Lange-termijnhervormingen zetten meer zoden aan de dijk

Met dank overgenomen van M.M. (Margreet) de Boer i, gepubliceerd op dinsdag 19 november 2013.

Minder focus op korte-termijnbezuinigingen, inzetten op lange-termijnhervormingen, zoals het afbouwen van de hypotheekrente aftrek. Daarnaast onderzoek naar de haalbaarheid van het legaliseren van softdrugs, wat een besparing van honderden miljoenen kan opleveren. Bij de Financiële Beschouwingen riep Margreet de Boer het kabinet ook op om voortaan naast de financiële effecten van voorstellen ook de werkgelegenheidseffecten in kaart te brengen; evenals de milieu-effecten.

Algemene Financiële Beschouwingen.

Dat valt nog niet mee in het huidige tijdsgewricht.

De cijfers en prognoses buitelen we over elkaar heen. Zo hebben we tegenvallende cijfers, zo zijn we uit de recessie. De interpretaties van de cijfers lopen zo mogelijk nog verder uiteen. Waar de een lichtpuntjes ziet, ziet de ander vooral tegenvallers. Waar de een de lichte verbeteringen toeschrijft aan het regeringsbeleid, ziet de ander vooral de remmende werking van de bezuinigingen.

Aan ons de taak om verder te kijken dan de waan van de dag, en er in algemeen beschouwende zin iets over te zeggen. En ook van de regering en de minsiter van Financien mag worden verwacht dat ze dat doen, algemeen financieel beschouwen. Maar doen ze dat ook? Wordt er op een analytische, integrale, departement-overstijgende manier naar onze overheidsfinanciën gekeken door de regering? Wordt er financieel beleid gemaakt vanuit een visie op de plaats van de overheid in de samenleving en in de economie? Wordt er gereflecteerd op de financiële effecten van overheidsbeleid, of dat nu de werkelijke effecten zijn van maatregelen uit het verleden, of te verwachten effecten van voorgenomen beleid? Worden in die effecten alle relevante factoren, zoals milieubelasting en effecten op de werkgelegenheid meegenomen? Wordt bekeken hoe de financiële middelen zo goed mogelijk kunnen worden ingezet om de doelen van overheidsbeleid te bereiken? Staan de lange termijn doelen centraal? Wordt er kortom, algemeen financieel beschouwd?

Of wordt er gekruidenierd en op de winkel gepast? Wordt er niet verder gekeken dan het op orde krijgen van het huishoudboekje en het halen van een 3% norm? Wordt het ene gat met het andere gevuld? Wordt er geschoven met geld om de de boekhouding kloppend te krijgen? Worden negatieve maatschappelijke effecten gezien als colleteral damage? Zijn kaasschaaf en hakbijl de belangrijkste instrumenten in het financiële beleid?

Voorzitter, als we naar begroting en herfstakkoord kijken lijkt het toch vooral op het laatste: overal wordt geld bij elkaar geharkt; inkomsten worden naar voren gehaald; uitgaven worden uitgesteld en bij de zogenaamde hervormingen staan de korte termijn besparingen voorop.

En zelfs deze boekhoudkundige exercitie gaat het kabinet slecht af. Van verschillende kanten wordt gewezen op de onzekerheden in de begroting, op het wishful thinking waar de begroting van doortrokken is. Zo oordeelde Olli Rehn er afgelopen vrijdag op dat de begroting naar zijn maatstaven net voldoende is, maar dat tegenvallers op de loer liggen. Dat de minister zichzelf na zo'n rapport nog een zeven durft te geven gaat mij boven mijn pet. Want wat als er tegenvallers zijn? Als het wishful thinking niet uitkomt en mensen zich anders gaan gedragen dan de regering hoopt?

Voorzitter, zoals bekend is mijn fractie van oordeel dat het kabinet ten onrechte focust op het snel terugdringen van het begrotingstekort door middel van een extra bezuinigingspakket van 6 miljard. Wat ons betreft is er dan ook geen man over boord als die bezuinigingsdoelstelling niet gehaald wordt. Maar ik neem aan dat dat voor het kabinet anders ligt. Daarom vraag ik de minister wat het kabinet gaat doen bij tegenvallers. Gaat het kabinet dan proberen zijn bezuinigingsdoelstelling op een andere manier te halen? Je kunt immers niet door blijven gaan met kasschuiven en het inboeken van meevallers op grond van gewenste gedragingen van de burgers. Graag hoor ik hierover een beschouwing van de ministers. En dan niet de dooddoener dat er ook meevallers kunnen zijn. Dat is ontegenzeggelijk waar, maar daar gaat het nu niet over: wat als het tegen zit?

