswet (DSO). De toevoeging bestaat uit € 1 mln. voor Kennis- en exploitatiecentrum Officiële Overheidspublicaties (KOOP) en € 5 mln. voor Rijkswaterstaat (RWS).

Bijdragen aan medeoverheden

Aan de Slag

Om de beschikbare middelen op het juiste instrument te verantwoorden, wordt er vanaf het instrument bijdragen aan medeoverheden in totaal circa € 6,7 mln. gerealloceerd naar onder andere bijdragen aan ZBO's/ RWT's en bijdragen aan agentschappen.

Ontvangsten

Verkoop van bufferzonegronden

De verkoop van bufferzonegronden leidt incidenteel tot € 3,8 mln. meerontvangsten.

ooooooooooooooooooo

ooooooooooooooooooo

0 O \p CM

0 o

0 0 05 «“ .± c w o '+j

S g S’

¦i = ¦“

^ w>

ooooooooooooooooooo

COlDfflCONOrmonOOfürOrO^'ï    O

II5<NJCM'^COCM'd-»-OCM<DlOCO'tO'd-Ols**r^'    LD

LncNjcM^t(oa>co<M<oa>LO<-a>0>i-OLoa>to<o

00 CD P- 05 »“ LD

co lo rs- n

(\    00    CO    ^    ^    o    o

O    CO    00    r    !-    O    O

Lfi    U)    O)    ^    ^    r    r

oi    N    6    6    r    I-

00    N CM r P

O 05 O 00 LD CM

000000000»-0'

O O O O O O LD LD LD LD O O O) 05 00 CO p p

U)

c

>

c

O

E

<u

(0

.2

13

E

o

4-

c

c

O

Ü)

c

c

«

k.

V

>

(0

c

.2

(0

¦u

O

>

O

'€

<

0 05 05 0

tn

0 to > .2 ¦

>- W

> 0

«»    *-    O

Ö) 0 c +- 0 0

5 5 3:

¦*toocor--o<-cooooo<ooooo

OOOOCMOOO’tfLDOCDCDLDODOOOO OCMCMOCOOMr-CpCOLOr- 05 05 LD LD 05 00    05 CD CM Ö LO r- C\i LO h- h- CN ^

ooooooooooooooooooo

¦*toocor--o<-tooooocoooooo

OOOOCMOOO’tfLDOCDCDLDODOOOOO OCNCMOCDOPOr-CDCOLD*- 05 05 LD LD 05 Is» oo    CT5Cdcm0ld^— cMLDr^r^csj ^

ts E

o

DO

N

u>

c

I :

c P

0 w

£ -S

¦O    c    -Q    W

0    ®    0    0

2    £    +=    +=

_    m    q    ^    ^

5    £    OS    E    E

O 0 -a -

> :=* 05

— O cü <C

0)^2 oa=-o$^^-o E-o ö) c ü O > > 5 :r 0 h > :=* 0 :=* c = 0 jarcDcüuy^QJüQj'oaN

CM 00 00 ^ ^ o o O 00 CO CO CD LD 05 05 LD LD

C\l    CO    CO    ^    o o

O    00    CO    tO    CD

ID    C>    05    ID    LD

05    05    05    05    05

00 r-

I Q. 0

i O 2

o

DO

.¦o — ;

5 cc i

Ontwerp    Mutaties via    Vastgestelde    Mutaties 1e    Stand 1e    Mutatie    Mutatie    Mutatie    Mutatie begroting    NvW, moties begroting    suppletoire    suppletoire    2020    2021    2022    2023

2019 en amende-    2019 begroting begroting menten

ooooooooooo

OOOOOOOOOOO OIOLOOOOOOOIOODIO oqcMiqtqcoooLoa>csiiq^ C\i cm’ C\j CN* r- cvi LO r-’ r-’

IOOLOOOCOOOOODO

r*.or^ioio<NJooor^LO

lflLflqrr;0)lfl(J>q^q

CO CO co" CO 00 LO <0* r- r-

LOOLT, OOCOOOOODO r*.or^ioio<NJooor^LO IflLCOr-r-OlLC^O^q CO CO CO CO 0Ó ^ LO <Ö r-‘ r-'

OOOOOOOOOOO

ooooooooooo

ooooooooooo

c    3    c

®    c    ®

co    0)    co    c    3

¦o    E    -o    O S2

:=* o > > o CO O CO CC CC -J D

6.2 Overheidsdienstverlening, informatiebeleid en informatiesamenleving

Opdrachten

Overheidsdienstverlening

Als onderdeel van het programma Digitale Inclusie, is een meerjarige bijdrage geleverd (€ 0,5 mln. voor 2019) aan het Programma Tel mee met Taal, van het Ministerie van Onderwijs Cultuur en Wetenschappen Tel mee met Taal, dient voor het vervolgprogramma aanpak basisvaardigheden.

Bijdragen aan Agentschappen

Logius

Er hebben herschikkingen plaatsgevonden in de financiering door Logius van de Generieke Digitale Infrastructuur (GDI). Twee herschikkingen vanuit het Gemeente- en Provinciefonds betreffen samen € 5,6 mln. Vanuit het Gemeentefonds wordt € 3,3 mln. overgeboekt, dit betreft de doorbe-lasting van DigiD en MijnOverheid 2019. In het Bestuurlijk Overleg Financiële Verhoudingen (BOFV) van mei 2018 is besloten dat de doorbelasting van niet-transactiegerichte GDI voorzieningen ook vanuit het Gemeente- dan wel Provinciefonds verlopen. Dit betreft een herschikking van € 2,3 mln.

Daarnaast komt een deel van de middelen voor een opdracht voor de ontwikkeling van een nieuwe centrale e-procurement berichtenvoorzie-ningen uit 2018 pas in 2019 tot betaling (€ 0,9 mln.). De middelen hiervoor zijn via de eindejaarmarge 2018 meegenomen naar 2019.

6.5 Identiteitsstelsel

Opdrachten

Identiteitsstelsel

De bijdragen aan ICTU en RvIG voor de Landelijke Aanpak Adreskwaliteit (LAA) zijn naar de juiste instrumenten herschikt, van opdrachten naar bijdragen aan ZBO's/RWT's (€ 11,1 mln.)en naar bijdragen aan agentschappen (€ 0,9 mln.).

Bijdragen aan agentschappen

RvIG

De bijdrage aan RvIG voor de Landelijke Aanpak Adreskwaliteit (LAA) is naar het juiste instrument herschikt, van opdrachten naar bijdragen aan agentschappen (€ 0,9 mln.).

Bijdragen aan ZBO's/RWT's

ICTU

De bijdrage aan ICTU voor de Landelijke Aanpak Adreskwaliteit (LAA) is naar het juiste instrument herschikt, van opdrachten naar bijdragen aan ZBO's/RWT's (€ 11,1 mln.).

6.6 Investeringspost digitale overheid

Het budget van de investeringspost wordt ingezet middels de investe-ringsagenda, welke begin dit jaar is vastgesteld. De investeringsagenda is één van de instrumenten om de doelstellingen van de agenda NL DIGIbeter te realiseren. De investeringsagenda is tot stand gekomen in samenwerking met andere departementen, uitvoeringsorganisaties en medeoverheden. Voorwaarde daarbij was dat de investeringen bijdragen aan de doelstellingen van NL DIGIbeter en dat het een gezamenlijke investering is, om het overheidsbrede karakter van NL DIGIbeter te benadrukken. Om uitvoering te kunnen geven aan de voorstellen uit de agenda worden van het instrument opdrachten middelen overgeheveld naar de verschillende juiste instrumenten.

