BIJLAGEN bij het Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD tot vaststelling van voorlopige maatregelen op het gebied van internationale bescherming ten gunste van Italië en Griekenland - Hoofdinhoud
Documentdatum | 28-05-2015 |
---|---|
Publicatiedatum | 30-05-2015 |
Kenmerk | 9355/15 ADD 1 |
Van | Secretary-General of the European Commission, signed by Mr Jordi AYET PUIGARNAU, Director |
Externe link | origineel bericht |
Originele document in PDF |
Raad van de Europese Unie
Brussel, 28 mei 2015 (OR. en)
9355/15
Interinstitutioneel dossier: ADD 1
ASIM 30 MIGR 30 COMIX 247
BEGELEIDENDE NOTA
van: de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie
ingekomen: 28 mei 2015
aan: de heer Uwe CORSEPIUS, secretaris-generaal van de Raad van de
Europese Unie
Nr. Comdoc.: COM(2015) 286 final i - Bijlagen 1 tot 3
Betreft: BIJLAGEN bij het Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD tot vaststelling van voorlopige maatregelen op het gebied van internationale bescherming ten gunste van Italië en Griekenland
Hierbij gaat voor de delegaties document COM(2015) 286 final i - Bijlagen 1 tot 3.
Bijlage: COM(2015) 286 final i - Bijlagen 1 tot 3
EUROPESE COMMISSIE
Brussel, 27.5.2015 COM(2015) 286 final i
ANNEXES 1 to 3
BIJLAGEN
bij het
Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD
tot vaststelling van voorlopige maatregelen op het gebied van internationale bescherming ten gunste van Italië en Griekenland
BIJLAGEN
bij het
Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD
tot vaststelling van voorlopige maatregelen op het gebied van internationale bescherming ten gunste van Italië en Griekenland
BIJLAGE I
Verdeelsleutel voor Italië
Algemene sleutel Aantal per lidstaat (herplaatsing van 24 000 verzoekers)
Oostenrijk 3,03% 728
België 3,41% 818
Bulgarije 1,43% 343
Kroatië 1,87% 448
Cyprus 0,43% 104
Tsjechië 3,32% 797
Estland 1,85% 443
Finland 1,98% 475
Frankrijk 16,88% 4 051
Duitsland 21,91% 5 258
Hongarije 2,07% 496
Letland 1,29% 310
Litouwen 1,26% 302
Luxemburg 0,92% 221
Malta 0,73% 175 Polen 6,65% 1 595
Portugal 4,25% 1 021
Roemenië 4,26% 1 023
Slowakije 1,96% 471
Slovenië 1,24% 297
Spanje 10,72% 2 573
Zweden 3,42% 821
Deze sleutel is gebaseerd op de volgende criteria 1,2 :
-
a)de omvang van de bevolking (cijfers voor 2014, wegingsfactor 40%). Dit criterium geeft aan hoeveel vluchtelingen een lidstaat kan opnemen;
-
a)het totale bbp (cijfers voor 2013, wegingsfactor 40%). Dit criterium geeft de absolute welvaart van een land weer en is een aanwijzing voor de capaciteit van een economie om vluchtelingen op te nemen en te integreren;
-
c)het gemiddeld aantal spontane asielaanvragen en het aantal hervestigde vluchtelingen per miljoen inwoners gedurende de periode 2010-2014 (wegingsfactor 10 %). Dit criterium geeft aan hoeveel inspanningen de lidstaten in het recente verleden hebben geleverd;
-
d)het werkloosheidscijfer (cijfers voor 2014, wegingsfactor 10%). Dit criterium is een indicator voor de capaciteit om vluchtelingen te integreren.
1 De berekeningen zijn gebaseerd op door Eurostat verstrekte statistische gegevens (geraadpleegd op 8
april 2015).
2 De percentages zijn berekend met vijf decimalen en voor de vermelding in de tabel naar boven of naar beneden afgerond op twee decimalen. Het aantal toe te wijzen personen is berekend op basis van de cijfers met vijf decimalen.
