Op de stoel van de arts

Met dank overgenomen van J.G.Ch.A. (Jan) Marijnissen i, gepubliceerd op maandag 3 december 2007.

Verzekeraars willen de keuze van de consument ‘meer sturen’. Volgens dit bericht zullen er steeds meer polissen komen waarbij mensen niet zelf meer kunnen kiezen voor ziekenhuis of apotheker. Dit heet in de volksmond dat de verzekeraars op de stoel van de arts gaan zitten. Iets waar de SP altijd tegen gewaarschuwd heeft.

Bij de zogeheten zeker ‘zekerpolis’ koopt de zorgverzekeraar zorg in bij een beperkt aantal instellingen. Voor niet-spoedeisende hulp wordt je verwacht daar heen te gaan, of zelf een gedeelte van de kosten te dragen. Daartegenover staat een korting op de premie.

Dit lijkt wellicht niet zo erg, maar het is al halverwege het hellende vlak waarbij de zorgverzekeraar meer macht heeft dan de arts. Immers, zorg moet vrij toegankelijk zijn voor iedereen, en afgestemd op een persoonlijke situatie. De kans is groot dat mensen vanwege hun financiële situatie kiezen voor een goedkopere polis. De kans is dus ook groot dat deze mensen verplicht naar zorginstellingen moeten die veel verder weg zijn dan men wil of dat de mensen verplicht naar zorginstellingen moeten die de arts niet adviseert.

Verzekeraar Univé kwam twee weken geleden in het nieuws. Met hun uitgeklede zorgverzekering voor jongeren kan een verzekerde enkel nog maar bij 11 ziekenhuizen in Nederland terecht, en kunnen medicijnen enkel nog maar via internet worden besteld. Op termijn moet een verzekerde ook naar een door Univé geselecteerd gezondheidscentrum toe (lees huisarts).

Dat is tweederangszorg. De kwaliteitsbewaking op medicijnen is er bij het internet niet. Dit kan leiden tot gevaarlijke medicatiemissers, die nu regelmatig door een apotheker kunnen worden voorkomen. Het ondermijnt de kwaliteit en de toegankelijkheid van de zorg, door mensen met een smalle beurs verplicht van huisarts te laten wisselen. Het doet de solidariteit tussen jong en oud, ziek en gezond, rijk en arm geweld aan.

Al deze bezwaren werden in opmaat naar het nieuwe zorgstelsel onderschreven door een grote groep zorgverleners onder de noemer ‘zorg geen markt’. Het is ernstig om te zien, hoe snel deze voorspellingen waarheid worden.

Goede zorg is niet goedkoop. Dat de zorgkosten - mede door de vergrijzing - stijgen zal niemand ontkennen. Maar marktwerking is niet de remedie, noch de afremmer hiervan. Het heeft voor een enorme bureaucratische rompslomp gezorgd en de zorg is er niet beter op geworden. Inmiddels zijn er verschillende verzekeraars gefuseerd en zijn er nog maar een paar over, die steeds machtiger worden, en uiteraard alles doen om de aandeelhouders tevreden te houden (lees: winst maken).

En het zijn precies deze verzekeraars die op de stoel van de arts gaan zitten.