De 7 harde conclusies uit het rapport Joustra (en de andere 10 brieven die de Kamer kreeg over de belastingdienst)

Met dank overgenomen van P.H. (Pieter) Omtzigt i, gepubliceerd op maandag 30 januari 2017.

Op vrijdag stuurde staatssecretaris Wiebes het rapport van de commissie-Wiebes naar de Tweede Kamer. Later op de avond stuurde hij ook nog acht(!) andere rapporten over de belastingdienst naar de Kamer, net als interessante antwoorden op Kamervragen. Daaruit werd veel duidelijk. Hieronder staat een aantal van de opvallendste zaken.

Het gaat om een operatie van zeker 700 miljoen euro, 5000 medewerkers die afvloeien. Een enorme reorganisatie dus. Dus kregen we meer 400 pagina’s tekst.

Hieronder staat een samenvatting in 2 A4'tjes:

Wil je het zelf nalezen:

Rapport Joustra

Andere rapporten

Kamervragen over reorganisatie met interessante passage over rol Wiebes zelf

  • Geen reconstructie van feiten

    Wiebes schrijft zelf: “De informele vormen van communicatie hebben de klassieke, formele communicatie daarbij vrijwel geheel vervangen. De informele werkwijze die in de top van de Belastingdienst gangbaar was, maakt ook dat de wijze van besluitvorming achteraf niet te herleiden is. Dit concludeert ook de Commissie.

    Lees dit een tweede keer: er staat dat besluiten over een enorme reorganisatie niet te herleiden zijn. En dat in een organisatie, de belastingdienst, die naar burgers toe altijd formeel duidelijk moet zijn en van elk bedrijf en elke burger eist dat zijn administratie op orde is.

  • Belastingdienst waarschuwde wel voor RVU-boete

    Een groot heikel punt is de RVU-heffing. De afvloeiingsregeling was heel riant voor 64 en 65 jarigen. Zij konden vorig jaar 2 jaarsalarissen(!) meekrijgen bij afvloeien. Dat is meer dan zijn tot hun pensionering konden verdienen. Niet verrassend dat de helft van deelnemers 64 of 65 jaar. Daarmee was het een verkapte VUT-regeling. En op een verkapte VUT-regeling moet je een soort boete betalen, een RVU-heffing. De belastingdienst legt de belastingdienst een aanslag op van ongeveer 170 miljoen euro.

    Wiebes vertelde de Kamer in oktober dat hij in de officiële stukken geen waarschuwingen kon vinden.

    De commissie Joustra heeft minstens drie stukken met waarschuwingen gevonden.

    “Het verslag van de Raad van Bestuur (i.o.) van 31 augustus 2015”, “memo van DGBel van 13 november 2015, bestemd voor de leden van de Raad van Bestuur (i.o.)” en “Het verslag van een vergadering op 16 november 2015 van de Raad van Bestuur (i.o.).”

    Waarom heeft Wiebes die stukken niet gevonden toen de Kamer erom vroeg?

  • Belastingdienst waarschuwde Wiebes zelf voor de boete

    Op vrijdagavond werden Kamervragen van mij beantwoord. Ik vroeg naar of er mails waren met waarschuwingen over de RVU heffing. Wiebes beantwoordt letterlijk: “Ook wordt in deze emails gesteld dat ik zou zijn geïnformeerd over de mogelijke fiscale gevolgen. Deze emails lijken te wijzen op een gesprek in november 2015, dat ook aan de orde komt in het vandaag verschenen rapport van de Commissie in de passage over het ‘memo-onder-de-arm’. In mijn gesprek met de Commissie heb ik aangegeven dat ik mij herinner dat dit gesprek niet op basis van een memo heeft plaatsgevonden. Een gesprek over een RVU-heffing herinner ik mij niet.

    De antwoorden en de memo-onder-de-arm vind je hier: https://www.tweedekamer.nl/kamerstukken/kamervragen/detail?id=2017D02640&did=2017D02640

    Heel bijzonder dus: de ambtenaren vinden dat de staatssecretaris geïnformeerd is.

