Interview Uitzendwerk “Arbeidsmarkt heeft flexibiliteit nodig”

Met dank overgenomen van B. (Bas) van 't Wout i, gepubliceerd op woensdag 24 mei 2017, 3:27.

Het werkgeverschap aantrekkelijker maken en meer zekerheden inbouwen bij ongereguleerde vormen van flexibiliteit. Dat zouden de topprioriteiten van een nieuw kabinet moeten zijn, meent Tweede Kamerlid Bas van ’t Wout (vvd).

Hij hoort de verhalen van ondernemers regelmatig. Op werkbezoek in het land, en van zijn vader en zus die beiden een eigen bedrijf hebben. “Allemaal zeggen ze: ‘We zouden graag mensen in vaste dienst nemen, dat is goed voor het bedrijf en de relatie met werknemers.’ Maar ze durven het vaak niet aan vanwege de stapeling van hoge kosten, werk-geversrisico’s en bureaucratie,” aldus Van ’t Wout. Flexwerk is enorm belangrijk en mogen we absoluut niet kwijtraken, benadrukt hij. “Alleen moet een vastere arbeidsrelatie wel een optie zijn, ook voor de slager op de hoek of voor een kledingzaak. Nu vrezen vooral kleinere ondernemers de lange loondoorbetaling als iemand ziek wordt of bijvoorbeeld een sportblessure oploopt. Ze zitten met de ketenbepalingen, waardoor ze al snel verplicht zijn een vast contract aan te bieden. Het is onze absolute topprioriteit om het werkgeverschap weer aantrekkelijker te maken. Het aannemen van mensen hoort een feestje te zijn, want dat betekent dat je bedrijf groeit. Nu levert het vooral stress op.” Wat hem betreft gaat het toekomstige kabinet daarom aan de slag met het omlaag brengen van de werkgeverslasten, het inperken van het ontslagrecht en een verminderde loondoorbetaling bij ziekte.

VOLDOENDE ZEKERHEDEN OPBOUWEN

Tegelijkertijd zijn flexibele contracten voor grote groepen werkenden een uitkomst, stelt Van ’t Wout. Om privé en werk goed te kunnen combineren, voor jongeren om nog een tijdje ongebonden te blijven of voor zelfbewuste zzp’ers om voor het ondernemerschap te kunnen gaan. “De behoefte aan flexibiliteit in het bedrijfsleven wordt steeds groter. Dat moeten we faciliteren. Maar dan wil je wel dat hardwerkende mensen met flexibele contracten een normaal bestaan met voldoende zekerheden kunnen opbouwen.” Wat dat betreft kan uitzendwerk een voorbeeld zijn, zegt Van ’t Wout. “Uitzendwerk is goed gereguleerd. Er is een eigen cao, waarbij het principe van gelijk loon bij gelijk werk wordt gehanteerd. Daarnaast hebben uitzendkrachten onder meer recht op een pensioen, loondoorbetaling bij ziekte, een ww-uitkering en toegang tot scholing.” Ook komt hij mooie voorbeelden tegen van uitzendorganisaties die hypotheekaanvragen mogelijk maken en mensen van-werk-naar-werk helpen door opleidingen te verzorgen. “Een leven lang leren is enorm belangrijk: kennis veroudert snel, banen verdwijnen en nieuwe banen komen op. Het is prachtig dat dit vanuit de uitzendbranche zelf komt.”

VAN-BAAN-NAAR-BAAN

Volgens Van ’t Wout is een verschuiving gewenst van het opvangen van werkloosheid naar het van-baan-naar-baandenken. “De overheid kan dit bijvoorbeeld stimuleren via de fiscaliteit en door niet alleen transitievergoedingen te bieden als iemand zijn werk al kwijt is, maar vooral ook geld voor scholing tijdens zijn carrière. Daarnaast zouden de o&o-fondsen ontschot moeten worden.” De abu denkt in deze veranderende arbeidsmarkt constructief mee en heeft veel ideeën, zo is zijn ervaring. “Daar hoort ook hard optreden tegen rotte appels in de markt bij, die de discussie over flexwerk vervuilen,” stelt het Kamerlid. “Een goed georganiseerde arbeidsmarkt vergt een rol en inspanning van de overheid, van de werkgevers, maar ook van de bonden. Laat alle partijen nou eens zonder vooroordelen met elkaar praten over wat nodig is in deze veranderende wereld. Niemand is erbij gebaat als men in de schuttersputjes kruipt.”