BIJLAGE II
Verdeelsleutel voor Griekenland
Algemene sleutel Aantal per lidstaat (herplaatsing van 16 000 verzoekers)
Oostenrijk 3,03% 485
België 3,41% 546
Bulgarije 1,43% 229
Kroatië 1,87% 299
Cyprus 0,43% 69
Tsjechië 3,32% 531
Estland 1,85% 295
Finland 1,98% 317
Frankrijk 16,88% 2 701
Duitsland 21,91% 3 505
Hongarije 2,07% 331
Letland 1,29% 207
Litouwen 1,26% 201
Luxemburg 0,92% 147
Malta 0,73% 117
Nederland 5,12% 819
Polen 6,65% 1 064
Portugal 4,25% 680
Roemenië 4,26% 682
Slowakije 1,96% 314
Slovenië 1,24% 198
Spanje 10,72% 1 715 Zweden 3,42% 548
Deze sleutel is gebaseerd op de volgende criteria 3,4 :
-
a)de omvang van de bevolking (cijfers voor 2014, wegingsfactor 40%). Dit criterium geeft aan hoeveel vluchtelingen een lidstaat kan opnemen;
-
a)het totale bbp (cijfers voor 2013, wegingsfactor 40%). Dit criterium geeft de absolute welvaart van een land weer en is een aanwijzing voor de capaciteit van een economie om vluchtelingen op te nemen en te integreren;
-
c)het gemiddeld aantal spontane asielaanvragen en het aantal hervestigde vluchtelingen per miljoen inwoners gedurende de periode 2010-2014 (wegingsfactor 10 %). Dit criterium geeft aan hoeveel inspanningen de lidstaten in het recente verleden hebben geleverd;
-
d)het werkloosheidscijfer (cijfers voor 2014, wegingsfactor 10%). Dit criterium is een indicator voor de capaciteit om vluchtelingen te integreren.
3 De berekeningen zijn gebaseerd op door Eurostat verstrekte statistische gegevens (geraadpleegd op 8
april 2015).
4 De percentages zijn berekend met vijf decimalen en voor de vermelding in de tabel naar boven of naar beneden afgerond op twee decimalen. Het aantal toe te wijzen personen is berekend op basis van de cijfers met vijf decimalen.
BIJLAGE III
Financieel memorandum
1. KADER VAN HET VOORSTEL/INITIATIEF
1.1. Benaming van het voorstel/initiatief
1.2. Betrokken beleidsterrein(en) in de ABM/ABB-structuur
1.3. Aard van het voorstel/initiatief
1.4. Doelstelling(en)
1.5. Motivering van het voorstel/initiatief
1.6. Duur en financiële gevolgen
1.7. Beheersvorm(en)
2. BEHEERSMAATREGELEN
2.1. Regels inzake het toezicht en de verslagen
2.2. Beheers- en controlesysteem
2.3. Maatregelen ter voorkoming van fraude en onregelmatigheden
3. GERAAMDE FINANCIËLE GEVOLGEN VAN HET
VOORSTEL/INITIATIEF
3.1. Rubriek(en) van het meerjarige financiële kader en betrokken
begrotingsonderde(e)l(en) voor uitgaven
3.2. Geraamde gevolgen voor de uitgaven
3.2.1 Samenvatting van de geraamde gevolgen voor de uitgaven
3.2.2 Geraamde gevolgen voor de beleidskredieten
3.2.3 Geraamde gevolgen voor de administratieve kredieten
3.2.4 Verenigbaarheid met het huidige meerjarige financiële kader
3.2.5 Bijdrage van derden aan de financiering
3.3. Geraamde gevolgen voor de ontvangsten
FINANCIEEL MEMORANDUM
1. KADER VAN HET VOORSTEL/INITIATIEF
1.1. Benaming van het voorstel/initiatief
Voorstel voor een uitvoeringsbesluit van de Raad tot vaststelling van voorlopige maatregelen op het gebied van internationale bescherming ten gunste van Italië en Griekenland
1.2. Betrokken beleidsterrein(en) in de ABM/ABB-structuur 5
18 – Migratie en Binnenlandse Zaken
1.3. Aard van het voorstel/initiatief
Het voorstel/initiatief betreft een nieuwe actie
Het voorstel/initiatief betreft een nieuwe actie na een proefproject/een
voorbereidende actie 6
Het voorstel/initiatief betreft de verlenging van een bestaande actie
Het voorstel/initiatief betreft een actie die wordt omgebogen naar een nieuwe actie
1.4. Doelstelling(en)
1.4.1. De met het voorstel/initiatief beoogde strategische meerjarendoelstelling(en) van de Commissie
