Advies Afdeling advisering Raad van State en Nader rapport - Intrekking van de Zondagswet en wijziging van de Gemeentewet in verband met de bescherming van sportbeoefening en andere vormen van ontspanning op zondag (Intrekkingswet Zondagswet)

Dit advies Raad van State en nader rapport is onder nr. 4 toegevoegd aan wetsvoorstel 34529 - Intrekkingswet Zondagswet i.

1.

Kerngegevens

Officiële titel Advies Afdeling advisering Raad van State en Nader rapport - Intrekking van de Zondagswet en wijziging van de Gemeentewet in verband met de bescherming van sportbeoefening en andere vormen van ontspanning op zondag (Intrekkingswet Zondagswet)
Document­datum 02-09-2016
Publicatie­datum 02-05-2018
Kenmerk 34529, nr. 4
Externe link origineel bericht

2.

Tekst

Pagina 1 van 1

Datum

31 augustus 2016

Kenmerk

2016-0000489448

Blijkens de mededeling van de Directeur van Uw kabinet van 13 juli 2016, nr. 2016001295, machtigde Uwe Majesteit de Afdeling advisering van de Raad van State haar advies inzake het voorstel van wet tot intrekking van de Zondagswet en wijziging van de Gemeentewet in verband met de bescherming van sportbeoefening en andere vormen van ontspanning op zondag (Intrekkingswet Zondagswet) rechtstreeks aan mij te doen toekomen. Dit advies, gedateerd 25 augustus 2016, nr. W04.16.0185/I, bied ik U hierbij aan.

  • 1. 
    Overwegingen inzake intrekking van de Zondagswet

De Afdeling advisering overweegt dat de Zondagswet tot op zekere hoogte waarborgt dat op een vaste dag in de week een moment van rust en ruimte voor ontspanning is verzekerd, ook voor diegenen die daaraan geen religieuze motieven verbinden. Het is van belang, zo merkt zij op, een goede balans te vinden tussen verschillende belangen en opvattingen van bevolkingsgroepen. Zij adviseert in de toelichting dragend te motiveren dat die balans door gemeenten beter gewaarborgd zal worden dan in de huidige Zondagswet en daarbij tevens in te gaan op het belang van de vastlegging van een collectief moment voor rust en ontspanning op de zondag.

Zoals de Afdeling advisering terecht opmerkt, is het wetsvoorstel in lijn met het uitgangspunt ‘decentraal, tenzij’ zoals vastgelegd in onder meer artikel 117 van de Gemeentewet. Dit betekent dat taken en bevoegdheden in beginsel worden toegekend aan gemeenten, tenzij er goede redenen zijn om ze elders te beleggen. In de parlementaire geschiedenis is herhaaldelijk de vraag aan de orde gesteld of regeling van de zondagsrust door de wetgever geregeld dient te worden of beter aan gemeentebesturen kan worden overgelaten. Ten tijde van de totstandkoming van de huidige Zondagswet (1953) hielden de redenen om een wettelijke regeling te handhaven verband met een landelijk breed gedeelde behoefte aan bescherming van de openbare rust op zondag.

Vandaag de dag wordt het belang van de vastlegging van een collectief moment voor rust en ontspanning op de zondag echter, meer dan in de jaren vijftig van de vorige eeuw, binnen gemeenten verschillend gewaardeerd. Ook is er meer dan voorheen sprake van lokaal uiteenlopende opvattingen over de wijze waarop de openbare rust op zondag gereguleerd zou moeten worden. In de ene gemeente zal het verbod van artikel 3 Zondagswet – om op zondag zonder strikte noodzaak gerucht te verwekken dat op een afstand van meer dan 200 meter van het punt van verwekking hoorbaar is – gekoppeld aan de bevoegdheid van de burgemeester om ontheffing te verlenen op brede steun kunnen rekenen, terwijl het in een andere gemeente kan worden ervaren als een onnodige verplichting tot het verkrijgen en verlenen van ontheffingen. Gemeenteraden zijn bij uitstek in staat om zelf, afhankelijk van de lokale omstandigheden, te beoordelen of een dergelijk verbod binnen de gemeente op zijn plaats is.

De regering overweegt dan ook niet dat de Zondagswet in de praktijk niet aan haar doelstellingen voldoet of dat geen belang meer wordt gehecht aan de vastlegging van een collectief moment voor rust en ontspanning op de zondag, maar dat thans decentralisatie de voorkeur verdient boven een landelijke regeling inzake de zondagsrust. Onder de huidige maatschappelijke omstandigheden waarin de behoefte aan regulering van de zondagsrust lokaal sterk uiteenloopt, kan het beter aan de gemeenten worden overgelaten om zelf in overeenstemming met plaatselijke behoeften afwegingen te maken over de wijze waarop de zondagsrust binnen de gemeente het best gewaarborgd kan worden.

De memorie van toelichting is overeenkomstig het voorgaande aangevuld.

  • 2. 
    Gevolgen van de intrekking van de Zondagswet

Het advies is overgenomen.

  • 3. 
    Redactionele bijlage

Aan de opmerking op de redactionele bijlage bij het advies is geen gevolg gegeven. De desbetreffende formulering is ontleend aan het opschrift van de Zondagswet.

Ik moge U verzoeken het hierbij gevoegde gewijzigde voorstel van wet en de gewijzigde memorie van toelichting aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal te zenden.

De minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

drs. S.A. Blok


 
 
 

3.

Meer informatie

 

4.

Parlementaire Monitor

Met de Parlementaire Monitor volgt u alle parlementaire dossiers die voor u van belang zijn en bent u op de hoogte van alles wat er speelt in die dossiers. Helaas kunnen wij geen nieuwe gebruikers aansluiten, deze dienst zal over enige tijd de werkzaamheden staken.