Subsidies

Dóórontwikkeling en innovatie digitale overheid

Dit betreft een bijdrage aan de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) (€ 2,4 mln.) voor het voorstel Common Ground. Dit behelst onder andere een nieuwe infrastructuur voor de uitwisseling van gegevens binnen en tussen gemeenten om het gebruik van brondata in dienstverleningsprocessen beter mogelijk te maken.

Opdrachten

Dóórontwikkeling en innovatie digitale overheid

Om uitvoering te kunnen geven aan de goedgekeurde voorstellen uit de investeringsagenda worden van het instrument opdrachten middelen overgeheveld naar de verschillende andere instrumenten.

Bijdragen aan ZBO's/RWT's

Diverse bijdragen

Er wordt € 3 mln. gerealloceerd naar bijdragen aan ZBO's/RWT's, onder andere voor het ondersteunen van minder digivaardigen via het netwerk van bibliotheken en voor de afronding van de ontwikkelingsfase van het rijbewijs met een eID functie door de RDW.

Bijdragen aan medeoverheden

Gemeenten

Er wordt € 3,1 mln. van opdrachten overgeheveld naar bijdragen aan medeoverheden voor «Haal Centraal». Dit is een gezamenlijk initiatief van gemeenten en uitvoeringsorganisaties om door middel van gestandaardiseerde interactie-afspraken voor softwareprogramma's, gegevens uit de basisregistraties te halen. Dit maakt aansluiting op de basisregistraties eenvoudiger.

Bijdragen aan agentschappen

RVO.nl

Het budget voor RVO.nl (€ 4,5 mln.) is vooral bestemd voor het beheer en de ontwikkeling van eIDAS, waarmee op Europees niveau digitale identificatie en inloggen bij de overheid wordt geregeld.

RvIG

Er wordt € 5,9 mln. van opdrachten overgeheveld naar de bijdrage aan RvIG. Zo verkent RvIG samen met grote afnemers van BRP-informatie nieuwe mogelijkheden om deze informatie te distribueren. Daarnaast is RvIG initiatiefnemer voor het ontwikkelen en testen van prototypes waarmee de mobiele telefoon kan worden ingezet voor identificatie. Tot slot is RvIG betrokken bij het beheer en de ontwikkeling van eIDAS.

Logius

Logius is als de grootste uitvoeringsorganisatie voor voorzieningen van de Generieke Digitale Infrastructuur (GDI) een belangrijke partner voor de Digitale Overheid. Bij een groot aantal programma's en projecten is Logius dan ook betrokken en daarom worden er middelen overgeheveld naar de bijdrage aan Logius (€ 26 mln.). Het gaat daarbij onder andere om het Programma Machtigen, vernieuwingen voor MijnOverheid en het programma eID. Ook ontvangt Logius een bijdrage voor een onderzoek naar een herinrichting van de GDI infrastructuur om deze om te zetten naar generieke services en een onderzoek naar de obstakels in het gebruik van Standard Business Reporting.

UBR

Er wordt € 1,5 mln. van opdrachten overgeheveld naar de bijdrage aan UBR voor de ontwikkeling van een Platform voor Open Overheidsinformatie.

co o o h- o

O N O) 1

*3- C\J

(O O)

O 00 o co o

co o o h- o

0^-0) *3- C\J

(O O)

O 00 O CO O

co o o co o

o rt ffi

CM CM (O O)

O 00 o co o

0 O \p cm 0 o

0 0 05 «- ~ c w o '+j

S è S’

¦i = ¦“

^ w>

o w

> .2 ¦

CO o o co o

o rt ffi

CM CM (O O)

O 00 o co o

o o ir> o o -a- •

O    O)    00    LO    I

CO    00    CM    ^    .

r*-    O)    lo    r*-    1

05 CM LO O h-

o o    co co

O O    00 00

O O) O LO h-CM    co

r- N 00

r*- cm LO o r-

r in o r

CO o oo

o *- cm r*- ¦

^    o    co    o    r-v

co    «-    co    ^

00    O)    LO    co

O O 00 CO CO CM h- 00 LO

CM o o o o

o o co co 00 00

oooooooooo

V

(O

O)

c

O

o

>

w

"C

O

c

V

O

>

V

O)

O

'€

<

¦    LO O r-

¦    CO O CO ) r CM r-

O    -ï O (O    O    N

o    co    «-    CO

oo    o>    lo    cq

co    cm’    ö    co    ^

o> O 00 o o

CO CO CM 1^ 00 LO CN (d r-

CM o o o o

co co 00 00

.£5

C/5

05 "O

W ’w

>- vu

> 0 «» *- o

ö) 0 c +-0 0

5 5 3:

>.3 2

W W U) Si C 3

“ w

u    (1)    D    +5    ^

>    >    C    0    w

0    0    O    O)    0

^ 05    _2 0

11S 11

D > < O Q

X5 Q. Q5

O oo

5 0

i S |

5 0 05

\f§. > 0 * > .±c

5 0 05 -05^

:

c

.0

¦O

"E 0

TO ^

0 >---

<: i if

ö) 05 —

0 _Q 0

£ I ï 'i

0 c/5 0 1

<!>.— >) O) 05

0 — ::

a I o i

S ^ S c

C/5    0

  • Ê

e 05

CC |D C '</) JD C

ö © —

“ w O

; T3 -O rr I CO QO Q

«    2

Si    0

.2    0

¦O TJ c .Q

'0 S « “

~ © AC 05

© c c -© 0 o 'O 2 0 0 0 c o

>    m o >

© O) o £

05 (TJ -O

AC SI W O

fïv "O O) T5

*2 :=• c 0

>    CQ 'O CQ

0 t

  • O) 
    g

¦i ï.

0 w

£ o

'5 OQ

  • c ; 0 c 0

C 73 u . 0 :=* 'O CL CQ CO .

Ontvangsten    520    0    520    0    520    0    0    0    0

7.1 Werkgevers- en bedrijfsvoeringsbeleid Subsidies

Werkgeversbeleid

Dit betreft een technische herschikking van € 0,7 mln. binnen het instrument van Werkgeverbeleid naar Diverse subsidies.

Diverse subsidies

Dit betreft voornamelijk een technische herschikking van € 0,7 mln. binnen het instrument van Werkgeversbeleid naar Diverse subsidies. Daarnaast wordt via de eindejaarsmarge 2018 € 0,2 mln. toegevoegd aan het budget ten behoeve van een overlopende post met betrekking tot de subsidie aan het Centrum voor Arbeidsverhoudingen Overheidspersoneel (CAOP).

Opdrachten

Bedrijfsvoeringsbeleid

Vanuit de eindejaarsmarge 2018 wordt circa € 2,5 mln. toegevoegd aan het budget vanwege overlopende posten op het gebied van rijksbrede bedrijfsvoering, rijksinkoop en rijkshuisvesting. Daarnaast worden er vanuit opdrachten middelen herschikt naar bijdragen aan agentschappen voor diverse uitgaven op het gebied van inkoop (€ 0,5 mln.).