In de Europese migratieagenda, die op 13 mei 2015 is goedgekeurd (COM(2015 240 final) wordt vermeld:
“Het hoofd bieden aan een grote toestroom in de EU: herplaatsing
De asielstelsels van de lidstaten staan onder ongekende druk, en met de zomer in het vooruitzicht zal de toestroom naar de lidstaten in de frontlinie de komende maanden niet afnemen. De EU mag niet wachten tot de druk onhoudbaar is. Door het grote aantal aankomsten wordt de plaatselijke capaciteit voor opvang en verwerking nu al zwaar op de proef gesteld. Om de huidige situatie in het Middellandse Zeegebied aan te pakken, zal de Commissie tegen eind mei voorstellen om het noodsysteem bedoeld in artikel 78, lid 3, van het VWEU te activeren. Het voorstel daartoe zal voorzien in een tijdelijke regeling voor de verdeling van personen die duidelijk internationale bescherming nodig hebben, die ervoor zorgt dat alle lidstaten op een billijke en evenwichtige wijze bijdragen aan de gemeenschappelijke inspanningen. De ontvangende lidstaat zal verantwoordelijk zijn voor de behandeling van de aanvragen volgens de vastgestelde voorschriften en waarborgen. In de bijlage is een
5 ABM: activiteitsgestuurd management ABB: activiteitsgestuurde begroting.
verdeelsleutel opgenomen die onder meer gebaseerd is op het bbp, het
bevolkingsaantal, het werkloosheidspercentage en de aantallen reeds opgevangen
asielzoekers en reeds hervestigde vluchtelingen.”
1.4.2. Specifieke doelstelling(en) en betrokken ABM/ABB-activiteiten
Specifieke doelstelling nr. 4
Het bevorderen van de solidariteit en verdeling van de verantwoordelijkheid tussen de lidstaten, met name ten aanzien van de lidstaten die het meest te maken hebben met migratie en asielstromen, onder meer door praktische samenwerking
Betrokken ABM/ABB-activiteit(en)
18.03 – Asiel en Migratie
1.4.3. Verwachte resulta(a)t(en) en gevolg(en)
Vermeld de gevolgen die het voorstel/initiatief zou moeten hebben op de begunstigden/doelgroepen
Herplaatsing van 40 000 verzoekers om internationale bescherming vanuit Italië en Griekenland naar andere lidstaten.
1.4.4. Resultaat- en effectindicatoren
Vermeld de indicatoren aan de hand waarvan kan worden nagegaan in hoeverre het voorstel/initiatief is uitgevoerd.
Aantal herplaatste verzoekers
1.5. Motivering van het voorstel/initiatief
1.5.1. Behoefte(n) waarin op korte of lange termijn moet worden voorzien
Dit voorstel wordt gepresenteerd omdat er in Italië en Griekenland een asielcrisis heerst. Het voorstel op basis van artikel 78, lid 3, van het Verdrag is bedoeld om te voorkomen dat de asielsituatie in deze twee landen verder verslechterd en om deze landen doeltreffende steun te verlenen.
De Europese Raad heeft zich er in zijn verklaring van 23 april 2015 toe verbonden mogelijkheden te onderzoeken voor een vrijwillige regeling voor noodherplaatsing tussen de lidstaten. Vervolgens heeft het Europees Parlement in zijn resolutie van 28 april 2015 de Raad ertoe opgeroepen ernstig de mogelijkheid te overwegen een beroep te doen op artikel 78, lid 3, van het Verdrag.
1.5.2. Toegevoegde waarde van de deelname van de EU
De noodsituatie door de plotselinge toestroom van personen uit derde landen in Italië en Griekenland zorgt voor grote druk op de asielstelsels en de middelen van deze landen. Andere lidstaten kunnen daarvan de gevolgen ondervinden, door de secundaire bewegingen uit Italië en Griekenland naar andere lidstaten. Het staat vast dat de maatregelen van individuele lidstaten niet volstaan om de gemeenschappelijke uitdagingen aan te pakken waar alle lidstaten in dezen mee worden geconfronteerd. Hiervoor is EU-optreden nodig.
