Wat links niet doorheeft en rechts niet lijkt te begrijpen (column ND)

Met dank overgenomen van G.J.M. (Gert-Jan) Segers i, gepubliceerd op dinsdag 15 mei 2018, 11:36.

We zijn geen land meer van blanke christenen, maar een multicultureel en multireligieus land met veel culturele onzekerheid. Er is onbehagen over die onzekerheid en een verlangen naar heldere antwoorden op de vraag wie we zijn. We zijn overigens nooit een land met een eenduidige, nationale identiteit geweest, maar wel een land van minderheden waartussen er altijd wel eentje zat waar je bij hoorde.

Je had de rode familie, het rijke roomse leven, de parade der mannenbroeders, de vrijzinnige grachtengordel en samen verdeelden ze de taart van de media, het onderwijs en het politieke bestuur. Ieder had zijn eigen voorman en het koninklijk huis was er voor ons allen.

Door het gemis aan gemeenschap en gemeenschappelijkheid sprak Pim Fortuyn van een ‘verweesde samenleving’ en PKN-voorganger Arjan Plaisier sprak pas van een ‘ontzielde wereld’. De islam is de grote en zelfbewuste uitdager van het Westen en onze verweesde en ontzielde cultuur kan er niet zoveel tegenover zetten. Maar als er al antwoorden komen, dan komen ze eerder van rechts dan van links.

vlag en volkslied

Rechts benadrukt gemeenschappelijke normen en waarden, benoemt de schaduwzijden in de wereld van de islam, bepleit een eerherstel voor vlag en volkslied en heeft meer gevoel voor het belang van gemeenschappen zoals het gezin. Links drijft de spot met alles wat heilig en veilig is, relativeert onrecht elders (‘op de Biblebelt is ook van alles mis’) en heeft nog steeds geen begin van een antwoord op het diepgevoelde verlangen naar een cultuur waarin we ons weer thuis voelen. Daarom zit links in het cultuurdebat voornamelijk in het defensief en heeft rechts het voortouw genomen. Totdat ook links doorheeft dat we niet bij brood alleen leven, maar ook waarden, normen, een identiteit en een gemeenschap nodig hebben.

Er is ook een debat over ongelijkheid en ontaard kapitalisme. Daarin gaat het over de groeiende loonkloof tussen topmannen die goed voor zichzelf zorgen en een werkvloer die steeds harder moet werken voor een gelijkblijvende koopkracht. Het is een debat dat wordt aangewakkerd door incidenten zoals rond de voorman van ING die er een miljoen euro per jaar bij zou krijgen, terwijl nog niet zo lang geleden banken met ons aller belastinggeld van de ondergang zijn gered. Het is een debat over ons belastingstelsel waarin de afgelopen decennia de lasten op kapitaal zijn verlaagd en de lasten op arbeid zijn verzwaard. En over politieke en economische keuzes waardoor jongeren steeds minder zekerheid op vast werk hebben en van maandsalaris naar maandsalaris moeten leven zonder dat ze enig eigen vermogen kunnen opbouwen. En als je te oud, te weinig productief bent, te slecht bijgeschoold bent, kun je door je werkgever worden afgedankt alsof je nooit iets voor het bedrijf hebt betekend. Het is een rauw kapitalisme dat goed zorgt voor enkelingen en de meeste anderen tot een leven in grote onzekerheid veroordeelt.

kansen pakken

In dit debat is links de aanklager van de gevestigde neoliberale orde en wordt rechts in het defensief gedrukt. Rechtse liberalen blijven mensen maar beschouwen als individuen die altijd rationele keuzes maken en hun leven lang kansen aan het pakken zijn. Maar wat rechts niet lijkt te begrijpen is dat niet iedereen dat zelfredzame, rationele, vindingrijke individu is dat veel liberalen zelf wel zijn. En wat rechts ook niet lijkt te begrijpen, is dat groeiende verschillen in vermogen en inkomen een samenleving uit elkaar dreigen te trekken en veel mensen tegen elkaar opzetten.

Wat links niet door heeft en wat rechts niet lijkt te begrijpen, is dat er een relatie ligt tussen culturele onzekerheid en economische onzekerheid. En dat er een link is tussen te grote culturele verschillen en te grote economische verschillen. Pas als we elkaar weer vinden rond de waarden en vrijheden van onze rechtsstaat en pas als we weer voor elkaar zorgen in een menswaardige economie, worden we weer een samenleving waarnaar zovelen van ons verlangen. Ik ga doen wat ik kan om daaraan te werken.