Werkgeversbeleid

Vanuit opdrachten vindt er een herschikking plaats naar bijdragen aan ZBO's/RWT's ten behoeve van de bijdrage aan ICTU voor onder andere het programma InternetSpiegel en het programma Vensters (€ 1,5 mln.). Ook wordt er € 0,8 mln. gerealloceerd naar bijdrage aan agentschappen voor de bijdrage aan EC O&P (onderdeel van UBR) ten behoeve van advisering, onderzoek en uitvoeringskosten (€ 0,8 mln.). Daarnaast wordt er via de eindejaarsmarge 2018 € 0,5 mln. toegevoegd aan het budget ten behoeve van overlopende posten, waaronder uitgaven met betrekking tot de implementatie van de Wet normalisering rechtspositie ambtenaren.

Bijdragen aan Agentschappen

Werkgeversbeleid

Er wordt circa € 0,8 mln. gerealloceerd vanuit opdrachten naar bijdragen aan agentschappen voor de bijdrage aan EC O&P (onderdeel van UBR) ten behoeve van advisering, onderzoek en uitvoeringskosten.

Bedrijfsvoeringsbeleid

Vanuit de klimaatenvelop uit het regeerakkoord is € 1,1 mln. beschikbaar gesteld voor het benutten van de inkoopkracht van de overheid voor het versnellen van duurzame transities, het inschakelen van kwetsbare groepen en om innovatief in te kopen. Daarnaast worden er vanuit opdrachten middelen herschikt naar bijdragen aan agentschappen ten behoeve van diverse uitgaven op het gebied van inkoop (€ 0,5 mln.).

UBR (Arbeidsmarkt Communicatie)

Het betreft de verschillende bijdragen van diverse departementen voor het aantrekken en behouden van ICT-professionals bij de rijksoverheid (€ 2,5 mln.).

Bijdragen aan ZBO's/RWT's

Werkgeversbeleid

Er vinden herschikkingen plaats van opdrachten naar bijdragen aan ZBO's/RWT's om middelen op het juiste instrument te verantwoorden. Het betreft met name een herschikking ten behoeve van de bijdrage aan ICTU voor onder andere het programma InternetSpiegel en het programma Vensters (€ 1,5 mln.).

CO CO 00 00 CM CM

00 00 CO CO

0 o

\P CM 03 O

03 03 03 «“ C

C/3 O

S g S’

¦i = ¦“

^ w>

03 «3

> .2 ¦

03 03

E E

r--    co    co    co    co    cm    CM

w    O)    a;    co    cq    r^

Tt    cd    CO    LO    LO    T—    r-"

03 03 00 00 co co

00 00 CO CO CM CM

w O) a; co cq r^ Tt cd cd id LO T— ^

00

a>

h-

t-r^h-oo't^- cm r--    co    co    co    co    cm    CM    co

LO    <y>    o>    co    co    h    h;    r>

Tt    cd    cd    id    LO    r-"    r-'    03

CO    ^    rj-    r-    r-    03

V Si

¦u

V

o

s>

<¦>

M

>

M

S)

c

'Z

V

o

>

<¦>

5

8)

®

Ë

<

!*:=. o ; ! in <-> i

55.

CO 03 > O CC X

>

cc

ë-

I

£u J - C    </)

£00)00    Ö)

i- O    -C    X    rrl    CT)    C

®    «3    ^    0    =    m    «3

£ 'D    T3    ï    S    7j    Q]    -C

® O.    C    ®    Ig    :=•    >    =

co O    O    co    N    co    cc    O

9.1 Doelmatige Rijkshuisvesting Bijdragen aan agentschappen

RVB (Bijdrage voor Hoge Colleges van Staat)

Er worden middelen toegevoegd voor kosten aanvullend op de normale bedrijfsvoeringskosten voor de gebruikers van het Binnenhof. Destijds is € 12,5 mln. beschikbaar gesteld en apart gezet ten behoeve van deze zogeheten niet-huisvestingskosten, zonder dat er zicht was op wat de gebruikers nodig hebben. Circa de helft van het destijds beschikbaar gestelde bedrag is gereserveerd voor de terugverhuizing in 2025.

Ten slotte loopt de afschrijvingsperiode van de vervangingsinvesteringen voor het pand Bezuidenhoutseweg 67 verder dan de huidige ramingspe-riode. Daarom wordt budget uit 2019 (€ 1,8 mln.) en 2020 (€ 3,5 mln.) pas in 2021-2024 ingezet.

o o o o

Ifl N M O

o o

CO CO LO

N O O O 00 ^ ^ o

t- CM CM

i CM CM o

r** oa

oo co oa lo

  • O) 
    (N O t-LO 00 LO CO

LO CM Is*. ^

Is*. oa

oo co oa lo

  • O) 
    (N O t-

lO 00 LO CO

LO CM

r*. ^ r*. oa

«- »- CM OA CN CO CO <

CO CO CO CM

*— O CO

o ^ <- r*. oa

¦*t r*- co

CM O CM CM

0 0 Ö)

«“ .± C

C/3 O

5

ra a.

5 §¦¦“

s '-s °

TO </>

> .2 ¦

¦*t CT> CO CO

o> Is» «- r^-

CT3 -O- O CO

¦o1 lo od

Is*. CM o CM

CT) O ^ ^

co cm co oa

r (O N

T- LO LO <— CT3 r~-

o «- CO

Is* CM O) CM

CT) O ^ ^

co cq a> oa CT) ^ o’

r LO O <— co r~-o *- co

I

¦5

Is

¦S

-a

i!i

c

Q>

Q

<u

<u

<u

a

a

<u

"<5

+*

c

V

O

O

¦*

'€

<

0 a)

> Q-O) 0

*s a>.

' 0

  • .g>
  • ! 
    I
  • O

_0

:0

O    3

(/)    0

.    </>    E

>    ®    0

;    j?    .§>

?|.H §

J BA y. o

(ZmCCCC — CCCC

0 c 0 0 0 .2: 0000

  • Q. 
    ^ (Ü ® CO ni +; CO 00 Qi Q. m 0 00-i200 0 0 4=

<tï5ï52S5S5

11.1 Apparaat (excl. AIVD)

Personele uitgaven

waarvan: Eigen personeel

De mutaties betreffen voornamelijk de uitgaven voor eigen personeel van Doc-Direkt (€ 8,8 mln.), die samenhangen met de inkomsten gedurende het jaar van overige departementen en derden (notariaat). Daarnaast betreft het personele uitgaven (€ 5,7 mln.) voor de uitvoering van de Dienstverleningsafspraken tussen de baten-lastenagentschappen. Ook daar staan inkomsten tegenover. Verder wordt binnen het instrument circa € 2 mln. technisch herschikt naar inhuur externen. Tot slot wordt er € 2,5 mln. overgeheveld naar de begroting van Koninkrijkrelaties (IV) ten behoeve van de informatiebeveiliging bij de Rijksdienst Caribisch Nederland (RCN).

waarvan: Inhuur externen

De mutaties betreffen de uitgaven voor inhuur externen van Doc-Direkt (€ 0,6 mln.), die samenhangen met de inkomsten gedurende het jaar van overige departementen en derden (notariaat). Daarnaast wordt voor de ontwikkeling van fase-1 van het Digitaal Stelsel Omgevingswet (DSO) € 4 mln. toegevoegd aan het budget. Tot slot wordt binnen het instrument circa € 2 mln. technisch herschikt vanuit eigen personeel.