1.5.3. Nuttige ervaring die bij soortgelijke activiteiten in het verleden is opgedaan
Dit is de eerste keer dat een voorstel wordt ingediend op basis van artikel 78, lid 3, van het Verdrag.
1.5.4. Samenhang en eventuele synergie met andere relevante instrumenten
Het Fonds voor asiel, migratie en integratie voorziet in de mogelijkheid dat verzoekers om internationale bescherming op basis van vrijwilligheid worden
overgebracht in het kader van het nationale programma van elke lidstaat.
1.6. Duur en financiële gevolgen
Voorstel/initiatief met een beperkte geldigheidsduur
– Voorstel/initiatief is van kracht vanaf [DD/MM]JJJJ tot en met [DD/MM]JJJJ
– Financiële gevolgen vanaf 2015 tot en met 2017
Voorstel/initiatief met een onbeperkte geldigheidsduur
– Uitvoering met een opstartperiode vanaf JJJJ tot en met JJJJ,
– gevolgd door een volledige uitvoering.
1.7. Beheersvorm(en)
Direct beheer door de Commissie
– via haar diensten, met inbegrip van haar personeel in de delegaties van de Unie;
– via de uitvoerende agentschappen
Gedeeld beheer met de lidstaten
Indirect beheer door het toevertrouwen van begrotingsuitvoeringstaken aan:
– derde landen of de door hen aangewezen organen;
– internationale organisaties en hun agentschappen (geef aan welke);
– de EIB en het Europees Investeringsfonds;
– in de artikelen 208 en 209 van het Financieel Reglement genoemde organen;
– publiekrechtelijke organen;
– privaatrechtelijke organen met een openbare dienstverleningstaak, voor zover zij voldoende financiële garanties bieden;
– privaatrechtelijke organen van een lidstaat, waaraan de uitvoering van een publiek-privaat partnerschap is toevertrouwd en die voldoende financiële garanties bieden;
– personen aan wie de uitvoering van specifieke maatregelen op het gebied van het GBVB in het kader van titel V van het VEU is toevertrouwd en die worden genoemd in de betrokken basishandeling.
– Verstrek, indien meer dan een beheersvorm is aangekruist, extra informatie onder “Opmerkingen”.
Opmerkingen
In dit financieel memorandum wordt aangegeven welke bedragen vereist zijn ter dekking van de kosten van de herplaatsing van verzoekers om internationale bescherming vanuit Italië en Griekenland naar andere lidstaten. De vastleggingskredieten vormen een aanvulling op de reeds bestaande toewijzing voor het Fonds voor asiel, migratie en integratie (AMIF) in begrotingsonderdeel 18.030101. De berekening van de betalingsbehoeften is gebaseerd op Verordening (EU) nr. 514/2014 i van het Europees Parlement en de Raad van 16 april 2014 tot vaststelling van de algemene bepalingen inzake het Fonds voor asiel, migratie en integratie en inzake het instrument voor financiële steun voor politiële samenwerking, voorkoming en bestrijding van criminaliteit, en crisisbeheersing (horizontale verordening).
2. BEHEERSMAATREGELEN
2.1. Regels inzake het toezicht en de verslagen
Vermeld frequentie en voorwaarden.
Voor gedeeld beheer is een samenhangend en doeltreffend kader voor
verslaglegging, toezicht en evaluatie aanwezig. Voor elk nationaal programma wordt
de lidstaten verzocht een toezichtcomité op te richten, waaraan de Commissie kan
deelnemen.
De lidstaten zullen jaarlijks verslag uitbrengen over de uitvoering van het meerjarig programma. Deze verslagen zijn een voorwaarde voor de jaarlijkse uitbetalingen in het kader van de procedure voor de goedkeuring van de rekeningen, zoals vastgesteld bij Verordening (EU) nr. 514/2014 i (horizontale verordening).
De Commissie zal tevens in 2018 verslag uitbrengen over de tussentijdse evaluatie van de nationale programma’s, waarin ook de tenuitvoerlegging van de door dit besluit van de Raad beschikbaar gestelde financiële middelen wordt geëvalueerd.
Meer algemeen zal de Commissie uiterlijk op 30 juni 2018 een tussentijds verslag van de uitvoering van het Fonds indienen en uiterlijk op 30 juni 2024 een verslag over de evaluatie achteraf, waarin de volledige tenuitvoerlegging (dat wil zeggen niet alleen de nationale programma’s onder gedeeld beheer) aan bod komt.
