Maidenspeech Kamerlid Rob Jetten - Hoofdinhoud
Als laatste van onze nieuwe Kamerleden hield vandaag Tweede Kamerlid Rob Jetten zijn maidenspeech, zijn eerste speech in de plenaire zaal van de Tweede Kamer, bij het debat over de ‘Wijziging van de wegenverkeerswet in verband met het definitief invoeren van het begeleid rijden’. Lees zijn inbreng hier terug.
De eerste spreker in dit debat. Het laatste nieuwe lid van de D66-fractie dat zijn maidenspeech mag houden. Ik zal zo ingaan op de Wegenverkeerswet, maar wil beginnen met een korte persoonlijke noot.
Al op jonge leeftijd raakte ik geïnteresseerd in de politiek. Niet in mijn huidige woonplaats Nijmegen, maar in Uden. Het mooie Brabantse dorp van mijn jeugd. Het begon allemaal met enkele leerkrachten op mijn middelbare school die altijd bevlogen spraken over wereldvrede, emancipatie en solidariteit en mij zo aan het denken zetten over mijn ideale samenleving.
Naast die enthousiaste docenten is mijn kijk op de wereld in die tijd voor een groot deel bepaald door de aanslagen van 9/11 en de moorden op Pim Fortuyn en Theo van Gogh. Het veilige, progressieve Westen en onze ideale democratie werd opeens aangevallen door terroristen. Maar het Westen legde ook zichzelf een beproeving op: Hoe voorkomen we dat we iedereen over een kam scheren en al onze vrijheden inleveren voor veiligheid en schijnveiligheid
Met name de nasleep van de moord op Van Gogh heeft diepe indruk op mij gemaakt. Ik herinner me nog goed hoe ik aan de buis gekluisterd zat om al het nieuws in me op te nemen. Later die week stond ik ’s avonds vol ongeloof toe te kijken hoe in mijn dorp een basisschool met veelal Turks-Nederlandse kinderen in vlammen opging - in wat leek een vergeldingsactie voor Theo’s moord te zijn. Net als veel anderen wilde ik niet accepteren dat die moordaanslag zou leiden tot een spiraal van haat en geweld. Samen met enkele medeleerlingen uit de eindexamenklas organiseerde ik daarom in die dagen daarna sport & spel voor de kinderen van de afgebrande basisschool, liepen we een stille tocht en mocht ik een toespraak houden in de gemeenteraad over de manier waarop wij als jongeren in ons dorp wilden samenleven. Met respect voor elkaar - ongeacht afkomst, geloof of kleur.
Zo ontdekte ik op jonge leeftijd dat je met een kleine bijdrage een grote impact kan hebben. Het was voor mij de aanleiding om actief lid te worden van de Jonge Democraten en D66, een partij die vertrouwt op de kracht van mensen en met een open blik naar de wereld kijkt.
Na 7 jaar fractievoorzitterschap in de Nijmeegse gemeenteraad vind ik het een enorme eer om nu hier te mogen staan. Als Kamerlid zal ik me met volle energie inzetten en proberen bij te dragen aan een scherp, maar respectvol politiek debat.
Dat brengt me bij de voorgestelde wetswijziging waarmee we overgaan tot de definitieve invoering van begeleid rijden. Auto mogen rijden vanaf je 17e in plaats van 18e jaar, lijkt een kleine stap, maar kan een grote bijdrage leveren aan de verkeersveiligheid. D66 is dan ook voorstander. De afgelopen jaren is er een proef gedaan met begeleid rijden. Uit de evaluatie blijkt dat het ongevalsrisico bij deelnemers 26% lager ligt dan bij bestuurders die niet aan het experiment hebben deelgenomen. Minder ongevallen, daar doen we het voor!
Wel heb ik nog een paar praktische vragen. Waarom is er, ondanks de suggestie van het OM voor betere uitvoerbaarheid, niet voor gekozen om ongeacht de rijbewijscategorie een vaste beginnerstermijn te hanteren? Kan de minister haar besluit nader toelichten? Hoe beoordeelt de minister de tegenstrijdige signalen van politie en OM dat de aanpassing van de beginnerstermijn kan stuiten op handhavingsproblemen? Hoe denkt de minister deze problemen te ondervangen?
Voorzitter, Er zijn twee ontwikkelingen waarover ik me in het bijzonder zorgen maak:
-
-Afleiding door de smartphone en in het bijzonder appen achter het stuur.
-
-Het stijgende aantal ongelukken - vaak ook eenzijdige ongelukken - die worden veroorzaakt door ouderen.
Lange tijd voerden jongeren ranglijsten aan als veroorzakers van de verkeersongevallen. Door dat te benoemen en erkennen, hebben we de oorzaak aan kunnen pakken. Laten we met die open blik naar nieuwe uitdagingen op het gebied van verkeersveiligheid kijken. D66 vindt het verbeteren van de verkeersveiligheid erg belangrijk. Mijn collega Salima Belhaj hamerde lange tijd op de noodzaak om de oorzaak van verkeersongelukken beter te registreren. Als je de oorzaak kent, kun je ongelukken immers beter voorkómen. Dat bewijst ook deze wijziging van de Wegenverkeerswet. Hoe ziet de minister deze tendensen? Welke bijdrage kan het Rijk leveren aan de initiatieven vanuit de mobiliteitsbranche om appen achter het stuur te ontmoedigen? Welke lessen kunnen we trekken uit de aanpak voor jonge bestuurders ten behoeve van de verkeersveiligheid bij oudere bestuurders? Welke mogelijkheden ziet de minister om ook op deze twee thema’s tot slimme oplossingen te komen? Het zou mooi zijn als we over een paar jaar ook voor dit type ongevallen een forse daling voor elkaar hebben gekregen.
Dank u wel.
Meer over ...