Lijst van vragen over toekomstige Nederlandse inspanningen in missies en operaties - Nederlandse deelname aan vredesmissies

1.

Kerngegevens

Officiële titel Lijst van vragen over toekomstige Nederlandse inspanningen in missies en operaties
Document­datum 27-06-2018
Publicatie­datum 27-06-2018
Externe link origineel bericht

2.

Tekst

Nr. Lijst van vragen

Vastgesteld (wordt door griffie ingevuld als antwoorden er zijn)

De vaste commissie voor Buitenlandse Zaken heeft een aantal vragen voorgelegd aan de minister van Buitenlandse Zaken, de minister van Defensie, de minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking en de minister van Justitie & Veiligheid over de brief Toekomstige Nederlandse inspanningen in missies en operaties (2018Z11520).

De daarop door de ministers gegeven antwoorden zijn hierbij afgedrukt.

De voorzitter van de commissie,

Pia Dijkstra

De griffier van de commissie,

Van Toor

Nr

Vraag

Bijlage

Blz. (van)

t/m

1

Kunt u in een tabel overzichtelijk aangeven aan hoeveel militaire en civiele missies Nederland per jaar heeft deelgenomen, in de jaren 2008-2017?

2

Aan hoeveel militaire en civiele missies neemt Nederland op dit moment deel?

3

Kunt in een grafiek zichtbaar maken waar en hoeveel militairen de krijgsmacht in 2018 en 2019 per maand in het buitenland inzet, zodat voor de Kamer inzichtelijk is hoeveel militairen (maximaal) tegelijk op uitzending zijn en hoe dat aantal zich gedurende het jaar ontwikkelt?

4

Kunt in een grafiek zichtbaar maken hoeveel gevechtsvoertuigen de krijgsmacht in 2018 en 2019 per maand in het buitenland inzet, zodat voor de Kamer inzichtelijk is hoeveel gevechtsvoertuigen (maximaal) op uitzending heeft en hoe dat aantal zich gedurende het jaar ontwikkelt?

5

Van welke eenheden en onderdelen van de krijgsmacht is de basisgereedheid nu niet op orde?

6

Hebt u op dit moment concrete verzoeken tot deelname aan missies van de Verenigde Naties (VN) in overweging?

7

Gaat de capaciteitsopbouwmissie ook ten goede komen van de inspanningen ten behoeve van wederopbouw en terugkeer van ontheemden in Noord-Irak?

8

Kunt u nader toelichten welke verzoeken van welke internationale partners zijn ontvangen? Welke en hoeveel besluiten is het kabinet voornemens te gaan nemen?

1

9

Wanneer heeft u de VN ingelicht over het voornemen de Nederlandse bijdrage aan missie in Mali te beëindigen?

1

10

Welke afwegingen hebben een rol gespeeld bij het beëindiging van de Nederlandse bijdrage aan de missie in Mali?

1

11

Welk land gaat de Nederlandse bijdrage aan de missie in Mali overnemen?

1

12

In hoeverre heeft de beëindiging van de Nederlandse bijdrage aan de missie in Mali gevolgen voor de veiligheid, zowel in Mali als in Europa en Nederland in het bijzonder?

1

13

Kunt u aangeven wat de jarenlange Nederlandse bijdrage aan de VN-missie MINUSMA in Mali in totaal, dus inclusief de afbouw van de missie na 1 mei 2019, zal kosten?

1

14

Wat zou het doel zijn van "een mogelijke hernieuwde maritieme inzet?" Waar zou deze plaatsvinden?

1

15

Om welke mogelijke hernieuwde maritieme inzet gaat het? Welke afwegingen spelen een rol bij het te nemen besluit over een mogelijke hernieuwde maritieme inzet?

1

16

Betreft het voorgenomen besluit over de bijdrage aan de strijd tegen IS een besluit over de mate waarin Nederland een bijdrage gaat leveren of kan het besluit ook zijn geen deelname meer te leveren?

1

17

Welke afwegingen spelen een rol bij het voorgenomen besluit tot een hernieuwde maritieme missie en welke afwegingen spelen een rol bij het voorgenomen besluit tot de bijdrage aan de strijd tegen IS?