2.2. Beheers- en controlesysteem
2.2.1. Mogelijke risico’s
DG HOME heeft niet te kampen met een groot foutenrisico in zijn
uitgavenprogramma’s. Dit blijkt onder meer uit het feit dat er in de opeenvolgende
jaarverslagen van de Rekenkamer geen materiële bevindingen voorkomen alsook
door het feit dat er in de laatste jaarlijkse activiteitenverslagen van DG HOME geen
restfoutenpercentage van meer dan 2% werd vastgesteld.
Het beheers- en controlesysteem is in overeenstemming met de algemene vereisten die voor de structuur- en investeringsfondsen zijn vastgesteld en voldoet volledig aan de vereisten van het Financieel Reglement.
Door de meerjarige programmering en de jaarlijkse goedkeuring op basis van de betalingen door de verantwoordelijke instantie zullen de subsidiabiliteitsperioden in overeenstemming worden gebracht met de jaarrekeningen van de Commissie, zonder dat de administratieve lasten groter worden ten opzichte van het huidige systeem.
In het kader van de controles op het eerste niveau verricht de verantwoordelijke instantie controles ter plaatse, die haar beheersverklaring ondersteunen.
Door het gebruik van vaste bedragen (vereenvoudigde kostenoptie) wordt het risico van fouten van de verantwoordelijke instantie bij de tenuitvoerlegging van dit besluit nog verder gereduceerd.
2.2.2. Informatie over het opgezette interne controlesysteem
DG HOME zal niet alleen alle voorgeschreven controlemechanismen toepassen, maar ook een fraudebestrijdingsstrategie opstellen die aansluit bij de nieuwe fraudebestrijdingsstrategie van de Commissie, die op 24 juni 2011 werd goedgekeurd. Op die manier zal DG HOME er onder meer voor zorgen dat zijn interne controles ter bestrijding van fraude volledig in overeenstemming zijn met de fraudebestrijdingsstrategie van de Commissie en dat met zijn aanpak kan worden vastgesteld welke punten fraudegevoelig zijn en hoe daarop moet worden gereageerd. Zo nodig zullen er netwerkgroepen en passende IT-instrumenten worden ingevoerd om de fraudegevallen in verband met het Fonds te analyseren.
Voor het gedeeld beheer wordt in de fraudebestrijdingsstrategie van de Commissie duidelijk bepaald dat de Commissievoorstellen voor de verordeningen 2014-2020 de lidstaten moeten verplichten tot het nemen van fraudebestrijdingsmaatregelen die doeltreffend zijn en in verhouding staan tot de vastgestelde frauderisico’s. In dit voorstel wordt in artikel 5 duidelijk van de lidstaten gevraagd om onregelmatigheden te voorkomen, op te sporen en te corrigeren en daarover bij de Commissie verslag uit te brengen.
Nadere bijzonderheden over deze verplichtingen zullen deel uitmaken van de gedetailleerde regels inzake de taken van de verantwoordelijke instantie waarin artikel 24, lid 5, onder c), voorziet.
Daarnaast is in artikel 41 duidelijk bepaald dat de middelen die voortkomen uit financiële correcties op basis van bevindingen van de Commissie of de Rekenkamer, opnieuw moeten worden gebruikt.
2.2.3. Raming van de kosten en baten van de controles en beoordeling van het verwachte foutenrisico
De kosten van de controles zijn verwaarloosbaar en het foutenrisico is zeer laag.
2.3. Maatregelen ter voorkoming van fraude en onregelmatigheden
Vermeld de bestaande en geplande preventie- en beschermingsmaatregelen.
De standaardmaatregelen van DG HOME voor de voorkoming van fraude en onregelmatigheden zijn van toepassing.
3. GERAAMDE FINANCIËLE GEVOLGEN VAN HET VOORSTEL/INITIATIEF
3.1. Rubriek(en) van het meerjarige financiële kader en betrokken begrotingsonderde(e)l(en) voor uitgaven
• Bestaande begrotingsonderdelen
In volgorde van de rubrieken van het meerjarige financiële kader en de begrotingsonderdelen
Begrotingsonderdeel Soort Rubriek uitgaven
Bijdrage
van het in de zin van
meerjarige
financiële Nummer
van artikel 21, lid 2,
7
kader 3 Veiligheid en burgerschap
GK/NGK van EVA- landen 8 kandidaatvan derde onder b), van het
lidstaten 9 landen Financieel
Reglement
18.030101 GK NEE NEE NEE NEE
• Te creëren nieuwe begrotingsonderdelen: n.v.t.
