Stemvee

Met dank overgenomen van K.G. (Klaas) de Vries i, gepubliceerd op woensdag 25 mei 2011.

alttekst ontbreekt in origineel bericht
Bron: Blogs PoMo

Emile Roemer, 19 mei 2011

Vorige week noemde Geert Wilders in een debat in de Tweede Kamer zijn collega Cohen ‘Sint Job’ en een deel van de kiezers van de PvdA ‘Islamitisch stemvee’.

Het eerste is een uiting van een bepaald soort humor, het tweede een belediging van een volksgroep.

Emile Roemer verliet daarop even de zaal, omdat hij dit soort uitspraken - gelukkig - nog steeds niet kan aanhoren. De rest van de Kamer deed niks, waarschijnlijk omdat de ervaring heeft geleerd dat als je op Wilders ‘hapt’, je nog meer vuil terugkrijgt. Ook zouden de media dat juist leuk vinden, maar die vinden het al leuk zonder dat iemand reageert. Het kan natuurlijk ook zijn dat iedereen zich nog altijd door dit soort taalgebruik laat intimideren.

Wie ook niets deed was de Kamervoorzitter. Die bewaakt de orde in de zaal, zorgt ervoor dat de debatten goed verlopen, dat de deelnemers aan een debat elkaar respectvol behandelen en dat de normen die in Nederland overal gelden ook in ’s lands vergaderzaal gerespecteerd worden. En natuurlijk beschermt die bevolkingsgroepen tegen beledigend taalgebruik. Dat moet de voorzitter wel doen, want geen enkele buitenstaander mag zich met de orde van de vergadering bemoeien.

Ik heb heel wat Kamervoorzitters meegemaakt, van Vondeling tot Van Nieuwenhoven, en ik weet zeker dat de meesten van hen het beledigen van een bevolkingsgroep niet hadden laten passeren.

Het samenwerkingsverband van Marokkaanse Nederlanders heeft zich over de uitlatingen van Wilders tot de Kamervoorzitter gewend. Zou die de omgangsvormen niet wat beter kunnen bewaken?

En wat zegt de voorlichter van de Kamer hierover? Dat het initiatief hiervoor niet bij de voorzitter ligt, maar dat een lid de belediging bij de voorzitter aan de kaak moet stellen - hetgeen Roemer overigens deed - en dat als ook andere fractievoorzitters de uiting als beledigend zien, de voorzitter kan ingrijpen.

Dat is dus een culturele verandering in de Kamer van formaat. Bij een voetbalwedstrijd kom je er niet mee weg. Als de scheids constateert dat iemand er met gestrekt been in komt, hoeft niemand dat bij hem te melden teneinde een consultatie van de andere spelers in te luiden. Er wordt gewoon gefloten en een kaart uitgedeeld.

Misschien kan het presidium van de Kamer eens overwegen om aan de hand van regelmatig voorkomende incidenten voor de voorzitter een lijstje maken van wat wel en niet kan. En misschien kunnen de andere fractieleiders aan Wilders, die zijn kiezers te pas en te onpas tegen beledigingen in bescherming neemt, in dit opzicht een voorbeeld nemen.