Baas in eigen budget

Met dank overgenomen van J.M. (Jan) Paternotte i, gepubliceerd op dinsdag 1 maart 2005, 15:10.

Dat Rutte de vraagsturing in het hoger onderwijs wil vergroten, is toe te juichen. Helaas werkt hij dit principe halfslachtig uit.

Volgens de Jonge Democraten biedt het systeem van persoonsgebonden budget uitkomst. Studenten moeten baas in eigen budget worden

Dit opinieartikel verscheen in Folia, het weekblad van de Universiteit van Amsterdam, in maart 2005.

De leerrechtenplannen van staatssecretaris Rutte zijn bepaald niet onomstreden. Terecht, gezien de grote nadelen die verbonden zijn aan zijn plannen. De achterliggende motivatie van zijn beleid, het vergroten van de vraagsturing in het hoger onderwijs, is echter toe te juichen. Helaas werkt Rutte dit principe halfslachtig uit. Hij kan in één keer de juiste stap maken met het persoonsgebonden budget zoals de Jonge Democraten dat voorstellen. Een systeem dat goed is voor studenten, instellingen en de belastingbetaler.

Universiteiten en hogescholen worden momenteel voor het grootste gedeelte betaald per afgeleverd diploma. Deze zogeheten prestatiebekostiging heeft twee grote nadelen: kwaliteit wordt niet gestimuleerd, en ongemotiveerde de luie tentamenrecidivisten worden niet aangepakt. Door dit ´afrekenen per diploma´ zijn instellingen studentenaantallen belangrijker gaan vinden dan het op peil houden van het onderwijsniveau. Hoe strakker een instelling het niveau vasthoudt, hoe moeilijker studenten door het programma te loodsen zijn, en hoe groter de uitval van studenten zal zijn. Als het niveau echter wordt aangepast op de studenten die een opleiding volgen, kan de instelling een financiële afstraffing voorkomen.

Voor iedere student krijgt een opleiding evenveel geld; zowel de financiering van de overheid als het collegegeld is niet afhankelijk van de prestaties van de student. Dat terwijl overduidelijk is dat studenten die de kantjes ervan af lopen, tentamens zien als oefening in plaats van afsluiting en de collegebanken ideale slaapplaatsen vinden, meer kosten dan studenten die hun best doen een vak in één keer te halen.

Vraagsturing kan deze beide problemen helpen verzachten. In de kern betekent vraagsturing niets anders dan dat de student rechtstreeks voor zijn onderwijs betaalt, en daarvoor een budget van de overheid te besteden krijgt. Dat budget kan niet onbeperkt zijn, omdat er anders geen enkele prikkel is om er bewust mee om te gaan. Er zijn twee vormen om het budget vorm te geven: door een hoeveelheid leertijd te geven, of een hoeveelheid vakken. In beide gevallen worden instellingen ook betaald voor onderwijs aan studenten die uiteindelijk geen diploma zullen halen, waarmee ze het niveau van de studie op peil kunnen houden. De inefficiëntie die door luie studenten wordt veroorzaakt kan echter het beste worden aangepakt met een budget dat uitgaat van vakken of studiepunten.

Door Jan Paternotte en Ton Monasso, respectievelijk oud voorzitter en portefeuillehouder onderwijs Jonge Democraten.