Schriftelijke vragen gesteld over het terugdringen drang en dwang dat stil ligt

Met dank overgenomen van L.Th. (Lea) Bouwmeester i, gepubliceerd op vrijdag 25 november 2011.
alttekst ontbreekt in origineel bericht
Bron: Blog Lea Bouwmeester

Vandaag heb ik schriftelijke vragen gesteld aan de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over terugdringen van drang en dwang in de GGZ.

Sinds 2008 dring ik er op aan dat behandeling van mensen in de GGZ kwalitatief verbeterd waardoor drang en dwang kan worden voorkomen. Eén van de manieren om dit terug te dringen is het gebruiken van een multidisciplinaire richtlijn die medewerkers helpt hoe drang en dwang kan worden voorkomen. Of hoe het op een menselijke manier kan worden toegepast. Tot mijn grote verbazing en boosheid is deze richtlijn er nog steeds niet en laat de minister dit op zijn beloop. Patiënten worden hiervan de dupe.

De vragen kunt u hieronder lezen en worden binnen 3 weken beantwoord.

Schriftelijke vragen van het lid Bouwmeester (PvdA) aan de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over stopzetten richtlijn drang en dwang GGZ

1.

Bent u het met de PvdA eens dat er nog teveel drang en dwang wordt toegepast in de (jeugd) GGZ?

2.

Deelt u de teleurstelling van de PvdA dat het terugdringen van drang en dwang langzaam gaat, langzamer dan het veld zelf aankondigde? Wilt u de meest recente cijfers aan de Kamer sturen?

3.

Staat u nog steeds achter de toezegging van uw voorganger in 2008 dat er een multidisciplinaire richtlijn drang en dwang moet komen, die ervoor moet zorgen alleen in uiterste nood drang en dwang toe te passen?

4.

Ziet u nog steeds de grote noodzaak in van de implementatie van een richtlijn, omdat het de kwaliteit en veiligheid van zorg vergroot? En drang en dwang maatregelen terugdringt?

5.

Aangezien de richtlijn er in juni 2011 nog steeds niet was, heeft de PvdA motie Bouwmeester (TK, 30 492, nr. 48) ingediend, die het kabinet oproept dat de multidisciplinaire richtlijn drang en dwang te ontwikkelen, waarom neemt u geen regie bij de totstandkoming hiervan?

6.

Waarom schrijft u de Kamer (Kamerstuk 30492 nr. 55) dat het veld niet wil betalen en dat er daarom geen multidisciplinaire richtlijn komt? Hoe ziet u de verantwoordelijkheidsverdeling en waarom maakt u verschil met uw voorgangers?

7.

Deelt u de grote zorgen van de PvdA voor de patiënten, nu de ontwikkeling van de richtlijn stil ligt?

8.

Waarom is er sinds oktober 2008 toegezegd door VWS en het GGZ veld dat deze belangrijke richtlijn er komt, terwijl er nog steeds niets ligt? Bent u bereid de regie te nemen en te zorgen dat het veld gezamenlijk aan de slag gaat om de multidisciplinaire richtlijn zo snel mogelijk op een goede wijze te implementeren? Zo nee, waarom niet?

9.

Wilt u deze vragen beantwoorden voor het AO van 15 december 2011?