Besluit 2013/316 - Intrekking van Beschikking 2009/588/EG betreffende het bestaan van een buitensporig tekort in Litouwen

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

1.

Stand van zaken

Dit besluit is op 26 juni 2013 gepubliceerd en is op 5 juli 2013 in werking getreden.

2.

Kerngegevens

officiële titel

2013/316/EU: Besluit van de Raad van 21 juni 2013 tot intrekking van Beschikking 2009/588/EG betreffende het bestaan van een buitensporig tekort in Litouwen

officiële Engelstalige titel

2013/316/EU: Council Decision of 21 June 2013 abrogating Decision 2009/588/EC on the existence of an excessive deficit in Lithuania
 
Rechtsinstrument Besluit
Wetgevingsnummer Besluit 2013/316
Origineel voorstel COM(2013)387 NLEN
Celex-nummer i 32013D0316

3.

Key dates

Document 21-06-2013
Bekendmaking in Publicatieblad 26-06-2013; PB L 173 p. 46-47
Inwerkingtreding 05-07-2013; in werking datum kennisgeving
Einde geldigheid 31-12-9999
Kennisgeving 05-07-2013

4.

Wettekst

26.6.2013   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 173/46

 

BESLUIT VAN DE RAAD

van 21 juni 2013

tot intrekking van Beschikking 2009/588/EG betreffende het bestaan van een buitensporig tekort in Litouwen

(2013/316/EU)

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 126, lid 12,

Gezien de aanbeveling van de Europese Commissie,

Overwegende hetgeen volgt:

 

(1)

Op 7 juli 2009 heeft de Raad op aanbeveling van de Commissie overeenkomstig artikel 104, lid 6, van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap bij Beschikking 2009/588/EG (1) besloten dat er in Litouwen een buitensporig tekort bestond. De Raad merkte op dat het overheidstekort in 2008 3,2 % van het bbp had bereikt, waarmee de in het Verdrag vastgelegde referentiewaarde van 3 % van het bbp werd overschreden, en dat het tekort volgens de voorjaarsprognoses van de diensten van de Commissie van 2009 zou toenemen tot 5,4 % van het bbp in 2009 en daarna tot 8 % van het bbp in 2010. De bruto-overheidsschuld beliep in 2008 15,6 % van het bbp en bleef daarmee ruimschoots onder de in het Verdrag vastgelegde referentiewaarde van 60 % van het bbp.

 

(2)

Overeenkomstig artikel 104, lid 7, VEU en artikel 3, lid 4, van Verordening (EG) nr. 1467/97 van de Raad van 7 juli 1997 over de bespoediging en verduidelijking van de tenuitvoerlegging van de procedure bij buitensporige tekorten (2) heeft de Raad op 7 juli 2009 op aanbeveling van de Commissie een aanbeveling tot Litouwen gericht waarin het land werd verzocht om uiterlijk eind 2011 aan de buitensporigtekortsituatie een einde te maken („Aanbeveling van de Raad van 7 juli 2009”). De Aanbeveling van de Raad van 7 juli 2009 werd openbaar gemaakt.

 

(3)

Overeenkomstig artikel 126, lid 7, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU) en artikel 3, lid 4, van Verordening (EG) nr. 1467/97 heeft de Raad op 9 februari 2010 op aanbeveling van de Commissie, erkennende dat de Litouwse autoriteiten naar aanleiding van de aanbeveling van de Raad van 7 juli 2009 doeltreffende maatregelen hadden genomen en dat zich in Litouwen onverwachte ongunstige economische gebeurtenissen met een ernstige negatieve weerslag op de openbare financiën hadden voorgedaan, een herziene aanbeveling tot Litouwen gericht waarin het land werd verzocht om uiterlijk eind 2012 aan de buitensporigtekortsituatie een einde te maken. Deze herziene aanbeveling werd openbaar gemaakt.

 

(4)

Overeenkomstig artikel 4 van het aan de Verdragen gehechte Protocol betreffende de procedure bij buitensporige tekorten verstrekt de Commissie de voor de toepassing van de procedure benodigde gegevens. In het kader van de toepassing van dit protocol dienen de lidstaten ingevolge artikel 3 van Verordening (EG) nr. 479/2009 van de Raad van 25 mei 2009 betreffende de toepassing van het aan het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap gehechte Protocol betreffende de procedure bij buitensporige tekorten (3) tweemaal per jaar, namelijk vóór 1 april en vóór 1 oktober, gegevens te verstrekken over het overheidstekort en de overheidsschuld, alsook over andere, daarmee samenhangende variabelen.

 

(5)

Wanneer hij beziet of een besluit betreffende het bestaan van een buitensporig tekort moet worden ingetrokken, moet de Raad een besluit nemen op basis van ter kennis gebrachte gegevens. Bovendien mag een besluit betreffende het bestaan van een buitensporig tekort alleen worden ingetrokken als uit de prognoses van de diensten van de Commissie blijkt dat het tekort gedurende de prognoseperiode de drempel van 3 % van het bbp niet zal overschrijden (4).

 

(6)

Uit de gegevens die de Commissie (Eurostat) overeenkomstig artikel 14 van Verordening (EG) nr. 479/2009 na de vóór 1 april 2013 door Litouwen gedane kennisgeving heeft verstrekt...


Lees meer

Deze wettekst is overgenomen van EUR-Lex.

5.

Origineel voorstel

 

6.

Bronnen en disclaimer

Zie voor uitgebreidere informatie eventueel ook de volgende voor dit dossier gebruikte bronnen:

Dit dossier wordt iedere nacht automatisch samengesteld op basis van bovenstaande dossiers. Hierbij is aan de technische programmering veel zorg besteed. Een garantie op de juistheid van de gebruikte bronnen en het samengestelde resultaat kan echter niet worden gegeven.

 

7.

Uitgebreide versie

Van deze pagina bestaat een uitgebreide versie met de juridische context, de Europese rechtsgrond, een overzicht van verwante dossiers en de betrokken zaken van het Europees Hof van Justitie.

De uitgebreide versie is beschikbaar voor betalende gebruikers van de EU Monitor van PDC Informatie Architectuur.

8.

EU Monitor

Met de EU Monitor volgt u alle Europese dossiers die voor u van belang zijn en bent u op de hoogte van alles wat er speelt in die dossiers. Helaas kunnen wij geen nieuwe gebruikers aansluiten, deze dienst zal over enige tijd de werkzaamheden staken.

De EU Monitor is ook beschikbaar in het Engels.