Na 100 jaar democratie hebben we nog maar een halve democratie over

Met dank overgenomen van S.M. (Sandra) Beckerman i, gepubliceerd op zaterdag 4 juli 2015.

Een democratie werkt niet als meer dan de helft van de inwoners het vertrouwen in de politiek heeft verloren. In 2019 bestaat het algemeen kiesrecht 100 jaar. Honderd jaar eerder, in 1919, mochten vrouwen en arbeiders voor het eerst stemmen. De vraag is of 100 jaar democratie over vier jaar reden is voor een feestje.

Bij de afgelopen Statenverkiezingen in maart dit jaar kwam in heel Nederland maar 49% van de stemgerechtigden opdagen. Bij de raadsverkiezingen in 2014 was in heel Nederland de opkomst maar 53,8%. Bij Tweede Kamerverkiezingen ligt de opkomst hoger, maar ook dat percentage neemt steeds verder af. Na 100 jaar democratie hebben we nog maar een halve democratie over. De politiek zou nu de hand in eigen boezem moeten steken. Als volksvertegenwoordigers kunnen we het niet goed genoeg vinden om maar de helft van de mensen te vertegenwoordigen. De politiek moet het vertrouwen terugwinnen. Een halve democratie is geen democratie.

Niet stemmen

Uit onderzoek van het SCP blijkt dat vooral lageropgeleiden en mensen met lagere inkomens of uitkeringen niet stemmen. Ook jongeren en vrouwen stemmen minder vaak.(1) De vooraanstaande econoom Joseph Stiglitz wijt het afnemende vertrouwen in de democratie aan de toenemende ongelijkheid.(2) Ook in Nederland nemen de verschillen in inkomen en vermogen toe. Zo is het percentage werkende armen sinds 1990 bijna verdubbeld.(3) Het uurloon van de laagstbetaalden bleef sinds 1990 vrijwel gelijk, terwijl het loon van hoogopgeleiden steeg. CPB en SCP verwachten dat deze kloof de komende jaren nog verder zal gaan toenemen. Ook kent Nederland grote ongelijkheid in vermogen.

De drie rijkste mensen in Nederland bezitten samen méér dan de helft van alle Nederlanders bij elkaar.(4) Uit een studie naar democratie en ongelijkheid in rijke landen waaronder Nederland, blijkt eveneens dat ongelijkheid de democratie bedreigt, want meer ongelijkheid leidt tot minder steun voor de democratie. (5) Arme mensen gaan minder vaak stemmen, omdat zij het gevoel hebben dat zij niet gehoord worden en weinig kunnen veranderen. Niet alleen ongelijkheid wordt aangewezen als oorzaak voor het groeiende aantal niet-stemmers. Volgens Professor Gijs van Oenen heeft de politiek het aan zichzelf te wijten dat steeds meer mensen zich van haar afkeren, omdat zij het gezag over een groot deel van de publieke voorzieningen uit handen heeft gegeven aan derden. (6)

Gelijkheid

Als we geen halve maar een hele democratie willen moet de politiek aan de slag en zal zij alles in het werk moeten stellen om het vertrouwen van de niet-stemmers terug te winnen. Politici die de democratie willen versterken moeten in de eerste plaats zorgen voor meer gelijkheid.7

Dit kan de centrale overheid doen door de uitkeringen en het minimumloon te verhogen, door alle topsalarissen in de publieke en semi-publieke sector te maximeren, door een miljonairsbelasting in te voeren en door te investeren in gelijke kansen voor iedereen. Ook provincies en gemeenten moeten er juist voor zorgen dat er geïnvesteerd wordt in werk, zorg en voorzieningen en dat inwoners meer zeggenschap krijgen over hun eigen leefomgeving.

De meest uitgesproken zin door politici in alle bestuurslagen is op dit moment waarschijnlijk: ‘Daar gaan we niet over.’ Dat moet anders. We moeten er juist wel weer over gaan. Over onze financiële sector, over onze zorg, over onze energie, over ons onderwijs. De politiek kan het vertrouwen terugwinnen door de tweedeling terug te dringen, door te investeren en door inwoners meer zeggenschap te geven. Een democratie werkt niet als meer dan de helft van de inwoners het vertrouwen in de politiek heeft verloren. Iedereen moet een stem krijgen en gehoord worden. We hebben nog vier jaar om te zorgen dat de viering van 100 jaar algemeen kiesrecht reden wordt voor een feestje.

Bronnen:

  • 1. 
    DEKKER, P., (ed.) 2002: Niet-stemmers. Een onderzoek naar achtergronden en motieven in enquêtes, interviews en focusgroepen. SCP.
  • 2. 
    Stiglitz, 2015: The great divide. unequal societies and what we can do about them. 3. GRAAF-ZIJL, M. DE., JOSTEN, E., BOETERS, S., EGGINK, E., BOLHAAR, J., OOMS, I., OUDEN, I.DEN., & I. WOITTIEZ., 2015: De onderkant van de arbeidsmarkt in 2025. CPB en SCP.
  • 4. 
    KREMER, M., BOVENS, M., SCHRIJVERS, E., & R. WENT., (eds.) 2014: Hoe ongelijk is Nederland? Een verkenning van de ontwikkeling en gevolgen van economische ongelijkheid. WRR
  • 5. 
    ANDERSEN, R., BURGOON, B., & H. VAN. DE. WERFHORST., 2014: Inequality, legitimacy end the political system. In: Salverda, W., Nolan, B., Checchi, D., Marx, I., MC Knight, A., Toth, I.G., & H. Van. De. Werfhorst., (eds.) Changing Inequalities in rich countries: analytical and comparative perspectives. Oxford scholarship online.
  • 6. 
    Zijn we de democratie zat?, Kennislink, 14-03-2014: www.kennislink.nl/publicaties/zijn-we-de-democratie-zat
  • 7. 
    ANDERSEN, R., BURGOON, B., & H.VAN.DE. WERFHORST., 2014: Inequality, legitimacy end the political system. In: Salverda, W., Nolan, B., Checchi, D., Marx, I., MC Knight, A., Toth, I.G., & H. Van. De. Werfhorst., (eds.) Changing Inequalities in rich countries: analytical and comparative perspectives. Oxford scholarship online.