In volgorde van de rubrieken van het meerjarige financiële kader en de begrotingsonderdelen
Begrotingsonderdeel Soort
Rubriek uitgaven
Bijdrage
van het in de zin van
meerjarige
financiële van artikel 21, lid 2, Nummer […][Rubriek …] GK/NGK van EVA-
kader landen
kandidaatvan derde lidstaten landen
onder b), van het Financieel
Reglement
[…][XX.YY.YY.YY] JA/NEE JA/NEE JA/NEE JA/NEE
7 GK = gesplitste kredieten, NGK = niet-gesplitste kredieten. 8 EVA: Europese Vrijhandelsassociatie. 9 Kandidaat-lidstaten en, in voorkomend geval, potentiële kandidaat-lidstaten van de Westelijke Balkan.
3.2. Geraamde gevolgen voor de uitgaven
3.2.1. Samenvatting van de geraamde gevolgen voor de uitgaven
in miljoen EUR (3 decimalen)
Rubriek van het meerjarige financiële kader Nummer 3 Veiligheid en burgerschap
Vul zoveel jaren in als nodig om
DG: HOME Jaar Jaar Jaar Jaar 2015 2016 2017 2018 de duur van de impact weer te TOTAAL
geven (zie punt 1.6)
Beleidskredieten
18.030101 Vastleggingen (1) 12 150 78 240
Betalingen (2) 16,8 4,8 162 56,4 240
Nummer begrotingsonderdeel Vastleggingen (1a) Betalingen (2a)
Uit het budget van specifieke programma’s gefinancierde administratieve kredieten 10
Nummer begrotingsonderdeel (3)
Vastleggingen =1+1a
TOTAAL kredieten +3
12 150 78 240
voor DG HOME
Betalingen =2+2a +3 240
16,8 4,8 162 56,4
TOTAAL beleidskredieten Vastleggingen (4) 12 150 78 240
10 Technische en/of administratieve bijstand en uitgaven ter ondersteuning van de uitvoering van programma’s en/of acties van de EU (vroegere “BA”-onderdelen),
onderzoek door derden, eigen onderzoek.
NL 10 NL
Betalingen (5) 16,8 4,8 162 56,4 240
TOTAAL uit het budget van specifieke programma’s gefinancierde
administratieve kredieten (6)
TOTAAL kredieten Vastleggingen =4+6 12 150 78 240 onder rubriek 3
van het meerjarige financiële kader Betalingen =5+6 16,8 4,8 162 56,4 240
Wanneer het voorstel/initiatief gevolgen heeft voor meerdere rubrieken:
Vastleggingen (4)
TOTAAL beleidskredieten Betalingen (5)
TOTAAL uit het budget van specifieke programma’s gefinancierde
administratieve kredieten (6)
TOTAAL kredieten Vastleggingen =4+6 onder rubriek 1 t/m 4 van het meerjarige financiële kader
(Referentiebedrag) Betalingen =5+6
NL 11 NL
Rubriek van het meerjarige financiële kader 5 “Administratieve uitgaven”
in miljoen EUR (3 decimalen)
Jaar Jaar Jaar Jaar Vul zoveel jaren in als nodig
2015 2016 2017 N+3 om de duur van de impact TOTAAL weer te geven (zie punt 1.6)
DG: HOME
Personele middelen 0,528 0,528 0,528 1,584
Andere administratieve uitgaven 0,002 0,0145 0,0145 0,031
TOTAAL DG HOME Kredieten 0,530 0,5425 0,5425 1,615
TOTAAL kredieten
onder rubriek 5 (totaal vastleggingen = 0,5425 1,615
van het meerjarige financiële kader totaal betalingen)
0,530 0,5425
in miljoen EUR (3 decimalen)
Jaar Jaar Jaar Jaar Vul zoveel jaren in als nodig
2015 2016 2017 2018 om de duur van de impact TOTAAL weer te geven (zie punt 1.6)
TOTAAL kredieten Vastleggingen 12,530 150,5425 78,5425 241,615
onder rubriek 1 t/m 5
van het meerjarige financiële kader Betalingen 17,330 5,3425 162,5425 56,400 241,615
NL 12 NL
3.2.2. Geraamde gevolgen voor de beleidskredieten
– Voor het voorstel/initiatief zijn geen beleidskredieten nodig
– Voor het voorstel/initiatief zijn beleidskredieten nodig, zoals hieronder nader beschreven:
Vastleggingskredieten, miljoen EUR (3 decimalen)
