Met een beurs naar het buitenland - Hoofdinhoud
Wij Nederlanders spreken onze talen, ons land ligt gunstig en staat bekend als open. Er komen veel buitenlandse studenten op ons (hoger) onderwijs af. En toch gaat nog niet eens een kwart van de Nederlandse studenten naar het buitenland om daar een deel van hun studie te doen. Veel te weinig.
Je kunt dat zien als compliment voor het Nederlandse hoger onderwijs: Nederlandse studenten blijven hier vanwege de kwaliteit van onze opleidingen. Maar dat vind ik te gemakkelijk. Daarmee ga je voorbij aan de meerwaarde die een (deel van je) studie in het buitenland kan hebben. Als je op jonge leeftijd een tijdlang je vertrouwde omgeving achter je laat om in een andere cultuur, maar in elk geval in een wildvreemde omgeving, te studeren, verrijkt dat je onmiskenbaar. Je verlegt er - letterlijk - je grenzen mee, je prikkelt er je creativiteit mee en je spreekt je moed aan.
Naast persoonlijke motieven zijn er ook allerlei maatschappelijke redenen om een deel van je studie in het buitenland te doen. Je vergroot je kansen op de arbeidsmarkt en je verrijkt de samenleving met de indrukken en de kennis die je in het buitenland hebt opgedaan.
Andersom werkt het ook: buitenlandse studenten die hierheen komen verrijken op hun beurt onze samenleving met de kennis en cultuur die zij meebrengen. En dan heb ik het niet eens over de opbrengsten als we deze buitenlandse bollebozen na hun studie weten vast te houden. Het CPB heeft berekend dat dit de schatkist elk jaar netto €740 miljoen kan opleveren. Als dat geen kenniseconomie is…
Reden genoeg dus om de internationale studentenmobiliteit te stimuleren. Ik ga dat doen met een scholarshipprogramma. Vanaf komend collegejaar stel ik samen met de hogescholen en de universiteiten 768 beurzen beschikbaar voor Nederlandse studenten die een deel van hun studie in een buitenland willen doen. Voor buitenlandse studenten die een volledige studie in Nederland willen doen zijn er ook 768 beurzen.
We beperken de inzet van de beurzen tot studies en studenten buiten de Europese Economische Ruimte (EER), omdat je binnen de EER al Erasmusbeurzen hebt. Nederlandse studenten die naar het buitenland gaan krijgen €1250 voor een periode in het buitenland, buitenlandse studenten die een hele studie komen doen krijgen €5000. De beurzen dekken de kosten dus niet maar vormen een tegemoetkoming in de studiekosten. Aangezien de Nederlandse studenten bij hun opleiding in Nederland ingeschreven blijven, hoeven zij in het buitenland geen collegegeld te betalen, terwijl de inkomende studenten hier vaak het (veel) hogere instellingscollegegeld verschuldigd zijn.
De universiteiten en hogescholen gaan zelf de studenten selecteren zodat die optimaal aansluiten bij hun profiel, de regionale arbeidsmarkt en de landen waarmee zij samenwerken. Ze betalen zelf ook de helft van de beurzen.
Een beurzenprogramma op maat dus, zou je kunnen zeggen. Toegesneden op de wensen van de studenten én van de instellingen.