Materiële uitgaven waarvan: Bijdrage SSO's

De mutaties op materiële uitgaven betreffen onder andere de uitgaven voor bijdragen aan SSO's van Doc-Direkt (€ 12,9 mln.), die samenhangen met de inkomsten gedurende het jaar van overige departementen en derden (notariaat). Daarnaast betreft het de uitgaven voor uitvoering van de Dienstverleningsafspraken tussen de baten-lastenagentschappen, waar eveneens inkomsten tegenover staan (€ 9,3 mln.). Tot slot wordt binnen het instrument circa € 3,6 mln. herschikt vanuit overige materiële uitgaven. waarvan: ICT

Dit betreft de uitgaven voor ICT van Doc-Direkt (€ 3 mln.), die samenhangen met de inkomsten gedurende het jaar van overige departementen en derden (notariaat).

waarvan: Overige materiële uitgaven

Dit betreft onder andere de overige materiële uitgaven van Doc-Direkt (€ 2,2 mln.), die samenhangen met de inkomsten gedurende het jaar van overige departementen en derden (notariaat). Daarnaast wordt binnen het instrument circa € 3,6 mln. herschikt naar bijdrage SSO's.

Ontvangsten

Dit betreft voornamelijk de inkomsten die Doc-Direkt gedurende het jaar heeft van overige departementen en derden (notariaat). Deze inkomsten zijn ter dekking van de personele en materiële uitgaven (€ 27,5 mln.).

Daarnaast betreft het onder andere ontvangsten van de Dienstverlenings-afspraken voor de standaard dienstverlening aan de baten-lastenagentschappen (€ 15 mln.).

o o o o o o>

CM CM CM

CM CM CM LO LO LO CO CO CO

r*. r*. r^-

LO LO LO

co co co

(OMOOOCMOO't^f to r (D 1D t- r- C3 CO CO CM Is. CD O) O LD ^

® ® ö)

«- c

C/3 O

S £ S’

¦i =

^ w>

CO C/3

> .2 ¦

CD CD

E E

O CD

CO Mo s s r*^ cm cm

CO 't M' O CM CO O LO 't 03 LO «- «- 03 LO 'd- CO O) CO LO

ooooooooo

CO't'ïOCMOOOO    CM

LD    ^    O)    ID    t-    O)    O

LO    't    CO    O)    CO    LD    CM

cd    id

Artikel 12 Algemeen

Algemeen (bedragen x € 1.000)

C/3

.E o CD O Q. ö> 5, CD A 2 A) § jS ;0 -Q Co— n'

CD V)

©

03

'    ”    £    ©    C    S

;    C    m    1    §    .2    _

<5    ü    -5    co

^    C    3    ^    c

2 w

vi    *=    (D

ö)    ro    —

— 3 - o •- r:    :=*    t/o    :=*    c    .E    $

<(/3Ü^OQ£CüWCü?^“

E 2

'c 73

ö)

03

12.1 Algemeen

Bijdragen aan agentschappen

SSC-ICT (Eigenaarsbijdrage)

Het tekort op het eigen vermogen van SSC-ICT wordt conform de Regeling agentschappen aangevuld tot nul, dit betreft een aanvulling van € 22,4 mln. Hiervoor worden onder andere de ontvangsten gebruikt die zijn ontstaan uit de afroming van het surplus eigen vermogen van FMH (€ 3,6 mln.) en RVB (€ 9,5 mln.). Daarnaast is er € 9,3 mln. uit de eindejaarsmarge 2018 ingezet.

Ontvangsten

De ontvangsten zijn ontstaan uit de afroming van het surplus eigen vermogen van FMH (€ 3,6 mln.) en RVB (€ 9,5 mln.). Deze ontvangsten worden ingezet voor de dekking van het tekort op het eigen vermogen van SSC-ICT.

Artikel 13 Nog onverdeeld

Nog onverdeeld (bedragen x € 1.000)

 

Mutatie

2023

24.541

24.541

16.771

7.770

0

Mutatie

2022

24.705

24.705

16.899

7.806

0

Mutatie

2021

26.296

26.296

17.941

8.355

0

Mutatie

2020

27.671

27.671

18.533

9.138

0

Stand 1e suppletoire begroting

29.851

29.851

19.568

8.783

1.500

Mutaties 1e suppletoire begroting

29.851

29.851

19.568

8.783

1.500

Vastgestelde begroting

2019

o    o    o    o    o

Mutaties via NvW, moties en amendementen

o    o    o    o    o

Ontwerp begroting

2019

o    o    o    o    o

 

Verplichtingen:

Uitgaven:

Loonbijstelling

Prijsbijstelling

Onvoorzien

 

5    r «N <*>

 

£2 £2 £2

13.1    Loonbijstelling

Dit betreft de loonbijstelling voor het begrotingshoofdstuk Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (€ 19,6 mln.).

13.2    Prijsbijstelling

Dit betreft de prijsbijstelling voor het begrotingshoofdstuk Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (€ 8,8 mln.).

13.3    Onvoorzien

De totale eindejaarsmarge over 2018 is € 54,5 mln. Daarvan is € 53 mln. ingezet ter dekking van diverse uitgaven elders binnen de (Rijks)be-groting. De resterende € 1,5 mln. zal worden ingezet voor een bijdrage aan gemeente Zundert ten behoeve van de aanpak van Fort Oranje (via het gemeentefonds). Dit zal op een volgend begrotingsmoment worden geëffectueerd.

  • d. 
    Baten-lastenagentschappen Rijksdienst voor identiteitsgegevens (RvIG)

Baten-lastenagentschap RvIG Suppletoire begroting 2019 (Eerste suppletoire begroting) (Bedragen x € 1.000)

 
 

(1)

(2)

(3)=(1)+(2)

Omschrijving

Vastgestelde

Mutaties

Totaal geraamd

 

begroting

1esuppletoire

 
   

begroting

 

Baten

 

Omzet moederdepartement

35.944

6.764

42.708

Omzet overige departementen

0

 

0

Omzet derden

32.603

 

32.603

Rentebaten

0

 

0

Vrijval voorzieningen

20.407

 

20.407

Bijzondere baten

4.737

  • 4.737

0

Totaal baten

93.691

2.027

95.718

Lasten

     

Apparaatskosten

91.148

6.764

97.912

  • Personele kosten

16.788

3.567

20.355

  • Waarvan eigen personeel

13.859

3.567

17.426

  • - 
    Waarvan inhuur externen

2.929

 

2.929

  • - 
    Waarvan overige personele kosten

0

 

0

Materiële kosten

74.360

3.197

77.557

  • - 
    Waarvan apparaat ICT

1.250

 

1.250

  • - 
    Waarvan Bijdrage aan SSO's

165

 

165

  • - 
    Waarvan overige materiële kosten

72.945

3.197

76.142

Rentelasten

0

 

0

Afschrijvingskosten

1.350

0

1.350

  • Materieel

1.350

0

1.350

  • - 
    Waarvan apparaat ICT

1.350

 

1.350

  • Waarvan overige materiële afschrij-

0

 

0

vingskosten

     
  • Immaterieel

0

 

0

Overige lasten

1.193

0

1.193

  • Dotaties voorzieningen

1.193

 

1.193

  • Bijzondere lasten

0

 

0

Totaal lasten

93.691

6.764

100.455

Saldo van baten en lasten

0

  • - 
    4.737
  • - 
    4.737

Baten

Verwerkingswijze inzet Schuld aan gebruikers BRP Conform Besluit Basisregistratie Personen (BRP) artikel 13 lid 3 worden positieve exploitatieresultaten bij het reguliere beheer van de BRP verrekend met de gebruikers van de BRP door de tarieven in volgende jaren zoveel mogelijk te stabiliseren en eventuele tekorten op de begroting aan te vullen vanuit de balanspost «Schuld aan gebruikers BRP». In de ontwerpbegroting is deze verrekening opgenomen als bijzondere baten. Volgens de verslaggevingsregels kwalificeert een dergelijke verrekening echter niet als bijzondere baten. Om te voldoen aan geldende verslaggevingsregels is besloten geen bijzondere baten te presenteren, maar een negatief resultaat op de begroting. Het negatieve resultaat wordt vervolgens aangevuld vanuit de Schuld aan gebruikers BRP.