1

18

Kunt u aangeven hoe specifiek het NAVO-verzoek om een Nederlandse bijdrage aan de NAVO-capaciteitsopbouwmissie in Irak is geweest? Om welke type bijdrage heeft de NAVO-gevraagd en van welke omvang?

2

19

In hoeverre speelt de veiligheidssituatie ter plaatse, zowel als die in de EU en in Nederland in het bijzonder, een rol in de besluitvorming?

1

20

Hoe informeert u de Kamer over de meerjarige bijdrage aan de vooruitgeschoven NAVO-aanwezigheid in Litouwen en de gevolgen die de bijdrage heeft op de Nederlandse Defensie organisatie conform de motie Servaes/Eijsink (Kamerstuk 27925, nr. 550)?

1

21

Kunt u concretiseren op welke instabiele regio’s rondom Europa de Nederlandse inzet zich richt?

1

22

Kunt u concretiseren waar de Nederlandse veiligheid en belangen in het geding zijn?

1

23

Aan welke jihadistische groeperingen en welke regio’s refereert u waar de terroristische dreiging van uitgaat?

1

2

24

Wat is de door u gehanteerde definitie van irreguliere migratie richting Europa? Is irreguliere migratie per definitie illegaal in uw visie?

2

25

Hoe ziet een meer proportionele bijdrage aan de internationale inspanningen om dreigingen voor Europa en Nederland tegen te gaan en de internationale rechtsorde te versterken er uit? Is dat gerelateerd aan de Nederlandse welvaart of hanteert u een ander uitgangspunt om het proportionele deel van Nederland te bepalen? Zo ja, welk uitgangspunt hanteert u daarbij?

2

26

Wat is eigenlijk het Nederlandse ambitieniveau? Wat bedoelt u hiermee?

2

27

Welk concrete verzoek van de NAVO aan Nederland voor een bijdrage aan de capaciteitsopbouwmissie in Irak bedoelt u hier? Wanneer heeft u dat verzoek ontvangen?

2

28

Hoe ziet de Nederlandse bijdrage aan de NAVO-capaciteitsopbouwmissie er concreet uit? Op welke wijze informeert u de Kamer over de gevolgen van deze inzet binnen de Nederlandse defensieorganisatie en hoe die gevolgen zullen worden opgevangen en over de doorwerking van de Nederlandse bijdrage in de lopende processen voor het op orde brengen van de basisgereedheid?

2

29

Volgt er bij een meerjarige betrokkenheid ook een overzicht hoe de meerjarige doorwerking binnen de defensieorganisatie er uit zal gaan zien en op welke wijze de gevolgen binnen (of buiten) de organisatie zowel voor het personeel als voor het materieel opgevangen zullen worden?

2

30

Welke landen nemen deel aan de NAVO-missie Resolute Support in Afghanistan?

2

31

Kunt u aangeven wat een fair share van de inzet van de krijgsmacht is in algemene zin in het kader van de internationale aanpak voor de veiligheid van Nederland?

2

32

Wat is uw invulling van de faire share van Nederland? Welk referentiekader gebruikt u?

2

33

Kunt u aangeven waarom dat fair share van de inzet van de krijgsmacht niet in VN-verband wordt aangegaan en wat de voorwaarden of omstandigheden zouden moeten zijn om dat eerlijke deel van de internationale aanpak voor veiligheid van Nederland wel degelijk in VN-verband aan te gaan?

2

34

Kunt u aangeven waarin de veiligheid van Nederland afwijkt van de veiligheid van de wereld in het kader van de inzet van de krijgsmacht?

2

35

Streeft u ook naar een fair share als het gaat om de inzet in militaire missies in VN-verband? In hoeverre blijft Nederland hier na vertrek uit Mali aan voldoen?

2

36

Houdt het NAVO-secretariaat bij wat een fair share voor de verschillende lidstaten zou zijn? Zo ja, kunt u hier inzicht in verschaffen?