  • Was de regeling wel rechtmatig? Ofwel, mochten bijvoorbeeld douanemedewerkers wel een vertrekpremie krijgen? Waarschijnlijk mocht het niet eens.

    De Kamer wil graag weten of Wiebes mag doen wat hij deed en heeft de Algemene Rekenkamer gevraagd te onderzoeken of de regeling rechtmatig is. Het rapport komt waarschijnlijk in mei uit. Joustra meldt als beperking dat hij geen onderzoek doet naar rechtmatigheid.

    Door deze reorganisatie verdwijnen 5000 functies bij de belastingdienst. Er verdwijnen geen functies bij de douane of bij de FIOD. Toch mochten ook douane en FIOD medewerkers gebruik maken van de regeling. Zo vertrokken er 301 douanemedewerkers met max 2 jaarsalarissen. En doet de douane haar best zo snel mogelijk 300 vervangers van buiten aan te trekken.

    Onder de regels (ARAR artikel 49xx om precies te zijn), mag je een remplaçant aanwijzen, dat is iemand bij een andere dienst als er ofwel iemand die zijn baan zou verliezen, die baan kan overnemen. Of indien die dienst een bijdrage levert aan de taakstelling. Anders mag het niet. Joustra merkt daarover op:

    Bij een vergelijking met de remplaçantenregeling uit het ARAR, valt op dat met voormelde uitstroommogelijkheid voor de medewerkers van de Douane en de FIOD:

    • - 
      geen plaatsing van een VWNW­kandidaat wordt gerealiseerd; en
    • - 
      geen bijdrage wordt geleverd aan het realiseren van voormelde taakstelling.

    De twee situaties waarop de remplaçantenregeling van het ARAR ziet, zijn dan ook niet van toepassing op medewerkers van de Douane en de FIOD.”

    Hier staat dus eigenlijk dat dit helemaal niet mocht onder de regels en dat dus 301 douane medewerkers ten oprechte met een premie vertrokken zijn.

  • Die 64 en 65 jarigen waren over 1 of 2 jaar toch zelf vertrokken?

    In de continuiteitsrapportage wordt het probleem van werving benoemt als een dreiging. En eindelijk geeft Wiebes toe dat die hele regeling niet nodig geweest was. Want mensen van 63, 64 of 65 nemen vanzelf afscheid door mer pensioen te gaan:

    “De wervingsopgave is fors en wezenlijk - tegelijkertijd moet deze opgave haalbaar zijn. Ook zonder vertrekregeling had een dergelijke behoefte aan instroom zich in de komende jaren voorgedaan. Het vergrijsde personeelsbestand zou hoe dan ook tot forse uitstroom van ervaren medewerkers hebben geleid, hooguit een aantal jaren later.”

    Helderder had ik het zelf niet kunnen zeggen: deze mensen waren ook zonder regeling vertrokken.

  • De hervorming is vastgelopen

    In de continuiteitsrapportage wordt duidelijk dat de investeringsagenda achterloopt op schema. De risico’s die daaraan kleven zijn nog niet in kaart gebracht en er zijn nog geen beheersmaatregelen die dit beheersbaar maken.

    Ook moeten eerst gaten worden gedicht: er zijn bijvoorbeeld zoveel deurwaarders (met twee jaarsalarissen vertrokken) dat nu tijdelijk extra deurwaarders ingehuurd moeten worden voor de invordering.

  • De belastingdienst draagt zelf de belasting helemaal verkeerd af, omdat zij de regels niet kent

    Wanneer je een moeilijk stuk naar de Kamer stuurt, kun je maar meteen alle moeilijke stukken sturen, heeft Wiebes gedacht. Nou hij stuurde vrijdag avond dus ook een rapport met de titel “Interne rapportage over de fiscale beheersing binnen de belastingdienst“

    De centrale conclusie:

    Op grond van het onderzoek concludeert het projectteam dat de Belastingdienst, ondanks de vele - veelal lokale - inspanningen, de eigen fiscaliteit niet beheerst.

    Een voorbeeld? In 2015 heeft de belastingdienst naheffingsaanslagen, inclusief boetes en heffingsrente opgelegd bij de belastingdienst voor het niet correct nelevern van de wet vermindering afdracht loonbelasting (WVA).