Aanvullende opdrachten RvIG

In de loop van 2018 - maar na het opstellen van de ontwerpbegroting 2019 - zijn de opdrachten «Transitie en continuïteit van LAA» en «elDAS» aan RvIG verstrekt ad € 3.734.700 respectievelijk € 3.029.300. Bij het opstellen van de ontwerpbegroting 2019 was de aard en omvang van deze opdrachten nog onvoldoende bekend om opname in de begroting te rechtvaardigen.

Lasten

Transitie en continuïteit van Landelijke Aanpak Adreskwaliteit (LAA)

In 2018 is besloten om de werkzaamheden rondom de LAA over te hevelen van ICTU naar RvIG. Deze werkzaamheden resulteren voor RvIG in aanvullende ambtelijke loonkosten (€ 2,7 mln.) en kosten voor (ICT-)ondersteuning van het in te zetten personeel (€ 1,0 mln.). De verwachting is dat volledige personele bezetting en transitie ultimo 2020 zal zijn gerealiseerd. Bij het opstellen van de ontwerpbegroting 2019 was de aard en omvang van deze werkzaamheden nog onvoldoende zeker.

Opdracht Electronic Identities And Trust Services (eIDAS) (BRPk)

In 2018 is de voorziening BRPk omtrent uitvoering van de eIDAS-verordening opgeleverd en per 28 september 2018 in gebruik genomen. Het beheer van deze voorziening is belegd bij RvIG. De kosten voor deze beheeropdracht zijn voor 2019 begroot op € 3.029.300, bestaande uit loonkosten voor ambtelijk personeel (€ 0,8 mln.) en kosten voor het beheer en exploitatie van de ICT-voorziening (€ 2,2 mln.). Bij het opstellen van de ontwerpbegroting 2019 was de aard en omvang van deze werkzaamheden nog onvoldoende zeker.

Kasstroomoverzicht

 
   

(i)

(2)

(3)=(1)+(2)

   

Vastge-

Mutaties

Stand

   

stelde

1esupple-

1esupple-

   

begroting

toire

toire

     

begroting

begroting

1.

Rekening-courant RHB 1 januari 2019

Totaal ontvangsten operationele

139.446

 

139.446

 

kasstroom (+)

Totaal uitgaven operationele kasstroom

68.547

2.027

70.574

 

(-/-)

  • 91.148
  • 6.764
  • 97.912

2.

Totaal operationele kasstroom

  • 22.601
  • 4.737
  • 27.338
 

Totaal investeringen (-/-)

  • 2.000
 
  • 2.000
 

Totaal boekwaarde desinvesteringen (+)

0

 

0

3.

Totaal investeringkasstroom

  • 2.000

0

  • 2.000
 

Eenmalige uitkering aan moederdepartement (-/-)

0

 

0

 

Eenmalige storting door het moederdepartement (+)

0

 

0

 

Aflossingen op leningen (-/-)

  • 2.000

2.000

0

 

Beroep op leenfaciliteit (+)

2.000

  • 2.000

0

4.

Totaal financieringskasstroom

0

0

0

5.

Rekening-courant RHB 31 december 2019 (=1+2+3+4)

114.845

  • - 
    4.737

110.108

Toelichting

Leenfaciliteit

Vanwege de verlenging van de geldigheidsduur van paspoorten en identiteitskaarten (reisdocumenten) voor volwassenen heeft RvIG een egalisatiereserve (langlopend vreemd vermogen) gevormd. Deze egalisatiereserve wordt in de periode 2019-2023 volledig aangewend. Zodoende kan deze reserve deels worden ingezet om kortlopende investeringen (die voor 2023 volledig zijn afgeschreven) te financieren waardoor RvIG geen aanspraak hoeft te maken op de leenfaciliteit voor 2019.

Uitvoeringorganisatie Bedrijfsvoering Rijk (UBR)

Baten-lastenagentschap UBR Suppletoire begroting 2019 (Eerste suppletoire begroting) (Bedragen x € 1.000)

 
 

(1)

(2)

(3)=(1)+(2)

Omschrijving

Vastgestelde begroting

Mutaties 1e suppletoire begroting

Totaal geraamd

Baten

Omzet moederdepartement

70.235

1.222

71.457

Omzet overige departementen

154.556

15.731

170.287

Omzet derden

10.495

  • 3.451

7.044

Rentebaten

0

0

0

Vrijval voorzieningen

0

0

0

Bijzondere baten

0

0

0

Totaal baten

235.286

13.502

248.788

Lasten

Apparaatskosten

233.320

13.931

247.251

  • Personele kosten

152.598

6.834

159.432

  • Waarvan eigen personeel

132.593

2.741

135.334

  • - 
    Waarvan inhuur externen

13.756

2.843

16.599

 

o)

(2)

(3)=(1)+(2)

Omschrijving

Vastgestelde begroting

Mutaties 1e suppletoire begroting

Totaal geraamd

  • Waarvan overige personele kosten

6.249

1.250

7.499

Materiële kosten

80.722

7.096

87.818

  • Waarvan apparaat ICT

2.815

622

3.437

  • - 
    Waarvan Bijdrage aan SSO's

15.931

1.487

17.418

  • - 
    Waarvan overige materiële kosten

61.976

4.987

66.963

Rentelasten

2

0

2

Afschrijvingskosten

1.964

  • 428

1.536

  • Materieel

797

  • 490

307

  • - 
    Waarvan apparaat ICT

17

50

67

  • - 
    Waarvan overige materiële afschrijvingskosten

0

  • - 
    540
  • - 
    540
  • Immaterieel

1.167

62

1.229

Overige lasten

0

0

0

  • Dotaties voorzieningen

0

0

0

  • Bijzondere lasten

0

0

0

Totaal lasten

235.286

13.502

248.788

Saldo van baten en lasten

0

0

0

Toelichting

Baten

De verwachte toename en mutaties van de omzet is met name een gevolg van een groeiende vraag naar de producten en diensten van UBR:

  • bij UBR|Ontwikkelbedrijf stijgt de verwachte omzet als gevolg van de uitrol van het ict-traineeship (€ 3 mln.);
  • bij UBRIPersoneel i.o. door indexatie op de budgetgefinancierde dienstverlening en door een verwachte verschuiving tussen omzet derden en overige departementen (netto-effect op omzet van € 3 mln.);
  • Bij UBRIRijksbeveiligingsorganisatie (RBO) als gevolg van uitbreiding van het leveringsgebied (€ 7 mln.).