Voorzitter, in de de financiële inzet van het kabinet staat het terugdringen van het begrotingstekort centraal. Veel minder aandacht is er voor de noodzakelijke hervormingen die structureel bijdragen aan het verkleinen van de overheidsschuld. En om daar iets aan te doen zul je echt financieel moeten beschouwen. Dan moet je het aandurven om op lange termijn te denken, en moet je effecten van beleid daadwerkelijk bij de discussie en de afweging betrekken.

Voor wat betreft het lange termijn denken: net zoals tien jaar geldende iedereen wist dat er iets aan de hypotheekrente-aftrek gedaan zou moeten worden, maar - behalve enkele partijen, waaronder GroenLinks - niemand het aandurfde het aan te pakken, zo weet nu iedereen dat de voorzichtige aanpak van nu onvoldoende is, en dat de hyotheekrente-aftrek op termijn onhoudbaar is. Ook de Europese Commissie wees daar in de beoordeling van de Nederlandse plannen dit voorjaar nog op. Maar ook nu lijken alle partijen weer verlamd door de angst voor het electorale verlies, en durft men niet door te pakken. Het zou dit kabinet sieren wanneer het bereid en in staat is over de eigen schaduw heen te stappen, en te doen wat nodig is: een plan maken voor het op termijn afschaffen van de hypotheekrente-aftrek.

Voor wat betreft het meewegen van effecten van beleid noem ik graag het voorbeeld van het drugsbeleid. Van diverse kanten is berekend dat het legaliseren van softdrugs en het reguleren van de wietteelt niet alleen een goed middel kan zijn om de drugsgerelateerde criminaliteit te verminderen en controle op de kwaliteit mogelijk te maken, en daarmee de volksgezondheid te verbeteren, maar dat legalisatie bovendien honderden miljoenen oplevert. Structureel. Bovendien lijkt de tijd er rijp voor. Naast GroenLinks hebben in de afgelopen maanden ook D66 en de PvdA gepleit voor legalisatie, en ook de JOVD heeft aangegeven dat met legalisatie de bezuinigingen kunnen worden verzacht. Je zou verwachten dat een kabinet de haalbaarheid van een hervorming die zoveel voordelen biedt en die zo breed wordt gedragen onmiddellijk gaat bespreken en onderzoeken, maar ik heb toch de indruk dat dat niet gebeurt.

Praten de ministers eigenlijk wel eens echt met elkaar? Houden ze eens in de zoveel tijd een heidag waarin wordt gereflecteerd en gebrainstormd, waarin wordt besproken of er aanleiding is de goede ideeën die in de samenleving leven, zoals de legalisering van softdrugs, eens nader te gaan bekijken? Of blijft het bij de wekelijkse ministerraad waar in twee uur alle per departement opgestelde wetgeving wordt afgetikt?

Voorzitter, ik heb de mogelijke bezuiniging die bereikt kan worden door softdrugs te legaliseren vooral genoemd als voorbeeld, maar nu het toch aan de orde is wil ik eigenlijk ook wel weten of de minister bereid is om - mede in het licht van de begroting voor de volgende jaren - de legalisatie van softdrugs binnen het kabinet te bespreken. Urugay is ons inmiddels voorgegaan; alle reden om de mogelijkheden op zijn minst serieus te beschouwen.

Over de voorbereiding van de komende begroting gesproken, kan de minister aangeven hoe hij deze ter hand gaat nemen? En hoe kijkt hij terug op het proces zoals dat zich het afgelopen jaar heeft voltrokken? Is hij hier tevreden over? Of deelt hij het oordeel van onze fractie dat het proces op zijn zachtst gezegd rommelig te noemen is? In de Nederlandse context buitelden de wisselende akkoorden met partijen binnen en buiten het parlement over elkaar heen; elkaar steeds weer deels ongedaan makend. En het Europees Semester werd naar het oordeel van onze fractie nauwelijks serieus genomen. Wat ons bij dit alles het meest heeft gestoord is het gebrek aan regie en daadkracht bij het kabinet. Waar in het voorjaar al duidelijk was dat de ramingen naar beneden bijgesteld zouden moeten worden, weigerde het kabinet de discussie aan te gaan over de begroting 2014. Ook een werkelijke discussie in hoeverre de implementatie van de aanbevelingen van de Europese Commissie zou moeten leiden tot aanpassingen in de begroting voor 2014 ging het kabinet uit de weg. Pas in augustus, als er weer nieuwe cijfers zouden zijn, zou het kabinet gaan nadenken. En daarmee werd het debat over het Europees Semester, zoals wij dat hier voor de zomer hielden, meer een rituele dans dan een uitwisseling van beschouwingen over de kant die het op zou moeten met de begroting. En van een debat over gewenste structurele hervormingen was al helemaal geen sprake.