Vermeld Jaar Jaar Jaar Jaar Vul zoveel jaren in als nodig om de duur van TOTAAL
doelstellingen 2015 2016 2017 N+3 de impact weer te geven (zie punt 1.6)
en outputs OUTPUTS
Soort
11 Gem. tal tal tal tal Kosten tal tal Kosten Totaal Totale
kosten
Kosten
A an A an
Kosten Kosten tal
A an A an
Kosten
A an A an
Kosten
A an aantal kosten
SPECIFIEKE DOELSTELLING NR. 1 12
Herplaatsing van verzoekers om internationale bescherming vanuit
Italië en Griekenland
– Output Aantal 6 000 2 000 12 25 000 150 13 000 78 40 000 240 verzoe
kers
– Output
Subtotaal specifieke doelstelling nr. 1
SPECIFIEKE DOELSTELLING NR. 2
– Output
11 Outputs zijn de te verstrekken producten en diensten (bv. aantal gefinancierde studentenuitwisselingen, aantal km aangelegde wegen, enz.). 12 Zoals beschreven onder punt 1.4.2. “Specifieke doelstelling(en)…”
NL 13 NL
Subtotaal specifieke doelstelling nr. 2
TOTALE KOSTEN 2 000 12 25 000 150 13 000 78 40 000 240
NL 14 NL
3.2.3. Geraamde gevolgen voor de administratieve kredieten
3.2.3.1. Samenvatting
– Voor het voorstel/initiatief zijn geen administratieve kredieten nodig.
– Voor het voorstel/initiatief zijn administratieve kredieten nodig, zoals hierna nader beschreven:
in miljoen EUR (3 decimalen)
Jaar Jaar Jaar Jaar Vul zoveel jaren in als nodig om de duur van
2015 2016 2017 N+3 de impact weer te geven (zie punt 1.6) TOTAAL
RUBRIEK 5 van het meerjarige
financiële kader
Personele middelen 0,528 0,528 0,528 1,584
Andere administratieve
uitgaven 0,002 0,0145 0,015 0,0310
Subtotaal RUBRIEK 5 van het meerjarige 0,530 0,5425 0,5425 1,615 financiële kader
Buiten RUBRIEK 5 13 van het meerjarige financiële kader
Personele middelen
Andere administratieve uitgaven
Subtotaal
buiten RUBRIEK 5 van het meerjarige financiële kader
TOTAAL 0,530 0,5425 0,5425 1,615
Voor de kredieten voor personele middelen en andere administratieve uitgaven zal een beroep worden gedaan op de kredieten van het DG die reeds voor het beheer van de actie zijn toegewezen en/of binnen het DG zijn herverdeeld, eventueel aangevuld met middelen die in het kader van de jaarlijkse toewijzingsprocedure met inachtneming van de budgettaire beperkingen aan het beherende DG kunnen worden toegewezen.
13 Technische en/of administratieve bijstand en uitgaven ter ondersteuning van de uitvoering van programma’s en/of acties van de EU (vroegere “BA”-onderdelen), onderzoek door derden, eigen onderzoek.
3.2.3.2. Geraamde personeelsbehoeften
– Voor het voorstel/initiatief zijn geen personele middelen nodig
– Voor het voorstel/initiatief zijn personele middelen nodig, zoals hierna nader beschreven:
Raming in voltijdsequivalenten
Jaar Jaar Vul zoveel jaren in als nodig om
N N+1 Jaar N+2 Jaar N+3 de duur van de impact weer te geven (zie punt 1.6)
Posten opgenomen in de lijst van het aantal ambten (ambtenaren en tijdelijke functionarissen)
XX 01 01 01 (zetel en vertegenwoordigingen van de
Commissie) 4 4 4
XX 01 01 02 (delegaties)
XX 01 05 01 (onderzoek door derden)
10 01 05 01 (eigen onderzoek)
Extern personeel in voltijdsequivalenten (VTE) 14
XX 01 02 01 (AC, END, INT uit de algemene middelen)
XX 01 02 02 (AC, AL, END, INT en JED in de delegaties)
– zetel XX 01 04 yy 15
– delegaties
XX 01 05 02 (AC, END, INT – onderzoek door derden)
10 01 05 02 (AC, END, INT – eigen onderzoek)
Ander begrotingsonderdeel (geef aan welk)
TOTAAL
XX is het beleidsterrein of de begrotingstitel.
