Brief regering; Reactie op een tweetal amendementen Jan Vos c.s. over een rendementseis voor kolencentrales - Wijziging van de Elektriciteitswet 1998 en van de Gaswet (voortgang energietransitie) - Hoofdinhoud
Deze brief is onder nr. 11 toegevoegd aan wetsvoorstel 34627 - Wijziging van de Elektriciteitswet 1998 en van de Gaswet (voortgang energietransitie) i en dossier 34627 - Wijziging van de Elektriciteitswet 1998 en van de Gaswet (voortgang energietransitie).
Inhoudsopgave
Officiële titel | Wijziging van de Elektriciteitswet 1998 en van de Gaswet (voortgang energietransitie); Brief regering; Reactie op een tweetal amendementen van het lid Jan Vos c.s. over een rendementseis voor kolencentrales |
---|---|
Documentdatum | 02-03-2017 |
Publicatiedatum | 02-03-2017 |
Nummer | KST3462711 |
Kenmerk | 34627, nr. 11 |
Externe link | origineel bericht |
Originele document in PDF |
Tweede Kamer der Staten-Generaal
2
Vergaderjaar 2016-
2017
Wijziging van de Elektriciteitswet 1998 en van de Gaswet (voortgang energietransitie)
BRIEF VAN DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Den Haag, 28 februari 2017
Hierbij bied ik uw Kamer de nota naar aanleiding van het verslag (Kamerstuk 34 627, nr. 12) inzake Wijziging van de Elektriciteitswet 1998 en van de Gaswet (voortgang energietransitie) (Kamerstuk 34 627) aan, alsmede een nota van wijziging (Kamerstuk 34 627, nr. 13).
Op 16 februari hebben de leden Jan Vos (PvdA) c.s. twee amendementen ingediend (Kamerstuk 34 627, nrs. 9 en 10). Deze twee amendementen beogen de sluiting te realiseren van twee respectievelijk vijf kolencentrales door middel van het introduceren van minimumeisen voor het elektrische rendement van kolencentrales. Wanneer deze amendementen aangenomen zouden worden, zou dit ingrijpende gevolgen hebben, waarbij ik ook een aantal juridische risico's zie. Zo ontbreekt een goede motivering van de (proportionaliteit van) de hoogte van de gestelde minimumrendementseisen, in het bijzonder in relatie tot Europese regelgeving op dit vlak. Ook is onvoldoende helder op welke afweging de keuze is gebaseerd om sluiting van kolencentrales af te dwingen door middel van minimumrendementseisen in plaats van een meer directe maatregel gericht op sluiting van kolencentrales. Met de twee amendementen wordt inbreuk gemaakt op de eigendomsrechten van de eigenaren van de kolencentrales. In de toelichting bij de amendementen wordt slechts een beperkte motivering gegeven van de gekozen overgangsperiode en wordt niet ingegaan op de eisen die artikel 1, Eerste Protocol, van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens stelt aan regulering van eigendomsrechten. Gelet op deze juridische risico's zal ik de Raad van State om advies over deze amendementen vragen. Ik zal uw Kamer nader informeren wanneer ik het advies van de Raad van State heb ontvangen.
De Minister van Economische Zaken,
H.G.J. Kamp
kst-34627-11 ISSN 0921 - 7371 's-Gravenhage 2017
Tweede Kamer, vergaderjaar 2016-2017, 34 627, nr. 11