Ambtelijk-bestuurlijke macht (Trias)

Zo vanaf de jaren zestig en zeventig van de vorige werd het moderne bestuursapparaat steeds groter en ingewikkelder, doordat de overheid steeds meer taken naar zich toetrok. Weliswaar waren de ministers nog steeds politiek verantwoordelijk, maar toch werden zij steeds meer afhankelijk van het groeiende ambtenarenapparaat. Steeds meer moesten bewindslieden afgaan op het oordeel van hun ambtenaren en moesten zij beslissingen nemen op basis van hun adviezen. Steeds vaker ook werden beslissingen al op ambtelijk niveau genomen.

De Utrechtse wetenschapper Crince Le Roy1 introduceerde hiervoor het begrip 'vierde macht', daarbij refererend aan de Trias Politica van Montesquieu.

Overigens wordt in andere met name Angels-Saksische landen met de vierde macht de pers bedoeld.


  • 1. 
    In Nederlands-Indiƫ geboren Utrechtse bestuurskundige, die kort deel uitmaakte van de Raad van State. Werd als wetenschapper vooral bekend door zijn openbare les over de ambtelijke invloed op het overheidsbeleid, waarbij hij het begrip 'Vierde Macht' introduceerde. Wegbereider van de bestuurskunde als aparte tak van de rechtswetenschap. Ontviel de Raad van State al na acht maanden toen hij op 57-jarige leeftijd overleed.