De benodigde personele middelen zullen worden gefinancierd uit de middelen die reeds voor het beheer van deze actie zijn toegewezen en/of binnen het DG zijn herverdeeld, eventueel aangevuld met middelen die in het kader van de jaarlijkse toewijzingsprocedure met inachtneming van de budgettaire beperkingen aan het beherende DG kunnen worden toegewezen.
Beschrijving van de uit te voeren taken
Ambtenaren en tijdelijk personeel Ondersteuning en verwerking van en toezicht op de activiteiten binnen de Commissie op het gebied van de herplaatsing van verzoekers om internationale bescherming en bijstand aan de lidstaten bij het ontwikkelen van deze activiteiten.
Extern personeel
14 AC (agent contractuel) = arbeidscontractant; AL (agent local) = plaatselijk functionaris; END (expert national détaché) = gedetacheerd nationaal deskundige; INT (intérimaire) = uitzendkracht; JED (jeune expert en délégation) = jonge deskundige in delegaties.
15 Onder het maximum voor extern personeel betaald uit beleidskredieten (vroegere “BA”-onderdelen).
3.2.4. Verenigbaarheid met het huidige meerjarige financiële kader
– Het voorstel/initiatief is verenigbaar met het huidige meerjarige financiële kader
– Het voorstel/initiatief vereist herprogrammering van de betrokken rubriek van het meerjarige financiële kader
Zet uiteen welke herprogrammering nodig is, onder vermelding van de betrokken begrotingsonderdelen en de desbetreffende bedragen.
[…]
– Het voorstel/initiatief vereist toepassing van het flexibiliteitsinstrument of herziening van het meerjarige financiële kader
Zet uiteen wat nodig is, onder vermelding van de betrokken rubrieken en begrotingsonderdelen en de desbetreffende bedragen.
[…]
3.2.5. Bijdrage van derden aan de financiering
– Het voorstel/initiatief voorziet niet in medefinanciering door derden
– Het voorstel/initiatief voorziet in medefinanciering, zoals hieronder geraamd:
Kredieten, miljoen EUR (3 decimalen)
Jaar Jaar Jaar Jaar Vul zoveel jaren in als nodig om
N N+1 N+2 N+3 de duur van de impact weer te Totaal geven (zie punt 1.6)
Medefinancieringsbron
TOTAAL medegefinancierde kredieten
3.3. Geraamde gevolgen voor de ontvangsten
– Het voorstel/initiatief heeft geen financiële gevolgen voor de ontvangsten
– Het voorstel/initiatief heeft de hieronder beschreven financiële gevolgen:
voor de eigen middelen
voor de diverse ontvangsten
in miljoen EUR (3 decimalen)
Voor het Gevolgen van het voorstel/initiatief 16
Begrotingsonderdeel voor lopende
ontvangsten: begrotingsjaar beschikbare Jaar Jaar Jaar Jaar Vul zoveel jaren in als nodig om de duur
kredieten N N+1 N+2 N+3
van de impact weer te geven (zie punt 1.6)
Artikel …
Voor de diverse ontvangsten die worden “toegewezen”: vermeld het (de) betrokken begrotingsonderde(e)l(en) voor uitgaven.
[…]
Vermeld de wijze van berekening van de gevolgen voor de ontvangsten.
[…]
16 Voor traditionele eigen middelen (douanerechten en suikerheffingen) moeten nettobedragen worden vermeld, d.w.z. na aftrek van 25% aan inningskosten.
28 mei '15 |
Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD tot vaststelling van voorlopige maatregelen op het gebied van internationale bescherming ten gunste van Italië en Griekenland PROPOSAL |
Secretary-General of the European Commission 9355/15 |