Extra investeren in leraar

Met dank overgenomen van M. (Jet) Bussemaker i, gepubliceerd op maandag 3 maart 2014, 19:34.

Ik heb vandaag bekendgemaakt hoe de middelen van het Herfstakkoord voor het onderwijs worden ingezet. De vijf partijen investeren fors meer geld in onderwijs. Om de kwaliteit van het voortgezet onderwijs en middelbaar beroepsonderwijs te verhogen, wordt er extra geïnvesteerd in leraren.

Leraren in het primair- en voortgezet onderwijs worden gestimuleerd om door te studeren en een mastertitel te halen. Het onderwijs wordt beter doordat scholen inzetten op:

  • De versterking van de innovatieve slagkracht van docenten;
  • Bevordering van ICT-vaardigheden van docenten;
  • Verbeteren van de begeleiding van startende docenten;
  • Uitbreiding van het aantal conciërges en klassenassistenten;
  • Professionalisering onderwijsteams in het MBO.

Met bovenstaande inzet wordt de werkdruk voor leraren verlaagd.

Het tweede doel is om onderpresteren en zittenblijven in het primair onderwijs, voortgezet onderwijs en het middelbaar onderwijs zo veel mogelijk te voorkomen. Er wordt ingezet op intensivering en verlenging van de onderwijstijd, door bijvoorbeeld het opzetten van zomerscholen en zogenoemde schakelklassen. Ook is er geld voor het verbeteren van de overgang van het middelbaar beroepsonderwijs naar het hoger onderwijs.

Ook is er in totaal € 50 miljoen structureel beschikbaar voor het passend onderwijs (uitvoering motie Voordewind/Ypma). De bezuiniging wordt teruggedraaid en daarbovenop komt € 29 miljoen extra. Het geld wordt ingezet voor leerlingen, die extra ondersteuning nodig hebben als om leerlingen die hoogbegaafd zijn. Hierbij is het van belang dat leraren de complexe vaardigheden beheersen als het gaat om de invulling van passend onderwijs.