Mensen bij Defensie op één

Met dank overgenomen van J.W.M. (John) Kerstens i, gepubliceerd op dinsdag 19 maart 2019.

‘De mensen bij Defensie op één.’ Tenminste, op papier. Twee op de drie militairen bij onze landmacht zijn hun baan beu.

Twee op de drie militairen bij onze landmacht zijn hun baan beu. Dat zeggen ze zelf in een enquête die de landmacht een tijdje terug onder haar mensen hield. Een enquête die, een paar dagen nadat we in de Tweede Kamer met de minister hadden gesproken over het personeelsbeleid van Defensie, ineens uitlekte naar de krant. Zomaar.

Twee op de drie! Een jaar nadat de minister in haar eerste Defensienota beloofde de mensen op één te zetten, zijn meer mensen hun baan bij Defensie beu dan voordat ze die belofte deed. Dat is krankzinnig. Maar wel te begrijpen. Telkens opnieuw slaagt Defensie er namelijk in om haar mensen niet op één te zetten. De rij voorbeelden is te lang om ze allemaal op te noemen.

Een jaar nadat de minister in haar eerste Defensienota beloofde de mensen op één te zetten, zijn meer mensen hun baan bij Defensie beu dan voordat ze die belofte deed.

Toch licht ik er hier twee uit. Omdat ze symbool staan voor al die andere.

Chroom-6

Na eerst haar mensen willens en wetens meer dan 30 jaar met het kankerverwekkende chroom-6 te hebben laten werken, scheept Defensie ze af met een regeling die volgens betrokkenen zelf rechtstreeks de prullenbak in kan. En dat ben ik met ze eens. Met een argumentatie die uiteindelijk neerkomt op ‘we mogen geen betere regeling maken van de wet’. Onzin natuurlijk: er bestaat ook nog zoiets als contractsvrijheid en geen enkele wet verbiedt Defensie een fatsoenlijke werkgever te zijn. Maar men probeert er wel mee weg te komen.

Cao

En dan het tweede punt: de cao. In de krant, zelfs door een woordvoerder van Defensie, genoemd als reden voor het vertrek van heel veel militairen.

De cao is het middel bij uitstek om je mensen het respect en de waardering die ze verdienen te laten voelen. In hun portemonnee. En toch slaagt Defensie er al meer dan een jaar lang niet in om dat voor elkaar te krijgen. En verdient een militair voor een weekend buffelen nog altijd minder dan m’n dochter van zestien die vakken vult bij de Jumbo. En daar trouwens weggaat, omdat ze vindt dat de Jumbo niet genoeg betaalt.

Ik heb de minister in het debat vorige week gevraagd te komen met een fatsoenlijke regeling voor de slachtoffers van chroom-6 en hun nabestaanden en met extra geld voor een fatsoenlijke cao.

Ik heb de minister in het debat vorige week gevraagd te komen met een fatsoenlijke regeling voor de slachtoffers van chroom-6 en hun nabestaanden en met extra geld voor een fatsoenlijke cao. Om er zo voor te zorgen dat het vertrouwen van de mannen en vrouwen van Defensie in hun organisatie langzaam terugkeert. De minister gaf daarop niet thuis. Haar reactie laat zich samenvatten als een combinatie van een beetje haar voorgangers de schuld geven, een beetje de boel ontkennen en een flinke dosis peptalk.

Ik snap dat. Maar het is niet genoeg. En het gaat het tij niet keren. Er lopen nog steeds duizenden mensen per jaar weg bij Defensie. Die laten plekken achter die wel opgevuld moeten, maar niet kunnen worden. En dat kan onze krijgsmacht zich niet veroorloven. Dat kan de minister zich niet veroorloven. Dat kan Nederland zich niet veroorloven. We hebben er met z’n allen tenslotte niks aan dat we straks over het beste materieel beschikken, maar niemand hebben om ‘t te gebruiken.

Daarom zal ik volgende week per motie proberen af te dwingen dat Defensie haar mensen nu echt op één gaat zetten. Dat is de hoogste tijd.