Lasten

Tegenover de verwachte omzetstijging staat een toename van personeels-gerelateerde kosten. Voor UBRIRBO geldt dat een deel van de dienstverlening door middel van uitbesteding op de beveiligingsmarkt plaatsvindt.

Kasstroomoverzicht

Suppletoire begroting 2019 (eerste suppletoire begroting), Kasstroomoverzicht baten-lastenagentschap UBR (Bedragen x € 1.000)

 
   

(i)

(2)

(3)=(1)+(2)

   

Vastgestelde

Mutaties 1e

Stand 1e

   

begroting

suppletoire

suppletoire

     

begroting

begroting

1.

Rekening-courant RHB 1 januari 2019

Totaal ontvangsten operationele

7.404

 

7.404

 

kasstroom (+)

Totaal uitgaven operationele kasstroom

235.286

19.445

254.731

 

(-/-)

  • 233.322
  • 19.452
  • 252.774

2.

Totaal operationele kasstroom

1.964

  • 7

1.957

 

Totaal investeringen (-/-)

  • 1.000
 
  • 1.000
 

Totaal boekwaarde desinvesteringen (+)

0

 

0

3.

Totaal investeringkasstroom

  • 1.000

0

  • 1.000
 

Eenmalige uitkering aan moederdepartement (-/-)

0

 

0

 

(1)

(2)

(3)=(1)+(2)

 

Vastgestelde

Mutaties 1e

Stand 1e

 

begroting

suppletoire begroting

suppletoire begroting

Eenmalige storting door het moederde-

partement (+)

0

 

0

Aflossingen op leningen (-/-)

  • 727
 
  • 727

Beroep op leenfaciliteit (+)

1.000

 

1.000

  • 4. 
    Totaal financieringskasstroom
  • 5. 
    Rekening-courant RHB 31 december 2019

273

0

273

(=1+2+3+4)

8.641

  • - 
    7

8.634

Toelichting

De toename van gevraagde dienstverlening leidt tot een verhoging in de operationele kasstroom.

FMHaaglanden (FMH)

Baten-lastenagentschap FMH Suppletoire begroting 2019 (Eerste suppletoire begroting) (Bedragen x € 1.000)

 
 

(i)

(2)

(3)=(1)+(2)

Omschrijving

Vastgestelde

Mutaties

Totaal geraamd

 

begroting

1esuppletoire

 
   

begroting

 

Baten

     

Omzet moederdepartement

83.111

7.176

90.287

Omzet overige departementen

36.208

418

36.626

Omzet derden

3.119

  • 270

2.849

Rentebaten

0

0

0

Vrijval voorzieningen

0

0

0

Bijzondere baten

0

0

0

Totaal baten

122.438

7.324

129.762

Lasten

     

Apparaatskosten

115.336

7.872

123.208

  • Personele kosten

39.263

3.322

42.585

  • Waarvan eigen personeel

35.466

1.941

37.407

  • - 
    Waarvan inhuur externen

3.796

1.381

5.178

  • - 
    Waarvan overige personele kosten

0

0

0

Materiële kosten

76.073

4.550

80.623

  • Waarvan apparaat ICT

61

  • 1

60

  • - 
    Waarvan Bijdrage aan SSO's

47.383

1.350

48.733

  • - 
    Waarvan overige materiële kosten

28.629

3.201

31.830

Rentelasten

341

  • 87

254

Afschrijvingskosten

6.761

  • 461

6.300

  • Materieel

6.761

  • 461

6.300

  • - 
    Waarvan apparaat ICT

0

0

0

  • Waarvan overige materiële afschrij-

0

0

0

vingskosten

     
  • Immaterieel

0

0

0

Overige lasten

0

0

0

  • Dotaties voorzieningen

0

0

0

  • Bijzondere lasten

0

0

0

Totaal lasten

122.438

7.324

129.762

Saldo van baten en lasten

0

0

0

Baten en lasten

De hogere omzet is het gevolg van meer afname van zowel de generieke als specifieke dienstverlening. De toename van de generieke dienstverlening is enerzijds het gevolg van de vorming van het huidige kabinet. Het gaat daarbij met name om extra afname van vervoer en werkplekken. Anderzijds heeft het betrekking op nieuwe dienstverlening die FMH levert zoals kunstadvies.

De hogere omzet bij specifieke dienstverlening heeft betrekking op het uitvoeren van projecten als gevolg van wijzigingen in het Masterplan Den Haag en meer verzoeken tot wijziging (VtW's) dan aanvankelijk ingeschat.

Kasstroomoverzicht

Suppletoire begroting 2019 (Eerste suppletoire begroting), Kasstroomoverzicht baten-lastenagentschap FMH (Bedragen x € 1.000)

 
   

(1)

(2)

(3)=(1)+(2)

   

Vastgestelde begroting

Mutaties

1esupple- toire begroting

Stand 1e suppletoire begroting

1.

Rekening-courant RHB 1 januari 2019

Totaal ontvangsten operationele kas-

16.973

  • - 
    4.375

12.598

 

stroom (+)

Totaal uitgaven operationele kasstroom

122.438

7.324

129.762

 

(-/-)

  • 115.677
  • 6.863
  • 122.540

2.

Totaal operationele kasstroom

6.761

461

7.222

 

Totaal investeringen (-/-)

  • 9.100
  • 1.623
  • 10.723
 

Totaal boekwaarde desinvesteringen (+)

0

0

0

3.

Totaal investeringkasstroom

Eenmalige uitkering aan moederdeparte-

  • 9.100
  • 1.623
  • 10.723
 

ment (-/-)

Eenmalige storting door het moederdepar-

0

  • 3.618
  • 3.618
 

tement (+)

0

0

0

 

Aflossingen op leningen (-/-)

  • 6.962

2.094

  • 4.868
 

Beroep op leenfaciliteit (+)

9.100

1.623

10.723

4.

5.

Totaal financieringskasstroom

Rekening-courant RHB 31 december 2019

2.138

99

2.237

 

(=1+2+3+4)

16.772

  • - 
    5.438

11.334

Toelichting

Investeringen

De toename in investeringen wordt veroorzaakt door investeringen in audiovisuele middelen en meubilair.

Uitkering aan moederdepartement

Overeenkomstig artikel 25, tweede lid van de Regeling Agentschappen wordt het surplus eigen vermogen (€ 3,6 mln.) aan de eigenaar (Moederdepartement) uitgekeerd.