Graag hoor ik van de minister hoe hij dit volgend jaar beter denkt te doen. Hoe hij een bredere, inhoudelijke discussie over het financiële beleid op langere termijn en over de begroting 2015 gaat vormgeven. Hoe hij dit gaat doen in samenspraak met de Europese Commissie, de polder en het parlement, en hoe hij desalniettemin zorgt leiderschap te tonen en de regie in handen te houden.

Voorzitter,

zoals gezegd lijkt het belangrijkste doel van het kabinetsbeleid te zijn het op korte termijn terugdringen van het begrotingstekort; het op orde brengen van het huishoudboekje. Dat lijkt belangrijker dan het bestrijden van de crisis, en de negatieve gevolgen die de crisis voor de burgers heeft.

In termen van onze betalingsbalans mag het dan zo zijn dat de recessie voorbij is, het is nog steeds crisis. De binnenlandse bestedingen blijven laag, en de werkloosheid blijft hoog.

De crisis treft vooral degenen die geen werk hebben, en degenen die hun werk verliezen. Zij maken noodgedwongen schulden, raken meer en meer aangewezen op voedselbanken, zij kunnen hun hypotheek niet langer betalen, en zij worden er dag aan dag mee geconfronteerd dat er te weinig banen zijn.

En wat doet het kabinet hieraan? Het verwijst naar 'de markt' die met banenplannen moet komen, bezuinigt op sociale zekerheid en en doet er alles aan de schuld voor het werkloos zijn neer te leggen bij degenen zonder werk. Alsof je met negatieve prikkels richting uitkeringsgerechtigden banen creëert. Het laatste voorstel, waarin uitkeringsgerechtigden drie maanden hun uitkering verliezen als zij naar het oordeel van een ambtenaar ongepast gekleed zijn spant wat dit betreft wel de kroon.

Voorzitter, in een tijd waarin de werkloosheid hét grote probleem is zou de overheid niet moeten bezuinigen op sociale zekerheid maar primair moeten inzetten op het creëren van werk en het voorkomen van meer werkloosheid. Dat betekent dat werkgeverslasten op arbeid verlaagd moeten worden en de werkgelegenheid bij de overheid zelf zoveel mogelijk op peil moet blijven. Het betekent ook dat de werkgelegenheidseffecten van maatregelen meegewogen moeten worden. En dan doel ik niet alleen op het doorberekenen van de financiële effecten op inkomstenbelasting en sociale uitkeringen, maar ook als zelfstandig criterium. Hoeveel banen levert een maatregel naar verwachting op, of hoeveel banen zullen erdoor verloren gaan?

Wij zijn er van overtuigd dat wanneer de werkgelegenheidseffecten worden meegenomen, afwegingen anders gemaakt gaan worden. Dan zou er wellicht niet zoveel bezuinigd worden op de kinderopvang. Dan zouden de bezuinigingen die gekoppeld zijn aan de decentralisaties wellicht minder groot zijn, of minder snel worden doorgevoerd, zodat gemeenten niet gedwongen zijn maatregelen te nemen die tot een groot verlies aan arbeidsplaatsen leiden.

Is het kabinet bereid om voortaan naast de financiële gevolgen van voorstellen ook de werkgelegenheidseffecten aan te geven?

In het rapport over het Europees Semester heeft het Europees Parlement onlangs aangegeven dat het wil dat de Europese Commissie bij het beoordelen van het door de Eurolanden gevoerde financiële beleid niet alleen gekeken wordt naar schuldenlast en begrotingstekort, maar ook naar werkgelegenheidseffecten. Deelt de minister deze insteek, en is hij bereid zich hiervoor hard te maken in de Europese Raad?

Voorzitter, de fractie van GroenLinks kan natuurlijk geen Algemene Financiële Beschouwingen houden zonder iets te zeggen over natuur en milieu. Iedere crisis is een kans zeggen ze. Bij deze crisis was dat naast een een kans op een gezonde, transparante bankensector, de kans op verduurzaming en vergroening van de economie. Een kans die we in Nederland tot nu toe grotendeels hebben laten lopen. Er zijn wat kleine stappen gezet op het gebied van het belasten van milieuschade en het mogelijk maken van eigen energie-opwekking, maar stappen naar een werkelijke transitie zijn nog niet genomen.

In de Tweede kamer heeft GroenLinks aangedrongen op jaarlijkse Groene Beschouwingen, waarin het kabinet zijn duurzaamheidsplannen uiteenzet en bespreekt. Dat pleidooi zal ik hier niet gaan herhalen.

Wel roep ook ik het kabinet op om naast de financiële effecten en de hiervoor genoemde werkgelegenheidseffecten ook de milieu-effecten van voorstellen in beeld te brengen.

De GroenLinks fractie zal in ieder geval al deze factoren meenemen bij het wegen van de concrete voorstellen van het kabinet die aan ons voor worden gelegd.