2

37

Wat was het feitelijke verzoek van de NAVO aan Nederland om in te zetten in Afghanistan? Wat is ‘betekenisvol’ in deze stap richting de Nederlandse fair share? Bent u kortom 100% ingegaan op dat verzoek? Indien neen, waarom niet?

2

38

In hoeverre delen de internationale partners, met name grote militaire samenwerkingspartners als Duitsland en de Verenigde Staten, de Nederlandse kijk op de geïntegreerde aanpak? Waarin zitten de grootste verschillen?

2

39

Kunt u reflecteren op de betekenis van de zinsnede ‘een lange adem’ die nodig is om stabiliteit teweeg te brengen? Kunt u tevens aangeven hoe ‘lang die adem’ al is? Deelt u in het licht van deze overtuiging de opvatting dat Nederland permanent in oorlog is geraakt? Indien neen, waarom niet en wanneer denkt u dat deze toestand beëindigd kan worden? Kunt u kortom reflecteren op de effectiviteit van de huidige werkwijze?

2

40

Op welke wijze kunnen (onderdelen) van bijdragen aan missies alsnog bijdragen aan de personele en materiële gereedheid? Zijn er in 2018 en 2019 bijvoorbeeld missies - zoals de Nederlandse bijdrage aan NAVO vooruitgeschoven aanwezigheid in Litouwen - die oefeningen faciliteren die de gereedheid van onze krijgsmacht alsnog ten goede komen? Zo ja, welke?

2

3

41

Welke gevolgen heeft het voorgenomen tijdspad met de in de brief beschreven missies en operaties voor de geoefendheid en de gereedheid zowel op personeel als op materieel gebied?

3

42

Kunt u de jaarlijkse inzetbaarheidsrapportage openlijk met de Kamer delen waarbij uiteraard de gevoelige informatie gebundeld en vertrouwelijk aangeboden kan worden?

3

43

Kunt u op de specifieke gevolgen van de inzet voor de gereedheid van de krijgsmacht in de respectievelijke Kamerbrieven behalve nadrukkelijker en vooral ook volledig en duidelijk ingaan? Wilt u daarbij ook ingaan op de specifieke gevolgen voor de geoefendheid? Zo nee, waarom niet?

3

44

Waarom spreekt u van ‘ongeveer’ zestig militairen die de Afghan Special Security Forces moeten gaan begeleiden? Welk aantal wordt het precies?

3

45

Welke marges hanteert u bij de additionele 60 militairen die u wilt inzetten voor de missie Resolute Support?

3

46

Heeft u met de NAVO overleg gehad over het verplaatsen van de Nederlandse special operations forces van Irak naar Afghanistan?

3

47

Welke gevolgen heeft het verplaatsen van de Nederlandse special operations forces van Irak naar Afghanistan voor de veiligheidssituatie daar, in Europa en in Nederland? Zullen andere landen de bijdrage van de Nederlandse special operations forces in Irak overnemen?

3

48

Waarom hebt u de missie in Mali met vier maanden verlengd?

3

49

Hoeveel militairen worden overgebracht uit Irak naar Afghanistan?

3

50

Wat houdt in concreto de ondersteuning van de NAVO en partners in? Kunt u dat specificeren?

3

51

Hoeveel aanwezige Nederlandse ‘ondersteunende elementen' worden toegevoegd in Afganistan? Wat bedoelt u met elementen? Betreft het hier leden van het Korps Commandotroepen? Indien neen, tot welke eenheden behoren 'de elementen' wel? Wat betekent het toevoegen van deze elementen voor het bestaand werkprogramma?

3

52

Wat wordt de proportionele inbreng in Irak? In hoeverre verschilt deze operatie van de ondersteuning van Koerdische peshmerga’s?

3

53

Kunt u helder en in detail toelichten wat de consequenties zijn van de Nederlandse bijdrages aan de missie Resolute Support, de strijd tegen ISIS, MINUSMA, de capaciteitsopbouwmissie in Irak en de vooruitgeschoven aanwezigheid in Litouwen (enhanced Forward Presence, eFP) voor het herstel van de basisgereedheid van de krijgsmacht?