Shared Service Centrum (SSC ICT)

 
 

o)

(2)

(3)=(1)+(2)

Omschrijving

Vastgestelde begroting

Mutaties

1esuppletoire begroting

Totaal geraamd

Baten

Omzet moederdepartement

69.896

  • 2.483

67.413

Omzet overige departementen

248.510

  • 40.723

207.787

Omzet derden

385

  • 385

0

Rentebaten

0

0

0

Vrijval voorzieningen

0

0

0

Bijzondere baten

0

0

0

Totaal baten

318.791

  • - 
    43.591

275.200

Lasten

Apparaatskosten

248.826

  • 39.676

209.150

  • Personele kosten

139.353

  • 24.553

114.800

  • Waarvan eigen personeel

90.872

  • - 
    10.672

80.200

  • - 
    Waarvan inhuur externen

42.826

  • - 
    13.826

29.000

  • - 
    Waarvan overige personele kosten

5.655

  • - 
    55

5.600

Materiële kosten

109.473

  • 15.123

94.350

  • Waarvan apparaat ICT

93.250

  • 17.700

75.550

  • - 
    Waarvan Bijdrage aan SSO's

14.223

1.877

16.100

  • - 
    Waarvan overige materiële kosten

2.000

700

2.700

Rentelasten

250

  • 250

0

Afschrijvingskosten

69.715

  • 13.265

56.450

  • Materieel

62.022

  • 14.722

47.300

  • - 
    Waarvan apparaat ICT
  • Waarvan overige materiële afschrijvingskosten

62.022

0

  • - 
    14.722

0

47.300

0

  • Immaterieel

7.692

1.457

9.149

Overige lasten

0

9.600

9.600

  • Dotaties voorzieningen

0

2.000

2.000

  • Bijzondere lasten

0

7.600

7.600

Totaal lasten

318.791

  • - 
    43.591

275.200

Saldo van baten en lasten

0

0

0

Toelichting

Begin 2019 is een herijkt financieel jaarplan opgesteld. Dit jaarplan is het resultaat van een uitgevoerde analyse van de tekorten die de afgelopen jaren alsmede van een extern onderzoek. Zo is, onder andere, de omzetinschatting van de standaard- als de maatwerkdienstverlening, op basis van de laatste prognoses, neerwaarts bijgesteld hetgeen aan de lastenkant heeft geleid tot een aanpassing van de personele en materiële lasten.

Dit financieel jaarplan is afgestemd met de leden van het Bestuurlijk Overleg SSC-ICT en vormt de basis voor de nu gepresenteerde mutaties en de verwachte omzetraming.

Voor de overige lasten zijn kosten voorzien die één op één worden doorbelast naar afnemers voor maatwerkprojecten. Tevens zijn hier kosten opgenomen welke zijn geraamd voor de verbetermaatregelen die naar aanleiding van het externe onderzoek worden uitgevoerd.

Kasstroomoverzicht

 
   

(1)

(2)

(3)=(1)+(2)

   

Vastge stelde begroting

Mutaties

1esupple- toire begroting

Stand 1e suppletoire begroting

1.

Rekening-courant RHB 1 januari 2019

17.000

 

17.000

 

Totaal ontvangsten operationele kasstroom (+)

318.791

  • 43.591

275.200

 

Totaal uitgaven operationele kasstroom (-/-)

  • 249.076

7.891

  • 241.185

2.

Totaal operationele kasstroom

69.715

  • 35.700

34.015

 

Totaal investeringen (-/-)

  • 47.118
  • 21.980
  • 69.098
 

Totaal boekwaarde desinvesteringen (+)

0

0

0

3.

Totaal investeringkasstroom

Eenmalige uitkering aan moederdepartement

  • 47.118
  • 21.980
  • 69.098
 

(-/-)

Eenmalige storting door het moederdeparte-

0

0

0

 

ment (+)

0

22.435

22.435

 

Aflossingen op leningen (-/-)

  • 69.715

13.265

  • 56.450
 

Beroep op leenfaciliteit (+)

47.118

21.980

69.098

4.

5.

Totaal financieringskasstroom

Rekening-courant RHB 31 december 2019

  • 22.597

57.680

35.083

 

(=1+2+3+4)

17.000

0

17.000

Overeenkomstig artikel 25, tweede lid van de Regeling Agentschappen draagt de eigenaar (moederdepartement) zorg voor het aanvullen van het tekort over 2018 (€ 22,4 mln.).

Het bedrag aan investeringen voor 2019 is met € 21,9 mln. neerwaarts bijgesteld. Als grondslag hiervoor gelden de met de afnemers afgestemde vervangings- en uitbreidingsinvesteringen in het kader van Life Cycle Management.

Rijksvastgoedbedrijf (RVB)

Baten-lastenagentschap RVB Suppletoire begroting 2019 (Eerste suppletoire begroting) (Bedragen x € 1.000)

 
 

(1)

(2)

(3)=(1)+(2)

Omschrijving

Vastge-

Mutaties

Totaal

 

stelde begroting

1esupple- toire begroting

geraamd

Baten

Omzet moederdepartement

148.757

 

148.757

Omzet overige departementen

856.165

20.000

876.165

Omzet derden

129.668

 

129.668

Rentebaten

500

 

500

Vrijval voorzieningen

0

 

0

Bijzondere baten

50.085

10.000

60.085

Totaal baten

1.185.175

30.000

1.215.175

Lasten

Apparaatskosten

251.706

15.000

266.706

  • Personele kosten

191.029

10.000

201.029

  • Waarvan eigen personeel

172.279

10.000

182.279

  • - 
    Waarvan inhuur externen

18.750

 

18.750

  • - 
    Waarvan overige personele kosten

0

 

0

Materiële kosten

60.677

5.000

65.677

  • Waarvan apparaat ICT

31.400

5.000

36.400

  • - 
    Waarvan Bijdrage aan SSO's

0

 

0

  • - 
    Waarvan overige materiële kosten

29.277

 

29.277

Rentelasten

89.713

 

89.713

 

(i)

(2)

(3)=(1)+(2)

Omschrijving

Vastge-

Mutaties

Totaal

 

stelde

1esupple-

geraamd

 

begroting

toire

 
   

begroting

 

Afschrijvingskosten

350.583

0

350.583

  • Materieel

350.583

0

350.583

  • Waarvan apparaat ICT

0

 

0

  • - 
    Waarvan overige materiële afschrijvingskosten

0

 

0

  • Immaterieel

0

 

0

Overige lasten

493.173

15.000

508.173

  • Dotaties voorzieningen

4.000

 

4.000

  • Bijzondere lasten

489.173

15.000

504.173

Totaal lasten

1.185.175

30.000

1.215.175

Saldo van baten en lasten

0

0

0

Toelichting

Baten

De gestegen baten uit omzet overige departementen en de bijzondere baten hangen met name samen met meer voorziene inzet dan begroot op direct afrekenbare producten en met activeerbare uren voor projecten onderhanden werk.

Lasten

De apparaatskosten stijgen als gevolg van meer voorziene omzet en door gestegen loon- (o.a. CAO) en materiële kosten. De stijging bijzondere lasten vloeit onder andere voort uit hogere kosten voor direct afrekenbare producten.

Kasstroomoverzicht

Suppletoire begroting 2019 (Eerste suppletoire begroting), Kasstroomoverzicht baten-lastenagentschap RVB (Bedragen x € 1.000)

 
   

(i)

(2)

(3)=(1)+(2)

   

Vastgestelde

Mutaties

Stand 1e

   

begroting

1esupple-

suppletoire

     

toire

begroting

     

begroting

 

1.

Rekening-courant RHB 1 januari 2019

Totaal ontvangsten operationele

454.661

  • - 
    62.620

392.041

 

kasstroom (+)

Totaal uitgaven operationele kasstroom

1.812.028

30.000

1.842.028

 

(-/-)

  • 1.522.301
  • 30.000
  • 1.552.301

2.

Totaal operationele kasstroom

289.727

0

289.727

 

Totaal investeringen (-/-)

  • 665.000
  • 72.000
  • 737.000
 

Totaal boekwaarde desinvesteringen (+)

36.000

 

36.000

3.

