Uitvoeringsbesluit 2012/323 - Opheffing van de schorsing van vastleggingen uit het Cohesiefonds voor Hongarije

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

1.

Stand van zaken

Dit uitvoeringsbesluit is op 26 juni 2012 gepubliceerd en is op 27 juni 2012 in werking getreden.

2.

Kerngegevens

officiële titel

2012/323/EU: Uitvoeringsbesluit van de Raad van 22 juni 2012 tot opheffing van de schorsing van vastleggingen uit het Cohesiefonds voor Hongarije

officiële Engelstalige titel

2012/323/EU: Council Implementing Decision of 22 June 2012 lifting the suspension of commitments from the Cohesion Fund for Hungary
 
Rechtsinstrument Uitvoeringsbesluit
Wetgevingsnummer Uitvoeringsbesluit 2012/323
Origineel voorstel COM(2012)275 NLEN
Celex-nummer i 32012D0323

3.

Key dates

Document 22-06-2012
Bekendmaking in Publicatieblad 26-06-2012; PB L 165 p. 46-47
Inwerkingtreding 27-06-2012; in werking datum kennisgeving
Einde geldigheid 31-12-9999
Kennisgeving 27-06-2012

4.

Wettekst

26.6.2012   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 165/46

 

UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD

van 22 juni 2012

tot opheffing van de schorsing van vastleggingen uit het Cohesiefonds voor Hongarije

(2012/323/EU)

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EG) nr. 1084/2006 van de Raad van 11 juli 2006 tot oprichting van het Cohesiefonds (1), en met name artikel 4, lid 2,

Gezien het voorstel van de Europese Commissie,

Overwegende hetgeen volgt:

 

(1)

Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 1084/2006 stelt de voorwaarden voor toegang tot bijstand uit het Cohesiefonds vast. Krachtens lid 1 van dat artikel kan de Raad besluiten de vastleggingen uit het Fonds voor de betrokken lidstaat per 1 januari van het jaar dat op het schorsingsbesluit volgt geheel of gedeeltelijk te schorsen als er overeenkomstig artikel 126, lid 8, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie ("VWEU") is vast-gesteld dat de betrokken lidstaat geen gevolg heeft gegeven aan een aanbeveling van de Raad op grond van artikel 126, lid 7, VWEU.

 

(2)

Op 5 juli 2004 heeft de Raad bij Besluit 2004/918/EG betreffende het bestaan van een buitensporig tekort in Hongarije (2) overeenkomstig artikel 104, lid 6, van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap ("VEG"), vastgesteld dat in Hongarije een buitensporig overheidstekort bestond. De Raad heeft een eerste aanbeveling vastgesteld op 5 juli 2004, een tweede aanbeveling op 8 maart 2005 en een derde aanbeveling op 10 oktober 2006, die alle aan Hongarije gericht waren overeenkomstig artikel 104, lid 7, VEG. Op 7 juli 2009 heeft de Raad zijn vierde aanbeveling aan Hongarije vastgesteld ("aanbeveling van de Raad van 7 juli 2009") om uiterlijk in 2011 een einde te maken aan het buitensporige overheidstekort.

 

(3)

Op 24 januari 2012 heeft de Raad overeenkomstig artikel 126, lid 8, VWEU bij Besluit 2012/139/EU waarbij wordt vastgesteld of door Hongarije doeltreffend gevolg is gegeven aan de aanbeveling van de Raad van 7 juli 2009 (3) vastgesteld dat Hongarije als antwoord op de aanbeveling van de Raad van 7 juli 2009 binnen de daarin bepaalde termijn geen doel-treffende actie had ondernomen om het buitensporig overheidstekort te corrigeren.

 

(4)

Op 13 maart 2012 heeft de Raad bij Uitvoeringsbesluit 2012/156/EU tot schorsing van vastleggingen van het Cohesiefonds voor Hongarije met ingang van 1 januari 2013 (4) besloten overeenkomstig artikel 4 van Verordening (EG) nr. 1084/2006 met ingang van 1 januari 2013 een deel van de vastleggingen uit het Cohesiefonds te schorsen. Het besluit over het bedrag aan te schorsen vastleggingen uit het Cohesiefonds strekte ertoe te garanderen dat de schorsing doeltreffend en evenredig was, met inachtneming van de huidige algemene economische situatie in de Europese en het relatieve belang van het Cohesiefonds voor de economie van de betrokken lidstaat. De Raad heeft het, bij een eerste toepassing van artikel 4, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1084/2006 op een bepaalde lidstaat, met name Hongarije, passend geacht het bedrag vast te stellen op 50 % van de toewijzing uit het Cohesiefonds voor 2013, zonder het maximumniveau van 0,5 % van het nominale bbp van die lidstaat, zoals door de diensten van de Commissie verwacht, te overschrijden. Dienovereenkomstig heeft de Raad besloten met ingang van 1 januari 2013 voor Hongarije 495 184 000 EUR aan vastleggingen uit het Cohesiefonds te schorsen.

 

(5)

De Raad heeft op 13 maart 2012 overeenkomstig artikel 126, lid 7, VWEU ook een herziene aanbeveling aan Hongarije gegeven ("aanbeveling van de Raad van 13 maart 2012") om uiterlijk in 2012 een einde te maken aan het buitensporige overheids-tekort. Meer bepaald is Hongarije aanbevolen een bijkomende budgettaire inspanning van ten minste 0,5 % van het bbp te leveren...


Lees meer

Deze wettekst is overgenomen van EUR-Lex.

5.

Origineel voorstel

 

6.

Bronnen en disclaimer

Zie voor uitgebreidere informatie eventueel ook de volgende voor dit dossier gebruikte bronnen:

Dit dossier wordt iedere nacht automatisch samengesteld op basis van bovenstaande dossiers. Hierbij is aan de technische programmering veel zorg besteed. Een garantie op de juistheid van de gebruikte bronnen en het samengestelde resultaat kan echter niet worden gegeven.

 

7.

Uitgebreide versie

Van deze pagina bestaat een uitgebreide versie met de juridische context, de Europese rechtsgrond, een overzicht van verwante dossiers en de betrokken zaken van het Europees Hof van Justitie.

De uitgebreide versie is beschikbaar voor betalende gebruikers van de EU Monitor van PDC Informatie Architectuur.

8.

EU Monitor

Met de EU Monitor volgt u alle Europese dossiers die voor u van belang zijn en bent u op de hoogte van alles wat er speelt in die dossiers. Helaas kunnen wij geen nieuwe gebruikers aansluiten, deze dienst zal over enige tijd de werkzaamheden staken.

De EU Monitor is ook beschikbaar in het Engels.