3

4

54

Hoe verhoudt de intensivering van de bijdrage in Afghanistan zich tot de eerder besloten afbouw van de bijdrage in Irak? Is dit proportioneel aan elkaar, gaat het om dezelfde (soort) eenheden en adviseurs? Kunt u uw antwoord uitgebreid toelichten?

3

4

55

Deelt u de opvatting dat tot mei 2019 niets verandert aan de belasting van de krijgsmacht? Zo ja, waarom beëindigt u de missie in Mali dan pas in mei 2019? Indien neen, wat is de substantiële verandering, kunt u dat nader specificeren? Kunt u meer ‘voorbeelden’ geven dan de terugkeer van de MB 280 CDA naar de 13e lichte brigade in Oirschot?

3

5

56

Wat bedoelt u met een “proportionele bijdrage”? Waar heeft het begrip proportionaliteit in deze zin betrekking op?

4

57

Wanneer vindt het jaarlijkse “ijkmoment” plaats?

4

58

Wat moet Rusland doen om aan uw wensen tegemoet te komen in het licht van de zinsnede ‘zolang Rusland zijn huidige opstelling handhaaft’?

4

59

Waarom besluit u om tweeëneenhalf jaar in Litouwen te blijven? Waarom niet korter? Denkt u dat Rusland aan het einde van die termijn nog steeds ‘zijn huidige opstelling handhaaft’ of van opstelling zal zijn veranderd?

4

60

Op welke basis wordt besloten om een NAVO-capaciteitsopbouwmissie te sturen? Wat is het einddoel van een dergelijke missie?

4

61

Welk beslag doet de eFP op de ondersteunende capaciteiten van de krijgsmacht?

4

62

Waarom is de Nederlandse bijdrage aan eFP slechts tot en met 2020 in plaats van tot en met 2021, zoals het geval is met de voorgenomen bijdrage aan Afghanistan?

4

63

Hoeveel militairen van het Iraakse leger heeft de anti-ISIS coalitie tot dusver opgeleid?

4

64

Kunt u aangeven wat zowel in kwantitatieve als in kwalitatieve zin het doel is van de capaciteitsopbouwmissie ten behoeve van het versterken van de Iraakse veiligheidssector?

4

65

Onderzoekt Nederland in voorbereiding op de capaciteitsbouwmissie in Irak ook een directe financiële en/of materiële bijdrage aan de Iraakse veiligheidssector?

4

66

Welke militaire capaciteiten heeft Rusland gestationeerd in de enclave Kaliningrad en in welke mate is de vooruitgeschoven NAVO-aanwezigheid in Litouwen gericht op de mogelijke Russische dreiging vanuit deze enclave?

4

67

Speelde het feit dat er (volgens het jaarverslag van de AIVD) grootschalige Russische spionage in Nederland plaatsvindt een rol in het besluitvormingsproces dat heeft geleid tot een verlengde Nederlandse bijdrage aan eFP?

4

68

Waartoe heeft het onderzoek van het kabinet naar de vraag of een proportionele Nederlandse bijdrage met individuele trainers en adviseurs mogelijk is tot nu toe geleid?

4

69

In welke regio of regio's van Irak zal Nederland een bijdrage gaan leveren aan de capaciteitsopbouwmissie?

4

70

Hoe verhoudt de omvang van eFP zich tot de aantallen Russische troepen in het grensgebied met Polen en de Baltische staten?

4

71

Hoe verhoudt de bewapening van eFP zich tot die van de Russische troepen in de regio?

4

72

Hoe lang gaat de afbouw van de Nederlandse inzet in Mali duren?

5

73

Wat is er nodig op personeel en materieel gebied voor de afbouw van de missie in Mali? Hoe werkt deze inzet door op de defensieorganisatie? Gaat u deze informatie uitgebreid en volledig opnemen in de brief die u na de zomer aan de Kamer zal sturen?

5

74

Hoe lang duurt de onderhouds- en herstelperiode voor het in Mali ingezette materieel? Hoe lang duurt het voor de defensieorganisatie weer kan beschikken over het materieel welke is ingezet in Mali? Hoe lang duurt het voor de uitrusting weer gebruikt kan worden? Hoe lang duurt de gereedstellingfase nadat het materieel weer beschikbaar is gekomen voor de legeronderdelen?