Totaal investeringkasstroom

  • 629.000
  • 72.000
  • 701.000
 

Eenmalige uitkering aan moederdepartement (-/-)

0

  • 9.487
  • 9.487
 

Eenmalige storting door het moederdepartement (+)

0

 

0

 

Aflossingen op leningen (-/-)

  • 367.105
 
  • 367.105
 

Beroep op leenfaciliteit (+)

665.000

72.000

737.000

4.

Totaal financieringskasstroom

297.895

62.513

360.408

5.

Rekening-courant RHB 31 december 2019 (=1+2+3+4)

413.283

  • - 
    72.107

341.176

De beginstand rekening courant bij Rijkshoofdboekhouding (RHB) is aangepast naar de stand van 31 december 2018, zoals deze voortvloeit uit de jaarrekening 2018. De operationele kasstromen wijzigen door hogere kosten die tevens uitgaven zijn. Overeenkomstig artikel 25, tweede lid van de Regeling Agentschappen wordt het surplus eigen vermogen (€ 9,5 mln.) aan de eigenaar (Moederdepartement) uitgekeerd.

Dienst van de Huurcommissie (DHC)

Baten-lastenagentschap DHC Suppletoire begroting 2019 (Eerste suppletoire begroting) (Bedragen x € 1.000)

 
 

(i)

(2)

(3)=(1)+(2)

Omschrijving

Vastgestelde

Mutaties

Totaal geraamd

 

begroting

1esuppletoire

 
   

begroting

 

Baten

     

Omzet moederdepartement

6.776

  • 1.505

5.271

Omzet overige departementen

0

 

0

Omzet derden

5.854

0

5.854

Rentebaten

0

 

0

Vrijval voorzieningen

0

 

0

Bijzondere baten

0

 

0

Totaal baten

12.630

  • - 
    1.505

11.125

Lasten

     

Apparaatskosten

9.731

1.319

11.050

  • Personele kosten

6.449

703

7.152

  • Waarvan eigen personeel

5.259

  • - 
    1.258

4.001

  • - 
    Waarvan inhuur externen

700

1.961

2.661

  • - 
    Waarvan overige personele kosten

490

0

490

Materiële kosten

3.282

616

3.898

  • Waarvan apparaat ICT

1.184

  • 23

1.161

  • - 
    Waarvan Bijdrage aan SSO's

0

0

0

  • - 
    Waarvan overige materiële kosten

2.098

639

2.737

Rentelasten

0

 

0

Afschrijvingskosten

75

0

75

  • Materieel

75

0

75

  • - 
    Waarvan apparaat ICT

74

 

74

  • - 
    Waarvan overige materiële afschrijvings-

0

 

0

kosten

     
  • Immaterieel

0

 

0

Overige lasten

2.824

721

3.545

  • Dotaties voorzieningen

0

0

0

  • Bijzondere lasten

2.824

721

3.545

Totaal lasten

12.630

2.040

14.670

Saldo van baten en lasten

0

  • - 
    3.545
  • - 
    3.545

Toelichting

Baten

Omzet moederdepartement

De bijdrage van het moederdepartement in de kosten voor aanpassingen in de bedrijfsvoering (totaal € 3,5 mln.) wordt als een directe vermogens-storting op het eigen vermogen geboekt en niet als omzet gerekend.

Lasten

Apparaatskosten

Vanaf 1 januari 2019 is de nieuwe organisatie van de Dienst van de Huurcommissie een feit en is de personele reorganisatie afgerond. Als gevolg van de reorganisatie hebben meerdere medewerkers gebruik gemaakt van een stimuleringspremie bij ontslag op eigen verzoek. Daarnaast is een aantal medewerkers vanaf 1 januari 2019 een Van Werk Naar Werk traject ingegaan. Dit verklaart de afname van de kosten voor eigen personeel. De toename van inhuur externen wordt deels verklaard door het opvangen van genoemde uitstroom van vaste medewerkers en deels door extra inhuur van medewerkers om de achterstanden in de werkvoorraad terug te dringen.

Materiële kosten

De toename van de materiële kosten betreft extra kosten voor informatiebeveiliging, de Raad van Advies en de zittingsleden (in verband met wijzigingen in de governance vanaf 1 januari 2019) en communicatie.

Overige lasten

Onder de bijzondere lasten vallen kosten die verband houden met de doorontwikkeling van het nieuwe ICT-systeem, werkzaamheden ter verbetering van de dienstverlening van de Dienst van de Huurcommissie, aanpassing van de website en verhuiskosten.

Saldo van baten en lasten

Naar verwachting bedraagt het exploitatieresultaat € 3,5 mln. negatief. Daar staat een extra eenmalige bijdrage van het moederdepartement tegenover. Deze komt direct ten gunste van het eigen vermogen op de balans. Het surplus aan eigen vermogen per 31 december 2018 (€ 2,4 mln.) vloeit conform regeling agentschappen terug naar het moederdepartement.

Kasstroomoverzicht

Suppletoire begroting 2019 (eerste suppletoire begroting), Kasstroomoverzicht baten-lastenagentschap DHC (Bedragen x € 1.000)

 
   

(1)

(2)

(3)=(1)+(2)

   

Vastgestelde

Mutaties

Stand 1e

   

begroting

1esupple-

suppletoire

     

toire

begroting

     

begroting

 

1.

Rekening-courant RHB 1 januari 2019

Totaal ontvangsten operationele

2.590

 

2.590

 

kasstroom (+)

Totaal uitgaven operationele kasstroom

12.630

  • 1.505

11.125

 

(-/-)

  • 12.555
  • 2.040
  • 14.595

2.

Totaal operationele kasstroom

75

  • 3.545
  • 3.470
 

Totaal investeringen (-/-)

0

 

0

 

Totaal boekwaarde desinvesteringen (+)

0

 

0

3.

Totaal investeringskasstroom

0

0

0

 

Eenmalige uitkering aan moederdepartement (-/-)

0

  • 2.380
  • 2.380
 

Eenmalige storting door het moederdepartement (+)

0

3.545

3.545

 

Aflossingen op leningen (-/-)

0

 

0

 

Beroep op leenfaciliteit (+)

0

 

0

4.

Totaal financieringskasstroom

0

1.165

1.165

 

o)

(2)

(3)=(1)+(2)

 

Vastgestelde begroting

Mutaties

1esupple- toire begroting

Stand 1e suppletoire begroting

  • 5. 
    Rekening-courant RHB 31 december 2019

(=1+2+3+4)

2.665

  • - 
    2.380

285

Toelichting

De eenmalige uitkering aan het moederdepartement betreft het surplus aan eigen vermogen per ultimo 2018. De eenmalige storting door het moederdepartement betreft de bijdrage voor de kosten genoemd bij de bijzondere lasten.

Tweede Kamer, vergaderjaar 2018-2019, 35 210 VII, nr. 2 49

1

Kamerstukken II 2018-2019 27 926, nr. 311.


 
 
 

3.

Meer informatie

 

4.

Parlementaire Monitor

Met de Parlementaire Monitor volgt u alle parlementaire dossiers die voor u van belang zijn en bent u op de hoogte van alles wat er speelt in die dossiers. Helaas kunnen wij geen nieuwe gebruikers aansluiten, deze dienst zal over enige tijd de werkzaamheden staken.