Spreektekst Landbouw en Visserijraad 12 december 2013

Met dank overgenomen van A. (André) Bosman i, gepubliceerd op donderdag 12 december 2013, 3:12.

Voorzitter,

Tijdens het Algemeen Overleg Visserij van 28 november j.l. heb ik de verlaging van de TAC van de tong aangekaart. De staatssecretaris heeft een heldere brief gestuurd met daarbij de wetenschappelijke onderbouwing. Dit gekoppeld aan het feit dat het tongquotum voor de EU niet is volgevist en dat we binnen Europa afspraken hebben gemaakt over het beheer van de verschillende soorten heb ik begrip voor het standpunt van de staatssecretaris.

Ik wil de staatssecretaris wel vragen om zich hard te maken bij de Raad om de beheerplannen van de tong nu ook naar fase twee te laten gaan. Deze discussie duurt nu bijna drie jaar en het moet geen politieke discussie worden.

Want ik merk toch wel enige inconsistentie op binnen het Europese beleid. Het gaat helemaal niet zo geweldig met de kabeljauw en daar mag de vangst wel omhoog omdat die mogelijkheid in de beheerplannen staat. Zo gaat een TAC soms naar beneden omdat het niet is volgevist, maar bij andere soorten is dat weer niet aan de orde. Hoe gaan we deze zaken wel gelijktrekken, juist om te voorkomen dat de te vangen hoeveelheid vis een politieke discussie wordt? De inzet van Nederland is tav TAC reductie als gevolg van onderbevissing gelukkig helder, nl NIET. maar hoe gaat de staatsecretaris andere landen hiervan overtuigen? Daarnaast worden vooral voorstellen gedaan om de TAC naar beneden bij te stellen, kan de staatsecretaris deze zorg wegnemen door aan te geven hoe de TAC voor de verschillende soorten ook weer omhoog gaat worden bijgesteld? Ik mag aannemen dat dit is gekoppeld aan wetenschappelijke cijfers ongeacht of de quota worden volgevist.

Er is nog geen voorstel binnen over de zeedagenregeling. De VVD heeft gepleit om te komen tot 1 systeem om daarmee een extra belemmering voor de visserij weg te nemen. Kan de staatssecretaris aangeven wat de stand van zaken is?

Het Europese fonds voor maritieme zaken en visserij geeft wederom de mogelijkheid tot het saneren van de visserijvloot. Ziet de staatssecretaris mogelijkheden om geld uit het fonds te benutten voor vissers die moeten stoppen? Hoe staat het met de ambitie om het fonds vooral te benutten voor innovatie?

Het rapport over het aalbeheerplan hebben we recent binnengekregen, dank daarvoor. Het rapport geeft wel aan dat er grote verschillen zijn in de rekenmethodes met de ons omringende landen en dat sommige keuzes van andere lidstaten in strijd zijn met de aalverordening. Hoe gaat de staatsecretaris dit gelijk trekken, zodat er een echt level playing field komt?

Tot slot voorzitter wil ik de staatssecretaris danken voor de beantwoording van de schriftelijke vragen over de visserij partnerschapsovereenkomsten. De VVD wil blijven hameren op het economisch belang van de Nederlandse visser bij de totstandkoming van deze overeenkomsten en protocollen. Daarnaast wil ik van de staatssecretaris weten of de opstelling van Nederland bij de onderhandelingen van Visserij Partnerschapsakkoorden waar wij geen belang hebben invloed heeft op dossiers waar Nederland wel een belang heeft? Graag een reactie van de staatssecretaris op dit punt.

2016 is het Nederlands voorzitterschap van de Raad. Welke ambities heeft de stas voor dit voorzitterschap?