5

75

Wat zijn die noodzakelijke additionele enablers? Kunt u dat omschrijven?

5

76

Wanneer verwacht u dat het personeel na beëindiging van de Nederlandse bijdrage aan de missie in Mali weer terug is bij de organieke eenheden?

5

77

Hoe ziet de rotatie van het personeel eruit tot de afbouw van de Nederlandse missie in Mali afgerond is?

5

78

Hoe verhouden een mogelijke bijdrage aan de capaciteitsopbouwmissie in Irak en een mogelijke bijdrage aan de strijd tegen ISIS zich tot elkaar? Is er sprake van een afweging tussen de wenselijkheid en mogelijkheid van de bijdragen of zullen deze afzonderlijk onderzocht worden?

5

79

Uit welke begrotingspost zullen of kunnen EU-missies in de Sahel financieel worden ondersteund?

5

80

Wat wordt de hoogte van de financiële bijdrage aan EU-missies in de Sahel? Wat zijn de bijdragen van de andere deelnemende landen?

5

81

Waarom wordt de Nederlandse bijdrage aan MINUSMA beëindigd?

5

82

Is beëindiging van de Nederlandse inzet in MINUSMA een directe consequentie van het onderzoek van de Algemene Rekenkamer naar de inzet van de krijgsmacht in Mali?

5

83

Kunt u een uitputtend overzicht geven van welke soort personeel, welk materieel en welke eenheden en onderdelen van de krijgsmacht hun basisgereedheid kunnen herstellen als gevolg van beëindiging van de Nederlandse inzet in MINUSMA?

5

84

Op welke wijze steunt Nederland de G5-troepenmacht?

5

85

Klopt het dat u overweegt enkele tientallen stafofficieren in MINUSMA werkzaam te laten zijn na afbouw van het hoofddeel van de Nederlandse bijdrage aan de VN-missie in Mali?

5

86

Had u aan de aanbevelingen uit het rapport van de Algemene Rekenkamer naar de inzet van de krijgsmacht in Mali gehoor kunnen geven zonder de Nederlandse bijdrage aan de VN-missie in Mali af te bouwen? Zo ja, welke keuzes hadden er dan moeten worden gemaakt?

5

87

Klopt het dat het aantal sorties boven Syrië de afgelopen weken drastisch is afgenomen?

5

88

Hoe vaak is het afgelopen jaar militaire inzet geweest door Nederland in Syrië, en hoe vaak is daarbij het luchtwapen ingezet?

5

89

Is er nog steeds een mandaat voor Nederlandse militaire inzet in Syrië?

5

90

Waaraan ontleent u de verwachting dat de Nederlandse bijdrage aan de EU-missies in de Sahel-regio het grensbeheer en migratiemanagement aldaar effectief zullen verbeteren, terwijl de praktijk uitwijst dat Nederland en de EU er zelfs niet in slagen de eigen buitengrenzen effectief te controleren en illegale immigratie niet of nauwelijks een halt wordt toegeroepen?

5

91

Op welke missiegebieden wordt het onderzoek naar een mogelijke Nederlandse maritieme inzet gericht?

5

92

Welk effect zal het herstel van de basisgereedheid en het voortzettingsvermogen hebben op de acceptabele missiedruk?

5

93

Ziet u nog aanleiding om het Toetsingskader van 2014 te herzien in het licht van bijvoorbeeld het recente rapport van de Algemene Rekenkamer?

6

Totaallijst feitelijke vragen Toekomstige Nederlandse inspanningen in missies en operaties (2018Z11520-0) 6/6


 
 
 

3.

Meer informatie

 

4.

Parlementaire Monitor

Met de Parlementaire Monitor volgt u alle parlementaire dossiers die voor u van belang zijn en bent u op de hoogte van alles wat er speelt in die dossiers. Helaas kunnen wij geen nieuwe gebruikers aansluiten, deze dienst zal over enige tijd de werkzaamheden staken.